1872. N°. 15. Zaturdag 3 Februarij. 59 jaargang. POLITIE. GOESSCHE De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag, Woensdag en Vrijdag avond, uitgezonderd op feestdagen Prijs per kwartaal zoo binnen als buiten Goes J 1,?*5. Afzonderlijke nommers 5 c. niet bijblad 10 c. COURANT Gewone advertentiën worden a 10 c. de regel geplaatst. Geboorte-, huwelijks- en doodberigten van 1S regels Oienst-aanbiedingen, niet meer dan 4 rogels bedragende en contant betaald, 20 c. De inzending van advertentiën kan geschieden op den dag der uitgave tot vóór twee uren, des namiddags. Stukken welke men als ingezonden wenscht opgenomenmoeten uiterlijk den vorigen dag aan het bureau bezorgd zijn. BIJ DIT NUMMER BEHOORT EEN BIJBLAD. De Gedeputeerde Staten van Zeeland doen te weten, dat, uithoofde Walcheren en Zuid-Be veland door den in het vaarwater „Het Sloe" gelegden dam thans zijn vereenigd, door ben, op heden, is be paald hetgeen volgt: De voorschriften vau art. 1—8 van het regle ment tot voorkoming van de verspreiding dei- longziekte in Zeeland, zijn voortaan niet meer van toepassing op het vervoeren van rundvee uit Walcheren naar Zuid-Beoeland, of omge keerd, langs den dam, aangelegd in Het Sloe, zoodat het van heden af geoorloofd is, om rund vee uit Walcheren naar Zuid-Beveland, of om gekeerd, langs dien dam, te vervoeren zonder nadere vergunning en zonder dat het vee be hoeft gekeurd en afgezonderd te worden. Dit besluit zal in het Provinciaal blad geplaatst en, door de zorg van Burgemeester en Wethouders in de gemeenten van de regterlijke kantons Middelburg, Vlis- singen, Goes en Heinkenszand afgekondigd en aange plakt worden. Gedaan te Middelburg, den 26sten Januarij 1872. De Gedeputeerde Staten voornoemd, R. W. VAN LIJNDEN, Voorzitter. BUTEÜI, Griffier. BINNENLANPSCHE BERICTEN. GOES, 2 Februarij 1872. De Staats-Courant van eergisteren avond bevat de afkondiging der wetten, houdende goed keuring van het Sumatra-verdrag en van het tractaat tot afstand der Nederlandsche bezit tingen ter Kuste van Guinea; beiden zijn ge- dagteekend van den 20n dezer. Bij koninklijk besluit van gisteren is tot mi nister van oorlog benoemd de generaal-majoor F. A. T. Delprat, directeur van het mate rieel der artillerie. De Minister van Finantien heeftbij reso lutie van 19 dezer, vastgesteld de 278e Staats loterij. Zij bestaat uit 20,000 loten, 10,000 prijzen en 2 premiën. De collecte wordt ge opend op Maandag den 19den Februarij en ge sloten op Zaturdag 2 Maart 1872, De trekking vangt aan 18 Maart, terwijl de laatste 100 nummers op Zaturdag den 8sten Juni) worden getrokken. Volgens een gisteren ontvangen telegram van Reuter, dd. Singapore 31 Januarij, hadden de overstroomingen op het eiland Java geheel opgehouden. De minister van oorlog ad interum brengt ter kennis van belanghebbenden, dat, met wij ziging in zoo verre van den iuhoud der ter zake betrekkelijke aankondiging in de Neder landsehe Staats-Courant van den 29 October en 3 November des vorigen jaars, bet jaar- lijksch toelatingsexamen voor de aspiranten, die tot eene plaatsing als kadet bij de Konink lijke militaire akademie in aanmerking wen- schen te komen, omstreeks den 15 July aan staande een aanvang zal nemen. De ouders of voogden die verlangen dat hunne zonen of pupillen tot dat examen worden toe gelaten, bebooren de aanvrage daartoe vóór den 1 Mei a. s. aan het departement van oor log te zenden. Het examen is gelijk aan het eind-exaincn der hoogeie burgerschool met ójarigen cursus en betreft voorts het exerceren uit de recru- teuscbool van bet reglement op de exercitiën der infanterie Nadere bijzonderheden vermeldt de Staats- Courant no. 28. Art. 31 der Verordening op het Gasthuis te Goes zegt het volgende: »Het bestuur is aansprakelijk wegens uitgaven, waardoor het eindcijfer der be grooting of de aangewezen begrootings- post wordt overschreden, of die op be- grootiugsposten worden aangewezen, waar mede die uitgaven niet overeenstemmen." In de zitting van onzen gemeenteraad van eergisteren avond nu, is een voorstel van burg. en wetb. met 5 tegen 5 st. verworpen om eenige zonder verlof begane overschrijdingen der be grooting door bet bestuur van het Gasthuis over 1870 voor rekening van dat bestuur te laten; zoodat dit meerdere thans voor rekening der gemeente komt. Met het oog op bovengenoemd artikel der Verordening, komt het ons voor dat de aan eengesloten partij in den raad het gebleken wanbeheer heeft trachten te- redden, door ver krachting der Verordening, ten nadeele der gemeente en dus der ingezetenen. Wij behouden ons voor hierop nader breed voeriger terug te komen. Opmerking heeft getrokken een voorstel van het dagelijkseh bestuur in de raadszitting van eergisteren om, op advies van den districts schoolopziener, met verhooging der jaarwedde, eene nieuwe oproeping