BERICHT.
1872. N°. 153. Zaterdag 28 December. 59ste jaargang.
VEEARTSENIJKUNDIGE DIENST en POLITIE.
BINNENLANDSCHE BERICHTEN.
GOESSCHE
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag
en Vbijdag avonduitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal zoo binnen als buiten Goes ƒ1,75.
Afzonderlijke nommers 5 c. met bijblad 10 c.
COURANT.
Gewone advertentiën worden a 10 c. de regel geplaatst.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten met de daarop be
trekking hebbende dankbetuigingen van 1—8 regels k/1,-
Dienst-aanbiedingen, niet meer dan 4 regels bedragende
en contant betaald20, c.
Het eerste no. van den ZESTIGSTEN jaar
gang dezer Courant, zullen wij in plaats van
des avonds op NieuwjaarsnouGhx uitgeven.
Wij maken daarop opmerkzaam, omdat in
vele plaatsen van ons land de nieuwsbladen
worden te baat genomen om de gebruikelijke
wenschen tot vrienden, bekenden of kalanten
te richten en wij gaarne ook in ons blad
daartoe de gelegenheid willen openstellen.
En opdat daarvan een ruim gebruik zou
kunnen gemaakt worden, zoo stellen wij den
prijs van iedere dergelijke annonce, 6 regels
niet te boven gaande, op
slechts "VE3E RTIG CENTS.
Van buiten de gemeente gelieve inen het
bedrag in postzegels franco over te maken.
Annonces voor dat no. worden ingewacht
tot en met 31 December 1872.
DE GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND,
Gezien het ambtsbericht van den Provincialen veearts
le klasse in dit gewest, van 6 December 1872, no. 485;
Gelet op art. 2? van het reglement betreffende de
veeartsenij kundige dienst en politie in deze provincie;
Besluitenals volgt
Ontheffing wordt verleend:
lo. van de verplichting tot het door een provincialen
veearts doen onderzoeken van het rundvee:
voor zoo ver het te huis behoort in de provincie
en daar binnen wordt vervoerd;
voor zoo ver het over de grenzen heen en weder
wordt gevoerd ter beweiding of ter bearbei
ding van in de onmiddellijke nabijheid der
grenzen gelegen gronden, met dien verstande
nogtans, dat het blijkt gezond te zijn, volgens
verklaring van een der provinciale veeartsen,
die daaromtrent telken drie maanden een on
derzoek zal instellen, naar aanleiding van het
slot van genoemd art. 22
c. voor zoo ver het te huis behoort in de provincie
en van daar wordt vervoerd naar het buitenland;
2o. van de verplichting tot afzonderingvoor wat be
treft rundvee, dat wordt aangevoerd en bestemd
is voor de slachtbank.
Deze ontheffing geldt niet:
a. voor vee, ingevoerd van buitenslands, zoolang
die invoer is verboden door de Regeering en
van de vergunning van haar of hare ambtenaren
is afhankelijk gesteld;
b. voor vee, in te laden in een schip voor bui
tenslands bestemd, bedoeld in het Koninklijk
besluit van den 28 Mei 1871, Staatsblad no. 42,
zoolang dit besluit niet is ingetrokken.
Dit besluit zal in het Provinciaal blad geplaatst
en door de zorg van burgemeester en wethouders
in al de gemeenten der provincie afgekondigd
en aangeplakt worden.
Gedaan te Middelburg, den 18 December 1872.
De gedeputeerde staten voornoemd,
R. W. VAN LIJNDEN, voorzitter.
BUTEUX, griffier.
GOES, 27 December 1872.
De Tweede Kamer is Maandagavond tot na
dere bijeenroeping gescheiden, nadat zij in de
avondzitting nog eenige kleine wetsontwerpen
had aangenomen.
De afdeelingen der Tweede Kamer hebben
Dinsdag het wetsontwerp tot wijziging der kies
wet onderzocht en tot rapporteurs benoemd de
heeren Van Reenen, voorzitter, Jonckbloet, Be
Roo van Alderwerelt, s' Jacob en Van der Linden.
Bij herstemming voor een lid van den ge
meenteraad te Cortgene zjjn jl. Maandag van
de 52 kiezers 49 opgekomen. Bij de opening
bleek, dat waren uitgebracht op de heeren
J. de Die 26, P. de Kcijzer 15 en S. Rade
maker 8 stem men, zoodat eerstgemelae is ge
kozen, die dezer dagen Gok benoemd is tot
lid van het burgerlijk armbestuur aldaar.
