SÜIKERPEEËK
BUITENLAND.
GEMENGDE BERIGTEN.
BURGERLIJKE STAND GOES
.T. TT. JANSSEN,
hen zijn een aantal burgers, behoorende tot de
lagere en middelklassen, de slagtuffers van de ramp
geworden, die noch kapitaal noch crediet hebben
om de handeu aan het werk te kunneu slaan. Hun
lijden, hunne teleurstelling moet vreeselijk zijn.
Maar weenende te midden van de puiuhoopen, zal
het hun toch een troost wezen, dat ieder zich
haast om te offeren op het altaar der weldadigheid
opdat hun leed, hunne ellende worde gelenigd.
Benoemingen enz.
Met ingang van 1 November benoemd tot kantonregter
te Schiedam mr. J. da Clercq van Weel, thans kantonreg
ter te Zierikzee.
ESesstedingren.
Heden is aan het ministerie van binnenl. zaken aanbe
steed het voltooijen van den tweeden schutsluis aan het
kanaal van Zuid-Beveland in 2 pereeelen.
Minste inschrijvers waren voor het le perceel de heeren
Hoos en Zoon te Botterdam met 35,840,en voor het
2e perceel de heer Herfkens te Millingen met 35,700,—.
Bij gebrek aan ander nieuws, bespreken de Fran-
sche bladen nog bij voortduring de Bonapartistische
woelingen. Volgens die besprekingen worden dooi
de agenten van den ex-keizer en van zijne aan
hangers, op verscheidene punten te gelijk werkzaam,
alle mogelijke geruchten verspreid, en het landvolk
is nog al zeer ligtgeloovig. Dat de teruggave van
den Elzas en Lotharingen daar'.n een groote rol
speelt, is natuurlijk, en dat het tijdperk der rege
ring van Napoleon 111 wordt voorgesteld als een
tijdperk van de grootste welvaart voor Frankrijk
behoeft wel niet gezegd te worden. In het zuiden
des lands is de stemming der bevolking echter
alles behalve Bonapartistisch, en zelfs werd Prins
Napoleon op zijne reis door dat gedeelte overal
slecht bejegend. Zoo, b. v. verschenen te Tullens
bij Grenoble de passagiers voor den waggon, waarin
dè Prins gezeten was, en overlaadden dezen met
scheldwoorden en vloeken. Intusschen schijnt Keizer
Napoleon de hoop op herstel zijner djmastie nog niet
optegeven. De Times bevatte dezer dagen een ant
woord, door Napoleon III gegeven aan iemand die
met hem over Frankrijks toestand sprak. Wat de ex-
keizer zeide was niet duidelijk op te maken uit het
telegram desbetreffende, doch in de Köln. Zeit. vinden
wij een uitvoeriger telegram over dezelfde zaak, en
vo'gens deze raededeeling heeft Napoleon gezegd
»lk geloof niet aan een Bonapartistische zaraen-
zwering, omdat Frankrijk rustig en kalm van zijne
ramp moet herstellen, omdat de tegenwoordige voor-
loopige toestand geen regeringsvorm uitsluit, en
omdat niet een besluit der kamer, maar alléén een
regtstreekseh plebiscit mij de souvereiniteit over
Frankrijk ontnemen kan. Officieren, die bij mij
aanzoek deden om van hunnen eed ontheven te
worden, heb ik dit geweigerd doch ik stond hun
toe in de dienst van hun land te blijven."
