BUITENLAND. uiag, tot stand te brengen. Het dagel. bestuur ziet ook daarin de toekomst van den arbeider. Hpreker spoort daarom de arbeiders aan die in stellingen te benuttigen en eindigt met namens het bestuur, de Yereeniging geluk te wenschen met deze eerstelingen, welke hp hoopt, dat spoe dig door nieuwe aanvragen zullen gevolgd wor den, terwijl hij derYereeng.de verzekering geeft, dat bet dagel. bestuur, binnen de perken zijner bevoegdheid, steeds bereid zal zijn om de Yer eeniging te helpen. In de tent teruggekomen werd een dronk aan bet succes der Vereeniging gewijd, door den wethouder Kakebeeke met een hartelijk woord het bestuur der Vereeniging toegesproken en door hem dat bestuur een wederkeerigen be- leefdheidsdronk aangeboden in het nabijgelegen stations-koffijhuis, waar het dagelijksch bestuur, het bestuur der Vereeniging en de beer mr. de Witt Hamer zich nog eenigen tijd veree- nigden en waar nog menige toepasselijke rede werd gehouden. Bij den terugkeer van die plaats werden de genoemde autoriteiten met het Wien Neerlands bloed, door de leden aangeheven, ontvangen, waarop nogmaals de heer Kakebeeke dank zeide voor het onthaal en de ontvangst het dage lijksch bestuur te beurt gevallen. Hiermede was de inwjjding afgeloopen en de menigte verspreidde zich. Het terrein was met vlaggen versierd waar- tusschen eenige opschriften als: Eigen haard is goud waard, Door spaarzaamheid verkregen waren aangebragt. En zoo is dan de eerste steen gelegd van de woningen voor arbeiders in deze gemeente. De inrigting is eenvoudig, doch belooft een gezellig tehuis. Door allen die het begrijpen, wat zulk een gezellig tehuis van invloed kan zijn op de beschaving van den arbeider, hoe dit hem kan terughouden van zijne ont spanning buiten 's huis te zoeken, zal het verrijzen dezer woningen zeker worden toe gejuicht. Zij verrijzen daar tevens als het be wijs wat spaarzaamheid vermag en hoe het wegleggen van één of twee dubbeltjes in de week, den spaarzamen arbeider bezitter kan maken van eene eigene woning. Ook wij wenschen der Vereeniging toe, dat hare pogingen steeds met den besten uitslag mogen bekroond worden, en dat zij in het aanvankelijk verkregen resultaat lust en moed moge vinden, om voort te gaan met de uit voering van een plan, dat in ruime mate kan medewerken tot de zoo noodige verbete ring van den toestand der arbeiders. De Times maakt melding van een plan, strekkende om eene versnelde communicatie te verkrijgen tusschen Engeland en Duitscb- land en wel door een directen stoomboot- dienst tusschen Harwich en Vlissingen en den aanleg eener spoorweglijn van Tilburg naar Arnhem, waardoor Vlissingen in onmiddelijke verbinding zou komen met de lijn Salsberg, Osnabruck, Hanover-Berlijn. De overtogt van Harwich naar Vlissingen kan geschieden in 4|. uren. Over Vlissingen zou de reis van Berlijn naar Londen in 23 uren kunnen af gelegd worden, terwijl men daarvoor over Ostende en Keulen 27, over Calais en Keulen 37 uren behoeft. In Groningen heeft andermaal een zwerm bijen een doodelijken aanval op eenige paarden gedaan. Thans heeft dit plaats gehad in den Reiderwolder-polder. Een landbouwer aldaar was bezig met een wagen met 2 paarden klaver uit het land te halen, toen de bijen hem en de paarden aanvielen. De laatsten stierven spoedig en de landbouwer verkeert nog in be- denkelijken toestand. Het vergif der bijen schijnt, als het in betrekkelijk groote hoeveel heid wordt aangebragt, al zeer spoedig en hevig te werken. Voorzigtigheid blijkt dus wel zeer noodzakeljjk. BENOEMINGEN eu BESLUITEN. Benoemd tot regter in de arrondissements-regtbank ie Rotterdam mr. J. C E. baron van Lijnden, thans regter in de arrondissements-regtbank te Zierikzee. Kerkelijke Zaken. Bedankt voor het beroep tot predikant bij de Nederduitsche hervormde gemeente te St. Maartens dijk door den heer F. Ilage, predikant te Wolfaartsdijk. Beroepen bij de christelijk gereformeerde gemeente te Bergen-op-Zoom ds. J li- Donker, predikant te Yerseke; te