BUITENLAND.
GEMENGDE BERIGTEN.
Or eene dienstreis, onlangs door den directeur
van justitie in het belang van het gevangeniswezen
over de residentiëu Pasoeroean, Soerabaija, Rem
bang, Japara, Samarang, Kadoe, Bagelen, Soera-
karta, Djokjokarta, Banjoemas en Tagal afgelegd,
is dien departementschef op nieuw de onjuistheid
gebleken van de herhaalde beweringen, dat de on
veiligheid op Java van dag tot dag zou toenemen.
Z. M. heeft bewilliging verleend op de ontwerp
statuten van de naamlooze Maatschappij der eerste
kunstmatige oester- en mosselcultuur in Zeeland,"
te vestigen te Goes.
Bij beschikking van Z. M. den koning van 28
October jl., zijn de gewijzigde statuten van de ar-
beiders-vereeniging alhier goedgekeurd en is de ver-
eeniging, thans onder den naam van nllelp u
gelven, door en voor arbeiders te Goes, als regts-
persoon erkend.
Naar wij roet zekerheid vernemen hebben de
eigenaars der stoomboot Zuid-Beveland besloten,
einde dezer maand de dienst op Dordrecht, Zierikzee
en Goes te staken en opteheffen. Op Vrydag 24
dezer zal de boot voor het laatst van hier naar
Rotterdam vertrekken.
Naar aanleiding van het berigt uit de Delftsche
Ct. opgenomen in ons vorig nr. en de daarbij
gedane vraag, vernemen wij dat de sub-commissie
van onderzoek in zake vervalsching van eetwaren
alhier, steeds werkzaam is, voorgaat met verschil
lende onderzoekingen, doch in eenige artikelen nog
tot geen eind-resultaat is gekomeu.
In een onzer vorige nrs. deelden wij mede, dat
gedep. staten dezer provincie eene som van 250.
uit de onvoorziene uitgaven der begrooting hebben
gevraagd, ter bestrijding der meerdere kosten die
voor het onderhoud van den 's Gravenpolderschen
straatweg meer dan geraamd was, noodig zijn.
Het bljjkt nu, dat dat meerdere onderhoud een
gevolg is van nieuwe putten en gaten, door het
aanhoudend natte weder in den laatstverloopen tijd
ontstaan en dat, indien deze niet tijdig worden
hersteld, het berijden van den weg binnen korten
tjjd niet zonder gevaar zal kunnen geschieden.
Den 1 November is te Middelburg eene verga
dering gehouden van de inschrijvers in de Zeeuw-
sche spoorbootmaatschappij, waarin de statuten der
nieuwe vennootschap zijn goedgekeurd. Voorts is
bepaald, dat de zetel der maatschappij te Middel
burg zal zijn gevestigd, terwijl tevens besloten is
tot het doen bouwen eener nieuwe boot.
Tot directeur is benoemd de heer B. A. Fokker
te Middelburg.
Tot commissarissen zijn gekozen de heeren J. A.
Tak^ en P. de Bruijne, beiden te Middelburg;
J. A. A. Fransen van de Putte, te Goes; C. van
der Vliet Dg, en R. Koole beiden te Zierikzee.
De heer P. L. de Bruijne, te Middelburg, werd
tot boekhouder benoemd.
Wij vernemen dat, ter bespoediging van de ope
ning van den Zeeuwschen spoorweg, door den mi
nister van binnenlandsche zaken de noodige bevelen
gegeven zijn, om ten spoedigste overtegaan tot het
afdammen der Arnemuidsche haven. Is dit werk
verrigt en de Sloedam voltooid, dan kan, zonder
verderen tegenspoed, de spoorweglijn in het vroege
voorjaar geopend worden naar men thans wil niet
voorloopig tot Middelburg, maar in eens naar Vlis-
singen, waar de draaischijf zou geplaatst en de
vereischte hulplokalen zouden opgerigt worden.
De Dingsdag te Axel gehouden jaarmarkt ken
merkte zich door een treurig voorval dat op velen
een diepen indruk maakte. Op de markt was eene
karnmachine door een Belgisch eigenaar tentoon
gesteld, welke nu en dan in beweging werd ge-
bragt om hare werking aan te wijzen. Eenige
jongelieden, van een onbewaakt oogenblik gebruik
makende, bragten de raderen in werking, terwijl
een jongeling van nagenoeg 16 jaren de onvoor-
zigtigheid had er zjjne hand op te plaatsen. In
een oogwenk werd deze door de tanden der cy
linders gegrepen en zoodanig verbrijzeld dat de
voorarm terstond moest geamputeerd worden, welke
operatie door den geneesheer A. de Fouw, onder
den invloed der chloro/orme, plaats had. Tot dus
verre is de toestand van den jongeling bevredigend.
