25
penningmeester? Niet deze, maar het bestuur is verantwoordelijk
jegens den raad.
„Artikel 31 der verordening zegt uitdrukkelijk „het BESTUUR
is aansprakelijk wegens uitgaven, waardoor het eindcijfer der be
grooting of de aangegevene begrootingspost wordt overschreden."
„De finantiëele commissie is dan ook in haar rapport met deze
beschuldiging teregt niet meüegegaan. Zij bewaart daarover het
stilzwijgen, maar vindt toch in het overlijden van den secreta
ris-penningmeester eene reden ter vergoelijking van het bestuur,
dat het eerst zoo geruimen tijd na het sluiten van het dienst
jaar aan burg. en weth. van den ongunsiigen finantiëelen toestand
zijner administratie heeft kennis gegeven.
„Met alle bescheidenheid vermeenen wij, dat de commissie ten
dien aanzien in dwaling verkeert.
„De vorige titularis is overleden den 5 Eebruarij dezes jaars;
zijne functiën zijn dadelijk door een lid van het bestuur opgevat;
de nieuwe titularis heeft in April daaraanvolgende zijne betrek
king aanvaard; de boekhouding van den overleden titularis ook
die der Godshuizen is ons overbekend; zij muntte uit door een
voudduidelijkheid en geleidelijkheid, zoodat niet eens buiten
gewone administratieve kennis vereischt werd, om daaruit in één
enkelen dag den finantiëelen toestand der administratie optemaken;
en ruim 5 maanden sedert het overlijden van den titularis en
ruim 3 maanden sedert het optreden van zijnen opvolger laat
men voorbijgaan, zonder handen aan het werk te slaan, zonder
eenige kennisgeving aan burg. en weth. te doen, zonder deze
in de gelegenheid te stellen door alle nog mogelijke imkrimping
van uitgaven voor de Gemeente, het aanzienlijk tekort in de
administratie van het Gasthuis, zooal niet geheel, dan ten deele
uit het dienstjaar 1870 te dekken, zonder, naar het uitdrukkelijk
voorschrift van artikel 30 der verordening voor het Gasthuis,
voor eenige post af- en overschrijving te vragen; maar komt men
op den lil Julij dezes jaars (en dus 19 dagen na de finale af
sluiting van het dienstjaar 1870) met eene bloote ongemotiveerde
kennisgeving voor den dag, daterover 18 70 een tekort bestaat
van ruim ƒ1100.
„Wie voor zulk eene handelwijze eene vergoelijking moge vinden,
wij niet, hoe gaarne wij dit ook zouden willen.
„En nu de administratie zelve.
„Wij bevestigen gaarne hetgeen door de commissie voor 't finan-
tiewezen berigt is, dat alle de uitgaven door kwitantien zijn ge
staafd; wij hadden daaromtrent ook geenerlei aanmerking gemaakt,,