1872. N°. 84. Donderdag 18 Julij. 593te jaargang. BEKENDMAKINGEN MIDDELBAAR ONDERWIJS. VERKIEZING. Het nieuwe Ministerie. i (.0ÏSSCHF De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdag avond, uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal zoo binnen als buiten Goes ƒ1,75. -Afzonderlijke nommers 5 c. met bijblad 10 c. Advertentiën voor dit blad worden voor ROTTERDAM aangenomen door het algemeen advertentie-bureau van NIJGH V. DITMAR, Wijnstraat Rotterdam. Voor DUITSCHLAND door de heeren HAASENSTEIN VOGLER, te Hamburg. De inzending van advertentiën kan geschieden op den dag der uitgave tot vóór twee uren, des namiddags. Stukken welke men als ingezondenwensckt opgenomen, moeten uiterlijk den vorigen dag aan liet bureau bezorgd zijn. van het Gemeente-bestuur. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES maken bekend, dat, naar aanleiding der op den 11 en 12 Julij jl. gehouden examens op de Hooge Bur gerschool alhier zijn bevorderd, van de voorbereidings tot de 1 ste klasse: 1. L. G. Krol v. d. Hoek, 5. J. H. J. Bartelse, 2. J. Ossewaarde, 6. J. A. Dobbelaere, 3. G. Krol v. d. Hoek, 7. L. J. W. Overtveld, 4. H. J. G. Hartman, 8. W. A. de Laat de Kanter. en voorwaardelijk: G. J. de Backer, 1 B. A. Giltaij, A. E. Janssen, I J. Steketee. van de 1 ste tot de 2de klasse: 1. G. F. W. Geill, 5. A. Smaal, 2. B. A. Overman, 6. D. van der Hoek, 3. J. H. O. Dominicus, 7. A. M. O. Houwer. 4. C. B. M. van Citters, en voorwaardelijk: P. van Dalen, I M. Ravenswaay, J. H. de Laat de Kanter, I P. C. Vroegop. van de 2de tot de 3de klasse 1. P. D. Buijze, I 3. H. A. Janssen, 2. L. F. K. ae Fouw, I 4. K. J. G. de Fouw. en voorwaardelijk: C. Borst, I J. Olivierse. C. J. de Wijs, I van de 3de tot de 4de klasse: 1. P. J. van Voorst Vader, I 3. F. C. de Ridder, 2. H. D. L. Bouricius, 4. L. H. de Bas. en voorwaar del ij k: J. C. J. Massee, P. J- Geill. van de 4de tot de 5de klasse: 1. J. Schraver. ALS TOEHOORDERS: van de 1 ste tot de 2de klasse: P. J. O. de Bruijne, alsmede voor het boekhouden van de 4de tot de 5de klasse. Van de 3de tot de 4de klasse: S. Dekker, en voorwaardelijk: H. Jager. van de Me tot de 5de klasse G. H. van der Meer Mohr. Goes, den 16 Julij 1872. Burgemeester en Wethouders voornoemd, M. P. BLAAUBEEN. De Secretaris, HARTMAN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES, van het stembureau voor de verkiezing van twee le den voor den Gemeenteraad, tengevolge van vermeer derde bevolking, ontvangen hebbende de processen-ver baal van inlevering en opening der stembriefjes waaruit blijkt, dat de heer mr J. I DEL BAERE de volstrekte meerderheid bekomen heeft en eene herstemming moet plaats hebben tusschen de heeren B van ASPEREN VERVENNE die 88, en W. F. BUSING die 72 stem men bekwamen; brengen ter openbare kennis, dat afschriften dier pro- cessen-verbaal op heden ter gewone plaatse zijn aan geplakt en ter secretarie der gemeente voor een ieder ter inzage nedergelegd; alwaar zij kunnen geraadpleegd worden op eiken werkdag tusschen des voormiddags 9 en des namiddags 2 uren. Goes, den 17 Julij 1872. Burgemeester en Wethouders voornoemd, M. P. BLAAUBEEN. De Secretaris. HARTMAN. De gewigtige besluiten en gebeurtenissen, dezer dagen in onze gemeente genomen en voor gevallen, noodzaakten ons eenigen tijd de voor het vaderland gewigtige gebeurtenis van het optreden van een nieuw ministerie onbespro ken te laten. Wij grijpen daartoe deze eerste gelegenheid aan. Na ruiin een maand van allerlei onzeker heid en geruchten, vrees en verwachting, is ons schip van Staat dan eindelijk weder onder de hoede van bekwame stuurlieden, die het niet in tegenovergestelden koers zullen wen den. Met andere woordende vrees, dat de verdeeldheid in de liberale partij ons ten slotte een conservatief bewind met al de gevolgen van dien zou op den hals halen, is voor goed verdwenen nu de heer de Vries in 's konings opdragt tot het vormen van een nieuw minis terie is geslaagd. En, wij ineenen, zeer ge lukkig geslaagd. Die hier aan twijfelen moge, zie hoe het Haagsche Dagblad buiten zich zelve van woede is over het optreden van dit ministerie en zijn eenige hoop vestigt op het weder opflik keren van het vuur der verdeeldheid. Het Dagblad beweert, dat het. tegenwoordige ministerie is opgetreden door den invloed van laster en intrigue, waarvan het Dagblad zelf al de draden in handen heeft, rnaar die het niet zal blootleggen, omdat de koning de mi nisters benoemt. Het Dagblad zinspeelt op vrome gevoelens, waaruit wij zouden opma ken, dat het de anti-revolutionairen beschul digt mede oorzaak geweest te zijn, dat Neder land voor een kabinet Heemskerk-van Zuijlen bewaard bleef. Het blad opent zijn vuur tegen het opge treden kabinet met de herinnering aan de brieven-geschiedenis, waarin de toenmalige mi nister van binnenlandsche zaken Heemskerk Az. met zooveel overijlde onbesuisdheid te werk ging, toen hij de