Terwijl in Frankrijk over gebrek aan zilveren
specie geklaagd wordt, is de toevoer van Fransch
en Belgisch zilvergeld in Zeeuwsch-Vlaanderen se
dert maanden zoo sterk, dat Hollandsch geld en
papier bijna niet aanwezig en slechts tegen hooge
percenten te bekomen is; dit geeft aanleiding tot
groote moeijelijkheden.
De administratie van openbare weldadigheid te
Parijs doet door de stadswerklieden al de drooge
bladeren, die den grond bedekken, opzamelen. Deze
bladeren, door sterke machines zaamgedrukt, zullen
een goed verwarmingsmiddel zijn, dat des winters
aan de noodlijdenden zal uitgedeeld worden. De
hoeveelheid bladeren, welke men dus in en rondom
Parijs kan opzamelen, is ongeloofelijk groot. Het
zelfde bureau doet ook proefnemingen om het brood
der armen te verbeteren hiertoe wordt koolzuur in
plaats van gist gebruikt, welke zelfstandigheid het
brood zoo ligt maakt als wenschelijk is en ten
andere de goede hoedanigheid bezit het voor ver
buren te vrijwaren. Vaderl.}
Benoemingen en Besluiten.
Aan den notaris J. C. Benteijn is vergunning verleend
zijne standplaats van Oud-Vosmeer over te brengen naar
Tholen.
BESTEDINGEN en VERKOOPINGEN.
De verbouwing aan het locaal der school voor meer uit
gebreid lager onderwijs aan meisjes alhier is aangenomen
door den neer A. de Beste voor 996.
De heden te 's HeerArendskerke verkochte Hofstede
Veldziat", staande en gelegen in genoemde gemeente, met
61.85.68 centiaren Bouw- en Weiland, Boomgaard enz., is
in massa toegewezen voor 995.per heet. (bunder) boven
de kosten en verdere bedingen, aan dhr. mr. W. A. van
Voorst Vader.
Kerkelijke Zaken.
Door het kiescollegie der Nederduitsche hervormde ge
meente te Middelburg werden den 1 dezer, des avonds op
het viertal voor het aanstaande beroep van een predikant
gebragt de heeren: dr. G. J. van der Flier, te Heemstede,
met 61; dr. P. J. Hoedemaker, te Veenendaal, met 57,
dr. G. J. Vos Az., te does, met 55en P. van Son, te Nij
megen, met 41 stemmen.
Men heeft ook in Nederland nog menschen, die
voordeel en vermindering van belastingen ver
wachten, wanneer het mogt gebeuren, dat ons land
eens bij het groote Duitsche Keizerrijk werd inge
lijfd. Wij willen deze optimisten een klein staal
tje geven van hetgeen ons in het algemeen en de
onderwijzers in het bijzonder te wachten staan
bij eene onverhoopte annexatie. In een nieuws
blad leest men het volgendeDe Duitschers die
reeds sedert lang van afschaffing van belastingen
en schulddelging droomden, vinden zich door de
laatste mededeelingen in den rijksraad niet wei
nig teleurgesteld. In plaats van vermindering van
lasten is er toch ernstig sprake van vermeerde
ring. Het denkbeeld om de tabak hooger te be
lasten, dat vroeger werd verworpen, treedt thans
bijv. weder op den voorgrond. De ontevredenheid
daarover geeft zich vooral lucht in caricaturen.
Zoo bevat De Wespen een plaat, voorstellende het
vat der Danaïden. De veroordeelden pompen on
vermoeid milliarden op en werpen die in het vat,
dat van onderen gescheurd is en waar von Bis
marck al het goud in een Pickelhaube opvangt.
Op eene andere plaat wordt de Keizer voorgesteld,
omringd door wapen- en goudsmeden. Hij wil den
generaals gouden degens doen dragen, den hoofd
officieren verguld zilveren en al de andere officie
ren zilveren. Op den achtergrond staan een aan
tal uitgeteerde onderwijzers met verzoekschriften
om verhooging van tractement. Deze laatste ca-
ricatuur is vooral bijtend om de droevige waar
heid, die er aan ten grondslag ligt. Volgens offi
ciële cijfers zijn in het regeringsdistrict Frankfort
a. d. Oder 6 onderwijzersplaatsen met 1020 Th.
tractement; 27 van 20—40 Th.; 60 van 4060
Th.; 115 van 6080 Th. en 159 van 80100
Th. jaarlijksch inkomen. In het regeringsdistrict
Potsdam zijn 486 onderwijzersplaatsen, met een
jaarlijksch tractement van 10100 Th. In het
jaar 1830 bedroeg het getal onderwijzers van 10
tot 100 Thaler genoot, in geheel Pruissen 12000.
