1872. N°. 125. Dinsdag 22 October. 59 jaargang.
Ministerie van Biimenlandsche Zaken.
RIJKS-WATERSTAAT.
Aanbesteding*.
BEKENDMAKINGEN
van het Gemeente-bestuur.
VEEMARKTEN.
dat iederen Dinsdag (be
halve den eersten) in de
maand November aan
staande, zijnde den 12, 19 en 26 dier maand, binnen
deze gemeente, de gewone VEEMARKT zal gehou
den worden.
PERSONELE BELASTING.
PERSONEEL DER SECRETARIE.
BRANDWEER.
Kanaal doop Walcheren.
Verlrek dep Oost-Indische landmail,
Schoolwet-agitatie.
GOESSCHE
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag
en Vrijdag avonduitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal zoo binnen als buiten Goes ƒ1,75.
Afzonderlijke nommers 5 c. met bijblad 10 c.
«HUWT.
Gewone advertentiën worden a 10 c. de regel geplaatst.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten met de daarop be
trekking hebbende dankbetuigingen van 1—8 regels è/1,
Dienst-aanbiedingen, niet meer dan 4 regels bedragende
en contant betaald, 20 c.
Provincie Zeeland.
Op Vrijdag1 November 1872,
des voormiddags ten 10 ure, zal, onder nadere goed
keuring, door den Commissaris des Konings in de pro
vincie Zeeland, of, bij zijne afwezigheid, door een der
leden van de Gedeputeerde Staten, en in bijzijn van
den Hoofdingenieur van den Waterstaat in het 11de
district, aan het gebouw van het Provinciaal Bestuur
te Middelburg, worden aanbesteed:
Het aanleggen van een in het Zwin gelegen
gedeelte van het Uitwateringskanaal in het
voormalig vierde district van Zeeland.
Deze aanbesteding zal geschieden bij enkele inschrij
ving, volgens 434 der Algemeene Voorschriften.
Het bestek ligt ter lezing aan het gebouw van het
Ministerie van Binnenlandsche Zaken, aan dat van het
Provinciaal Bestuur van Zeeland, te Middelburg, en is
voorts op franco aanvrage, tegen betaling der kosten,
te bekomen bij den boekhandelaar M. Nijhopp, Raam
straat no. 49 te 's Gravenhage, en door zijne tusschen-
komst in de voornaamste gemeenten des Rijks.
Den zesden en vierden dag vóór de besteding wordt
de noodige aanwijzing op de plaats gedaan; voorts
zijn nadere inlichtingen te bekomen bij den Hoofdin-
fenieur van den Waterstaat te Middelburg en bij den
ngenieur van den Waterstaat te Sluis.
's Gravenhage, 3 October 1872.
Voor den Minister,
De Secretaris-Generaal,
HUBRECHT.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
maken bij deze bekend:
Goes, den 19 October 1872.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
De Secretaris,
HARTMAN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
herinneren de ingezetenen aan de bepalingen van art.
27 en 42 der wet van 29 Maart 183o (Staatsblad no.
4) omtrent de SUPPLETOIRE AANGIFTE voor de
PERSONELE BELASTING, volgens welke een ieder,
die door uitbreiding, vermeerdering, verwisseling of
het aanschaffen van belasting-voorwerpen der grond
slagen van het personeel, komt te vallen onder toe
passing van een nieuwen of verhoogden aanslag in
den loop des dienstjaars, verpligt is, alvorens en naar
telang der omstandigheden en op de boete, bij art.
5 en 39 vastgesteld, tot het indienen van behoorlijke
aangifte deswege, in voege als bij art. 30 der wet is
voorgeschreven, kunnende daarvoor een biljet ter in
vulling bij den heer ontvanger der belasting worden
afgehaald.
Goes, den 19 October 1872.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. P. BLAAUBEÈN.
De Secretaris,
HARTMAN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
brengen ter openbare kennis, dat aan den heer MA-
R1NUS CORNELIS ZANDIJK, op zijn verzoek, een
eervol ontslag is verleend als beëedigd klerk ter Secre
tarie, en dat diens werkzaamheden zijn opgedragen
aan den heer jhr. MEIJNART JOIIAN pe MAREES van
SWINDEREN, Commies ter Secretarie alhier.
Goes, den 19 October 1872,
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M, P. BLAAUBEEN.
De Secretaris,
HARTMAN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
brengen ter openbare kennis, dat de geneesheeren tot
onderzoek van de ingediende reclames der inge
schrevenen voor de brandweer, eene zitting zullen
houden ten raadhuize, op Honderdag tien, 241
October as. des middags ten twaalf ure,
kunnende tot dien tijd ter secretarie nog opgave ge
schieden van vrijstellingen, die men vermeent te heb
ben, alsmede of men de dienst verlangt af te koopen
of een plaatsvervanger te stellen.
Goes, den 19 October 1872.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
De Secretaris,
HARTMAN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
brengen bij deze ter kennis van allen, die het bedrijf
van schipper uitoefenen of eigenaars van schepen zijn,
dat het door Zijne Majesteit bij besluit van 24 Sep
tember 1872 vastgestelde reglement van policie
voor het lianaal door Walcheren, van
Veere tot JtSiddelburg in het Staatsblad no.
97 is afgekondigd, welk reglement den 11 dezer in
werking is getreden.
Zij maken, overeenkomstig de circulaire van den
heer Commissaris des Konings in dit gewest van den
16 October A no. 5525/2 (Prov. blad no. 108), inzon
derheid opmerkzaam op de bepalingen, vervat in ar
tikel 135 van dat Reglement, luidende: „Dit reglement
wordt gedrukt en verkrijgbaar gesteld bij den sluis-
meester tegen betaling van vijftig cents voor ieder
exemplaar. Elk schipper of bevelvoerder, die het ka
naal bevaart of van de haven gebruikmaakt, moet van
een exemplaar van dit reglement voorzien zijn. Hij
moet dat desgevorderd vertoonen aan de ingenieurs
en beambten met het beheer van het kanaal belast
en, bij gebreke, om hieraan te kunnen voldoen op
hunne aanzegging zich een exemplaar aanschaffen."
