1871. -A4' 81. Vrijdag 13 October. 58ste jaargang.
BIJ DIT NOMMER BEHOORT EEN BIJBLAD.
III.
BINNENLANDSCHE BERIGTEN.
GOESSCHË
COURANT.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag en Donderdag
avond, uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal zoo binnen als buiten Goes f 1,75.
Afzonderlijke nommers 5 c. met bijblad 10 c.
Gewone advertentiën worden a 15 c. de regel geplaatst.
Geboorte-, huwelijks- en doodberigten van 16 regels a 1,
Dienst-aanbiedingen, niet meer dan 4 regels bedragende
en contant betaald, 40 c.
De inzending van advertentiën kan geschieden op den dag der uitgave tot vóór drie uren, des namiddags.
Stukken welke men als ingezonden wenscht opgenomenmoeten uiterlijk den vorigen dag aan het bureau bezorgd zijn.
i
iwiviWy ifnripr> nni-nr— irtniia yirtri fcwn
LOOS ALARM.
Verre van aangenaam is de taak, om altijd tegen
onze jongere zuster de Nieuwe Goessche Courant
in het strijdperk te moeten treden. Goes, tegen
woordig door geheel Nederland bekend als de ge
meente waar men altijd twistheeft meer be
hoefte aan vredestichters dan aa.i dagbladstrijd.
Toch zijn wij verpligt de aandacht onzer lezers
voortdurend gevestigd te houden, op de verkeerde
voorstellingen die eene uiterste rigting in genoemd
blad doet geven.
Het is een eigenaardig kenmerk der anti-liberale
partijen, om alles wat van den liberalen kant komt,
af te keuren. Zoo sterk is ditdat wanneer de
liberale dagbladen afkeurend spreken over een of
andere daad van Thorbecke s ministerie, de organen
van de behoudspartijen daar dadelijk iets anders
achter zoeken en zich maar niet kunnen begrijpen
hoe een liberaal man niet alles goedkeurt wat
een^ liberale regering goed meent te zijn.
Eén voorbeeld. Alle, althans bijna alle, liberale
bladen, waren hoogst ontevreden over den inhoud
der troonrede. Het Handelsblad viel den minister van
oorlog aan, de Niemve Rotterdamsche Courant wees
op de tegenspraak, waarin de minister van koloniën
verviel bij de indiening en toelichting van de be
grooting voor Indië welnu dat was voor het
Haagsche Dagblad meer dan genoeg. Met open
mond had het reeds al deze dingen aangestaard;
eindelijk kwam het tot de oplossingde liberale
bladenzeide het Dagblad willen het ministerie
Thorbecke vermoorden om een geavanceerd libe
raal, »bijna communalistisch" ministerie te doen op
treden Zoo weinig kan de partij van het Dagblad
zich dat gevoel van onafhankelijkheid voorstellen.
Thans, nu eindelijk, eindelijk eens de hand ge
slagen zal worden aan de hervorming van ons
belastingstelsel, merkt men hetzelfde verschijnsel op.
Niet één anti-liberaal blad of blaadje of het valt
de belasting op de inkomsten aan omdat zij
door een liberaal minister wordt voorgesteld.
De dolste argumenten worden aangevoerd en
het zou ditmaal een allervermakelijkste Goessche
Courant wezen indien wij onze kolommen eens
vulden met al de dwaasheden die er tegen de in
komsten-belasting in de conservatieve dagbladpers
worden verkocht. Zie het is een treurige ervaring,
dat, wat wij in ons vorig nummer zeiden van de
Nieuwe Goessche Courantwij dikwijls van de gansche
conservatieve pers zouden kunnen zeggen neen
zij is geen magt in den staatzij heeft althans
geen regt op dien eerenaam, zij is geen voorlicht
ster, maar een dwaallicht.
Louis Veuillot, de bekende Fransche ultramon-
taan, heeft onlangs gezegdik haat de dagbladen,
maar nu zjj er eenmaal zijn, zullen ook wij er
ons van bedienen. Dat woord komt ons dikwijls
in de gedachten, wanneer wij zien hoe de conser
vatieve dagbladpers hare roeping schijnt optevatten.
