1872. N°. 8. Donderdag 18 Jannarij. Ö9ste jaargang.
EOESSCHE
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag. Woensdag
en vitudag avond, uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal zoo binnen als buiten Goes ƒ1,75.
Afzonderlijke nommers 5 c. met bijblad 10 c.
(MRVYl.
Gewone advertentiën worden a 10 e. de regel geplaatst.
Geboorte-, huwelijks- en doodberigten van 18 regels h 1,-
Dienst-aanbiedingen, niet meer dan 4 regels bedragende
en contant betaald, 20 c.
De inzending van advertentiën kan geschieden op den dag der uitgave tot vóór twee uren, des namiddags.
Stukken welke men als ingezonden wenscht opgenomen, moet et uiterlijk den vorigen dag aan het bureau bezorgd zijn.
TWEEDE PAASCHDAG 1872.
Er zijn er heden ten dage en er zijn er
altijd geweest dit laatste kunne ons troos
ten die er zich op verhedendat zij niet
regt weten wat vaderlandsliefde is, die dit
woord alleen aanmerken, als de uiting van
een bekrompen ziekelijk gevoel, waarboven
zij, wereldburgers, ten eenenmale verheven zijn.
Gij kunt met dezulken redeneren, zooveel
gij wiltgij komt niet verder. Dat kan ook
niet anders. Evenmin zoudt gij slagen een
onverschillige op muziekaal gebied, door be-
toogen te overtuigen, dat de scheppingen van
een Mozart en een Beethoven ten eeuwigen dage
een bron van rein genot voor het mensche-
lijk geslacht zullen zijn.
Voor deze aan geen vaderland geloovenden
de Franschen noemen henmeenen wij
materialisten op staatkundig-gebiedschrijven
wij dan ook deze regelen niet. Zij zouden
er toch niet door bekeerd worden en de zaak,
waarvoor wij heden belangstelling komen in
roepen, laat hen natuurlijk zou koud als marmer.
Ons woord is gerigt tot allen, zonder on
derscheid van staatkundige kleur of rigting,
van welke godsdienstige denkwijze ook
die slechts dit gemeen hebbendat zij zich
voelen verbonden door den band dien de ge
schiedenis van ons vaderland om al zijne zonen
en dochteren heeft gelegd. Waar sprake is
van het land onzer geboorte, van zijn ge
schiedenis, zijn taal daar kennen wij geen
partijen, daar zijn wij allen Nederlanders. Zelfs
de qualiteit van Goessenaar, hoe vereerend
overigens welligt, verdwijnt hier geheel en al.
Wij kennen niemand het regt toe, om
Goes van gebrek aan vaderlandsliefde te ver
denken, omdat de partijstrijd, die dan toch
altijd een bewijs is, dat er leven heerscht,
hier wel eens wat al te scherp wordt gestreden.
Wij kunnen er gelukkig bijvoegen, tot dus
verre heeft niemand dit ook bepaaldelijk ge
daan maar, men heeft weinig noodig om
in deze wereld een slechten naam te krijgen
en wij zagen b. v. hoe een schrijver uit den
Briel den Briel en het feest daar te vieren,
ziedaar waarover wij wilden spreken hoe
een correspondent van Het Vaderlandin het
nummer van 11. Dingsdag eenige steden dei-
uitzondering noemde en ten slotte aldus onze
stad vermeldde: „en Goes." Die puntjes,
weet ge, die beteekenen niet veel vleijeftds.
Dat is nu nog wel niet regt toe regt aan een
beschuldiging, maar dit wil zooveel zeggen
als„nu ja, Goes, die stad, zou daar iets goeds
uit kunnen komen?"
Wij, van onze zijde, zullen al aanstonds too-
nen, dat we omtrent het Brielsehe feest, die
puntjes niet hebben verdiend. Doch geven
wij eer3t een overzigt van den stand der zaak.
