BUITENLAND, l*) GEMENGDE SERIGTEN. bragt, en werd den Goessenaars voor het eerst hst schouwspel van een assaut en eenige scherm* oefeningen gegeven, welke met tact en behen digheid door dhr. v. d. Meiden en zyne élèves wer den uitgevoerd. Dit St. Nicolaasfeest, hoewel het voor velen die in de opgepropte zaal geen zitplaats konden krij gen, wel wat vermoedend was, is zeker een der aangenaamste avonden geweest welke in langen tijd door het Goessche publiek genoten zijn. Afsluiting der Kasboeken en Restantenlijst bij de Co öperatieve voorschotvereeniging en spaarbank te Goes, op 3 December 1871. ONTVANGSTEN Kas-saldo 5 Februarij 1871 f 2825,03» Reservefonds- 42,05 Storting aandeel567,44» Terugbetaling op schuldvordering -19360,66 Interessen daarvoor. - 881,59 Opgenomen gelden -19050,39 Gezamenlijk bedrag ƒ42727,17 UITGAVEN ReservefondsNihil. Terugbetaalde aandeelen 197,68 Verleende voorschotten - 23946, Terugbetaalde intressen. - 96,48 Terugbetaalde opgenomen gelden - 16369,64s Intressen van opgenomen gelden. - 94,276 Onkosten- 52,43 Uitgekeerde winst vorig boekjaar - 119,07 Gezamenlijk bedrag 40875,58 Kas-saldo5 Nov. 1871 1851,59 De afdamming der Arnemuidsche haven, waarvan de opening der spoorweg]jjn GoesSloeMiddel burg afhankelijk isschjjnt weldra in uitvoering te zullen komen, althans met de daarbij betrokken eigenaren eener werf en visschers zijn bereids de noodige overeenkomsten tot schadeloosstelling aan gegaan, en men is druk bezig met den aanvoer der voor die afsluiting benoodigde materialen. Eens aangevangen zijnde, is het werk spoedig voltooid. Bij de eergisteren gehouden verkiezing voor een lid der II<fe kamer te Amsterdam zijn ingeleverd 1798 geldige stemmen. Bij de opening op giste ren bleek dat de liberale kandidaat mr. M. B. Godefroi, met 1020 stemmen is verkozen. 766 stem men waren uitgebragtop den heer H. A. Insinger Naar wjj vernemen, bestaat te Amsterdam een plan om van conservatieve zjjde een weekblad op te rigten als tegenhanger van Uilenspiegel. Het zou den naam erlangen van Nederland, en onder redactie staan van den heer mr. A. D. de Vries, den schrjjver van Bet zonderlinge Koninkrijk der Adamieten." Men verlangt intusscben voor die onderneming een kapitaal van f 20,000, verdeeld in 200 aandeelen ieder groot 100, waarvan de eene helft zal worden aangewend tot voorloopige uitgave en kosten, terwjjl de andere helft als re servekas op het Grootboek zal worden ingeschreven. (N. v. d. B.) Het Journal de l'eclairage au gaz in Parjjs meldt dat petroleum, door een nieuw uitgevonden proces, 't welk echter niet wordt medegedeeld, in een danr- zaam vasten vorm kan gebragt worden waarin het kon branden zonder vloeibaar te worden. Uit België schrijft men, dat zoowel de officieele als de officieuse pers het stilzwegen bewaren om trent de zamenstelling van het nieuwe ministerie. De laatst ontvangen berigten melden »uit goede bron" dat bet nienwe ministerie als volgt zou zijn samengesteld: Graaf de Theux, lid der kamer, minister-president, zonder portefeuille; 't Kindt de Naeyer, lid van den senaat, buitenlandsche zaken; Malou, lid van den senaat, finantiën; Thonissen-, lid van de kamer, justitie; Schollaert, lid van de kamer, binnenlandsche zakengeneraal Eenens oorlog; van Boordelid van de kamer, openbare werken; Dumortier, minister zonder portefeuille. Al de genoemde heeren behooren tot de regter zgde. De vier eerstgeuoemden zouden de hun aan geboden portefeuilles hebben aangenomende aan neming van de overige heeren scheen waarschijnlijk. In den Echo du Parlement leest men het vol gende: Naar wjj vernemen, ondervindt het nieuwe kabinet bij de zamenstelling, vele moegeljjkheden. De eenige leden der regterzijde, die zich bereid verklaard hebben tot het aannemen eener porte feuille, zjjn de heerenMalou, Thonissen en 't Kindt de Naeyer. Een ander blad meldt het volgende: De ministerieele crisis bljjft voortduren. Wel geven de bladen dagelijks lijsten van de namen der vermoedelijke opvolgers van het ontslagen kabinet, waarop de Theux, Malou, de Naeyer, Thonissen en andere leden der regterzijde voorkomen, doch tot nog toe schjjnt of eerstgenoemde nog geen volledig stel ministers te hebben kunnen voordragen, èf de koning nog geen beslissing genomen