Zij schijnt zich tot haar taak gesteld te hebben
eiken maatregel, door een vrijzinnig bestuur voor
gesteld, te dwarsboomen. Thans bij voorbeeld in
zake de voorgestelde belasting op de inkomsten,
speculeert men op den niet te verdedigen weerzin
bij het gegoede gedeelte der bevolking, om ieder
naar evenredigheid zijner inkomsten belasting te
doen betalen. Wij gelooven onzen lezers een dienst
te bewijzen, hun de voornaamste grondslagen der
voorgestelde inkomsten-belasting, bij welker invoe
ring de patentbelasting en de accijns op het vleesch
worden ingetrokken of opgehevente doen kennen.
Die voornaamste grondslagen zijn
Art. 1. Er wordt eene directe belasting gehe
ven van het jaarlijksch zuiver inkomen van elk in
gezeten des rijks, die daarvan naar art. 9 niet is
vrijgesteld.
Art. 2. Door inkomen wordt verstaan al het
geen in geld, in vruchten of door eigen gebruik
genoten wordt; uit onroerende goederen; uit arbeid,
beroepen, ambten, bedieningen, betrekkingen, wacht
gelden en pensioenen, en verder alles, wat uit
anderen hoofde duurzaam of tijdelijk wordt ge
noten. Door zuiver inkomen wordt verstaan al
^Üfèt^een op de voorschreven wijze is genoten, na
aftrek van Je kosten en lasten aan dat genot ver
bonden van alle verschuldigde renten en van alle
verpligte uitkeeringen.
Vermeerdering of vermindering van inkomsten
in den loop van het dienstjaar blijft buiten aan
merking.
Art. 9. Van de belasting zijn vrijgestelda. de
ingezetenenwier jaarlijksch zuiver inkomen minder be
draagt dan f 500; b. vreemdelingen, hier te lande
als consuls of consulaire agenten toegelaten en geen
ander beroep of bedrijf uitoefenende.
Art. 10. De ingezeteneu worden naar mate van
hun zuiver inkomen gerangschikt in de navolgende
klassen: 1) van 500 tot beneden 600; 2) van
f 600 t. ben. ƒ800; 3) van 800 t. ben. 1000;
4) van ƒ1000 t. ben. 12005) van 1200 t.
ben. ƒ1000; 6) van ƒ1600 t. ben ƒ2200; 7) van
2200 t. ben. 30008) van ƒ3000 t. ben. 3800;
9) van ƒ3800 t. ben. ƒ4800; 10) van 4800 t.
ben. ƒ6000; 11) van ƒ6000 t. ben. ƒ8000; 12)
van ƒ8000 t. ben. ƒ10,000; 13) van 10,000 t.
beu. ƒ14,000; 14) van ƒ14,000 t. ben. ƒ18,000;
15) van ƒ18,000 t. ben. 24,000; 16) van 24,000
t. ben. ƒ30,000; 17) van ƒ30,000 t. ben. 40,000;
18) van ƒ40,000 t. ben. ƒ50,000; 19) van ƒ50,000
t. ben. 64,000; 20) van ƒ64,000 t. ben. ƒ80,000;
21) ƒ80,000 t. ben. ƒ100,000.
Voor elke ƒ20,000 of onderdeel van deze som
boveu de 100,000 zuiver inkomen ééne klasse
hooger. Het minimum van zuiver inkomen, aan
gewezen voor iedere klasse, doch verminderdvoor
de eerste en tweede klasse met ƒ400; voor de
derde klasse met 300j voor de vierde klasse met
200 en voor de vijfde klasse met ƒ100, strekt
.tot grondslag voor het bepalen van het bedrag
der belasting.
Art. 11. De belasting over het geheele dienstjaar
bedraagt twee ten honderd van het inkomen, dat,
ingevolge de laatste alinea van het voorgaand ar
tikel, tot grondslag der heffing strekt.
In de slotbepalingen worden de wetten op het
regt van patent en den accijns op het geslagt in
getrokken en dus het invoerregt op vleesch van
alle soorten, niet afzonderlijk belast, en worst" ge
steld: bij gezouten vleesch op 1 en bij gerookt
en gedroogd op ƒ1,25 per 100 kilogram (thans
is het ƒ6 en ƒ8); dat regt treft eigenlijk het
zont, dat geacht is in het vleesch te zijn opgenomen.
De wet treedt in werking den lsten Mei 1872."
Het is dus onwedersprekelijk dat de mindere bur
gers zeer door dit plan worden bevoordeeld.
Die geen ƒ500.zuiver inkomen heeft, betaalt
niets en toch wordt hem de belasting op het pa
tent en op het vleesch kwijt gescholden.