Niets was minder te verwonderen, dan dat
er in 1872 roepstemmen zouden opgaan, om
eens eenige eeuwen terug te denken. 1572,
1672 wat roepen die jaartallen niet in het
geheugenOnder al de roemrijke feiten van
die jaren is zeker het ineest belangrijke voor
ons zelfstandig volk-"bes taan geweest he.'
veroveren door de Watergeuzen, de tegen iron
verdrukker in oproer zijnde Nederlanders, van
den Briel! Dat de Briel ic'1 aren van 1872
liunne landgenooten zouden verzoeken om
den driehonderdsten verjaardag 'Westelijk te
gedenken en hen in staat te stellen, .het door
een gedenkteeken te vereeuwigen, was te ver
wachten van goede vaderlanders. En dat
heel het Nederlandsche volk, als één man,
zou opstaan om den len April, den Tweeden
Paaschdag 1872, even luisterrijk en geest
driftvol te vieren als in 1863 het halve eeuw
feest onzer verlossing van de Fransche ver
drukking ja, in Uoogeve mate nog dan toen
wie zou anders denken?
Doch ziet, het ondenkbare is geschied. Eenige
ultramontaansche heeren hebben ontdekt, dat
het ultramontaansche gemoed zich niet mag
verheugen over het verlies van Alva's bril;
de handen die hem afgenomen hebben, waren
te onbehouwen, te ruw en ze behoorden aan
zulke ongeloovige revolutionairen
Nu weten wij allen wel, dat de Water
geuzen van 1872 geen salet-jonkers waren,
die, met witte handschoenen aan, te Brielle
aan wal stapten. Evenzeer, dat hunne daden,
die volgden op de inname van Brielle, in de
lijst van onzen tijd gezien, 2eer zijn aftekeuren.
Maar die afkenringswaardige daden, als
het dooden zonder noodzaak van priesters,
enz., hebben niets uit te staan met het feit
dat de inname van den Briel washet begin
onzer ontworsteling aan het Spaansclie juk
een juk dat niet alleen lands regten ver
kortte, maar de vrijheid van geweten onmo
gelijk maakte.
Dit feit nu wenschen we luisterrijk gevierd
te zien en of ge nu katholiek zijt of protestant,
liberaal of conservatief als ge maar een va-
derlandsch hart in den boezem draagt, dan
doet ge mee. Wij hebben een goed vertrou
wen op den geest onzer bevolking. Ja, er
wordt wel gedreven 't is waarmaar de
massa onzer bevolking is verdraagzaam hare
belangen in de maatschappij reeds zijn te
veel door elkander geweven dan dat ze zoo
haatdragend zou kunnen zijn. Maar bovenal
wij zijn een vrij volk.
Pierson noemde, ons laatst orangistisch-repw-
llikeinsch. En daar is iets van aan. Zulk een
volk zou den verjaardag van de grondvesting"
onzer onafhankelijkheid niet vieren? Er is
geen twijfel aan. Al komen alle ultramontaan
sche geschiedvorschers of vervalschers en alle
wereldburgers verzekeren dat Nederland den
lsten April niet behoeft te vieren 't zou
geen invloed hebben. Laat de 2de Paaschdag
het feest zijn onzer nationale opstanding en
laat het tevens een verbroederingsfeest zijn.
Want alle Nederlanders hebben hun tegen
woordige vrijheid te danken aan den strijd
hunner voorvaderen en ze deelen in de
zegeningen van een vrijen staat, onverschil
lig hoe ze ook denken over godgeleerde,
wijsgeerige en godsdienstige vraagstukken.
Men wil in den Briel een monument op-
rigten ter vereeuwiging van den lsten April
1572. Wij juichen dat toe. De nuttigheids
mannen zouden wel zeker liever een hospi
taal of een ouden mannen huis zien wij niet.
Alle locale kleur moet er af. Geheel Neder
land moet een monument te Brielle bouwen.
