BINNENLANDSCHE BERICTEN.
willend aan Zr. Ms. regering ten behoeve des
lands afgestaan. Zij wordt eerstdaags verwacht
en «al na aankomst zoo spoedig mogelijk ter
bezigtiging gesteld worden."
De alhier gevestigde afdeeling van de Neder-
landsche Maatschappij tot bevordering van Nij
verheid heeft in hare gisteren avond gehouden
vergadering beslote,n, dit jaar geen afgevaar
digde te zenden naar de algemeene vergade
ring, die te Sneek zal gehouden worden, althans
daarvoor geene toelage uit de kas te bestem
men. Mogt een der leden, zonder genot van
toelage, derwaarts willen gaan, dan zou hij
van eene volmagt worden voorzien, ten einde
de tegemoetkoming uit de kas van het hoofd
bestuur te kunnen ontvangen. De punten van
beschrijving voor de algemeene vergadering
kwamen niet belangrijk genoeg voor, om eene
toelage, geëvenredigd naar den afstand, te regt-
vaardigen.
De eerste steenlegging, of eigenaardiger wei-
ligt, de inwijding van de gebouwen door de
Vereeniging »Help u zeiven" door en voor
arbeiders alhier opgerigt wordende, had gisteren
avond, onder begunstiging van heerlijk weder,
plaats.
Tegen zes ure zag men eene groote menigte
zich naar het met vlaggen versierde terrein
aan den Koepoort-singel begeven, alwaar ook
spoedig het dagel. bestuur en de genoodigden
zich verzamelden in eene voor deze gelegenheid
opgerigte tent, waarbij de Harmonie die zich
daartoe bereidwillig had aangeboden, eenige
muziekstukken uitvoerde.
Na aanbod van een glas wijn, heette de
vice-president der Vereeniging de aanwezige
genoodigden welkom. In eenvoudige taal drukte
hij de vreugde der Vereeniging uitnu door
de arbeiders de eer werd genoten, dat de eerste
steenlegging voor hunne woningen zou geschie
den door en in tegenwoordigheid van het dagel.
bestuur der gemeente. Hij bragt een woord
van hulde aan den hooggeachten burgemeester,
die, ofschoon door ziekte verhinderd dit feest
bij te wonen, toch zooveel belangstelling in
de Vereeniging had betoond.
Ook tot air. M. J. de Witt Hamer voor
stander en raadsman in alle zaken de arbeiders
en inzonderheid de Vereeniging betreffende
bragt hij hulde en dank, en noodigde ten slotte
den Wethonder Kakebeeice uit de eerste steen
legging te willen volbrengen.
Alvorens daartoe werd overgegaan, verzocht
mr. M. J. de Witt Hamer, door de Vereeniging
uitgenoodigd bij deze gelegenheid het woord
te voeren, daartoe verlof.
Spreker begon met het dagel. bestuur en
alle aanwezigen dank te betuigen voor hunne
belangstelling door deze opkomst getoond en
trad vervolgens in eenige beschouwingen over
coöperatie en coalitieen hoe de spreuk help
u zei ven" meer en meer leuze was geworden
ook in ons land. Hij betoogde met klem, hoe
een weldaad veelal toch een aalmoes bleef en
nimmer een middel kon zijn om den toestand
der arbeiders te verbeteren, en welk een gunstig
verschil daarmede opleverde de zucht om zich
zelf te helpen, de poging om door onderlinge
zamenwerking, onafhankelijk van anderen, zelf
zijn toestand te verbeteren. Aan die zucht
was coöperatie haar ontstaan verschuldigd.
Spreker wees op de verschillende vereenigingen
in Engeland, Duitschland en Frankrijk maar
achtte het gelrkkig dat men ook in Nederland
op dergelijke vereenigingen wijzen kon.
En niet verre waren de voorbeelden te
zoeken want de eerste steenlegging van heden
leverde het bewijs dat coöperatie ook hier
bestaat. Hij wenschte de vereeniging geluk
met het bereids verkregen resultaat, een re
sultaat dat mede kan werken tot oplossing der
arbeiderskwestieen verzocht vervolgens den
Wethouder Kakebeeke tot het leggen van den
eersten steen te willen overgaan.
Daaraan voldaan zijnde, nam de wethouder
Fransen v. d. Putte het woord. Spreker ving
aan met de mededeeling dat de beer mr. Blaau-
been, burgemr. der gemeente, tot zijn eigen
en zeker ook tot aller leedwezen, door ongesteld
heid verhinderd was tegenwoordig te zijn. Hij
betuigde, ook namens den heer burgemeester,
de onverdeelde sympathie welke deze bouw
bij het dagelijksch bestuur ondervindt.
