De viering van het tweede Eeuwfeest der
vrijheid van Vlissingen.
BUITENLAND.
van 7 tot 94 ure muziek uitvoeringen op het
marktplein geven van 1 tot 3 ure zal eene
gemeente-vogelschieting om een zilveren ver
gulde medaille, uitgeloofd door de handboog-
schutterij »de Drie Korenbloemkens", plaats
hebbenten 4 ure optogt der verschillende
corporatiën, bestaande uit 23 nummers, waar
aan zal worden deelgenomen door het muziek
gezelschap, de bandboogschutterij, de leesver-
eeniging, de jongelingsvereeniging en de school
kinderen, besloten door eene eerewacht te paard;
daarin komen o. a. voor de Prins van Oranje
te paard met twee edelknapen aan weêrszijden
van 's prinsen teugel, voorts schilddragers met
de wapens van Nederland, Brielle, Zuid-Holland,
Zeeland en Kruiningen en het insigne der
Watergeuzen eene schuit bemand met Wa
tergeuzen, Lurney, graaf van der March, Willem
Bloys van Treslong en Jacob Sirnonsz de Rijk
te paard; ten 10 ure groot vuurwerk vervaar
digd door den kunstvuurwerkmaker Hendricks
te Antwerpen, bestaande uit 9 nummers, af
gewisseld door vuurpijlen, bengaalsch vuur, enz.;
De woningen van vele ingezetenen zullen des
avonds worden geïllumineerd; de schoolkinderen
worden Da den optogt door de zorg der com
missie onthaald, terwijl hun van wege het ge
meente-bestuur tot een aandenken aan dezen
dag feestplaten worden verstrekt.
Moge het weder gunstig zijn en de feest
vreugde niet door omstandigheden verhinderd
worden, dan zullen Kruiningen's inwoners feest
vieren hunner waardig en hun ouden roem
handhaven.
Onder het afdrukken ontvingen wij per tele
graaf de annonceop de volgende pagina voor
komendewaaruit blijkt dat de feestviering wordt
uitgesteld. Naar wij vernemen is de reden tot
dit uitstel van zeer treurigen aard.
Heinkenzand, 25 Maart. Heden viel den zeer
eerw. heer P. A ens foots, pastoor dezer gemeente,
bij gelegenheid van zijn 50sten verjaardag, de
hartelijkste deelneming en hulde te beurt vau
den kant zijner gemeentenaren, die, zeker een
blijk van erkentelijkheid willende geven voor
het goede, door hunnen herder hier tot stand
gebragthunne heilwenschen met fraaije ge
schenken deden gepaard gaan.
Algemeen geniet de jubilaris de achting zijner
medeburgerszoodat zijn eerw. bij het ein
digen van dien heugelijken dag, verrast werd
met eene serenade van de alhier bestaande
harmonie Fanfare." lnges
Te Ellewoutsdijk zal men, ter gelegenheid
van het herdenken van de inneming van den
Briel, ook feestvieren en uit eene aan de hui
zen der ingezetenen te houden collecte de school
kinderen onthalen en eenige volksspelen uitvoeren
De verlossing der Zeeuwsche steden uit de magt
van Spanje werd, na twee eeuwen, met uitzonde
ring van -Sluis (destijds, A°. 1804, onder Franscbe
heerschappij), plegtig en met dankbare vreugde
gevierd: te Vlissingen den 6 April en te Veere
den 3 Mei 1772, te Middelburg den 20 Februari]
1774, te Zierikzee den 7 November 1776, te Goes
den 22 Maart en te Tholen den 17 April 1777, te Axel
den 17 Julij 1786 en te Hulst den 9 November 1845.