Goes, 19 October 1872.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
De Secretaris,
HARTMAN.
POSTERIJEN.
Via MARSEILLE, 25 October per eersten
trein naar Roosendaal.
i.
't Is nu eenmaal niet anders: de school-
questie is en blijft aan de orde en al wilden
wij er van zwijgen, van alle kanten gaan
de stemmen op, die er ons aan herinneren.
Maar staat het wel allen helder voor den
geest, wat zij is, waaruit zij ontspruit, wat
zij bedoelt? De beantwoording dezer vragen,
met het oog op de geschiedenis, kan haar nut
hebben. Wij willen daarom nog eens beproe
ven de zaak in het rechte licht te stellen.
Al voorzien wij ook een heftige tegenspraak,
toch durven wij de stelling uitspreken: de
schoolwet-agitatie is niet anders dan eene
poging van de kerk om over de gewetens
te heerschen en de menigte te leiden naar
haren zin en tot hare oogmerken. Zij zoekt
daarom den ondergang der openbare school,
die de verspreiding van licht en kennis beoogt,
en de oprichting van bizondere scholen, waar
niet de kerkelijke leerstukken vooral de ge
hoorzaamheid van de kerk geleerd wordt, eene
gehoorzaamheid, die men van een waarlijk
verlicht volk niet onvoorwaardelijk verwach
ten kan.
Men zal ons misschien aanstonds te gemoet
voeren, dat de kerk, het lichaam, dat zich
door zijne hoofden of bestuurders laat gelden,
dat althans de protestantsche kerk de school
wet-agitatie niet in het leven geroepen heeft.
Maar zal men ook kunnen ontkennen, dat
de voornaamste bewerkers dier agitatie ker
kelijke personen zijn, en geestelijken en man
nen, die bij elke gelegenheid verzekeren, dat
de kerk de hoogste macht is, dat van haar en
van haar alleen alle heil, alle volksgeluk
uitgaat
Zijn het niet de ultramontanen en die men
gewoon is kerkelijke orthodoxen te noemen,
dus de uitersten der beide voornaamste gods
dienstige gezindten ten onzentdie het eerst
den noodkreet hebben aangeheven, en die
nog steeds voortgaan de menigte te beroeren
met te zeggen, dat de school niet alleen gods
dienstloos, maar aan de godsdienst zelfs vij
andig is? Wordt niet van de kansels wraak
geroepen over «het onderwijs, dat het geloof
aan de kerkelijke leerstukken ondermijnt
Wil men niet de bizondere .scholen om daar
de kerkleer te laten onderwijzen Want al
zegt men ook, dat het er om te doen is den
bijbel weder op de school te brengen, men zou
toch niet dulden, dat die anders werd verklaard
of verstaan dan naar de opvattingder kerk.
't Is waarvelen zijn er, die noch gees
telijken, noch zoogenaamde orthodoxen zijn,
noch zoo'n puriteinschen levenswandel leiden
en toch tegen de openbare school te velde
trekken.
Maar zullen wij moeten wijzen op de ge
schiedenis in onze eigene gemeente, waar
de sehool-agitatie voor sommigen het welkome
middel is om zich zeiven te verheffen, en
zullen wij andermaal in het licht moeten
stellen, hoe vaak uit berekening vermeende
grieven worden aangegrepen en geëxploiteerd,
omdat men daardoor op den voorgrond treden
en zich zeiven eereposten, macht of aanzien
verschaffen kan? Vraagt die mannen eens,
hoe zij denken over sommige leerstukken
der kerk. Hoogstens zullen zij ze met den
mond voorstaan, omdat die leerstukken nog
altijd een zeker bedwang geven over min
der ontwikkelden; maar uit overtuiging!?
't Is ook waarer zijn honderden in ons
landdie aan die beroering deelnemen en
daaronder velen, die tot de kerk in geene
andere betrekking staan dan dat zij hare ge
hoorzame leeken zijn. Maar zijn niet die velen
opgeruid geworden door hen, die wij in de
eerste plaats noemden? Vraagt eens aan menig
lid van het anti-schoolwetverbond, of hij waar
lijk uit eigen overtuiging, uit eigen beweging
is toegetredenof de sterk gekleurde grieven
hem zoo zwaar wogen vóór men hem daarvan
sprak, vóór men hem den schrik aanjoeg, dat
de kerk in gevaar is, dat zijne kinderen diep
rampzalig zullen zijn, als hij niet haastig mede
werkt om de openbare school te sluiten en
bizondere te openen?
Onze tegenstanders zeggendat is natuur
lijk. Het volk is reeds voor een goed deel
door het godsdienstloos (alias goddeloos) on
derwijs bedorven; het volk moet altijd wak
ker worden geschud, omdat het voor groote
belangen doorgaans onverschillig is. Juist
omdat het op een dwaalweg voortholt, moet
het met kracht er op gewezen worden en
tot andere gedachten gebracht. Het is eene
dure verplichting, zoo voegen zij er bij, die
op de menschen van beter inzicht rust om
de menigte voor te lichten en tot medewer
king te dringen.
Voorwaar zij hebben geringe gedachten van
het gezond verstand des volks en zullen moei
lijk kunnen bewijzen, dat, zoo er werkelijk
zoo groote behoefte aan bestrijding van het
openbaar onderwijs bestond, het volk die niet
gevoelen, niet openbaren zou zonder hunne