BUITENLAND.
kwaal. Weder eene waarschuwing voor de vee
houders om geen koegen van besmette plaatsen
bij de hunne toe te laten.
De heer van Spanjevervaardiger van blik
semafleiders te Doorn bij Driebergen, wiist er
in het Handelsblad opdat er op verre na niet
genoeg gedaan wordt om de noodlottige ge-
volgen van het hemelvuur te voorkomen. Naar
zijne meening is er een zeer natuurlijke reden,
waarom men thans veel meer van onge
lukken door het onweder hoort dan in vioegere
jaren. Men heeftzegt hij, de bosschen en
hooge boomen grootendeels weggenomen en
daarmede de natuurlijke afleiders van den blik
sem, en nu neemt de bliksem andere opstaande
voorwerpen. Daarenboven stroomt naar ons
vochtig Nederland sedert eenige jaren veel elec-
triciteit van elders langs de spoorstaven en
eenigzins ook langs de telegraafdraden. De
bliksemafleiders zijn dus veel noodzakelijker
geworden.
De heer Dunkieronze gevierde directeur der
stafmuziek, heeft een groote teleurstelling on
dervonden. Dingsdag ontving hij van Z. M.
den koning uit Zwitserland vergunning, om
Zaturdag te Brussel een concert te geven en
Zondag een matinee, ten behoeve der Neder-
landsche Vereeniging van Weldadigheid.
Alles was gereed om Vrijdag of Zaturdag
met het muziekcorps op reis te gaan en de
heer Dunkier verheugde er zich mede een oude
schuld aan Belgie's hoofdstad te kwijten, toen
Woensdag middag ten één ure het telegrafisch
berigt werd ontvangen, dat Z. M. van gevoelen
veranderd was en er bezwaar tegen maakte
dat de heer Dunkier naar Brussel zou vertrekken.
't Spreekt van zelf, dat in 's konings besluit
moest worden berust, want ook zonder ze te
kunnen gissen moest men Zr. Ms. gronden
daarvoor eerbiedigen.
Doch de heer Dunkier is hierdoor wel eenig
zins in verlegenheid gebragt en wendt nog alle
pogingen aan om Z. M. tot een andere be
slissing te brengen. Inmiddels doet men het
voorkomen als of de reis om het ongunstig
weder is uitgesteld. (H. N.)
In een vorig no. hebben wij het berigt uit
de Arnh. Ct. medegedeeld, dat tegen den wis
selwachter Vleming regtsvervolging is ingesteld
wegens eigendunkelijke wisselverlegging, alsook
tegen den stationschef omdat deze niet belet
heeft dat Vleming ongelast die daad verrigtte.
De Arnh. Ct. maakt zeer teregt als het
medegedeelde althans overeenkomstig de waar
heid is de opmerking dat dit geval sterk
herinnert aan de bekende anecdote van de
jeugdige Spaansche Prinses, die, op het punt
van in een vijver te verdrinken, door een schild
wacht werd gered, waarvoor laatstgenoemde,
als gezondigd hebbende tegen het etiquette-
verbod om een infante aan te raken, met ver
oordeeling tot den kogel werd beloond.
Den Spaanschen schildwacht werd, op voor
spraak van invloedrijke hofdignitarissen, ge
legenheid gegeven om uit den kerker te ont
man niets anders heeft beteekend, dan de voetstappen
rondom de woning uit te wisschen. Bij onderzoek
naar diefstallen wordt namelijk nog al eens sterk
gelet op den indruk dien de voetstappen van den
dief in den aarden grond hebben gemaakt. Van be
faamde dieven is zelfs wel eens de vorm van den
voet bekend.
Ook hij was het, die W. opmerkzaam maakte op
een wit overhemd dat aan den pagger (heg) van zijn
erf was uitgespannen. Dit was hetzefde overhemd
waarvan hij het afgesneden stuk mouw had gevonden
en daaronder, alsof men de plaats door dat hemd had
willen aanwijzen, lagen zijne schrijfcassette en toilet
doos. Al het gestolene lag daar, behalve de con
tanten, die verdwenen waren en die hij nimmer meer
heeft terug gezien. Want de politie die was
treurig, gelijk ik in een volgende schets bewijzen zal.
Welligt vraagt men, of men bij zoo'n gelegenheid
niet wakker wordt. Trouwe inlanders hebben mij dik
wijls verhaald, dat de dieven allerlei akals (middeltjes)
gebruiken om overvalling van de zijde des bestolenen
te voorkomen. Men begint met kluitjes aarde of steen
tjes op net dak te werpen en te luisteren of daardoor
eenig gerucht in de woning ontstaat. Hoort de dief
niets, dan rekent hij er op, dat de bewoner in diepen
slaap is. De dieven breken zoo stil mogelijk den
bamboe-wand open en, naar men zegt, brandt dan
één hunner een bedwelmend middel voor bet ledikant
van den slapende.
