BIIMiNlENLANPSCHE BERICHTEN. pogingen. Maar het volk wij nemen het woord in den meest uitgebreiden zin heeft zich veeleer tevreden getoond met het openhaar onderwijshet maakt daarvan gaarne gehruik en slechts daar worden klachten gehoordwaar eenige beroerders opstaan om die in den mond te leggen. Dan, ja! schijnt het, dat er van eene algemeene grief sprake zijn kan, maar 't is meest, omdat men zorgt, dat er veel ophef van gemaakt, luide over geroepen wordt. En men zegge niet, dat het volk, zoo het waarlijk gezond verstand bezit, niet zoo ge- maklijk in beroering kan worden gebracht. Wij weten toch welke middelen er worden aangewend; hoe men op het gemoed werkt en van het traditioneel geloof waarin de me nigte is opgegroeid, gebruik maakt om met den schrik der hel te ontroeren of met de belofte van hemelsch geluk te vleien; hoe men met de grootst mogelijke gemoedelijk heid van de kinderzielen spreekt, die door het openbaar onderwijs den duivel en het verderf in de armen worden gevoerd. Wat is al verder dat gemoedsbezwaar tegen de school? Wij willen onze kinderen in de leer der kerk opgevoed hebben en dat kan de godsdienstlooze school niet, zij werkt zelfs de bedoelingen der zaligmakende kerk tegen. Met opzet formuleeren wij aldus, want wij herhalen, hoe men ook over godsdienst en Christelijke leer spreke als hoofdzaken bij het onderwijs, men bedoelt en zoekt heel wat anders. Geeft den bijbel weder op de scholen en van alle kanten zullen de klach ten rijzen, dat die niet zuiver wordt verklaard. Legt den onderwijzer op onderwijs in den godsdienst te geven en hij zal, naar het oordeel der meesten, niet zuiver in de leer zijn. Er blijft dus niet anders over dan voor elke godsdienstige richting bizondere scholen te stichten en het toezicht daarover te bren gen bij die kerken, wier leerstellingen op de verschillende scholen onderwezen worden. Zoo zou het doel worden bereikt en de school weder onder het beheer der kerk wor den gebracht. Laat ons zien wat daarvan zou te wach ten zijn. GOES, 21 October 1872. TWEEDE KAMER. Bij de voortzetting in de Tweede Kamer der discussie over de wet op de besmettelijke ziekten, Yrijdag jl. zijn op artikel 2 (overbrenging van lijders uit logementen, slaapsteden enz.) 4 amen dementen verworpenwaaronder één om de kosten ten laste van het Rijk te brengen. Op artikel 3 is aangenomen een amendement van den heer van Loonom de maatregelen van ontsmetting bij bovengenoemde inrichtingen niet ten koste van den eigenaar of voor diens rekening te bewerkstelligen. De discussie is gevorderd tot art. 7, na ver werping van eenige amendementen op art. 6. Zaterdag zijn de artikelen 7 13 der wet zonder noemenswaardige wijziging aangenomen. Op art. 14 is aangenomen een amendement van den heer Viruly, om kinderen boven de 12 jaren uit huizen, waar mazelen heerschen, niet te verbieden de scholen te bezoeken. Over een amendement van den keeï Heems kerk om aan huisgenooten uit gezinnen, waar besmettelijke ziekten heerschenniet te ver bieden fabrieken en werkplaatsen te bezoeken eerder dan 8 dagen nadat de ziekte geweken ishebben de stemmen gestaaktzoodat heden eene overstemming zal plaats hebben. Bij art. 17 verdedigde de heer Godefroi het amendement tot niet-toelating op de scholen van ongevaccineerde kinderen. Heden voort zetting. Per telegraaf. In de zitting van heden voortzetting der discussie over de wet op besmettelijke ziekten. Ha eenige nieuwe discussie is het amendement Heems kerk, om fabriekarbeiders uit woningen, waarin be smettelijke ziekten heerschen, vrij te laten de fabrieken te bezoeken, aangenomen met 35 tegen 26 stemmen. Het verdere debat loopt geheel en al over de ver plichte vaccinatie van onderwijzers en schoolgaande kinderen Het karakter van het debat is gelijk aan dat van Zaterdag. Aan de eene zijde godsdienstige gemoeds bezwaren, aan den anderen kant het publiek belang en de bescherming der kinderen tegen de zorgeloos heid der ouders. In tegenstelling van het ministerieel besluit, om voortaan de vaccinatie