BINNENLANDSCHE BERICTEN.
BUITENLAND,
GOES, 17 Januarij 1872.
1= KAMER.
De Eerste kamer heeft jl. maandag besloten
het wets-ontwerp tot af koopbaarstelling der
tienden nog in deze bijeenkomst te behandelen.
In beraadslaging zijn de ontwerpen over de
tractaten betrekkelijk de kust van Guinea
Sumatra en Suriname. Verscheidene leden
waaronder de heer Fransen van de Putte Sr.,
hebben hunne bedenkingen tegen de tractaten
opgesomd. De minister van buitenl. zaken
heeft de tractaten breedvoerig verdedigd. De
beraadslaging was gisteren niet afgeloopen.
De Rijksmiddelen hebben in Dec. opgebragt
6,062,255.79 tegen f 5,935,569.92. De op
brengst over het geheele jaar 1871 bedroeg
f 77,637,467.68 tegen eene raming van
73,805,462.50 en een opbrengst over het
jaar 1870 van f 75,682,626.82.
Het Batav. Handelsblad verneemt van goe
derhand dat een aantal der hoogste Indische
ambtenaren is overeengekomen, een actie in-
testellen tegen den Minister van Koloniën,
wegens op hen gepleegden hoon en laster, door
hen, in een ter publicering bestemd en open
baar gemaakt stuk, te beschuldigen van traag
heid, zucht tot wetsontduiking, geen belang
stelling in het hun toevertrouwd finantiëel be
heer, en meer dergelijke aantijgingen, die, zoo
zij bewezen waren, de betrokkenen zouden
bloot stellen, zoo al niet aan een strafregter-
lijke vervolging, toch zeker aan den haat en
de verachting hunner medeburgers.
Wij vestigen de aandacht onzer lezers op
de advertentie in dit nummer van den lieer
J. J. Oord, den blinden pianist, die morgen
avond een concert in de schouwburgzaal alhier
zal geven.
Wij lazen verscheidene aanbevelingen en
gunstige beoordeelingen van het kunsttalent
van den heer OorcL en wij vertrouwen dat
eene drukke opkomst dien heer het bewijs zal
leveren, dat men ook te Goes een ongelukkige,
die zijne talenten tracht dienstbaar te maken
om, hoewel blind, in eigen onderhoud te voor
zien, gaarne krachtig en liefderijk ondersteu
nen wil.
Tot onze verwondering lezen wij in de Delftsclie
Courant van heden letterlijk hetzelfde artikel
over de nieuwjaars-rekeningen voorkomende
in ons no. van dingsdag den 9 dezer, zonder
dat de oorsprong van het artikel is aangegeven.
De schrijver verklaart ons nogtans zijn artikel
aan geene andere courant dan de Goessche ter
plaatsing te hebben gegeven
Gaandeweg neemt het getal der vacante ge
meenten bij de Nederlandsche hervormde kerk
toe, en dat der kandidaten tot de heilige dienst
af. Met den aanvang des jaars toch waren er
140 predikantsplaatsen om verschillende rede
nen vacant. Terwijl er in 1871 nog 43 kan
didaten waren, zijn er thans nog slechts 37,
volgens de lijst die er van bestaat, aanwezig.
Doch als men van die lijst aftrekt èn degenen,
die van wege ouderdom, of om andere redenen
waarschijnlijk niet meer naar eene standplaats
uitzien (er zijn er bij, die sedert 20 jaren kan
didaat zijn,) èn hen, die bij hooger- en mid
delbaar onderwijs geplaatst zijn of tot de Waal-
sche kerk behooren, dan blijven er over p. m.
20 candidaten. Ergo: 120 te weinig
Er is hier te lande een werktuig inge
voerd hetwelk voor groote gezinnen, zoowel
als voor gestichten, boerderijen, enz. van on
berekenbaar nut kan zijn. Het is een nieuwe
soort van handmolen tot het malen en builen
van graan, en wel van zulk een geringen om
vang en zulk een eenvoudige constructie, dat
het overal van dienst kan zijn. Het bestaat
uit een ijzeren bak, van slechts 60 Ned. dui
men lang en breed; daarop staat een trommel,
die een middellijn heeft van 45 centimeters,
en daarop een trechter van zoodanige afmeting,
dat de geheele toestel met den bak nog niet
ten volle de hoogte heeft van anderhalven meter.
Wanneer men het graan in den trechter heeft
gedaan en men begint te draaijen, loopt het
naar de steenen, die zich in den trommel be
vinden en zoowel van boven als van onderen
gebild zijn. Aan het werktuig zijn twee schroef
jes het bovenste om den gelijkmatigen toe
voer van graan naar de steenen naar goedvinden
te versnellen of te verminderenhet onderste
om de ruimte tusschen de steenen grooter of
kleiner te maken, naarmate men grover of
fijner meel verkiest te hebben. Het meel loopt
van zelf naar beneden in den buil, die zoo
danig is ingerigt dat men eene volkomen
zuivere afscheiding van meel en zemelen ver
krijgt, terwijl bij den grond aan de voorzijde
de zemelen en aan de achterzijde het meel in
een bak valt, De toestel werkt zoo gemak
kelijk, dat er volstrekt geen meer dan gewone
ligchaamskracht of handigheid wordt vereischt,
om dien in werking te brengen en te houden.