Zich aansluitende bij de rede van den heer
Hamer, betoogde de heer v. d. Putte, dat door
de zucht tot zamenwerking, tot eendragt, iets
goeds kan tot stand gebragt worden, en dat
ook hier het bewijs werd geleverd, dat vol
harding, die kenmerkende eigenschap onzer na
tie, bezwaren weet te overwinnen en einde
lijk slaagt.
En terwijl men in andere landen slechts door
bloed en gruwelen de hervorming der maat
schappelijke toestanden trachtte te verkrijgen,
zag men hier in onze stille landsdouwe een vreed
zaam werk der beschaving verrijzen, dat echter
niet minder luide spreekt van het streven naar
maatschappelijken vooruitgang.
Maar niet alleen door zamenwerking en vol
harding, ook door kennis, die magtige hefboom,
moet de maatschappij vooruitgaan. Duitsch
land is ons daarin vooruit, maar ook in ons
land, in onze gemeente is de gelegenheid tot
het bekomen van kennis zeer toegenomen. Spre
ker herinnert .wat het bestuur dezer gemeente
tot bevordering van kennis heeft gedaan. Hij
is er trotsch op medegewerkt te hebben, om
die inrigtingen waarop onze gemeente bogen
staatsman der liberale partij te verliezen. In
de tweede plaats vallen al de sclioone ver
wachtingen, welker vervulling in allerlei wets
ontwerpen aanstaande scheen, in duigen.
Welk een toestand gaan wij te gemoet
Onzekerheid heerscht in alles; de meest noo-
dige wetten worden telkens uitgesteld en
wat het ergst is, het valt niet te ontkennen,
dat de liberale partij zelve de oorzaak is van
den tegenwoordigen toestand. Wij dingen niets
af op de zelfstandigheid waarmede verschil
lende leden hunne stem tegen de inkomsten
belasting hebben uitgebragt; maar de stem
ming tegen de motie van Akerlaken is een feit
dat niet te loochenen valt en waaruit niet is
af te leiden, dat men nader overleg met deze
regering op een gewigtig punt van regerings
beginselen op prijs stelde.
De liberale partij alleen kan op dit oogen-
blik regeren. En toch is het gebleken dat een
deel van haar het regeren onmogelijk maakt!
Nog eens, waar moet dat heen?
Moge men inzien het kwaad dat men sticht,
en begrijpen, dat dat spelen met ministerien
tegen den zin is der natie, en dat allermeest het
land, maar niet minder het prestige der partij
daardoor groote schade lijdt.
.GOES, 29 Mei 1872.
TWEEDE KAMER.
De tweede kamer heeft gisteren het ontwerp
van wet tot bekrachtiging van provinciale be
lastingen in Noord-Brabant en dat tot afkoop
van rijkstollen aldaar, beide met 42 tegen 14
stemmen aangenomen, zoomede de andere kleine
ontwerpen; dat wegens verstrekkingen bij de
marine, met algemeene stemmen.
Men leest in de Staats-Courant: »Voor eeni-
gen tijd ontving de minister van buitenlandsche
zaken berigt, dat een Noordsehe schipper, met
name Iiarlsen, op eenen togt om het eiland
Nova Zembla in het vorige jaar, gevonden had
een aantal voorwerpen achtergelaten door de
expeditie die onder Willem Barendsz in 1596-97
aldaar overwinterde.
Na onderzoek bleek het, dat dit berigt ge
grond was en dat er geene reden bestond om
aan de echtheid of de afkomst der gevonden
voorwerpen te twijfelen, maar dat zij s> en bloc"
waren opgekocht door den Engelschen heer
Lister Kay die zich op reis te Hammerfest
bevond.
Door tusschenkomst van Zr. Ms. gezant te
Londen is de gansche verzameling thans door
genoemden heer, voor denzelfden prijs welken
hij er te Hammerfest voor betaald had, wei-
Maar dit is zekerdat zij f van alle mogelijke
dranken of vochten, die in flesschen worden aan
gevoerd zelfs minerale waterenals genever be
schouwen en tevens dat de inlander zonder blik
ken of blozen een flink bierglas genever in eens
uitdrinkt. Er zal dus van het een zoowel als
van het ander in die uitdrukking schuilen. In-
tusschen zij opgemerkt, dat de inlander zelden
genever kooptkrijgt hij een glas, dan drinkt
hij 't graag uitmaar hij zelf besteedt liever zijn
geld aan opium, wedstrijden en het spel; waar
over later.