Sedert is het gemiddelde inkomen der onderwij
zers met 15 Sgr. dat is 90 centen, vermeerderd.
Na deze mededeeling gunnen wij aan hen. die
iets goeds van onze annexatie verwachten, hunne
illusiëu.
De diplomatieke betrekkingen tusschen Frank
rijk en Duitschland zijn nog al niet teruggebragt
op den normalen voet, waarop zij zich vóór de
oorlogsverklaring bevonden. Te Berlijn leidt een
zaakgelastigde de aangelegenheden van het gezant
schap, en aan het hoofd der Duitsche legatie te
Parijs (Versailles) staat een gezant in buitenge
wone dienst. Deze buitengewone missie zal ver
moedelijk zoo lang duren tot dat al de kwestiën
tot oplossing zijn gebragt, die nog kort geleden,
in den vorm van conventiën tot uitvoering van
het vredestractaat, gemeenschappelijk te Frankfort
behandeld werden. Ook worden te Berlijn thar.s
onderhandelingen gevoerd over het sluiten van een
nieuw postverdrag, en dus mag men aannemen dat
de buitengewone zending van graaf Arnim nog niet
is afgeloopen met de uitwisseling van de ratifica-
tiën der verdragen van 12 October. Volgens ge-
loofwaarde berigtgevers zou de Fransche regering
volstrekt niet ongeneigd zjjn den weg tot herstel
van de normale betrekkingen tusschen Berlijn en
Parijs te banen, door de benoeming van een ge
zant" bij het Duitsche hof, doch meent zij hiertoe
niet te mogen overgaan, zoolang nog Fransche
krijgsgevangenen zij het dan ook veroordeel
den zich in Duitsche vestingen bevinden. Ware
deze steen des aanstoots weggenomen, dan zou, zoo
althans meldt een Parijsch correspondent der Köln.
Zeit.geen ernstig bezwaar meer bestaan tegen
den terugkeer tot de oude vormen der diploma
tieke vertegenwoordiging. Of echter, gelijk Parij-
sche bladen meenen te weten, juist de hertog de
Choiseul tot vertegenwoordiger van Frankrijk te Ber
lijn gekozen is, wordt door bedoelden correspondent
in twijfel getrokken, daar in beginsel is beslist geen
anderen diplomaat naar Duitschland te zenden dan
die grondig bekend is met de Duitsche taal.
Een der leden van de Internationale, de heer
Baillie Sachrane, die eene inspectiereis op het vas
teland deed, heeft berigt, dat die vereeniging in
Frankrijk een millioen aanhangers heeft, die ieder
eene wekelijksehe bijdrage van 5 cents betalen,
hetgeen per jaar 100,000 frs. oplevert. In Enge
land is het getal leden 186000, waarvan in Londen
alleen 30,000. Over het geheel genomen zou de
Internationale zeven millioen leden tellen.
De ijzergieterijen en werktuigfabrieken in En
geland zijn thans door den overvloed van bestel-
lingen en door de goede prijzen harer produkten
in staat om eenige verhooging van het arbeids
loon aan hare werklieden te bewilligen. Doch een
andere tak der Engelsche fabrieknijverheid, de ka
toenweverpen, heft klagten aan. Jl. Woensdag
zijn gelastigden van vier en-dertig firmaas, te za-
meu 19,000 weefgetouwen voor het vervaardigen
van katoenen goederen bezittende, te Blackburn
bijeengekomen om er den toestand en de vooruit-
zigten van dat bedrijf in overweging te nemen.
Niet eenstemmig, maar door de vertegenwoordi
gers van een-en-dertig firmaas en van 17,000 weef
getouwen, werd besloten de fabrieken gedurende
minder langeu tijd dan thans, nl. veertig uren elke
week in plaats van zeven-en-vijftig, te doen wer
ken dit besluit zal ééne maand van kracht zijn
en het voornemen bestaat om des noodig dezen
tijd te verlengen. Een gevolg daarvan zal zijn dat
de consumtie van katoenen garens 750,000 pond
per maand minder wordt, dat die garens alzoo in
prijs dalen, en dat de wevers, die thans bij den
lagen prijs van hun fabricaat met verlies werken,
weder winst zullen kunnen maken.