Van ouds vierden onderscheidene volken de jubel
jaren van merkwaardige verlossingen. Geen wonder,
dat ook de ontworsteling aan het Spaansclie dwangjuk
in het vrije Nederland, gelijk vroeger, ook nu met
geestdrift herdacht wordt. Kon evenwel het eerste
eeuwfeest dier heugelijke verlossing, wegens treurige
omstandigheden, in de meeste Zeeuwsche steden even
min als elders, en, naar het schijnt, alleen te Axel
(den 16 Julij 1686) en te Hulst (den 5 November 1744,
onder den naam van den honderdsten jaarlijkschen dank
dag) plegtig gevierd worden, gunstiger toestand
des lands stemde alom aller harten, om den dag van
het tweede eeuwfeest aan vrijheidsvreugde te wijden-
Trouwens, Vlissingen in 1572, onder hoogere leiding,
een eerste voorbeeld van zelfverlossing, gaf ook nu
het voorbeeld tot eene dankbare viering van dit jubel
jaar van bevrijding. Reeds den 5 October 1771 had
de burgemeester Evert Clyvlr daartoe een voorstel
bij den raad gedaan, waarop den 29 Februarij 1772
een besluit met bepalingen ter feestviering volgde. Na
velerlei voorbereiding daagde dan toen de morgen van
den 6 April, waarbij de heerlijkste zonnestralen op
de feestelijk getooide en druk bezochte stad aller juich
en jubeltoonen wekten. De burgemeester Antonie
Bieter Lambrecutsen van Putthem opende van rege
ringswege op het stadhuis de feestplegtigheden met
eene gepaste aanspraak. Vervolgens werden 9 afge
vaardigden van wege de Ed. Mog. heeren Staten van
Zeeland door even zooveel raadsleden van Vlissingen,
aan de buitenplaats van gemelden burgemeester, bij
den slagboom buiten de Rammekenspoort, plegtstatig
ontvangen, en met 9 rijtuigen, langs den buitensingel
door de voormalige op dit feest zinrijk versierde
Middelburgsche poort, (waar men vóór twee eeuwen
den vijand uitdreef eu buitensloot) onder afwisseling
van muziek, klokkenspel en geschutgebulder, door de
prachtigste praalbogen, geschaarde krijgsmagt en fees-
telijken optogt, naar liet stadhuis geleid. Na eeu wei
nig toevens aldaar, werden alle l'eestgenooten met
statig klokgelui kerkwaarts geroepen, om Gode te
danken, die den lande eene vrijheid had beschikt,
waarin men zich te Vlissingen reeds twee eeuwen
mogt verheugen. Rcgt passende feestreden werden
uitgesproken door de leeraren Jan Jakob Braue in de
St. Jakobskerk, en Jona Willem te Water in de
Middelkerk, terwijl het ingezamelde voor de armen,
ten bedrage van 1800 gulden, met nog 72 gulden ver
meerderd, juist het jubeljaar der verlossing herinnerde.
Voorts werden zoowel de armen als de aanzienlijken
feestelijk onthaald, waarbij van regeringswege 15 gou
den en 352 zilveren, en door den burger-krijgsraad
verscheidene andere zilveren gedenkpenningen werden
uitgereikt of bestemd, ook aan het Zeeuwscli Genoot
schap der Wetenschappen, waar men mede nog eenen
fraaijen penning, op de eigenlijke verlossing in 1572
bewaart.
Des avonds was de stad luisterrijk verlicht, eu
eerst laat in den nacht gingen de dankbare volks
scharen uiteen, met den wensch, dat dit feest der vrij
heid, zoo hier als alom in het vaderland, van geslacht
tot geslacht en van eeuw tot eeuw, gevierd moge wor
den, welke wensch dan ook nu op den 6 April e. k-
aldaar eene regtmatige bevrediging zal erlangen!
W. v. i). B.
Regtszaken.
Te Arroudissements-regtbank te Goes, heeft den 25 Maart
de navolgende vonnissen uitgesprokenin zaken
1. J. S. Cz.t 57 jaar visscher, geboren en wonende te
Tholen, beklaagd van het met woorden beleedigen van een
bedienend beambte, ter gelegenheid van de waarneming zij
ner bediening, veroordeeld tot eene geldboete van acht gul
den, subsidiair in eene gevangenisstraf van 3 dagen en in de
kosten van het regtsgeding, invorderbaar bij lijfsdwang.