Dikwijls evenwel beschouwen zij genever als
medicijn en herhaaldelijk is het mij gebeurddat
vrouwen voor hare mannen mij om wat genever
kwamen verzoeken voor allerlei kwalen. Enkele
zeer eenvoudige lieden kwamen wel eens met een
paar duiten aan en vroegen dan, even als hier
in een winkel, voor 5 duiten genever.
Eer de Europeaan wat op orde is met zijne
huishouding gaat nog al eenigen tijd heen. Reeds
in een der brieven gaf ik eene beschrijving
van het huishouden van een nieuweling in het
binnenland van Java. Langzamerhand maken ech
ter de geneverkisten plaats voor eenige stoelen,
tafelsledikant en kast. Die kisten worden dan
gaarne door inlanders geruild voor een paar kip
pen, en door hen gebruikt bij wijze van dispense.
Dagelijks kreeg ik vraag of ik niet een of andere
kist of bak voor kippen of eijeren te ruilen had.
Aan de eerste inkoopen van meubilair is dik
wijls eene niet geringe verbazing van den Euro
peaan verbonden. -
Meestal wacht men eene vendutie in den omtrek
af. De europesche ambtenaren namelijk worden
dikwijls verplaatst of vertrekken om andere re
denen en wijl het te lastig is om al dat meubilair
enz. te vervoeren, zoo wordt er eene openbare
vendutie in en rondom de woning van den ver
trekkende gehouden. Reeds ten 9 ure des mor
gens verzamelen zich de verschillende europesche
en inlandsche kooplustigen en nieuwsgierigen aan
bedoelde woning. Vóór het huis wordt van tijd
tot tijd een slag op een groot koperen of me
talen bekken gegeven, welk geluid verre hoor
baar is. De verkoop vangt aan en de veiling
geschiedt vrij wel gelijk als hier, met dat onder
scheid dat men niet minder dan met een kwartje
tegelijk opbiedt. De opveiler of afslager is een
zoogenaamd inlandsch kind, eene benaming voor
een man of vrouw van iederen leeftijd die uit
een Europesehen vader en Javaansche moeder
is gesproten. Zij hebben een even goeden tact
bij het opveilen als gewoonlijk hier in Neder
land bij de afslagers wordt opgemerkt.
De verkooper is gedurende de vendutie zeer
gastvrij. Allerlei dranken laat hij aan de ver
zamelden presenteren en bij zulke gelegenheden
krijgt de inlander wel eens grond voor zijne
meening omtrent den inhoud van gesloten kisten
Bovendien staat brood en vleesch gereed en de
koopers geraken langzamerhand in eene opge
wekte stemming.
Is nu de vertrekkende een bemind persoon, of
is hij als ambtenaar een aangenaam en nuttig
hoofd geweest, dan geven zijne vrienden of voor
name inlandsche hoofden daarvoor een bewijs
van erkentelijkheid, door op de vendutie eenige
artikels tegen verbazend hooge prijzen te koo-
pen. Men heeft dan soms heel veel genoegen
elkander op te jagen, en ik herinner mij nog
levendig hoe ik op de eerste vendutie die ik
in 't laatst van 't jaar 1858 bijwoonde, een
glazen inktkoker van eenige stuivers waarde
voor f 71,en één ouden stoel voor den enor-
men prijs van ƒ102,zag verkoopen. Ik was
naar die vendutie gegaan om mij wat intespan-
nen, maar het scheen dat ik nog te veel Hol
lander was en ik besloot dat inspannen nog
maar wat uit te stellen. (Ik zal hier echter
maar bijvoegen, dat ik later ook wel eens zoo'n
erkentelijke koop heb gedaan).
Het best is het, eenvoudig het bepaald noo-
dige meubilair op die hoofdplaats te bestellen
waarbij men het digtst woont en successively k
zijn ameublement te completeren. Zij die zich
onderwerpen aan de op Java sterk heerschende
gewoonte onder ongehuwden om eene Javaan
sche vrouw als huishoudster te nemen, krijgen
spoedig eenige regelmatige huishouding en leven
vrij onbezorgd. Wat die huishoudsters echter
voor schepseltjes zijn heb ik reeds in eene vroe
gere schets beschreven. Het best er van te zeg
gen is't is een noodzakelijk kwaad. En al zijn
er velen onder hen die zich alleen toeleggen
op 't vergaderen van eenige bezitting in geld,
kleeding en sieraden, zoo weten zij op andere
wijze weder uit te zuinigen en ik heb bij vele
Europeanen toch ook wel belanglooze Javaan
sche schoonen als huishoudsters aangetroffen, die
in hunne positie hunne eer zochten en daarbij
het huishouden van hunnen heer en meester in
alle opzigten trouw behartigden.
{Wordt vervolgd.)