En bij de beschouwingen van die woelingen en
verwachtingen bevatten de bladen, zoowel Fran-
sche als andere, onderscheidene opstellen over den
toestand en de toekomst van Europa. Als curio
siteit op dit gebied verdient vermelding een stuk,
getiteld Frankrijk en Duitschland, opgenomen in
den Londenscken Standard. De schrijver van het
artikel beoogt niets minder dan het vredestractaat
van Versailles Frankfort o'ngedaan te maken, Na
poleon 111 weder op den Franschen troon te plaat
sen, Elzas-Lotharingen aan Frankrijk terug te ge
ven, en dit alles bij minnelijke schikking, met toe
stemming van alle bij de zaak betrokken partijen
en in het belang van den eeuwigen vrede der vol
keren. Om dit kunststukje, dezen merkwaardigen
toer, te volbrengen, wordt het volgende recept
aanbevolen lo. Met toestemming van Duitschland,
Frankrijk en al de Europesche mogendheden wordt
Napoleon IIIonder wiens regering Frankrijk zich
in de grootste welvaart verheugde, op den Fran
schen troon hersteld en het door Duitschland ver
overde land hem teruggegeven. 2o. Tot vergoe
ding voor deze teruggave krijgt Duitschland vijftig
millioen pond sterling, en wel: van Frankrijk, En
geland, Oostenrijk en Italië ieder tien millioen, van
Spanje, Portugal, België, Denemarken en Zweden-
Noorwegen ieder twee millioen. 3o. Twaalf maan
den na de onderteekening van dit tractaat, heffen
al de onderteekenareu hunne tolkantoren op en
proclameren wederkeerigen volkomen vrijdom van
in- en uitgaande regten. 4o. Daarna schaffen de
onderteekenaren hunne staande- legers af. De ont
werper van dit plan een zeer bemiddeld en ge
acht man, Charles Tennant, wonende te Londen
no. 2, Richmond Terrace, Whitehall meent dat
op deze wijze de grondslag tot een duurzamen Eu-
j-opeschen vrede verkregen kan worden en al de
belanghebbende Staten een zeer goede zaak doen.(!
Tot een bewijs hoe sommige vroegere vurige
aanhangers van den ex-keizer veranderd zijn in
hunne gevoelens, maakt l'Avenir liberal een brief
openbaar, den 1 Februarij 1870 geschreven dooi
den heer Cremer, destijds kapitein bij den staf,
en adjudant van generaal Clischant. In dien brief
brengt hij uit eigen naam en uit naam van een
aantal officieren, den redacteur van den Paps, Paul
de Cassagnac, hulde voor de kracht waarmede liij
het keizeirijk en het leger in zijn blad verdedigde,
en hij noodigt hem uit een militair spreekgestoelte
op te rigten, waarop tegen de schrijvers van de
^Marseillaise cn tegen alle verdere pamflettisten te
velde getrokken zon kunnen worden. Kapitein Cre
mer verzekert, dat, zoodra die gelegenheid bestond
minstens vijfhonderd officieren, onderofficieren en
soldaten zich zouden inschrijven »om al die kwak
zalvers van de pers met pen en degen te woord
te staan." En diezelfde heer Cremer, thans gene
raal, is een zeer hartstogtelijk republikein, die met
al de kracht, welke in hem is, de herstelling van
het keizerrijk bestrijdt.
Den 20 is te Weeue.i een groote ministerraad
gehouden, waarin ter tafel gebragt werd het res
cript opgesteld zoo als de rijksministers von Beust,
Kuhn en Lonyay alsmede de Hongaarsche minister
president Andrassy noodig oordeelen. In dit stuk
wordt met nadruk verklaard: dat het noodzakelijk
is, dat de Ozechen onvoorwaardelijk afgevaardigden
naar den rijksraad zenden en dat ee.ie discussie
over het Hongaarsche vergelijk niet kan worden
toegelaten; eindelijk wordt als grondvoorwaarde
gevorderd dat de stelling vau Bohemen in de
monarchie, gelijk die van alle andere koningrijken
en landen, als reeds door de constitutie geregeld
beschouwd worde. Graaf Hohenwart handhaaft
zoo meldt de Neue freie Presse wel is waar
zijn standpunt en wijkt niet af van zijne met de
Czechen getroffen overeenkomst in de fundamentele
artikelen uitgedrukt, maar schijnt toch in het oor
spronkelijk door hem opgestelde rescript eenige
zinsneden te willen lasschen, geschikt om de Hon
gaarsche bezwaren uit den weg te ruimen. Waar
schijnlijk is ook over den inhoud van het rescript
vooraf eene afspraak tusschen Hohenwart en de
Czechen gemaakt, en daarom heeft hij de leiders
der laatstgenoemden naar Weenen ontboden om
hunne vergunning tot eene wijziging van het res
cript te verkrijgen. Daarover wordt nu door graaf
Hohenwart met Rieger en Clam Martinetz onder
handeld, en wanneer deze onderhandelingen afge-
loopen zijn zal de groote ministerraad op nieuw
bijeenkomen om de beraadslaging voort te zetten
en Hohenwarts laatste voorstel te ontvangen."
