BUITENLAND.
De nieuwbenoemde Minister van Oorlog, ge-
neraal-majoor Del-pratheeft als zoodanig zijn
functié'n aanvaard en het Departement over
genomen.
Door de Kamer van Koophandel en Fabrieken
te Arnhem, is een adres aan de Regering in
gediend, strekkende om, in navolging der Gro-
ningsche Kamer, aan te dringen op de afschaf
fing van het zoogenaamde busregt droit cle
boité) aan de postkantoren.
Het derde stoomschip der stoomvaart-maat
schappij Nederlandde Conradkapt. Oort, zal
medio Maart via Suez naar Batavia worden
geëxpedieerd.
Wij vernemen, dat ook te Gent (België) zich
binnen kort, door de zorgen van den Vlaam-
schen letterkundige Julius Vuylsteke eene sub
commissie vormen zal, om het gedachtenisfeest
der inneming van den Briel te bevorderen.
De gemeenteraad te Amsterdam heeft ver
schillende besluiten genomen met betrekking
tot de burgerdag- en avondschool, die den
bloei dier inrigting zeer bevorderen moeten.
O. a. is besloten tot vermindering van 't school
geld en geheele vrijstelling van onvermogenden.
Men schrijft ons uit Hulst, 6 Februarij.
Aan het station alhier heeft gisteren een groot
ongeluk plaats gehad. Toen de wisselwachter
Verkouteren een wagon kolen hielp verplaatsen
geraakte zijn kind onder den waggon. Na
nog een uur te hebben geleefd was het een lijk.
Omtrent het natuurverschijnsel, ook hier ter
stede Zondag avond waargenomen, bevat het
Utrechtseh Dagblad de volgende mededeeling
Naauwelijks was de zon bij een nagenoeg
volkomen heldere lucht ondergegaan, toen een
eigenaardig rood schijnsel in het oosten de aan
dacht van velen trok. Aan den horizon breid
de het zich omstreeks van het noordoosten
tot het zuidoosten uit, en verhief zich, naar
boven smaller wordende, weldra tot aan het
zenith en weldra daar voorbij. Het was het
begin van een prachtig noorderlicht, ofschoon
de hoofdzetel zich gedurende geruimen tijd in
het oosten vertoonde). Omstreeks ten zes ure
had zich een gordel gevormd, die uit het oosten
voorbij de planeet Jupiter ging, zich bezuiden
het zenith tot in het west-zuid-westen uitstrekte.
Yan het hoogste punt gingen breede roode
stralen naar verschillende deelen van den horizont
uit, met andere woorden: de noorder lichts-
kroon had zich volkomen gevormd en het
geheel leverde een allerprachtigst schouwspel
op. In het noorden zelfs was tot dien tijd
niets bijzonders op te merken. Omstreeks ten
half zeven ure vertoonde zich echter in die he
melstreek een min of meer donkere bank, en
wel tot op een hoogte van omstreeks twintig
graden, (het dusgenoemde donkere sigment)
ofschoon de lichtzoom, waardoor het anders
meestal is omgeven, daaraan thans niet was
te zien.
Het prachtige schouwspel duurde met vele
afwisselingen gedurende den geheelen avond
voort. Ten elf ure vertoonde zich nog in het
oost-noordoosten een sterke roode gloed. Dit
schoone noorderlicht onderscheidde zich van
vele anderen vooral in twee opzigten. Voor
eerst doordien de stralen in het algemeen zeer
breed warenwant behalve dat een algemeene
roode gloed in het oosten zigtbaar was, had
den vele stralen een breedte van vijf of zes
graden. In de tweede plaats was de kleur,
zoowel van de grootste lichtmassa als van de
meeste stralen rood. Slechts enkele stralen wa
ren wit of van een andere kleur.
Zooals gewoonlijk, ging ook dit noorderlicht
gepaard met een groote afwijking der magneet
naalden van haar gewonen stand, of een mag
netische storing,
Het verdient opmerking, dat gister morgen
de barometerstand te Petersburg zeer hoog was,
n. 1. 782 millimeters, terwijl die te Brest 756
760 millimeters, enz.
Het zou onvoorzigtig zijn om uit een en
ander eenig gevolg te willen afleidenalleen
kan hier vermeld worden, dat in vroegere der
gelijke gevallen groote veranderingen in de
temperatuur gevolgd zijn.
Aan de N. Rott. Ct. wordt geschreven, dat
er nog volstrekt geen sprake kan zijn van een
compromis tusschen de Brielsche hoofdcommis
sie en de Utreehtsche commissie voor het Asyl.