De londensche Times meldt uit Philadelphia
van 20 October o. a. het volgende: »Uit Chicago
ontvangen wij dag op dag verblijdende en bemoe
digende berigten, inhoudende dat de zaken van
handel en bedrijvigheid er meer en meer, ja al
gemeen hervat wordendat de omtrek, door den
brand verwoest, wemelt van metselaren die bezig
zijn de fundamenten voor de weder op te trekken
gebouwen te leggen, en dat er groote hoeveelhe
den goederen, bij tonnen wigts, aankomen voor
de kooplieden die hun bedrijf hervat en hunne ma
gazijnen heropend hebben. In Chicago blijkt thans
weder de ongemeene levenskracht van het ame-
rikaansche volk, zijn vermogen om lasten te dra
gen en zijne kracht om te arbeidende volksaard
is hier als eene stalen veer, buigende maar niet
brekende, en zich te sterker uitzettend hoe meer
zij belast wordt.
»Te New-York heeft het Zeventiger-comité een
groot aantal bewijsstukken en getuigenissen tot
staving der schuld van de plunderaars der stads
kas verzameld, een aanmoedigend en goedkeurend
schrijven van den gouverneur van den Staat ont
vangen, en den beroemden advocaat Charles O'Co
nor in dienst genomen; nu zal eerstdaags de strijd
voor den regter in vollen ernst worden aangevan
gen, hetgeen tot bevreemding voor het publiek her
haaldelijk verschoven is.
»Hier, te Philadelphia, is thans ontdekt dat
eene som van ruim 400,000 dollars in de stads
kas ontbreekt. Eene firma van makelaars was in
de gelegenheid gesteld om met de gereede pen
ningen der stad te speculeren; zij was ongelukkig
in hare speculatiën en maakte een schandelijk bank
roet hierbij leed ook de kas der stad verliezen
dat is de hoofdoorzaak van het ontdekte tekort.
Het gebruiken van gelden van openbare kassen
ter dienste van particuliere speculatiën is in deze
landstreek sedert jaren gebruikelijk.
De inval eener bende gewapende fenians uit
Minnesota in de Canadasche provincie Manitoba
is door troepen van de Vereenigde Staten op kor
te en krachtige wijze gestuit. De aanvoerder der
bende, de zoogenaamde generaal O'Neill, werd
door de troepen gevangen genomen, voor een ge
lastigde van het gouvernement der Vereenigde Sta
ten te Pempina gebragt een beschuldigd van schen
ding der eedgenootschappelijke wet, die aan de
burgers der Vereenigde Staten verbiedt vijande
lijkheden tegen een bevriend land te ondernemen.
Doch die gelastigde zeide, dat het aan O'Neill ten
laste gelegde misdrijf op het Britsche grondgebied,
buiten de grenzen der Vereenigde Staten, was
gepleegd, en dat hij dus geen regt had om dien
persoon gevangen te houden. Dientengevolge werd
de held der Fenians op vrije voeten gesteld; hij
begaf zich dadelijk naar St. Paul in Minnesota,
en zal denkelijk eerstdaags weder in New-York
zijn. Zelfs dat deel der bevolking van Manitoba,
hetwelk zich onlangs tegen de inlijving dier land
streek bij Canada aankantte, toont zich thans be
reid om de lersche indringers te helpen afweren."
De New-Yorksche Times noemt het eene bespotte
lijke onderneming van de Fenians, een kwajon
gensstreek, doch eischt tegen O'Neill strenge straf.
De Republicain de l'Allier verhaalt een droevig voorval,
hetwelk in het dorpje Orseraies, bij Montereau, heeft plaats
gehad. De kerktoren van dit dorpje, welke zeer scherp
oploopt, is omtrent honderd voet hoog. Een straatbengel,
Maria Odon geheeten, wedde dat hij de haan van den toren
een papieren hoed zou opzetten. De weddingschap werd
door een zijner makkers voor tien knikkers aangenomen
en Maria Odon verdween in de kerk, die op dat oogen
blik zonder volk was, verscheen weldra aan eene der ope
ningen van de klokkenkamer en kroop op het dak. Hier
begon het gevaar eerst. Toen men den kwade jongen als
eene kat op de glibberige schaliën zag klauteren, maakte
zich eene onrustige vrees van al die het zagen meester en
riep men hem toe, terug te keeren. Zonder naar iets te
luisteren vervolgde hij zijne gevaarvolle opklimming en
kwam eindelijk aan den haan. Op het oogenblik dat hij
dezen vastgreep, gaf de haan toe aan de zwaarte van het
kind en het viel, daar hetgeen steunpunt vond, om zich vast
te klampen, tot op de straatsteenen. Zijne hersens lagen op de
steenen verspreid en het hield nog steeds met zijn regter-
hand den papieren hoed krampachtig omsloten. Bij den
verkoop der livrei-jassen van ae bedienden aan de Tuile-
riën is een belangrijke bijzonderheid uitgekomen, voor
welker bekendwording rijke lieden, die livrei-bedienden
hebben, den president der republiek eveneens dankbaar
kunnen zijn, zoo zij willen. In geen der jassen of broeken