Het behoeft wel niet gezegd te worden, dat
zulk een werktuig tevens allen waarborg op
levert dat men brood eet van zuiver meel.
{N. R. Ct
Een inzender in de Gr. Ct. zegt het volgende:
De heer H. Witte, die ons reeds met zoo
vele belangrijke stukken in uw blad heeft ver-
pligt, vraagde onlangs, of men ter voorkoming
van de aardappelziekte gebruikte of ongebruikte
»run" bezigde.
Met het oog op deze vraag kan ik niet na
laten te wijzen op hetgeen er over het gebruik
van run vermeld wordt in een der nommers
van de Hollundsche Illustratie. Daarin wordt
verhaalddat in de' tuinen van het prachtige
buitengoed „Mon repos" aan den Rijnwaar
de prins en de prinses von Wied den vorigen
herfst doorbragten, de aardbezienbedden in het
najaar met korte mest en in 't voorjaar, nadat
ze omgespit waren met een laag van kif of
gebruikte run werden overdektdat deze laatste
alle wurmen weert en maakt dat de tempera
tuur altijd dezelfde is en het droogworden van
den grond belet. Deze cultuur zou verwon
derlijke uitkomsten opgeleverd hebben, zoodat
men daar aardbeijen van 100 grammen bij groote
hoeveelheden en verscheidene zelfs van 130 a
140 gr. plukte. Ook wordt in dat schrijven
een laag kif om de vruchtboomen zeer aanbe
volen. Men ziet hieruit, dat gebruikte run als
een nuttige zaak in den tuinbouw bekend is
en vermoedelijk ook wel tegen de aardappel
ziekte zal gebezigd zijn, en het komt mij wel
aanbevelingswaardig voor. dat in het a. s. voor
jaar door velen de proef worde genomen met
dit gemakkelijk en goedkoop te verkrijgen mid
del; niet alleen bij de aardappel- maar ook bij
de aardbeijen- en ooft-cultuur."
Tweehonderd en vijftig katoenwevers hebben
te Blackburn den arbeid gestaakt, omdat aan
een jongen, die slecht werk had geleverd, een
dubbeltje boete was opgelegd. De heeren werk
stakers hebben toch ook spoedig eene reden bij
de hand.
WEERBAARHEIDS-LOTERIJ-LEENING.
lste Serie-trekking van vijftig seriën, op Maandag
15 Januarij 1872, te Utrecht in het gebouw voor
kunsten en wetenschappen, des namiddags te 2 uve.
Ms winnende Serie uitgekomen no. 5349.
Uithoofde van het vergevorderd uur, ten gevolge
van de werkzaamheden van de heeren L. JÜDELS
COMP., uitgevers eu schrijvers van de register-
lijsten der Staats-loterij, bij de trekking lste week,
5de klasse dier loterij, zijn lieden niet meer dan 50 serie
nummers getrokken, waaronder de bovengenoemde win
nende serie.
Dezelfde omstandigheid doet het gewenscht voor
komen de thans aangevangen serie-trekking eenige
dagen uittestelljen.
Mitsdien bestaat het voornemen
1". Deze .trekking voorttezetten op Vrijdag 19 Ja
nuarij 1872, des voormiddags ten 10 ure; dien ge-
heelen dag door en aldus zoo mogelijk drieduizend
vijfhonderd nummers te doen trekken; den volgenden
dag, Zaturdag 20 Januarij 1872, op gelijke wijze
een gelijk aantal van drieduizend vijfhonderd num
mers en op Maandag 22 Januarij 1872, de alsdan
resterende achthonderd dertig nummers, waarmede
alsdan de seriën-trekking zal zijn geëindigd
2». De trekking der WEERBAARHEIDS LOTERIJ
van af Dingsdag 23 Januarij 1872, tot en met 26
Jannarij 1872 te schorsen, uithoofde van de trek
king 2de week 5de klasse der Staats loterijop Za
terdag 27 Januarij 1872, voormiddags ten 10 ure
aantevangen met de PRIJZENTREKKING en zoo
mogelijk op dien dag drieduizend prijzen te doen
trekken; op Maandag 29 Januarij 1872 die prijzen-
trekk'mg voorttezetten en zoo mogelijk, door trekking
van de resterende drieduizend prijzen te beëindigen.
Na geheelen afloop der SERLEN-TREKKING, en
dus vermoedelijk op 23 Januarij 1872, zal eene lijst
houdende alle als winnende uitgekomen seriën wor
den uitgegeven, en na afloop der PRIJZENTREK
KING, aldus vermoedelijk op 30 Januarij 1872, eene
complete lijst, houdende de zesduizend nummers dier
winnende seriën en de zesduizend respectievelijk daarop
gevallen zesduizend prijzen.