te doen van sollicitan ten voor de betrekking van hoofdonderwijzeres aan de meisjesschool, en dat, toen dit voorstel, zonder discussie, was verworpen, uit de reeds geëxamineerde sollicitanten eene voordragt werd overgelegd. Wij kunnen daaruit niets anders afleiden, dan dat de sollicitanten, die aan het vergelij kend onderzoek hebben deelgenomen, niet aan de eischen hebben voldaandat het dagel. bestuur, in overleg met den schoolopziener, de jaarwedde wilde verhoogeu ten einde daardoor betere onderwijzeressen te bekomen, en dat, nu de raad die verhooging niet toestond, men zich genoodzaakt heelt gezien te roeijen met de riemen die men voor het geld krij gen kan. Zeker geen zeer bemoedigend uitzigt op eene doelmatige verbetering van het onderwijs aan meisjes »Een liefdes-avontuurtje van grootvader Cats, »van Jacob Cats den zeeuwseben dichter; de liefde en het huwelijk van Gerard Brandt, »den schrijver van »»de geschiedenis der re- formatie"" »»het leven van den admiraal de »Ruijter,"" en eindelijk de liefdes-geschiedenis van Kaatje Knapp," ziedaar de stof waarover ds. Koopmans van Boekeren gisteren avond voor een vrij talrijk publiek in onze Nuts vergade ring eene lezing hield. Of er climax in die 8 geschiedenissen was, zou de spreker niet uitmaken. Wij ook niet, doch wij vermeenen in de eerste historie, die van Jacob Catshet beeld geschetst te zien der ligtzinnigeoppervlakkige liefdein de geschiedenis van G. Brandt en zijn Susanna van Baerlehet beeld der zeer alledaagsche, zieh naar de omstandigheden voegendebe rekenende liefdeterwijl wij in de treffend eenvoudige geschiedenis van Kaatje Knapp bet beeld der hoogste, opofferende liefde zagen. De uitwerking dier beelden achten wij in hooge mate gelukt Voegt men daarbij eene aangename en dikwerf zeer geestige voordragt dan zal er wel niets meer noodigzijn om te bewijzen dat de avond van 1 Februarij een genotvolle was. Grootvader Cats heeft menige veer verloren. Zijn liefdes-avontuurtje begonnen in de kerk, dien eigen dag, des avonds, voortgezet onder een luifel op de stoep van 's meisjes woning; de plotselinge verdwijning van Cats' lieide bij het vernemen dat de vader van het meisje een finantieel ongelukje had gehad 't werd alles geestig ontwikkeld en was zeer geschikt om vooral met de historie vau Kaatje Knapp een groot contrast te vormen. In Gerard Brandt en zijne bruid werd ons voorgesteld hoe de liefde soms beheerscht wordt door maatschappelijke omstandigheden; hoe de horologiemaker, dominé werd, ten einde in stand meer te passen bij zijne uitverkorene, en hoe eindelijk dit huwelijk voltrokken en, als eene omstandigheid waarbij aan alle maatschappelijke vormen voldaan was, door verschillende dich ters van dien tijdbezongen werd. Maar Kaatje Knapp! ja, ze was beter dan al de anderen. Een vriendelijke groet, één kus na een vrienden-partijtje bad haardie niet mooi was, liefde doen opvatten voor iemand die eigenlijk volstrekt geen idee had om liefde voor Kaatje te koesteren. Dit bleek dan ook spoedig toen aan Kaatje in baar winkeltje verteld werddat de man dien zij in stilte lief had, ging trouwen met een ander meisje. Bij die tijding zag Kaatje in den nevel eene lijkkoets die haar geluk ging begraven. En begraven was hare liefde, ofschoon zij niet ge storven was. Het voortleven dier liefde bleek later toen één der kinderen van hem die hare eenigste liefde had uitgemaakt, te Meppel ziek en verlaten lag. Besmettelijk ziek lag de jon geling en de ouders konden er moeijelijk been. Kaatje liet zich echter niet weerhouden. Zij snelde er heen en paste den zieken jongeling op met eene alles te bovengaande zelfopoffering. De jongeling hersteldemaar Kaatje werd ziek in zijne plaats en stierf' eenzaam en ver laten. Slechts ééne opmerking: was het noodig de liefde van Kaatje edeler en sterker voor te stellen dan de ouderliefde Bij stijgende be wondering toeh voor Kaatjes zelfopoffering, ging bij ons meer en meer de achting voor de ouders van den jongeling verloren. Wel was de moeder ziekelijk, maar verlaat de vader in zoo n toe stand zijn zoon om den wille zijner zaken? Hoe dit zij, de geheele lezing, doorkneed van geestige en fijn gevoelde opmerkingen omtrent onzen en den vroegeren tijd, en waarvan wij ons, door beperkte ruimte het genoegen der opsomming moeten ontzeggen was ons eene aangename en leerrijke uitspanning; wij twij felen dan ook niet de tolk te zijn van het publiek als wij den heer Koopmans van Boekeren hartelijk dank zeggen en ons aanbevelen, voor eene weder-optreding terwijl wij het bestuur van ons departement mede dank betuigen voor zijn streven om op zulk eene wijze de lezingen van het Nut te doen vervullen. De zoo nuttige maatschappij kan er slechts meer en meer ge liefd om worden.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1872 | | pagina 1