Zoo als men zich herinneren zal is het conclave
in der tijd te Rome gehouden. Naar men zegt
is de paus voornemens het aanstaande conclave
niet aldaar, maar in een vreemd land, misschien
wel in een Fransche stad, te openen. Pius IX
heeft, zoo wordt beweerd, een legaat tot den keizer
van Duitschland afgevaardigd oui te vragen of deze
dien maatregel niet zou afkeuren; de gezant van
den paus werd door Wilhelm I zeer vriendelijk ont
vangen, maar kreeg een ontwijkend antwoord, dat
op preadvies van prius Bismarck gegeven werd. Een
andere pauselijke legaat had in last Thiers over de
zaak te polsen, en naar aanleiding hiervan zegt
de Cloche: »Wij hopen dat de Fransche regering
niet in het voorstel moge tredende tegenwoor
digheid van den paus in Frankrijk zou aanleiding
geven tot moeijelijkheden, ea deze moeten tot el-
ken prijs vermeden worden."
Te Nieuw-Amsterdam (Drenthe) is men met volksvoor
lezingen begonnen. De eerste spreker behandelde „het gan
zenspel als beeld van 't menschelijke leven", 't geen nog al
een geliefkoosd onderwerp schijnt te zijn. Te Amsterdam
zijn twee „heeren", fabrikanten van valsche wissels, gear
resteerd. Eene vrouw uit Breukelen heeft zich schuldig
verklaard aan den moord van haren man. Te Witniar-
sum zal eene christelijk-nationale school worden geopend
door eene plegtige rede in de hervormde kerk, wat een
correspondent van de Fr. Ct. haast al te verdraagzaam
vindt. In den nacht van Donderdag op Vrijdag zijn te
Helder weêr twee sloeperlieden, die in zee waren gestoken
om aan binnenvallende schepen nog iets te vin-dienen, met
liun vlet omgeslagen en verdronken. Een onschuldig
varken, dat naar de Amersfoortsche markt werd vervoerd,
is door drie karhonden aangevallen, die het een poot af
beten. Het damescomité, dat op St. Nikolaas de leer
lingen der armenscholen te Amsterdam wil onthalen, mag
vrij gebruik maken van het paleis voor volksvlijt. Het
Vaderl. noemt dat een vorstelijk geschenk aan 't comité.
Te 's Ilage is het Vrijdagavond weer „ietwat" onrustig
geweest Bij Maastricht werd door een jager een ree
geschoten, die in 't kanaal sprong en daaruit door schippers
werd opgevischt. Zij weigerden hun vangst af te geven en
nu komt er een proces. In den pastorietuin te Lopik
staat volgens de Schoonh. Ct. een appelboom (nu nog of
nu al?) in vollen bloei. De burgemeester van Putters-
hoek, die Vrijdag 50 jaren als zoodanig fungeerde, heeft
toen twee vette koeijen laten slagten voor de armen.
Bij Carlisle heeft men 't lijk opgevischt van een jongmensch,
die volgens eene opteekening in zijn zakboekje, niet meer
in 't leven wilde blijven, sedert de theorie van Darwin hem
geleerd had dat de menschen afstammen van de apen.
Dezer dagen merkten te Antwerpen een nachtwacht en een
politiedienaar des nachts een zestal lieden op, wier voor
komen en gebaren, ze namen de huizen op, hun zeer ver
dacht voorkwamen en die het dan ook, toen zij de diena
ren van politie bespeurden, op een loopen zetten. Ze wer
den door dezen achtervolgd. Vijf hunner wisten te ontko
men, dc zesde vluglte in een huis bewoond door zekeren
heer v. d. Berg. De politie-agent volgde hem in het voor
portaal, waar zich een deur opende. De heer v, d. Bdie
dieven meende te ontdekken, kwam met een geweer voor
den dag en schoot, den agent van politie neêr. Deze werd
naar zijn woning vervoerd; zijn wonden door een schot
groote hagel veroorzaakt, zijn niet gevaarlijk.