tusschenkomst van een deur waarder inriep voor hetgeen ieder welopge voed man op fatsoenlijke wijze zou hebben gevraagd en verkregen. Het blad deed beter de doode koeijen niet uit de sloot te halen want zij strekken weinig tot eer van het kabinet Heemskerk-van Zuijlen. En deze spijtigheid der conservatieven be wijst duidelijk, hoezeer zij doordrongen zijn van het besef, dat de heer de Vries gelukkig is geslaagd. Voor ieder duidelijk, dat die taak thans eene volstrekt niet gemakkelijke was. Na de votums der Tweede kamer van 30 April en 2 Mei 11., bij welk eerste de meerderheid dei- Kamer het er blijkbaar op toelegde, en er dan ook in slaagde, om het nader overleg tusschen de regering en kamer af te snijden en bij welk laatste een' voornaam deel van het pro gramma van het laatste ministerie Thorbecke werd verscheurd door de volksvertegenwoor digers na die votums vooral had menig liberaal niet zonder schroom de toekomst tegemoet gezien. Gelukkig zijn de naargeestige voorspellin gen en voorgevoelens niet vervuld en hebben wij thans eene krachtige liberale regering. Blijkbaar heeft men bij het vormen van dit ministerie rekening gehouden met de laatste gebeurtenissen op parlementair gebied. En in zooverre is het voorzeker juist gezien, dat men niet moest aarzelen ook hen in dit mi nisterie op te nemen, die men als vertegen woordigers van het jongere element der libe rale rigting zou kunnen beschouwen. Daardoor wordt de kans geboren, dat zelfs de lust van die weinige jonge liberalen, die nu, na de opgedane ondervinding, nog oppositie zouden wenschen te voeren, worde verdoofd. Of nu ook het Dagblad beweert, dat de hier natuurlijke regel reeds een conservatief kabi net voorschreef en de Arnliemsche Courant, koppig genoeg, blijft volhouden, dat het nieuwe ministerie, nu het in liberalen zin is gefor meerd, en dat in verzoenenden geest, het minst zal teleurstellen hem die er het minst van verwacht 't zal ieder, die den toestand van ons vaderland zich helder voor den geest stelt, duidelijk zijn, dat eene andere oplossing dan de tegenwoordige ons weder een eindelooze reeks van parlementair gehaspel had geschonken. Bovenal verlangt de natie thans daden. Wij hebben reden te over, om die van dit kabinet te verwachten. Zijn formeerder, de heer de Vries, kan als minister van justitie zijn va derland groote diensten bewijzen en zijn naam als uitstekend jurist waarborgt ons reeds dat hij de zoo noodige verbetering van onze regts- bedeeling niet zal vergeten. De heer de Vries is een nieuw man en een talentvol man en sints 1863 lid van den Raad van State. Hij is de ontwerper van de wet op de calamiteuse polders. Yelen betreuren het, dat de minister van justitie niet liever het beheer van bin nenlandsche zaken op zich nam. Zij die zoo spreken, vergeten ten zeerste, hoe hoog noodig het is, dat van ons departement van justitie eindelijk eens een organiserende kracht uitga en daarbij, dat de thans opgetreden minister van binnenlandsche zaken, de. heer Geertsema, reeds eenmaal, al ware het dan ook een nood lottig korten tijd, getoond heeft uitmuntend voor zijn taak berekend te zijn. De heer Géert- sema is een kundig man en een gevat spreker. Wij hopen dat hij gelegenheid hebbe zijne volle krachten en talenten ten toon te spreiden. Evenzoo bezitten wij thans in den heer Fransen van Putte een minister van koloniën, die reeds eenmaal getoond heeft, dat de toe passing der liberale beginselen op ons Indisch beheer hem ernst is. Vooral van zijne optre ding verwachten wij zeer veel goeds. De heer van de Putte staat bekend als een doortastend man, en men heeft de natie wel eens bang gemaakt voor een doortastend man op koloniaal gebied. Wij deelen die vrees niet. Een krachtige hand is vooral op dat terrein noodig opdat er éénheid en stabiliteit kotne in het Indisch beheer. De beide ministers, die van buitenlandsche zaken en van marine hebben zich reeds in het vorig ministerie te gunstig leeren kennen, dan dat omtrent hunne daden afwachting noo dig is. Men weet wat men aan hen heeft. De nieuwe minister van finantien, de heer v. Delden? Voorwaar, zijne taak is na het verwerpen der inkomstenbelasting verre van gemakkelijk. Omtrent zijne daden, moeten we dus afwachtend blijven, al geeft zijn par lementair verleden goede verwachting. Dé heer van Delden is een ijverig en werkzaam manvroeger lid van Gedeputeerde Staten van Overijssel, is hij sints geruimen tijd lid der kamer geweest voor Deventer. Menige rede gedurende zijn lidmaatschap der Kamer gehouden toont aan, dat hij zeer op de hoogte is van den finantiëlen toestand en een juisten blik heeft in dezen gewigtigett IHAAT. Gewone advertentiën worden a 10 c. de regel geplaatst. Geboorte-, huwelijks- en doodberigten van 1—8 regels it J1, Dienst-aanbiedingen, niet meer dan 4 regels bedragende en contant betaald, 20 c. i

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1872 | | pagina 1