Jl. Maandag is onder de gemeente Wissen-
kerke een treurig ongeluk gebeurd. Bij eene
jachtpartij en bij het kruipen door eene haag,
is door eene onbekende oorzaak, (waarschijn
lijk het slingeren van een doorn om den haan)
het geweer van een der jagers afgegaan met
het gevolg, dat een ingezetene dier gemeente,
die mede jaagde, het volle schot in de borst
kreeg, zoodat hij weinige oogenblikken later
een lijk was. De ongelukkige was in de kracht
zijns levens en laat eene ziekelijke vrouw en
talrijk kroost na.
Aan den Gemeenteraad te Amsterdam is een
adres gezonden door bestuurderen der verschil
lende vakvereenigingen te Amsterdam, allen
aangesloten aan het Algemeen Nederlandsch
Werklieden verbond, waarin zij, op grond
»dat, wegens de voortdurende stijging der le
vensbehoeften en huren der woningen, voor
alsnog eene [geleidelijke loonsverhoogiug nood
zakelijk is; en dat echter, bij het aanwenden
van pogingen tot het verkrijgen eener loons-
verhooging, niet alleen een beroep moet wor
den gedaan op patroons en werkbazen, maar
ook op werkgevers en verbruikers der produc
ten," verzoeken, dat de vergadering, als
werkgeefster namens de gemeente besluite de
tarieven der arbeidsloonen, bij het verrichten,
uitschrijven of aanbesteden van werken wegens
de gemeente, te verhoogen en vast te stellen
voor bekwame werklieden in alle vakken op
25 cents per uur en voor opperlieden, hand
langers, enz. op 21 cents per uur." Zij voe
gen er bij, dat de aanbieding van dit verzoek
niet ontspruit uit de meening, dat het gemeen
tebestuur kan optreden als bemiddelaarster in
geschillen, welke door wanverhouding tussehen
kapitaal en arbeid bestaandat ligt ook niet
in hunne bedoeling. Wel meenen zij, dat de
raad, om redenen bovengenoemd, veel kan bij
dragen tot beperking dezer wanverhouding.
(Hbl.)
BENOEMINGEN EN BESLUITEN.
Z. M. heeft tot leden van den Geneeskundigen Raad
in Zeeland benoemddr. 6. Dobbelaar de Wind te Mid
delburg, dr. N. Verschoor te Goes en M. J. Verhulst,
apoth. te Middelburg en tot plaatsvervangende leden
in den raad: dr. J. P. Berdenis van Berlekom te Mid
delburg, dr. J. C. de Man te Middelburg, dr. E. J.
F. P. J. G. Vogelvanger te Hulst, H. B. Waal Henry,
heel- en verloskundige te Oostburg en 5. G. Hauta
van der Grijp, apoth. te Zierikzee.
Benoemd in het bestuur van den polder Willem
Adriaan tot dijkgraaf A. Blok, en tot gezworen S.
Rademaker; tot gezworen van de Breede Watering be
westen Yerseke, A. Dominicus Jz. en J. Dekker Jz.;
tot gezworen van de watering Baarland, J. Nieuwenhuyse.
KERKELIJKE ZAKEN ONDERWIJS.
De heer H. A. Gillot, predikant bij de Nederduitsche
Hervormde gemeente te Zierikzee, heeft het beroep
naai de Hervormde gemeente te St. Petersburg aan
genomen.
Aangenomen het beroep naar St. Maartensdijk door
ds. J. G. Ormel, pred. te Loon op Zand.
Aan het heden aangevangen schriftelijk onderzoek
naar de bekwaamheden der sollicitanten naar de be
trekking van hoofdonderwijzer aan de openbare lagere
school le klasse alhier, neemt een 17 tal adspiranten deel.
Volgens de Landbouw-Courant hebben in het acht
jarig tijdvak, van 18651872,28 onderwijzers acte van
bevoegdheid tot het geven van landbouw-onderwijs
verkregen. En toch is 't met den wetenschappelijken
landbouw in ons land nog treurig gesteld.
In den gemeenteraad van Steenwijk is een ministe-
riëel schrijven behandeld, betreffende een vroeger ge
nomen raadsbesluit, om £van de leerlingen op de
school voor meer uitgebreid lager onderwijs, die van
buiten de gemeente mochten komen, hooger school
geld te heffen dan van hendie binnen de gemeente
wonen; de Minister acht genoemd raadsbesluit in strijd
met de wet en dringt daarom op intrekking aan. Over
een voorstel, om de beslissing des konings in te roe
pen, staakten de stemmen, zoodat daarover in een vol
gende raadsvergadering zal moeten worden beslist.