VARIA UIT ONZEN GEMEENTERAAD.
Zitting van 24 Oct. jl.
Als eene ster der eerste grootte flonkert voorzeker aan
onzen raadshemel de heer Meijlink met onverwelkbren glans.
Wij zijn daarvan zoo overtuigd, dat wij, ofschoon zon
digende tegen de volgorde, wederom gaarne aan hem de
eerste plaats in onze varia gunnen.
Er was poëtische geestdrift in zijne betuiging dat hij
niet gaarne zou meewerken om deverordening voor de
commissie van classificatie der schoolkinderen te wijzigen.
Die commissie, de heer van de Putte had liet immers gezegd,
die commissie werkte zoo goed, dat dat wei
't zou zonde en jammer zijn wanneer er iets gewijzigd werd
in die verordening
't Valt moeijelijk voor verheven stervelingen om zich
hij het prozaïsche ondermaansche te bepalen Dit was ook
bij den heer Meijlink liet geval Er waren nu twee scholen
in plaats van één, waarvoor dc commissie werken zou en
dat nu de bewoordingen der verordening ook voor die 2
scholen in plaats van voor één, moesten gewijzigd worden,
dat had in het oog van den heer Meijlink geen redelijken zin.
De heer Fransen van de Putte was dan ook al heel nuch
ter toen hij zeide, dat als de heer M. de wijziging gelezen
en begrepen had, hij met zijne opmerking tehuis zou geble
veu zijn. Lezen en begrijpen zijn wol twee verschillende
zaken, maar tehuis blijven met eene opmerking, dat zou al
te erg zijn.
In ons oog was er van lezen noch begrijpen sprake. De
heer M. kende eenvoudig de verordening of althans hare
bedoeling niet en wijl men in de vorige vergadering iets
dergelijks met den heer Pompe heeft opgemerkt, zon men
tot de conclusie komen, dat de mannen die hier het on
derwijs zullen hervormen, geheel met dat onderwijs onbe
kend zijn, iets wat voor die hervorming niet erg voordeelig'
mag geacht worden.
Hoe dit zij, met ongeëvenaarde standvastigheid, bleef de
heer Meijlink zijne opmerking als een dierbaar troetelkind
aanhangen en stemde, tot groote hilariteit van al zijne me
deleden, alleen tegen de wijziging.
Maar er zat een aapje in de mouw
De geachte tegenstemmer wilde zijn medelid, den heer
van de Putte, er eens in laten loopen.
Deze had wel niet gezegd dat de commissie zoo goed
wérkte, maar er was nu toch in de verte eenige gelegen
heid dien heer eens een Seitenhieb te geven.
De lieer van de Putte had in de vorige vergadering nog
al gesproken over de zorg waarmede de commissie in de be
oordeeling van betalende en niet betalende kinderen te
werk ging en nu stelde het dagel. bestuur, waarvan die
lieer lid is, eene wijziging in dc verordening voor
Fluks het door dhr. van de Putte in de vorige vergadering
gezegde verdraaid, de wijziging niet begrepen en zoo was
ae stol' gereed oin eens uit den hoek te komen.
Echt vernuftig, enorm geestig
Ach, wij gelooven teil slotte dat de heer Meijlink, toch
maar boter bij zijne opmerking ware tehuis gebleven.
Noch het vernuft, noch de geestigheid, noch 1 de raad
zouden er iets bij verloren hebben.
Wij laten den heer M. bij zijne geestigheid en in zijne
poëtische stemming om nog een oogenblik te verwijlen bij
iets van meer prozaisehen aard.
De heer Pompe verzocht eene kleine wijziging in cle
notulen. Hij zeide wel, dat het mogelijk was dat hij niet
gezegd had wat hij nu graag gezegd vvilde hebben, maar
dat bad liij dan toch willen zeggen.
De heer Pompe is nu tijdiger dan vroeger met zijne on
schuldige wijzigingen, maar wij betwisten desniettémin'Sn
uithoofde van wat wij met eigen ooren hooren, de juistheid.
