1872. N°. 69.
Zaturdag 18 Mei. 593te jaargang.
Uithoofde van het Pinksterfeest zal
a. s. MAANDAG geen no. van deze
Courant worden uitgegeven.
Het volgende nummer verschijnt [dus a. s.
Woensdag avond.
Onderzoek van Schulterpligtigen.
EEN TWEEDEN HULP-ONDERWIJZER.
BINNENLANDSCHE BERIGTEN.
GOESSCIIti
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag
en Vrijdag avonduitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal zoo binnen als buiten Goes ƒ1,75.
Afzonderlijke nommers 5 c. met bijblad 10 c.
COURANT.
Gewone advertentiën worden a 10 c. de regel geplaatst.
Geboorte-, huwelijks- en doodberigten van 1—8 regels ƒ1,—
Dienst-aanbiedingen, niet meer dan 4 regels bedragende
en contant betaald, 20 c.
Advertentiën voor dit blad worden voor ROTTERDAM aangenomen door het algemeen advertentie-bureau van NIJGH V. DITMAR, Wijnstraat Rotterdam.
Voor DUITSCHLAND door de heeren HAASENSTEIN VOGLER, te Hamburg.
De inzending van advertentiën kan geschieden op den dag der uitgave tot vóór twee uren, des namiddags.
Stukken welke men als ingezondenwenscht opgenomen, moeten uiterlijk den vorigen dag aan het bureau bezorgd zijn.
BEKENDMAKING
van liet Gremeente-bestixur.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
brengen ter kennis van belanghebbenden, dat de com
missie tot onderzoek der redenen van vrijstelling van
schutterpligtigen hare eerste zitting zal houden op Don
derdag den 23 Mei aanstaande, des middags ten 12 ure
in de groote zaal van het raadhuis.
Deze eerste zitting is gewijd aan het onder
zoek van lien, die in het vorige jaar, om ziek
ten of gebreken voorwaardelijk zijn vrijgesteld en
van de redenenom welke hun deze vrijstelling
is verleend.
Burgemeester en Wethouders roepen met den mees
ten aandrang de belanghebbenden op, voor die com
missie, ter voornoemde zitting te verschijnen, zullende
zij, die hiermede in gebreke blijven, worden geacht
geene redenen van vrijstelling te hebben en onmidde-
lijk worden ingelijfd
Goes den 17 Mei 1872.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
De Secretaris,
HARTMAN.
Het GEMEENTE-BESTUUR van KRABBEN-
DIJKE vraagt voor de openbare school dier ge
meente
De jaarwedde bedraagt 400,behoudens
goedkeuring van heeren Gedeputeerde Staten van
Zeeland.
Sollicitanten wenden zich, onder overlegging
der vereischte stukken tot den Burgemeester
vóór den 31 Mei a. s.
Kkabbendi.tke den 11 Mei 1872.
DOMINICUS, Burgemeester.
C. C. van den BRINK, Secretaris.
GOES, 17 Mei 1872.
Wegens de plegtige begrafenis van wijlen
Hare Koninklijke Hoogheid Mevrouw de Prin
ses Hendrik der Nederlanden, wordt heden geen
Staats-Courant uitgegeven.
De rouwwagen, waarmede het stoffelijk over
schot van H. K. H. Prinses Hendrik van het
station te Delft naar den Koninklijken graf
kelder zal worden geleid, is in zijn geheel met
nieuw zwart fluweel omhangen, welk fluweel
met breed zilverband is omzoomd, terwijl zware
zilveren kwasten de gordijnen versieren. Aan
de beide buitenkanten van den hemel bevin
den zich zilveren doodshoofden, terwijl in den
wagen een catafalk aanwezig is, waarop de
Koninklijke kroon en de insignia van de over
ledene zullen worden geplaatst.
Men zie omtrent de begrafenis-plegtigheid het
telegrafisch berigt aan de binnenzijde
Bij onderzoek in de afdeelingen der Tweede
Kamer van het wetsontwerp tot verhooging
en wijziging van hoofdstuk Y der staatsbegrooting
voorl872 is in sommige afdeelingen in het breede
de vraag besproken, in hoever de maatregelen,
die in den laatsten tijd tot beteugeling der
besmettelijke longziekte onder het vee genomen
worden, doel treffen. Het gevoelen werd daarbij
vrij algemeen voorgestaan, dat men te spoedig
tot het afmaken van besmet of verdacht vee
overgaat en dus ook de afmaking op te ruime
schaal doet plaats hebben. Zeker was 't, dat
de tot nu toe ingeslagen weg niet aan de ver
wachting beantwoordde. Door sommigen werd,
"onder verwijzing naar het geschrift van dr.
Idzerda, met nadruk het gevoelen voorgestaan,
dat men den weg van afmaking van het long-
ziek vee geheel verlaten en alleen in aanmoe
diging der inenting van het vee heil zoeken
rj o o
moest. Aanmoediging der inenting van de
longziekte, des noods door premiën, behoorde,
naar dit gevoelen met verscherping van het
politietoezigt op het zieke of verdachte vee
gepaard te gaan.
De meerderheid der commissie van rappor
teurs, over 't algemeen in dat gevoelen deelende,
meende echterdatwaar de ziekte op een
bepaald tot nu toe bevrijd gebleven punt heerscht
of in sporadische gevallen, ook het afmakings-
stelsel wezenlijk nut kon hebben. Een van de
leden der commissie verklaarde zich nadruk
kelijk en onvoorwaardelijk tegen afmaking.