KUNSTNIEUWS.
We hebben eene even aangename als moeielijke
taakte vervullen: we hebben namelijk een verslag te
geven van 't concert, dat Maandag avond jl. door de
afdeeling Goes der Maatschappij van Toonkunst alhier
gegeven is.
Was onze verwachting, na inzage van 't programma,
hoog, ze was niet te hoog; ze werd zelfs ver over
troffen en we durven beweren, dat „Goes" in jaren
geen zoo degelijk concert gegeven heeft. Ofschoon
de wellevendheid eischen kondat we aanvingen
met een oordeel over de sopraansolo beginnen we,
gedachtig aan de spreukwat het zwaarste is, moet het
zwaarste wegen, met het koor en den directeur, den
heer Aug. Winter. De afdeeling Goes toch vraagt
't eerst en 't meest naar een goed directeur en die
komt hoofdzakelijk uit bij 't leiden van 't koor of
van 't orchest. De voordracht eener piano-compositie
moge ons doen oordeelen over den pianistden
directeur leeren wij er niet door kennen. En de
kooren waren uitmuntend. Het eeuwig frissche mo-
tette van Haydn, „Die Staubes eitle Sorgen" en de
schoone toonschepping van Hiller bij 't gedicht van
Byron; „O! Weint um sie", met dien Oosterschen gloed
en die wegslepende somberheidze werden zeergoed
uitgevoerd. Maar de schoonste oogenblikken hadden
koor en solo's, directeur en accompagnateur in de
ballade, „Schön Ellen" van Max Bruch Allen wed
ijverden om den eerepalm en we zouden waarlijk
verlegen staan, als we moesten zeggen, wie zich
't meest onderscheiden heeft. Als we ons dien prachtigen
aanhef van den baryton herinneren: „Nun Gnade dir
Gott," of het schoone: „Farht wolh denn, Weib und
Kind daheim", zoo gevoelvol door hem weergegeven
als we ons de schoone vertolking van Ellen's partij
te binnen brengen; als we nadenken over de eenheid
en zuiverheid van 't koor, zoo uitstekend bewezen in
het Unison koor: „Und die Salve kracht und die
Sturm ward beiss en in de slotstrophe„Nun hat uns
errettet die alte Treu, Und Gott in der Höh sei
gepriesen," als ons de bewonderenswaardige juistheid
en eenvoud der begeleiding door den heer van Mil-
ligen voor den geest komen, dan zeggen we: Eere
den directeur, die zulke toonscbeppingeu kiest en
ze op zulk een wijze weet te doen uitvoeren, eere
den solisten en den accompagnateur, maar ook eere
't betrekkelijk kleine, maar ijverige koor, dat zoo te
zingen wist!
In 't laatste nummer van 't programma, twee kooren
uit Mendelsohns „Paulus" hadden de alten de gele
genheid ons te bewijzen, dat ze in den laatsten tijd
veel zijn vooruit gegaan. „Het thema toch: wie lieblich
sind die Boten" werd zeer schoon voorgedragen. We
hebben den tijd gekend, en dit is nog zoo lang niet
geleden, dat de damespartijen slecht waren, daarom
nog eens: eere den heer Winter!
En nu de solisten.
Mejufvrouw Isabella Piccardt kenden we en kenden
we niet. De leiding in den laatsten tyd heeft hare
stem zoozeer versterkt en verfraaid, dat we ons zeiven
vaak afvroegen Is dat onze oude bekende Daar was
gloed, daar was leven in die stem 1 En na haar
schoone voordracht van Mendelsohn's concert-aria waren
we overtuigd, dat ook Goes voor de muzikale wereld
iets goeds geleverd heeft. Ook de heer van Bemert
van Botterdam heeft ons veel schoons doen hooren.
De voordracht van de aria uit de Elias was goed,
ofschoon wel wat koud, maar zijn zang in Schön Ellen
was bewonderingwaardig.
't Was eene gelukkige gedachte van den heer Winter
om den heer Ermerins van Groningen uittenoodigen
dit concert met zyn spel op te luisteren. De heer
1 Ermerins is hierin volkomen geslaagd. Is de violon-