Krabbendijke en Rilland ae candidaat ABrouwer. De ex-keizer van Frankrijk, heeft na het oordeel, door den raad van onderzoek, betref fende de capitulatie vau Sedan, den volgenden brief geschreven aan de generaals, die de corp sen van het leger van Sedan hebben gecom mandeerd «Generaal, daar ik, krachtens de constitutiën van het keizerrijk, enkel verantwoordelijk ben voor het land, neem ik geen vonnis aan dan dat, hetwelk is uitgesproken door de natie, in behoorlijken vorm geraadpleegd. Ik zal mits dien niet treden in een onderzoek van het rapport van den raad van onderzoek betreffende de capitulatie van Sedan, en zal slechts aan de voornaamste gffuigen van die ramp den neteligeu toestand herinneren waarin wij ons bevonden. Het leger, aangevoerd, door den hertog van Magenta, heeft voortreffelijk zijnen pligt gedaanhet heeft heldhaftig gestreden tegen een tweemaal sterkeren vijand. Toen het naar de muren der stad en in de stad zelve was teruggedrongen, waaropik het heb zien strij den, was het slagveld met 14,000 dooden en ge kwetsten bedekt. De toestand was wanhopig. Toen de eer van het leger gered was door de dap perheid,welke het aan den dag had gelegd,maakte ik gebruik van mijn regt als souverein, door bevel te geven tot het hijschen der parlementaire vlag, en de verantwoordelijkheid voor deze han deling neem ik openlijk op mij. Het opofferen van 60,000 man zou Frankrijk niet hebben kunnen redden, de verhevene toewijding van de bevelhebbers en soldaten zou hier een nut- telooze opoffering geweest zijn. Wij hebben ons dus aan een harde, maar onverbiddelijke noodzakelijkheid onderworpen. Mijn hart is er door verbrijzeld, maar mi]n geweten is er gerust onder gebleven. Generaal, wees verze kerd van mijn hartelijke toegenegenheid. Cam- denplace, 12 Mei 1872, Napoleon De Temps zegt onbewimpeld, dat deze stich telijke zelfverdediging des keizers blijkbaar be stemd was om openbaar gemaakt te worden na de interpellatie Rouher en de zege te vol tooien, welke men van den vice-keizer ver wachtte. De overwinning kwam niet, maar toch verscheen het manifest, nadat het twaalf dagen in portefeuille was gebleven, zoo als blijkt uit de dagteekening. In Napoleons ver klaring, dat hij de uitspraak van den raad van onderzoek niet als wettig erkent, en in zijnen eisch dat het volk bij stemming uitspraak doe over de capitulatie van Sedan, ziet de Temps een nieuw blijk van de naïve onbeschaamdheid en van de avontuurlijke driestheid welke den persoon kenmerken. »Het oordeel van den raad van onderzoek is hem niet voldoende, hij wil het verdict der natie; maar dit verdict," zegt de Temps in overeenstemming met het J. d. D., »is reeds lang gegeven! Indien den ex- keizer nog eenige verlichte vrienden zijn over gebleven, dan zullen zij het zeker betreuren, dat bij door dit ongelukkig manifest het voor deel verspeelt van een zwijgen, dat door ver standige lieden nog zou kunnen uitgelegd wor den als een bewijs van ingetogenheid." De onvoorzigtigheid, die de ex keizer heeft begaan met zijn brief, zal waarschijnlijk niet zonder nadeeligen invloed blijven op eenige zij ner voormalige raadsmannen. Bekend is het dat eenige leden der linkerzijde van de nati onale vergadering voornemens waren het voor stel te dopn tot het in staat van beschuldi ging stellen van de laatste ministers van het keizerrijk; daags vóór de openbaarmaking van Napoleons brief waren zij overeengekomen met de indiening van hun voorstel onbepaald te wachten, doch men mag aannemen dat zij nu tot een andere zienswijze zullen gebragt worden. Admiraal Thehouart heeft wegens zijnen ge zondheidstoestand bedankt voor het president schap van den krijgsraad, die Bazaine zal hoo- ren. Bij zijn schrijven aan Thiers heeft hij de geneeskundige getuigschriften gevoegd, die zijne ziekte bevestigenalzoo zal de krijgsraad door een divisie-generaal gepresideerd worden. De eerste die op de lijst staat is de hertog van Aumaledoch volgens gerucht zou de mi nister van oorlog, op verzoek van Bazaine. den hertog