Eerstgenoemde zou er bezwaar tegen hebben
het Zeemanshuis in plaats te doen stellen van
haar monument-plan waarvoor zoo zegt de
briefschrijver, de natie door ruime bijdragen,
die in handen der hoofdcommissie gesteld zijn en
dagelijks nog toenemen, haar sympathie betuigt.
Gelijk wij gister reeds zeiden, blijven wij nog
steeds de hoop koesteren, dat het met de over
eenstemming of toenadering althaas tusschen
beide commissiën gunstiger rnoge staan dan bo
venstaand berigt doen gelooven, of dat, zoo
nog bezwaren zich daartegen mogten verzetten,
ook die zullen worden uit den weg geruimd.
De hoop hierop schijnt niet ongegrond; al
thans de berigtgever van de Brielsche hoofd
commissie aan het Leidsch Dagblad meldt he
den aan dat blad omtrent bovenbedoeld punt
»Er was een commissie uit de Brielsche hoofd
commissie naar Utrecht afgevaardigd. Dat
een verzoening het resultaat van haar zending
is geweest, schijnt wel waar te zijn, maar
waarin die verzoening bestaat, weet ik niet."
Dezelfde berigtgever deelt mede, dat:
Volgens advertentie in het Utr. Dagblad tot
heden o. a. zijn ingekomen, bij de commissie
voor het op te rigten Asyl voor oude en ver
minkte zeelieden, ter herinnering aan de in
neming van den Briel door de Watergeuzen
op 1 April 1572: Van Z. M. den Koning 1000,
van de leden rler Commissie f 7220, vaneen
ongenoemde f 1000, van dr. Nnij.ns f 5, van
\VJ. Verkerk te Utrecht 30, van ds. J.
W. Felix te Utrecht 5van J. W. Frucht
te Amsterdam f 5 van den heer Repelaer van
Spijkenisse te Brussel f 10, van mi'. R. J. Graaf
Schimmelpenninck tot Nijenhuis te 's Hage f 100,
van den heer J. AH. de la Sarras te 's Hage
j 100 van jhr. Elout van Soetenvoude te 's Hage
J 25. van jhr. mr. J. G. van Panhuys te Leeu
warden 20, van jhr. O. W. Stavenisse de Brauw
te 's Hage 5 en v*u jhr. F. L. W. de Koek
te 's Hage 25.
BENOEMINGEN.
Benoemd tot sluiswachter, waarnemend havenmees
ter van het kanaal van Voorne aan de Mleuwersluis,
H. Feitjes, thans sluismeester, waarnemend havenmees
ter bij het kanaal van Zuid Bevelandtot sluismeester,
waarnemend havenmeester bij het kanaal van Zuid-
Beveland E. Spaan, thans assistent sluiswachter bij
het kanaal van Voorne.
Kerkelijke Kaken.
Men schrijft uit Oudelande van a Februarij
Gisteren in den namiddag heeft dominé J. Doorenbos
alhier voor eene talrijke schare afscheid van zijne
gemeente genomennaar aanleiding van Kolossensen
III vers 1b a. Aan het einde der Godsdienstoefening
zong de gemeente staande het laatste vers van Ps. 121
Beroepen te Baarland ds. A. Bouma Gzn., pred. te
Schipluiden;
De nationale vergadering van Frankrijk
heeft dezer dagen twee belangrijke besluiten
genomen t. w. opzegging van het handels-
tractaat met Engeland en verwerping van het
voorstel van een der leden, de heer Duchatel,
om Parijs weder tot zetel der regering te ma
ken. De dagbladen zijn opgevuld met beschou
wingen over deze twee besluiten en hare ge
volgen. Het Journal des Debats zegt omtrent
het eerstgenoemde besluit: »Wat onze tegen
woordige ministers eene verkeerde handeling
noemenwordt door alle staatsmannen van
Europa reeds vijftien jaren achtereen dagelijks
verklaard te zijn eene handeling door wijsheid
en voorzigtigheid voorgeschreven. Zijn wij dan
de eenigen, die handelstractaten gesloten hebben?
Heeft Pruissen hebben Oostenrijk en Italië,
Zwitserland, Zweden, Belgie, Nederland, Spanje
niet dezelfde baan betreden? Geen jaar verloopt
waarin een dezer staten niet handelstractaten
sluit en vernieuwt; nog in den jongstverloopen
tijd werd zulk eene overeenkomst gesloten tus
schen Engeland en Nederlandvoorzeker de
meest practische natiën die ooit bestouden.