Namens de Commissie belast met de regeling
der opvolgende trekkingen der
Weerbaarheids Leening,
Mr. F. A. VAN HALL.
Conform met het Proces-Verbaal,
E. P. TEMMINCK, Notaris.
BENOEMINGEN.
Benoemd 1 ot kantonregter te Zierikzee mr. P. A. J.
Bouvin, adv. en cand.-notalsmede leeraar aan de
lioogere burgerschool aldaar.
Kerlxêlijlie Kaken.
Gedurende vele dagen, liever gezegd gedurende eenige
maanden, heerscht in den boezem der Nederduitscli
Hervormde Gemeente te Middelburg een inwendige
strijd over het beheer der kerkegoederen. Die strijd
heeft zich thans geopenbaard. Een korte schets.
Met primo October 1869 heeft de gemeente, gelijk
al de overigen, het regt herkregen 0111 bare bezittih-
en zelve of door het Algemeen Collegie te laten be-
eeren. Noch de kerkvoogden die vóór nocli die 11a 1
October 1869 zitting hadden, hebben ooit de gemeente
gehoord, wat zij wil bepaaldelijk omtrent dat beheer.
>e gemeente was toen niet op de hoogte der zaak.
Intusschen is zij ontwaakt, en eenige leden der gemeente
hebben handen aan 't werk geslagen. Bij deurwaarders-
exploit zijn kerkvoogden gesommeerd om alsnog tot
oproeping der gemeente over te gaan, ten einde kaar
voor te leggen de vragen:
Wilt gij aansluiting aan het Algemeen Collegie?
wilt gij de goederen der gemeente in eigen vrij beheer
behouden, met benoeming eener Commissie om dat
te regelen?
Kerkvoogden voldeden aan de sommatie niet en nu
hebben twee manslidmaten de gemeente tegen den 12
jl. opgeroepen.
Den 13 jl. is de stembus geopend en de stemming is
aldus uitgeloopen: 478 stemmen voor vrij beheer, 19
voor algemeen Collegie, 5 van onwaarde en 4 blanco.
In Franltrljk openbaart zich thans meer
ingenomenheid met het beginsel van handels
vrijheid, dan te verwachten scheen. De aan
leiding daartoe is de bekende overhelling van
den heer Thiers eu van diens bewind tot het
stelsel van bescherming der inlandsche volks
bedrijvigheid tegen de mededinging van buiten
landers. Van regeringswege is van geneigd
heid tot herstel der door keizer Napoleon 111
verlaten handelsstaatkunde blijl^ gegeven door
de voordragt tot het belasten van grondstof
fen, alsmede door het besluit om de door het
keizerrijk gesloten en eerlang afloopende han
delsverdragen op te zeggen. Laatstbedoeld
besluit vindt bij de Fransche kamers van koop
handel vrij algemeene afkeuring, zijnde er nog
maar zeven die verklaard hebben zich daar
mede te kunnen vereenigen. Aangaande het
ontwerp van wet tot belasting van grondstof
fen, vermelden Fransche dagbladen aanhoudend
nieuwe bedenkingen en verklaringen, daartegen
door fabrikanten en andere belanghebbenden
ingebragt. In den schoot der nationale ver
gadering bestaat eene vereeuiging van voor
standers der vrijhandelsleerzij had onlangs,
naar eene toen openbaar gemaakte opgave,
een veertigtal leden. In de nationale verga
dering heeft eergisteren Thiers de voordragt
tot het belasten der grondstoffen verdedigd.
Hij verklaarde dat de regering, na lijpe over
weging van alle andere belastingen, tot de
overtuiging was gekomen, dat de invoering
eener belasting op de grondstoffen alleen uit
voerbaar moest worden geacht en voegde er
bij, dat de uitgaven tot het strikt noodwen
dige waren teruggebragt, als ook dat de voor
gedragen amortisatie van staatsschuld noodza
kelijk is. De inkomstenbelasting werd op nieuw
door hem aangevallen, en bij deze gelegenheid
toonde hij aan dat verscheidene artikelen reeds
genoeg belast zijn. De door hem verdedigde
belasting op do grondstoffen is volgens hem
ook aanbevelenswaard, omdat de heffing zeer
gemakkelijk geschiedt, allen er in deelen en
niemand meer bijzonder er door gedeukt wordt.
Hij deed vervolgens een beroep Op de vader
landsliefde der vergadering en zeide dat de re
gering een tweeledig doel vjbor oogen heeft:
handhaving van het bestand, van Bordeaux en
niets onbeproefd te laten t<#r voorkoming van
regeringloosheid op poli'ciek en intellectueel
gebied.
Aan de Salut public wordt in eene Parijsche
correspondentie eemj en ander medegedeeid' aan
gaande het verschijnen van den heer Gramont
voor de bek^de commissie van onderzoek. Wij
ontleenea daaraan de volgende, bijna ongeloo-
Ifelijke. bijzonderheid: »Men was bij het uit
breken van den oorlog te Londen zóó vast
Overtuigd van Fraukrijks zegetogt door Duitsch-