alleen door zede lijke middelen te bevorderen, heeft het hoofd bestuur der vereeniging tot bevordering der volksgezondheid te Dordrecht zich met een adres tot de Tweede Kamer gewend, waarin het nut der vaccinatie nog eenmaal bondig wordt uiteengezet en de wensch wordt uitge sproken, dat de Kamer weldra een wet helpe tot stand brengen, die de vaccinatie in het eerste levensjaar der kinderen gebiedend voor schrijft. Naar men verneemt, stelt zich de firma de Groof en Comp. te Ylissingen voor, reeds in het volgend jaar een aanvang te maken met het bouweD van een steenen badhotel, op eenigen afstand verwijderd van het thans be staande houten gebouw. De concessie voor het stellen van badkoetsen op het strand is reeds door de bevoegde autoriteiten verleend. Het prachtige strand bij die gemeentedie eerstdaags per spoor te bereiken zal zijn, zal voorzeker in het gunstige jaargetijde me- nigen badgast uit Zeeland en Brabant tot zich trekken. NM. Ct.) Men schrijft uit Tholen: Hier ter plaatse heeft zich in den laatsten tijd gevormd eene vereeniging, zich noemendeVerbond in het belang der weezen. Zij stelt zich ten doel, zoo door geldelijke bijdragen als anderszins, in het belang der Thoolsche weezen werkzaam te zijn. Deze vereeniging mag zich reeds in een aan zienlijk aantal leden verheugen. Wij vernemen, dat het bestuur van het Nederlandsche Vredebond alleen van den keizer der Russen een antwoord ontvangen heeft op zijn indertijd door ons medegedeeld adres, dat bij gelegenheid der jongste bijeenkomst te Berlijn aan de drie keizers van Europa werd toegezonden. Yan den Duitschen keizer en van den keizer van Oostenrijk is tot nog toe geen antwoord ontvangen. Naar men ons meldt, is het antwoord van keizer Alexander bij monde van den Russischen gezant te 's Hage aan den secretaris der ver eeniging medegedeeld, doch met verzoek, dat men het niet publiek zou maken. Hbl Naar men verneemt, zal de zaak van dr. J. van Vloten, op 16 November e. k., bij het Provinciaal Gerechtshof in Overijsel in hoo- ger beroep behandeld worden. H Men leest in 't VaderlandDe Friesche Cour. zegt dat het door ons medegedeelde gerucht als of aan den ex-kapitein Janssen door den minister van oorlog een betrekking zou zijn aangeboden, niet juist is, Op grond van nadere informatiën meenen wij thans zeker te kunnen meedeelen, dat van wege het departement van oorlog den heer Janssen een offerte is gedaan om te solliciteeren naar een zekere betrekking. Die offerte moge nu niet precies een aanbie ding van een betrekking zijnin elk geval komt het vrij wel op het zelfde neer. (R. Ct.) De vereeniging Hoop in de Toekomstte Ostende in België, heeft een grooten wedstrijd voor Vlaamsche en Noord-Nederlandsche too- neelvereenigingen uitgeschreven. Achttien daar van hebben reeds aan de oproeping beantwoord, waaronder Rotterdam BrusselAntwerpen MechelenBruggeGentLier en Lokeren. Aan de Nieuwe IJsselbode wordt den 18n uit Hengelo gemeld: In de Nederlandsche katoenspinnerij is de zen namiddag ten zes ure een hevige brand uitgebroken. Aan blusschen valt niet te denken. Het Handelsblad meldt nog het volgende Het hoofdgebouw is grootendeels uitgebrand; de twee stoommachines, de ketels, haspels en duivels zijn gered; woonhuis en goederenloods zijn geheel onbeschadigd. Gebouwen en machines zijn bij de Maag denburger Maatschappij verzekerd. Waarschijnlijk zijn er geen persoonlijke on gelukken bij te betreuren. Acht spuiten deden bij de blussching dienst, waartoe ook de huzaren het hunne bijdroegen. Er heeft zich in den Bommelerwaard eene ziekte geopenbaard onder de paarden, die men niet kent, maar die zeer veel overeenkomst moet hebben met het mondzeer onder het rundvee, althans in zooverre, dat de aangetaste paarden, even als zulks bij de aangetaste runderen het geval is, het vermogen missen om voedsel tot zich te kunnen nemen. Het Provinciaal Geregtshof van Gelderland behandelde Donderdag een zaak van valsche munt. Een jongen uit Kuilenburg nl. had op de volgende wijze valsche kwartjes gemaakt. Hij