van Aumale onbevoegd verklaard hebben om zitting te nemen in den krijgs raad voor welken de maarschalk verschijnen moet. Door dezen zou nl. beweerd zijn dat de hertog, als oom van keizerin Charlotteweduwe van den gefusilleerden Maxirailiaan, tegenover hem Bazaineniet als onpartijdig aangemerkt zon kunnen worden. Onder de getuigen be vindt zich ook de bekende Regnierdie vóór den val van Metz een diplomatieke zending heeft vervuld. Thiers heeft, bij de achttien grootkruizen welke hij reeds bezit, nog een gekregen: door den Bey van Tunis is hem het grootkruis der orde van Nicban-Ettica gezonden, en daar aan deze onderscheiding de titel van pacha verbon den is, heeft Thiers het regt voortaan zich t.e noemen Thiers-pacha Uit Spanje verneemt men de volgende be- rigten, gedagteekend 25 Mei jl. Heden hebben zich aan Serrano onderworpen al de opstan delingen in Biscaye, die hunne wapenen inle verden. In Navarre staat nu nog maar de bende van Carassa, doch zij is omsingeld door de troepen van generaal Moriones. Zeshonderd Carlisten zijn door Villafranca gekomen. De voorhoede der regeringstroepen onder Moriones heeft eenige geweerschoten gewisseld met 300 Carlisten; onder Carasoeenigen van hen zijn ge dood en velen gekwetst. De benden in Navarre nemen toe, daar vele jongelieden met geweld daarbij gerecruteerd worden. Eene bende van duizend man is opgerukt naar Guernica, maar schijnt zeer ontmoedigd. De Duitsclie rijksdag heeft den 22 Mei, naar aanleiding van een adres der israëlieti- sche gemeente te Lyck, gehandeld over de vervolgingen der israëlieten in Rumanië. Door de commissie voor de verzoekschriften was voorgesteld om, »in aanmerking nemende de stappen, welke de rijks kanselier tot dusverre in deze aangelegenheid gedaan had," op dit adres over te gaan tot de orde van den dag. De heer Bamberger daarentegen wensehte, dat de rijksdag een sterker bewijs van zijne in stemming met de tot dusver gevolgde gedrags lijn der regering zou geven. Zijn daartoe strek kend voorstel stuitte evenwel op de bedenking, dat de rijksregering evenmin als de rijksdag wilde afwijken van het beginsel van non-in terventie; naar aanleiding van dit bezwaar wijzigde hij zijn voorstel en dit werd, met verwerping van het voorstel der commissie, in dezer voege aangenomenHulde brengende aan de tot dusver door den rijkskanselier ge dane stappen in zake de vervolgingen der israelieten in Rumanië, noodigt de rijksdag den rijkskanselier uit om op gelijke wijze als tot dusver er naar te streven, alles te doen, wat naar gelang van omstandigheden voeg zaam mogt blijken om eene herhaling der onlangs voorgekomen ongeregeldheden te voor komen." Met betrekking tot déze zaak doet de nationaal liberale Berliner Autogr. Corres- pondenz opmerken, dat het katholieke centrum, gedurende de discussie, bi) monde van den heer Windthorst, al het mogelijke gedaan heeft om aan het besluit van den rijksdag zoowel als aan de stappen der rijks-regering het ka rakter eener interventie te geven, om daardoor een antecedent te verkrijgen, waarop hij zich later, bij het stellen van den eisch eener Duitsche interventie ten behoeve vau 's pausen wereldlijke magt, zou kunnen beroepen. Teregt, zegt genoemd orgaan, hebben de rijksdag en de regering dien valstrik vermeden door eene voorzigtige redactie van het besluit door den rijksdag in overeenstemming met de regering genomen. In het door vorst Karei van Hohen- zollern geregeerde land houden intusschen de schandelijke onregtvaardigheden tegen de joden niet opin de moldavische stad Roman is zelfs een gruweldaad gepleegd op officiële wijze. Op bevel van den burgemeester en den gemeenteraad is de begraafplaats, welke de israelietische gemeente van Roman reeds sedert lang in haar bezit heeft gehad, ten eeuenmale ver nield; de ringmuur werd afgebroken, de boo- men werden oragehouden, de zerken stukge slagen en het gebeente der begravenen op schandelijke wijze verstrooid.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1872 | | pagina 3