2. J. K., zoon van J. 26 jaar, geboren en wonende te
Waarde, beklaagd van eenvoudigeu diefstal. Vrijgesproken,
de kosten te dragen door den Staat.
3. J. F. Vparticulier wonende te Boscbkapelle, beklaagd
van te hebben verzuimd aangifte te doen voor de nationale
Militie, veroordeeld tot een^ geldboete van één gulden, sub
sidiair ia eene gevangenisstraf van één dag en in de kosten
van het geding, invorderbaar bij lijfsdwang.
4. P. J. L. Czoon van P. J. L., 52 jaar, geboren te
Toetelen bij Brugge, koopman te Selzaete (Belgie), beklaagd
van bet moedwillig toebrengen van een stoot, geenerlei ziekte
of beletsel van te werken van meer dan 20 dagen veroor
zaakt hebbende. Vrijgesproken, de kosten te dragen door
den Staat.
5. A. N.t zoon van J., 33 jaar, timmerman te Houtenisse,
beklaagd van bet met dreigementen beleedigen van een be
dienend beambte in functie, veroordeeld tot eene geldboete
van vier guldensubsidiair in eene gevangenisstraf vau een
dag en in de kosten van het geding, verhaalbaar bij lijfs
dwang.
6. D. V.y zoon van K., 50 jaar, arbeider te Ellewouts
dijk, beklaagd van eenvondigen diefstal, veroordeeld tot eene
gevangenisstraf van 183 dagen, in eenzame opsluiting te on-
dergaan, en in de kosten van 't regtsgeding, invorderbaar
bij lijfsdwang.
7. J. C. M. 22 j., dienstmeid te Goes; beklaagd van
diefstal door een loonbediende, ten nadeele van haren mees
ter en van lieden, die zij niet diende, maar die zich iu het
buis van baren heer bevonden. Veroordeeld tot eene cellulaire
gevangenisstraf voor den tijd van één jaar en in de kosten
van het geding, verhaalbaar bij lijfsdwang; vrijgesproken
van betgeen baar meerder bij dagvaarding is ten laste gelegd.
ra—h—i
Zooals wij reeds vroeger mededeelden is de
petitie van den bisschop van Orleans betrek
kelijk de pauselijke aangelegenheden, door de
nationale vergadering van FranKrijk niet
ontvankelijk verklaard. Le Temps hoopt, dat
door dit besluit aan deu heer Founder, Frankrijks
nieuwe vertegenwoordiger te Rome, het volbren
gen zijner taak zal worden gemakkelijk gemaakt.
De heer Fournier heeft een scherpen aanval te
doorstaan in Veuillots Uuivers. die, ontsteld dooi
de verdaging van de petitiën of liever dooi
de niet-ontrankelijkverklaring van hare onder
teekenaren, woedend is op den heer Fournier,
»aan wien op zijne loopbaan de groote eer en
het bijzondere geluk te beurt valt mede te
werken tot Italie's eenheid, bij te dragen tot
hare erkenning door Rusland," enz. Ook per
soonlijk wordt Fournier door Veuillot aan
gerand: »hij Founderis een zwakkelijk,
stroef mensch, klein van gestalte, nog niet
eens zoo groot als Thiers, en niets in hem
herinnert op het Vatikaan Karei den Groote
op het Capitolium Brenuus! Ja/' zegt Veuillot
»ue wereld zal hem zien en lagchen, de eeuwen
zulleu hem zien en zich verbazenhet is een
schande!" en hij moet bekennen: »dat is ge
schied, zoo als wij vreesden, ten gevolge eener
overeenkomst tusschen den heer Thiers en rnsr.