drukte op twee dunne koperen plaatjes den stempel van een kwartje af, soldeerde deze aan weerszijden op een cent, sneed dan de cent rondom af tot op de grootte van een kwartje en verzilverde dit stuk metaal met kwik, dat hij achter van een spiegeltje had afgeschrabt. Het Hof veroordeelde den beschuldigden tot een cellulaire gevangenisstraf van 6 maanden en 50 boete. Berichten uit Ned. Indie, loopende tot Ba tavia dd. 11 September bevatten mededeelin- gen omtrent den toestand in het Delische, die minder gunstig schijnen dan de laatst hier ontvangene. Wel dreigt onzen troepen geen groot gevaar, maar er wordt toch voortdurend nog gestreden; zelfs moet, volgens de Pinang Ga- zette, een gevecht tusschen de Nederlandsche troepen en de Battaks hebben plaats gehad, waarin van onze zijde ongeveer 20 man wer den gewond en een jong luitenant gedood. Ieders huis in Deli, zegt de berichtgever van dat blad, is letterlijk zijn kasteel, versterkt met versperringen en Hollandsche marinetroepen in garnizoen, dïe dag en nacht de wacht doen. Zware branden hebben weder Batavia ge teisterd. Den 5n en 6" September zijn de Kampong Djawa, achter Molenvliet, en Kam pong Anjer, in het Moorsche kamp, achter het Chinesche hospitaal, ten deele afgebrand. De schade is zeer. groot; verscheiden honder den huizen van steen en bamboe werden ver woest, en daar de brand zich wegens de se dert een maand heerschende felle droogte met ongeloofelijke snelheid verspreidde, verloren tal van gezinnen al wat zij bezaten. De druk komt op met Europeanen gelijkgestelden, in landers, Arabieren en Chinezen neder. Het watersnood-fonds is niet in staat om in de telkens voorvallende rampen te voorzien. In den ochtend van 7 September zijn te Batavia twee lichte schokken van aardbeving gevoeld. Te Padang is de loods, welke dienst deed als Protestantsch kerkgebouw, voor f 50 op vendutie verkocht. Van het vervangen dier loods door een ander lokaal is voorhands geen sprake. Kehtszaken. De arrondissements-rechtbank te Goes, heeft op 7 Octo ber 1872 de navolgende vonnissen uitgesproken: I. F. B. zoon van Petras, 27 jaar, visseher te Bonckante (België) defaillant. D. D. G. zoon van Jacobus, oud 23 jaar visschersknecht geboren en wonende te Philippine, schuldig ver. klaard aan diefstal bij nacht door meer dan een persoon op plaat sen die niet als bewoonde huizen worden aangemerkt of daar mede gelijk gesteld, veroordeeld, de een bij verstek, ieder tot een cellulaire gevangenisstraf van een jaar en hoofdelijk in de kosten van het geding, desnoods bij lijfsdwang op hem te verhalen. II. J. F. zoon van Bart, oud 31 jaar, arbeider wonende te St. Jansteen, schuldig verklaard, lo. aan het in het openbaar toevoegen van smaad- of scheldwoorden, de ten laste legging van eene bepaalde ondeugd behelzende, 2o. het moedwillig toebrengen van slagen en kwetsuren geene ziekte of belet sel om te werken van meer dan 20 dagen veroorzaakt heb bende, onder verzachtende omstandigheden gepleegd, veroor deeld tot twee geldboeten ieder van ƒ8,subsidair in een gevangenisstraf van drie dagen voor iedere boete en in de kos ten van het geding desnoods bij lijfsdwang op hem te ver halen. III. W. V. 34 jaar, particulier wonende) te Goes, J. V, D. W. 41 jaar, particulier wonende te Goes, beiden schuldig verklaard aan het moedwillig toebrengen van slagen en stoo- ten, geener ziekte of werkbeletsel om meer dan 20 dagen veroorzaakt hebbende, de 2e bovendien aan het in het open baar aan iemand toevoegen van smaad- en scheldwoordende ten laste legging van een bepaalde ondeugd behelzende, on der verzachtende omstandigheden gepleegd, veroordeeld de le tot eene boete van f 3.de 2e tot twee boeten van 3,ieder subsidiair, ieders boete in eene gevangenisstraf van één dag en ieder voor de helft in de kosten van het geding, desnoods bij lijfsdwang te verhalen. IV. G. W. 14 jaar, zoon van Jan en E. D. W. 17 jaar arbeiders, geboren en wonende te Cauter, Clingc, Zeeland,

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1872 | | pagina 2