Zal men daar te Goes ook aan helpen
Gewis. Een Zeeuwsche stad blijft niet achter
- Ert3~het-g-fildt het herdenken der geboorte onzer
onafhankelijkheid.^ Maar waar de Goessche
sub-commissie dan "blijft.?^ Ja, dat weten we
hensch niet. Wél weten we," dat we al onze le
zers oproepen draagt steenen hij voor het monu
ment Briellein de gedaante van papieren
zilveren- of kopergeld, want ieder moet helpen.
De commissie zal wel komen komt die niet,
dan zal er toch wel een correspondent te
vinden zijn. En in het uiterste geval kan
men offeren aan het bureau van de Goessche
Courant.
DE MAATSCHAPPIJ TOT NUT VAN
'T ALGEMEEN.
De belangstelling in de maatschappij begint
hier en daar te kwijnen, en dat bedroeft ons.
Waarom? Omdat wij haar als Neêrlands roem
en als eene barer zegenrijkste inrigtingen be
schouwen. Wat heeft zij niet al uitgewerkt
tot bevordering van kennis en volksbeschaving
Aan hare pogingen en geschriften is het dank
te weten, dat vele vooroordeelen, en daaronder
hoogst schadelijke, voor goed verdwenen zijn.
Hoeveel aanleiding lieef't zij in ons land ge
geven tot' het wekken der geesten en tot
het oefenen van talenten als schrijvers of re
denaars Hoevele weldadige inrigtingen heeft
zij in 't leven geroepen, als volksleesbibliothe
ken, spaarbanken, herhalings-scholen en der
gelijke Hoevele edele daden heeft zij beloond
en aangemoedigd
Eindelijk om met meer te noemen
hoevele nattige en aangename avonden heeft
zij aan zoovelen in den anders eentoonigen
winter verschaftTe meer betreuren wij dat
kwijneD, omdat die maatschappij zoo echt Ne-
derlandsch is, In 't Vaderland is zij geboren
en nagenoeg aan 't Vaderland uitsluitend eigen.
Embden, zooveel wij weten, is in geheel Duitsch-
land de éénige stad, waar, onder den naam
van Verein zum guten Endzweek", iets soort
gelijks gevonden wordt, en voor korte jaren
van Nederland is overgenomen. Wij hopen,
dat men op die inrigting tot volksverlichting
en beschaving moge prijs blijven stellen.
t Is een parel aan onze kroon van wezen
lijke waarde. Haar bloei hangt van de voort
durende en toenemende deelneming at, en naar
gelang daarvan is haar edel doel beter tref-
baar. Moge deze nitboezeming strekken om
den geest der belangstelling, waar die dreigt
te verflaauwen of reeds verflaauwd is, op nieuw
aan te vuren.
Ook in onze gemeente is het een treurig
verschijnsel dat slechts een getal van even
boven de 40 leden wordt geteld en nog treu
riger dat dikwijls door die 40 leden zoo weinio-
belangstelling wordt getoond in de verga
deringen en in de voorlezingen welke van
wege het Nut worden gehouden.
Het ijverig bestuur van ons Departement
heeft zich niets te verwijten en een bewijs
van zijn streven om de belangstelling in de
maatschappij gaande le houden, vinden wij in
zijn pogen om nu en dan, door het'uit-
noodigen van vreemde sprekers weder eens wat
nieuws te doen hooren. In Nov. mogten wij
reeds een vreemden spreker hooren en thans
is toezegging verkregen, dat ds. Koopmans van
Boekerende bekende schrijver, een leesbeurt
zal komen vervullen op 1 Febr. a. s. Wij
noodigen ieder lid uit dien avond bij voorraad
voor bet Nut te bestemmen, door trouwe op
komst een gewenscht blijk van belangstelling
te geven en tevens voor zich zeiven nut te
komen halen.
Naar wij vernemen worden op dien avond
ook drie medailles uitgereikt, terwijl de inrig
ting dier buitengewone zameukomst nader zal
worden aangekondigd.