Daardoor kan ik eenigzins verklaren mij bekende
diefstallen in dien tijd in eene kamer waar dien nacht
snappen en over de grenzen te vlugten. Zóó,
onderstelt de Arnh. Ctzal ook in dit geval
de vervolging wel worden ingetrokken. Maar
daarmede is, naar haar oordeel, de zaak niet
in orde. Wanneer uit een onpartijdig en naauw-
gezet onderzoek blijkt, dat de wisselwachter
Vleming inderdaad een dreigend gevaar heeft
voorkomen door zijn tegenwoordigheid van
geest, dan heeft hij aanspraak op den dank
van het JSederlandsche reizend publiek, en even
eens van de Maatschappij, die hij voor groote
schade heeft behoed. Deze moet zich dan er-
kentelijker en verstandiger toonen dan de door
luchtige vader van de infante, die, als de vos
uit de fabel, tot den ooijevaar, die hem gered
had, zeidewees maar dankbaar, dat ik u de
keel niet heb afgebeten."
Jl. Donderdag morgen ten circa 10 ure hield
te Huissen, een karretje voor het raadhuis stil.
Twee personen stapten er uit en verlangden
den burgemeester te spreken.
Bij dezen toegelaten, gaven zij te kennen, dat
zij in hun karretje een lijk medevoerden en
dit ter zijner beschikking wenschten te stellen.
Zij hadden van zekeren arm meester te Nijmegen
in last bekomen om een 72 jarigen armlastige
uit die gemeente naar zijne familie te Doe-
tinchem te vervoeren, doch in de nabijheid
dezer plaats had de afgeleefde man den geest
gegeven, hoewel zij aanvankelijk nog meenden
dat hij sliep.
Het lijk is daarna in het lijkenhuis op de
algemeene begraafplaats dezer gemeente bijgezet
en zal daar begraven worden.
Is het de bedoeling geweest zich van dien
armlastige te ontdoen, dan is het plan volkomen
gelukt.
Men schrijft uit Nijverdal, van 7 Augustus.
De werklieden aan de stoomweverij der heeren
Salomonson aldaar omstreeks 500 in getal
hebben heden ochtend het werk gestaakt. De
nieuwe maatstaf voor de af te leveren hoe
veelheid werk, onlangs door de directie vast
gesteld, blijkt thans veel te hoog te zijn, daar
bij de laatste afrekening een menigte werk
lieden aanzienlijke boeten hadden te betalen.
Eenparig eischen de arbeiders teruggave der
boeten, vóór zij het werk hervatten. Tot nog
toe hebben er gelukkig niet de minste onge
regeldheden plaats gehad.
Een detachement husaren is van Zutphen
vertrokken om voor de rust te waken. (Stand.)
Een later berigt zegt eenvoudigdat de
werklieden den arbeid hervat hebben.
Men schrijft uit Polen, van 6 Augustus.
Een verschrikkelijke ziektede zoogenaamde
Siberische pest," is onder het rundvee uit
gebroken, vooral in de gouvernementen Kalisch,
Radomoko en Pefcrokoff.
Aangezien in dit land hoegenaamd geen wet
ten bestaan ter beteugeling van dergelijke ziek
ten zoo is het ergste te vreezen.
De Pruissische regering heeft bereids maat
regelen genomen om het overbrengen van ge
noemde ziekte op haar gebied te voorkomen.
De regementen kozakken, in dit koningrijk
niet minder dan 7 Europeanen sliepen.
Bovendien wordt een ander middel van inbraak
zeer veel in praktijk gebragt, namelijk het onder
graven Sommige Europeanen verkiezen namelijk den
aarden vloer boven de bamboezen mat waarvan ik
boven sprak. Op kurkdrooge gronden is dan ook
dikwijls de aarden vloer, omdat hij zuiverder is, te
prefereren. Welnu de bamboewanden staan op
den grond, gewoonlijk op eene rei steenen om de
witte mieren er af te houden; wat is nu gemakke
lijker dan van buiten naar binnen onder dien wand
door te graven? Dit maakt weinig geraas. Een dei-
dieven kruipt dan door de gemaakte opening naar
binnen en reikt het gestolene den buiten staanden
makker aan. Ook hier gaan zij echter met het noodige
overleg te werk. Onze doctor (vrede zij zijne assche)
woonde op den aarden gronden 't gebeurde wel
eens dat de man, doordien hij over dag nog al eens
een wat lang gerekt middagslaapje deed (van 1 tot
6 ure), 's nachts wat minder rustig sliep. Op zekeren
nacht bemerkte hij dan ook, dat er aan zijne woning
ondergraven werd. Hij staat in de grootste stilte op
en voorziet zich van een hakmes als boven omschre
ven, (dat ook vele Europeanen er op na houden), en
posteert zich aan den wand, gereed om zoodra het
hoofd van den dief door het gat komt, dat hoofd met
een forschen slag te treffen. Reeds vermeidt hij er
zich bij voorraad in eindelijk toch eens een dief op
heeter daad te betrappen en aan dezen geregte wraak
te kunnen oefenen over de menigte diefstallen waar
aan ook hij reeds bad blootgestaan, 't Genot was zoet.
in bezetting', zijn naar het zuiden van Rusland
vertrokken en zullen door nieuwe regementen
worden vervangen. (Arnh. Ct.)