De maatschappij tot exploitatie van staats
spoorwegen heeft op al hare lijnen het tarief
voor het vervoer van de verschillende ijl- en
vrachtgoederen aanmerkelijk verminderd. Ook
is het bestelloon voor alle goederen door baar
gebragt op 10 cents. Utr. D.)
De indijking van het Zwin is thans door
de Nederl. en Belg. regeringen vastgesteld en
zal spoedig een begin van uitvoering verkrijgen.
Reeds worden den 25 dezer de bedijkings-
werken aanbesteed, waarnaar ook Nederland-
sche aannemers kunuen dingen. Door deze
bedijking worden 124 hectaren land voor Ne
derland en 505 voor Belgie aangewonnen, zoo
dat voor de omliggende streken een ruim veld
tot ontwikkeling van den landbouw wordt ge
schapen.
Men schrijft uit Middelburg:
Met genoegen verneemt men, dat door een
drietal ingezetenen het voornemen is opgevat,
oin te trachten alhier eene broodfabriek opte-
rigten. Zij hebben daartoe belanghebbenden
opgeroepen, om door aandeelen het vereischte
kapitaal bijeen te krijgen. Het is te hopen
dat hunne pogingen mogen gelukken, vermits
aan eene dergelijke fabriek alhier behoefte b -staat.
Uit Vlissingen schrijft menNaar men ver
neemt, wordt een onderzoek ingesteld naar de
vermoedelijke oorzaak van den dood van een
jongeling, die in de vorige week alhier is over
leden. Werkzaam aan het werk buiten deze
stad, schijnt hij aldaar mishandeld te zijn we
gens een door hem gepleegd verzuim. Vol
gens gerucht zou deze strafoefening de aan
leiding zijn geweest tot zijn ziekte en dood.
Het lijk, dat reeds begraven was, is nader ge
schouwd.
Men schrijft uit Hatteru van 10 Mei: De
koning heeft, met handhaving van bet besluit
van gedeputeerde staten van Gelderland, hou
dende weigering van goedkeuring van het be
sluit van den raad dezer gemeente tot het
aangaan eener geldleening groot 20,000, met
de maatschappij voor gemeente-erediet te Am
sterdam voor zoo ver die strekt, ten einde
lo daarvoor af te lossen eene vroeger aauge-
gane geldleening van 2600 tot afbetaling van
de^koopsom van etn huis, en 2° op te rigten
eene school, tevens kostschool voor meisjes -
de daartegen door den raad ingebragte bezwaren
ongegrond verklaard.
Bij dit koninklijk besluit, dat stellig voor
een aantal gemeenten van zeer veel belang is,
werd mede overwogen: dat de leeningen, met
genoemde maatschappij aan te gaan, geschie
den op voorwaarde, dat de gemeente zich ver-
binde om tot dekking van interest-betaling en
aflossing tevens aan de maatschappij eene jaar-
lijksche uitkeering te doen van vijf ten hon
derd van het opgenomen kapitaal gedurende
68 jaren; dat de financiële toestand der ge
meente wel zal toelaten de thans op de ge
meente rustende schuld van ƒ2600 wegens het
aangekochte huis aftelossen, zonder haar voor
den tijd van 68 jaren te bezwaren en op het
toekomstig geslacht den dubbelen last te leg
gen èn van de betaling der anuïteiten voor
de nu aangegane leening èn van vernieuwin
gen van het gebouw, die zeker vóór afloop
van den termijn gevorderd zullen wordendat
ook de oprigting eener nieuwe school geen
werk is van dien omvang, dat de kosten, daar
toe vereisent, over een zoo lang tjjdvak be-
hooren te worden verdeeld. NR.-C.)
In de classis Groningen circuleert een adres
aan de synode der Nederlandsche Hervormde
kerk van den volgenden inhoud
Hoogeerwaardige heeren en broeders,
De ondergeteekenden predikantenkerke-
raadsleden, oud-kerkeraadsleden, lidmaten der
Hervormde kerk, woonachtig in het ressort der
classis Groningen,
hebbendemet velen in de Nederlandsche
Hervormde kerk de ervaring opgedaan dat
het godsdienstig vieren van dusgenoemde tweede
feestdagenals daar zijn de tweede Paasch-,
Pinkster- en kerstdagen, sinds jaren in verval
is geraakt en meer en meer bij de gemeente
leden in onbruik komt,
overwegende dat die dagen, nu zij am hunne
oorspronkelijke bestemming (namelijkrust vau
de gewone werkzaamheden, met het doel om
de godsdienstige zamenkomsten bij te wonen)
niet meer beantwoorden, maar veeleer integen
deel gelegenheid en aanleiding schijnen te geven
tot losbandigheid, onmatigheid, uitspatting en
geldverspilling
overwegende, dat de kerk niet behoort mede
te werken aan de vermeerdering van die ont
aarding waartoe in den loop der tijden de
feestdagen zijn vervallen
overtuigd dat het niet meer kerkelijk vieren
dier feestdagen een voorwendsel te meer moet
wegnemen tot feestvieringen in onchristelijkeu
en onkerkelijken zin,
achten het wenschelijk: dat bedoelde feest
dagen worden afgeschaft, in dien zin dat op