te hebben; althans iets definitiefs is tot heden niet bekend. De eigenljjke reden van den val van het mi nisterie d'Anethan schijnt te liggen in een verschil van gevoelen tusschen hem en den koning. Hjj wilde aan de zamenscholingen te Brussel door middel van de gewapende magt een einde maken Onze lezers houden ons ten goede, dat wij hen nog maals alleen met Belgie bezig houden. De belangrijke om standigheden aldaar, gevoegd bij de nabijheid van liet land, geven ons daartoe aanleiding. en de koning weigerde zijn toestemming te geven tot het nemen van zulk een uitersten maatregel. Zoo althans zeggen de liberale Belgische bladen. ^Eindelijk nog een derde berigt, dat wel het belangrijkst van allen is, en waarin wij de volgende episoden der kabinets-crisis vermeld vinden De kabinets-crisis is nog niet afgeloopen, en dus acht ik bet van belang hare voornaamste episoden kortelijk te schetsen Na de verbitterende debatten over de zaak De- decker-Langrand, na de straatrumoeren, na het ge meentefeest, jl. Donderdag hier gevierd, geloofde het ministerie d'Anethan zeker te zijn van het be houd des bewinds. 's Konings afwezigheid bij ge noemd feest werd uitgelegd als een bewijs zijner sympathie voor de ministers, die daar moesten uitgejouwd worden van een anderen kant scheen de weigering van eenige hoofden der regterzijde een kabinet te vormen, welke taak hun door den koning was opgedragen, een waarborg te zijn voor den wil der meerderheid om de hh. d'Anethan en Comp. te ondersteunen. Onder deze omstandighe den vereenigde de regterzijde zich en wenschte zij het ministerie geluk met zijn verzet tegen den kreetontslag ontslag die vernomen werd, hetzij van de linkerzijde, hetzij van de rustverstoorders, en met aandrang trachtte zij de ministers te be wegen hunne portefeuilles niet neder te leggen en aan de straatschandalen een einde te maken. Al de leden der regterzijde verbonden zich de even tueel hun aantebieden portefeuilles niet aantene- nien, en naar aanleiding hiervan begaf de heer d'Anethan zich Vrijdag ochtend tot den koning, met wien hij een gesprek had, dat wel niet woor delijk door mij kan weergegeven worden, doch dat ik n kan mededeelen gelijk hier volgt, met de ver zekering dat, al mogen de gebezigde uitdrukkingen niet de officieele en authentieke zijn, Leopold II en zijn minister van buitenlandsche zaken bijna in deze bewoordingen de gewigtige kwestie bespro ken hebben. >Sire," zeide de heer d'Anethan, »de gisting houdt aan en neemt toe; niet het ministerie wordt meer beleedigd door de openbare manifestatiën maar zij honen Uwe Majesteitgisteren werden de meest smadende kreten voor het paleis aangeheven. Dit kan niet langer geduld worden." »Dat is ook mijn gevoelen," zeide de koning; »en door welk middel is er een eind aan te maken." »Het middel ligt voor de hand; wij hebben in en om Brussel 15,000 man troepen, met cava lerie en geschutzoo noodig kunnen wij meer krijgen." »Is dan de burgerwacht niet voldoende?" »Neen, sire. Vooreerst is er niet onvoor waardelijk op te vertrouwen, enkele van hare leden hebben ingestemd met de kreten der menigte en de kolven omhoog gelicfciden bovendien is de bur gerwacht afgemat, daar zij een week lang dag en nacht op de been was." »Wat mg betreft," hervatte de koning, »ik wil het leger niet gebruiken, ik wil geen burger bloed doen stroomen, zelfs al mogten de burgers van het regte spoor afgedwaald zijn. Ik vergenoeg mg met de burgerwacht." »Met haar sta ik niet borg voor de hand having der orde," sprak het hoofd van het kabinet. »In dit geval blijft mij niet anders over," verklaarde nu de koning, »dan u en uwe ambtge- nooten te verzoeken mg uwe portefeuilles terug te geven." Sire, wij zullen gehoorzamen, maar wij heb ben ons tegenover onze partij verbonden onze demis sie niet intedienen U- M. gelieve ons dus schriftelijk medetedeelen dat wij ontslagen zijn." De heer d'Anethan hoopte ongetwijfeld dat de koning, na de zaak nog eens overwogen te hebben, van zijn voornemen zou terugkomen en den ont slagbrief niet zou schrijven. Hij bedroog zich; een kwartier uur na bovenvermeld onderhoud bragt ko lonel Prisse 's konings adjudantden bewusten brief. Het was 12 ure 's middags; de kamer moest ten 2 ure bijeengekomen; de heer