Dupanloup
De studenten van Parijs zijn in opstand ge
komen tegen Dr. Dolbeauprofessor in de pa
thologie. Leze is zeer streng op examens,
maar daar de studenten zulk een reden niet
konden aanvoeren 0111 hun oproerigheid te
wettigen, hebben zij er een tweede bij verzon
nen, namelijk dat genoemde hoogleeraar een
communalist, die als zwaar gewond in het
hospitaal gebragt en door hem genezen was,
aan de politie zou hebben uitgeleverd, zoodat
hij de gastvrijheid en een geheim van zijn
ambt zou hebben geschonden. De deken Wurtz,
die bij de studenten zeer gezien is. heeft dezen
het schandelijke van dien laster onder de oogen
gebragt, maar te vergeefs, het tumult op de
collegies vau prof. Dolbeau bleef aanhouden, de
regen van notendoppen en oranjeschillen even
eens, en tot nadere aaukondigiug is de medi
sche school gesloten en zullen er geen exa
mens worden afgenomen.
Jl. Zaturdng is in de Nationale vergadering:
o oo
een wetsvoordragt aangenomen, waarbij het
vervaardigen en het verbruik van likeuren, van
op brandewijn gezette vruchten en van gebot-
telden brandewijn aan regten worden onder
worpen, aan het alcohol-gehalte dezer dran
ken geëvenredigd, 'Twee amendementen op die
voordragt, strekkende, het eene, om het ver
vaardigen van absintli met 500 fr. per hec
toliter te treffen, en het andere om den ver
koop van extract van absinth voortaan alleen
als geneesmiddel toe te laten, werden in over
weging genomen, minder met het oog op het
stijven der schatkist dan wel op het tegen
gaan van de dronkenschap. De leden, die be
doelde amendementen voorstelden en onder
steunden, hebben, wel verre van te ontkennen
dat daardoor aan de likeurstokerijen enz. een
zeer drukkende last werd opgelegd, verklaard,
dat het juist hun doel was, door deze bepa
ling een indirect verbod vau den alcohol vast
te stellen0. a. werd aangevoerd, dat, gelijk
onlangs uit eene in de academie van weten
schappen te Parijs gedane mededeeling was
gebleken, het jaarlijksch verbruik van alcohol
in Frankrijk, in 1820 nog slechts 350,000
hectoliters, in 1869 tot 978,000 gestegen was,
waarvan wel een gedeelte tot verschillende in
dustriële einden diende, maar die toch groo-
teudeels tot het stoken van likeuren werden
aangewend. Door de tegenstanders der amen
dementen werd 0. a. betoogd dat, blijkens de
ervaring, hoe zwaarder een artikel van alge
meen of veelvuldig verbruik belast werd, te
vernuftiger de fraude in het bedenken van ont
duikingen der wet werd. Zij verklaarden dan
ook, van een degelijke wet op het lager on
derwijs, anders gezegd van de toeneming dei-
zedelijke en godsdienstige beschaving, een betere
uitkomst dau van deze fiscale wet te verwachten.
Uit lEngelanu verneemt men, dat de nota
door de regering in antwoord op de Arueri-
kaansche nota gezonden, in de hoffelijkste en
met zorgvuldigheid in de vriendelijkste be
woordingen gesteld is. Zij is zeer lang en
behelst een breedvoerige uiteenzetting van de
argumenten. Tevens wordt in de nota niet
slechts het protest herhaald, hetwelk in die
van 3 Februarij vervat was, met opzigt tot de
niet-ontvankelijkheid van eischen op gevolg
trekkingen gegrond, maar ook uitdrukkelijk
verklaard dat onze regering zich niet bij magte
gevoelt om de vraag, of de genoemde eischen
toegelaten moeten worden aan de uitspraak van
de scheidsregters te Genève te onderwerpen.
Deze mededeeling schijnt dus het vermoeden
te bevestigen dat het bewind der Vereenigde
Staten het voorstel deed om het billijke van
het beginsel der bovengemelde eischen van de
uitspraak te Genève te doen afhangen. Of
dit voorstel vergezeld ging van de verzekering,
later niet te zullen aandringen op eenige schade
vergoeding aan zulke eischen verbonden, blijkt
niet uit hetgeen de Observer berigt, behalve