De Rappel bevat een statistische opgave van
de vrijmetselarij volgens welke die orde op
1 Januarij 1865 13 millioen door de geheele
wereld verspreide leden teldeen dit aantal
den 1 Januarij 1872 tot op 16,932,000 ge
klommen was, zoodat het mafonnieke gezin in
zeven jaren met nagenoeg vier millioen leden
zou vermeerderd zijn. De Univers ziet daarin
enkel een bewijs van den toenemenden revo
lutiegeest.
De docent in de Egyptische taal te Hei
delberg; dr. August Eisenloliris in het afge-
loopen voorjaar in Engeland geweest om eene
door den bekenden uitgever der llieroglyphical
Standards, den heer A. C. Harris, in een mum
miegraf gevonden papyrusrol te bestudeeren.
Deze rol wordt beschreven als de schoonste,
grootste, bestgeschrevene en bestgeconserveerde
van alle tot dusver bekende Egyptische papy
rusrollen zij is 40§ meter lang en 424 cen
timeter breed. Zij is afkomstig uit den tijd
van' het einde der regering van koning Ram
ses III, derhalve meer dan 3000 jaren oud
en geeft belangrijke ophelderingen over den
staatkundigen en godsdienstigen toestand van
het toenmalige Egypte. In het zoogenaamde
hieratische schrift geschreven, behelst de rol
eene aanspraak van Ramses 111 aan zijn volk,
inhoudende eene opsomming zijner regeerings-
aaden en verdiensten en tevens een overzigt
der regeering van zijnen vader en grootvader.
Hij gewaagt daarin ook van eene godsdienstige
revolutie in Egypte, zamenvallende met Mozes
eerste verblijf aldaar en van een herstel van
den oud Egyptischen eeredienst, zamenvallende
met den uittogt der Israëlieten uit Egypte.
Het bijbelsch verhaal dienaangaaude schijnt
door deze rol deels bevestigd en aangevuld te
worden hier en daar moeten door het nieuw
gevonden document ook eenige onjuistheden
van dat verhaal aan het licht komen. Dr.
Eisenlolir heeft het resultaat van zijn onder
zoek, benevens eene volledige vertaling der pa
pyrusrol in de Heidelbergsche historisch-pkilo-
sophische vereeniging medegedeeld en deze
voordragt te Leipzig in 't licht gegeven onder
den titel: »De groote Papyrus van Harris,
eene belangrijke bijdrage tot de Egyptische
geschiedenis, een 3000 jaren oud getuigenis
inhoudende voor de stichting van den Mozaï-
schen godsdienst."
Frankrijk gaat, door de opzegging van
de handelstractaten en de invoering van an
dere maatregelen eene oeconomische omwen
teling te gemoet, die door de liberale bladen,
voortdurend betreurd wordt. Zoo bevatte de
zer dagen het Journal des Dèbats wederom
een sterk afkeurend oordeel over het besluit
der nationale vergadering tot invoering van het
staatsmonopolie ter vervaardiging en verkoop van
lucifers, waarover wij reeds in een vorig overzigt
Krampachtig houdt hij het mes omhoog. Daar komt
iets door het gat. Ja, dat is een kop, zoo meent hij.
Met vaste hand slaat hij toe enhij slaat een
aarden pot in duizend stukken
Wat zijn die wijze Wolanda (Europeanen) toch dom,
hebben waarschijnlijk die kinderlijke Javanen (vol
gens de conservatieven) wel gezegd. Dachten die
Wolanda nu werkelijk, dat wij maar onmiddellijk ons
kinderlijk hoofd op het spel zouden zetten 1
Er is op industriëel gebied nog wel wat van die
kinderlijke Javanen te leeren. Voorzigtigheidshalve
staken zij eerst een aarden pot, in den vorm van een
menschenhoofd, door het gat, voor zij hun eigen corpus
er aan waagden. Bovendien hebben zij voor dergelijke
gelegenheden het ligchaam met vet of olie be
smeerd en vlug als een aal glijden ze in Adams-
costuum door het gat heen.
't Is zelfs eens bij een mijner kennissen gebeurd,
dat hij wakker werd doordien een dief wat onvoor-
zigtig zijne kleerkast open deed, zoodat de deur op de
scharnieren, die gebrek aan olie hadden, met een
krassend geluid openging, en dat de dief reeds half uit
het gat was, vóór mjjn vriend, die onmiddelijk op
sprong, hem bereiken kon. Hij was bovendien door
die ontmoeting wat van zijn stuk, en het licht was
uitgeblazen. Met wat meer tegenwoordigheid van
geest had hij den inbreker aan de voeten kunnen
pakken en welligt vasthouden tot er hulp opdaagde.
Maar de man was weg eer hij er aan dacht.
In mijne volgende schets meer over de onveilig
heid op Java.