Tegenover deze eenstemmigheid der meest ver
lichte volken over de wijze waarop internati
onale betrekkingen aangeknoopt moeten wor
den, vragen wij ons af, of bij de mannen die
bij ons het stelsel van handelsverdragen dolheid"
noemen niet veel overschatting, veel ligtziu-
nigheid te vinden is Wij moeten bekennen
dat het ons zeer moeijelijk valt te gelooven
dat de heer Pouger-Quertier voor zich alleen
meer politieke ervaring, betere bekendheid van
de behoeften der hedendaagsche maatschappij,
grootere diplomatieke en administratieve be
voegdheid bezit dan alle ministers van Pruissen,
Oostenrijk, Italië, Engeland, Zwitserland, enz."
Dat het tweede besluit de verbolgenheid der
Parijzenaars heeft opgewekt, zal wel geen ver
melding behoeven, en dit te minder, als men
weetdat bijna geene beraadslagingen voor
afgingen. De heer Vautrainvoorzitter van
den parijschen gemeenteraad en van den de
partementalen raad der Seine, deed al wat hij
kon doen, om Parijs te rehabiliteren, te reca
pituleren, doch zijne pogingen mislukten, en
de meerderheid, die geen gelegenheid laat voor
bijgaan om aan haren wrok tegen Parijs lucht
te geven liet niets onbeproefd om aan de
beraadslaging zoo spoedig mogelijk een einde
te maken. Deze der hoofdstad vijandige taktiek
gelukte pas had Vautrain gesproken of reeds
hoorde men stemmen stemmen!" roepen;
naar den minister werd bijna niet geluisterd;
de nli. de Fressensé en Bethmont deden te ver
geefs motien tot uitstel; en Louis Blanc kon
te naauwernood eenige woorden spreken. De
regering zelve had misschien wel wat schuld;
zij toch bleef teu eenenmale onzijdig en dat
was verkeerd, te meer daar een van hare leden,
de minister van binnenlandsche zaken door
zijne aftreding als gevolg van bet genomen
besluit, bewijst dat hij dit als een nederlaag
voor hem aanmerkt. Zijn raad. het voorstel
Duchatel, hoe ontijdig hy het ook achtte, wel
in overweging te nemen werd in den wind
geslagen; de vergadering besloot met eene meer
derheid van 56 stemmen tot het tegendeel en
verklaarde hierdoor, dat nog niet eens de tijd
gekomen was om te beraadslagen over de vraag
of Parijs al dan niet weder de zetel der regering
en der kamer zal zijn. Naar men verzekert
heeft de heer Casimir Périer zich niet laten
terugbrengen van zijn besluit het kabinet te
verlaten, met hoeveel aandrang Thiers hem ook
verzocht de portefeuille te behouden.
Te ESoine is dezer dagen een Spaansch
diplomaat, de heer Xirnenes aangekomen, die
naar men verneemt in last heeft, den paus te
bewegen de betrekking met deu souverein van
Spanje op den ouden wet te hervatten. Dit
verlangen van een zoon van Victor Emanuel
zou door den paus denkelijk worden ingewilligd.
Omtrent de zaak van Langrand-Dumonceau,
die in België nog onlangs zooveel van zich
deed spreken, verneemt men thans het volgende
Het bof van appèl te Brussel heeft André Lan
grand, geboren te Vossem (Brabant), oud 43
jaren, gefailleerd koopman, laast woonachtig
te Brussel, doch thans voortvlugtig, bij arrest
van 2 Februarij, verwezen naar bet bof van
assises van Brabant, onder beschuldiging van
a. frauduleus bankroet, als hebbende 1°.als
gefailleerd koopman verduisterd zijne boeken,
bevattende zijne persoonlijke verantwoording
en in de eerste plaats zijn journaal, zijn groot
boek en kasboeken 2». ontvreemd of verborgen
o
een gedeelte van zijn persoonlijk actief te
weten het geheel of een gedeelte van zijne
meubelen, zijn zilverwerk, zijne juweelen, vijf
preferente aandeelen in den spoorweg Kashau-
Oderberg, twee rentegevende stukken op naam
en ten laste van den Belgischen Staat, te zamen
ter waarde van 2800 francs; 17 stukken aan
toonder ten laste van den Belgischen Staat, geza
menlijk ter waarde van 17,000 francs3 stukken
ten laste van den Belgischen Staat, groot 100
francs en twee dito van 500 francs 86 obli-
gatiën ten laste der stad Antwerpen, elk ter
waarde van 100 francs; 2 aandeelen in de
Banque Générale; 2 aandeelen ten laste der
stad Brussel, van 100 frs.10 aandeelen inde
Deurt Co., waarde 5000 frs.; 40 obligatiën in
den spoorweg Henegouwen-Vlaanderen, waarde
15,000 frs 50 obligatiën in denzelfden spoor
weg en 49 obligatiën in den Noorden-Belgi
schen spoorweg, waarde 11,000 frs.; 10 aan-