Nog minder gaat het aan, als men zelf' erkent welligt
niet zóó gesproken te hebben als men nu voorgeeft. Wij
begrijpen dan ook de vrijgevigheid niet, waarmede de wij
ziging is toegestaan. Ieder die de disenssien in de vorige
zitting heeft bijgewoond, zal begrijpen dat het amendement
van dien heer nu eenigen zin kreeg, een zin dien het vroe
ger miste. Wel blijkt uit die wijziging nog te sterker dat
d# heer Pompe niet op de hoogte der verordening en van
de omstandigheden van het onderwijs hier ter stede was,
maar het amendement krijgt nu minder den schijn van eene
handeling strijdig met het beoogde doel.
Echter hangt nu een groot deel van de discussie in de
vorige vergadering geheel in de lacht en is die discussie
onzin geworden. Gelukkig is het publiek van de zaak over
tuigd, maar waar moet het heen als de leden van den raad
in de volgende zitting iets anders in de plaats kunnen
stellen dan zij in de vorige zitting hebben gezegd
Men verbeelde zich dat een der leden eens zeide„in de
vorige vergadering heb ik vóór gestemd omdat ik de zaak
niet begreep, maar ik heb tegen bedoeld
Zou dit ook maar voor goede munt worden aangenomen
van den 23 tot en met den 26 October 1871.
Ondertrouwd: Den 26, Adriaan Jacobus Schippers,
oud 25 jaarjm. en Pieternella Elisabeth van den
Broeke oud 20 jaar jd.
Gehuwd Den 26, Leendert Johannes de Jongh, cud
23 jaar, jm. en Cornelia Fokke, oud 19 jaar, jd.
Geboren: Den 24, Adriana Pieternella Maria, d. v.
Bartholomew Knieriem en Maria Hoogerwerve.
Overleden: Den 25, Johannes Franciscus Christi-
aan en Wilhelm, oud 20jd., tweelingzonen van Peter
Joseph Wolf en Francina Antonia Kok.
MAJRKTBERlGrTE N
GOES, 24 October 1871.
Jarige TARWE j 12,50 a 12,80. Nieuwe DITO /"12 50
a 13, Nieuwe ROGGE ƒ8,75 a ƒ9,Winter GERST
ƒ7,25 h 7,50. Zomer GERST 6,25 ii ƒ6,50 HAVER 3 75
ƒ4,60. Groene ERWTEN ƒ10,— ik ƒ10,50. PAARDEN-
BÓONEN ƒ7,50 a ƒ7,75.
MEEKRAP. Voor puike racine besteed ƒ22,echter
met weinig omzet. Onberoofde zonder handel. Algemeane
stemming der houders te hoog.
BOTER 1,30 a ƒ1,40 K.G.
EIJEREN J 4,20 a 4,40 de 100 stuks.
AMSTERDAM, 25 October 1871.
TARWE en ROGGE stil.
RAAPOLIE op 6/w. ƒ50,vlieg ƒ483/,.
LIJNOLIE -38,—, -36%.
KOOLZAAD op levering f a 1 liooger.
LONDEN, 2a October 1S71.
GRANEN stil.
ADVERTENTIËN.
Getrouwd .-
JACQUES FRANK Nz.
van Goes
Ellewodtsdijk en
25 Oct. 1871. MIETJE BANNET Ld.
Algemeene kennisgeving aan stad- en landgenooten.
Heden overleed na een hevig en smartelijk
lijden van slechts één dag, mijne geliefde eclitgenoote
LIJDIA POLS, in den ouderdom van 25 jaar, na
een huwelijk van slechts 3 maanden.
Baarland, 22 Oct. 1871 MA RIN US de FO UW.
Voor de deelneming, van alle zijden betoond
hij liet overlijden van onzen geachten Vader, Betui
gen wij hierdoor onzen liartelijken dank.
Goes, Uit aller naam,
den 26 Oct. 1871. J. I>. van KALMTHOUT Gz.
Diegenen welke iets te vorderen hebben
van of verschuldigd zijn aan wijlen
SALOMON GOEMAN, onlangs te Iloedekemkerke
overledenworden verzocht daarvan spoedig opgaaf
en betaling te doen aan den Heer I. J. PAARDE-
KOOPER, te Goes.
Die genegen zijn te OONrRACTEREN
voor 1872, met een voorschot van 40
per gemetvervoegen zich bij
Groote Mat kt.C 64,