d'Anethan riep zijne ambtgenooten en de invloedrijkste leden der regterzgde bij zich. Allen waren woedend over bet besluit des kouingsen toen werd besloten openlijk aan de kamer mede te deelen, dat Leopold II zijne ministers had weggezonden. Het gevo'g hier van was de onstuimige zitting van Vrijdag, die reeds bekend is. Na die zitting hield de regterzgde weder een bijeenkomst, waarin, met afwijking van de afspraak, den vorigen dag gemaaktbesloten werd dat de leden der regterzgde, die door den koning mogten ontboden wordende hun aan te bieden porte feuilles zouden aannemen, om deze niet in hauden de liberalen te doen vallen. Inderdaad werd de heer de Theux denzelfden avond ten hove ontboden, en deze onderwierp den koning den door hem gemaakte lijst van nieuwe ministers, wier namen hierboven zgn op gegeven. De candidaat-ministers werden met an dere katholieke aanvoerders bjj den heer de Theux bescheiden, en in die bijeenkomst werd men bet wel eens over de namen, maar de discussie over het programma van het nieuwe bewind liep zoo gemakkelijk niet af. Ofschoon allen erkenden de noodzakelijkheid dat de verbitterde partjjkwestien moesten blijven rnsten tot na de verkiezingen in 1872, en voor het oogenblik de kamers zich be hoorden te bepalen tot het vaststellen der begroo- tingen, leverde de bespreking van het budget vau oorlog onoverkomelijke moeijelijkkeden op. Tegen over die houding der linkerzijde tnoest de regterzijde wel zich verklaren voor de legerorgauisatie. Daar deed zich het grootste verschil van gevoelen kennen. Eenigen wenschten dat de militaire dienst- pligt, zoo als deze in Pruissen bestaat, werde aan genomen, met afschaffing van de plaatsvervanging, en gaven toe dat de begrooting van het depar tement van oorlog nog opgevoerd kon worden anderen wilden den tegenwoordigen toestand on veranderd laten nog anderen verlangden dat zoo niet in 1872, dan toch in 1S73 genoemde begroo ting aanmerkelijk verminderd worde, overeenkomstig bet Antwerpsche programma. De heer de Theux schreef aan den kouing dat hij bij dit verschil van meeniug afzag van de taak een ministerie zaaien te stellen. Toen liet de koning den heer Malou, lid van den senaat, den sluwsten man der regter zijde bg zich komen. Zijne vrienden hopen dat het hein moge gelukken aan 's konings verlangen te voldoen. Hij zal het beivijs leieren dat hij niet ten onregte voor een bekwaam man gehouden wordt, wanneer hij de militaire kwestie óf oplost óf ont wijkt, want ik herhaal hetde militaire kwestie is de knoop der tegenwoordige crisis. Overigens is alles kalm de bevolking verheugd over den val van bet kabinet d'Anethan, is rustig en heeft den koning en de koningin zeer goed ontvangen op hunne wandelingen door de stad. Zekere Tubler, steenhouwer te Feldmoos, in de gomeente Thai, kanton Genève, vond eenige jaren geleden, bij het opknappen van zijn huis, een bom in een der muren, die daar waarschijnlijk sedert 1796 had gezeten. Zijne kinderen ebruikten de bom als speelgoed en niemand dacht er aan, oe gevaarlijk dit voorwerp eenmaal zou worden. In den loop dezer maand maakte Toiler in zijne keuken een ijzer warm; het ijzer gleed hem uit de handen viel ongelukkig op de bom, die in de onmiddellijke nabijheid op den grond lag. Een vreeselijke ontploffing weerklonk door het geheele dai; de bom had vuur gevat en hare scherven deden deuren, vensters en schoorsteen uit elkander springen. Tobler werd een been letterlijk geheel afgeslagen, en weinige oogenblik- ken later was de man een lijk. De drijvende circus van den heer Lent maakt in de Rijnprovincie veel opgang. Dit gevaarte bevat niet alleen amphitheaters voor een groot aantal toeschouwers, benevens stallingen, kleedkamers enz., maar ook twee ruime restauratiën, de noodige slaap vertrekken voor directie en personeel, eene doelmatige gas fabriek, eene drukkerij, magazijnen, verwarmingstoestel euz. De circus zal te Keulen overwinteren Er zal, zegt men, een conservatieve Uilenspiegel worden uitgegeven en bijzonder goed ingelichten murmelen ook reeas van een aiitirevolulionaire, clericale en internationale dito, zoo dat het land nog eens vol Uilenspiegels kan raken. Te Rou- baix in Frankrijk heeft zich de kassier van de heeren D. en M.fabx'iekanten aldaar, uit de voeten gemaakt met een sommetje van 150 000 francs. Zoodra hij te Brussel was aangekomen, schreef hij aan zijne patroons, dat zijn eer.ig doel was geweest om de onregtvaardigheid van het' lot te verbeteren, dat een dergelijk groot fortuin aan zul ke botterikken had gegeven. Zondag-morgen werd te Rotterdam door twee ambtenaren een man aangehouden, die een fust jenever vervoerde, zonder door een Biljet van vervoer gedekt te zijn Naar het zeekantoor gebragt. werd de man zoo door schrik bevangen; dat hij plotseling dood bleef. Naar men beweert was de man, die vier kinderen nalaat, onbekend met hetgeen hij vervoerde, en zou hem ezegd zijn, dat het fust petroleum inhield. Een arbei- er, die in het gehucht Rotstergaart bezig was een stuk land te slechten, stiet met zijne spade op iets hards, dat bij onderzoek een aarden kannetje of potje bleek te zijn, ten deele gevuld met oude munten. Hij heeft daarvoor, naar men verneemt, eene som van ƒ229,80 ontvangen. Te Hulst is een vrouw door haar kat tweemaal in een vin- er gebeten; na verloop van eenige dagen zwol de arm op, aarna het geheele ligchaam en in acht dagen was de vronw een lijk. Te Jaarsveld heeft men na vele vruchtelooze pogingen eindelijk eenen „in de leer zuiveren" predikant beroepen, die waarschijnlijk zal overkomen en dan meteen eene befaamde Jaarsveldsche orgelkwestie kan uitmaken, 't Nieuwe orgel staat in de kerk, maar 't mag niet bespeeld"^^ worden door 't verzet der anti-orgelisten en velen hopen nu, dat de nieuwe dominé zich bij de orgelisten zal voegen. Te Delft is een negenjarig meisje met een voet tusschen rails van den Hoilandschen spoorweg beklemd geraakt. Een trein naderde en 't kind was in 't grootste gevaar, maar elukkig kon men den trein stoppen, de rail ligten en zoo en voet vrij maken Naar 't eiland Schokland zijn ten gebruike van de schipperij 12 ijszagen en 24 ijsbijlên ge zonden. Te Ammerstol is een kind voorover in 't vuur gevallen en erg gebrand Als een voorbeeld van naauw- keurigheid teekenen wij op, dat de N Kamper Ct. van Za- turdag, in het verslag van een gemeenteraads-zitting, liet volgende mededeelt: „Omstreeks der.en tijd, maar nu een goed half uur vroeger, als om aan de eentoonigheid een einde te maken, verlaat de heer E weder de verga dering om aan de onbedriegelijke stem der natuur gehoor te geven. Ditmaal spreekt die stem haastig en lang." BOEKBEOORDEELWG. Berthold Auerbach is als Duitscb dichter en schrijver bekend. Hij werd uit joodsche ouders te Nordstetten in het Wurtemburger Schwarzwald geboren. In 1836 trad hij voor het eerst als schrijver op. Eene rei van romans, dié tot de geschiedenis van het Jodendom in betrekking staan, werden door hem uitgeven Doch later gaf hij vele romans uit aan het volksleven ontleend, onder welke zijne schet sen uit het stads- en dorpsleven een algemeenen en wel verdienden bijval vonden en bijna in alle talen van Europa vertaald werden. De ijverige Noothoven van Goor is op het denkbeeld ekomen om deze schetsen in onze taal uittegeven, onder en titel van „Novellen uit het dorps- en stadsleven door B. Auerbach naar het Hoogduitsch door P. Beets. In dit werk schittert Auerbach zeker in hooge mate. Mogen de gevoelens verdeeld zijn over de waarde zijner staatkundige en wijsgeerige denkbeelden, over zijn talent als volksschrijver is maar ééne stem, die der bewondering. Hij schildert met de pen, hij weet met onovertrefbare naïveteit zijne dorpsgeschiedenissen voor te dragen en toont zich een volksschrijver bij uitnemendheid. Met buitengewone fijnheid van opmerking weet hij al het aantrekkelijke van het werkelijke leven te schilderen en oud en jong té kluis teren aan de voortbrengselen van zijn genie. Daar is niets in het volksleven, dat zijne aandacht ontsnapt: de zeden weet hij te verstaan en te waardeeren, de overleveringen afleluisteren en in een zuiveren spiegel te doen weerkaat sen, de zangen optevangen en weer te geven, en' alles te zamen levert hem de trekken van het beeld, dat met innig welgevallen door zijne landgenooten aanschouwd wordt. Maar niet alleen voor zijne landgenooten heeft hij <le rijke schatten van zijnen geest ten beste gegeven; allen, wnarj^

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1871 | | pagina 2