Die van ƒ500.tot ƒ800.inkomen hebben,
betalen slechts 2?ó van dat inkomen verminderd
met 400.dus 2% vau ƒ100 tot ƒ400.ge
lijk aan 2. tot ƒ8.per jaar. Daarentegen
wordt van hen de patentbelasting niet meer gehe
ven en genieten ook zij van het goedkooper vleesch.
Die een inkomen hebben van ƒ800.tot ƒ1000.
betalen 2% van ƒ500.tot 700.dus ƒ10.
a 14.
In de hoogere klassen zal waarschijnlijk de
inkomsten-belasting het pateutregt overschrijden,
zoodat ook weder door deze wet van een liberaal
ministerie de lagere klassen van belastingen worden
ontlast en de hoogere klassen zwaarder belast.
Omdat nu, gelijk men ziet de onbillijkheid staat
weg genomen te worden, die door de heffing van
patent, alléén van handel- en neringdrijvenden, in
ons belastingstelsel bestaat is het daarom ge
oorloofd, gelijk de heer Heemskerk Az. dezer dagen
in de tweede kamer deed, een beroep te doen op
wat hij noemde »de stillen in den lande", die met
bezorgdheid zouden aanschouwen dat men er toe
overgaan wil ons belastingstelsel te herzien
Zelfs heeft de conservatieve partij zich zooverre
vergeten door het te doen voorkomen alsof zij vol
strekt geen vijandige bedoelingen had tegen de
schoolwet maar tegen de inkomsten-belasting.
Dat thans de heer van Lijnden van Sandenburg te
Tiel is gekozen, is een gevolg van die tactiek.
Zulk een wijze van bandelen is verre van ruiterlijk.
Ieder stemt het toe's lands financiën moeten
op beteren grondslag berusten. In plaats dat men
nu van de conservatieve zijde met een beter plan
voor den dag komt, schermt men met groote woor
den, nu een liberaal minister een plan indient dat
den toets der billijkheid kan doorstaan.
Da middelklasse, de burgerstand, de kern der
natie wordt door de voorgestelde belasting niet
bovenmatig gedrukt. Zij die een jaarlijksch inko
men van 1600,hebben, zullen toch slechts een
twintig gulden belasting betalen en geen patent
tot hun last hebben. Daarenboven wordt, 't is
niet tegentesprekendoor de afschaffing van den
accijns op het geslagt eene door alle staathuishoud
kundigen veroordeelde belasting afgeschaft. Er zijn
ijveraars die nu nog bovendien den uitvoer van
vee zouden willen belast zien, maar deze vergeten
dat zulk een belasting niet meer past in het stelsel
van vrijen handel en dat wij, die in ons vaderland
volslagen gebrek hebben aan grondstoffen voor de
industrie, vreemd zouden opkijken indien Engeland,
Amerika en Dnitschland hunne uitvoermiddelen
eens zoo zwaar gingen belasten, dat zij in die rijken
aanzienlijk goedkooper werden.
Dat men, met het oog op de ervaring, zich niet
al te veel voorstelt van de afschaffing van den ac
cijns op het vleesch, is te billijken, maar daarom
blijft toch wat de Nieuwe Goessche aanvoert omtrent
het uitvoeren van geslagt vleesch naar Engeland,
dat namelijk de afschaffing van den accijns, ergo
de inkomsten-belasting, alleen een voordeel voor
Engeland zou zijn, onbegrijpelijk, tenzij dit weder
eene van hare gewone godsdienstige middeltjes
is om de goedgeloovige menigte zand in de oogen
te strooijen.
Dat spek duurder wordt als 't afzonderlijk kan
worden uitgevoerd is zeer duidelijk. Reeds hier
was het altijd duurder dan varkensvleeseh in
't algemeen, maar hoe moet dit van toepassing
worden op rundvee?
Wij zullen er niet van spreken, dat tijdens de
veeziekte reeds is toegestaan om geslagt vee onver-
accijnsd uit te voeren, omdat in Engeland toen
geen levend vee mogt. worden ingevoerd. Maar
welke slager of veehandelaar zal liever geslagt
dan levend rundvee uitvoeren, terwijl op liet le
vend vee zooveel minder risico is? En is van
die vergunning toen langer gebruik gemaakt dan
noodig was?
Toen geen levend vee in Engeland mogt wor
den ingevoerd, werden duizenden en duizenden
runderen geslagt en onveraccijnsd uitgevoerdmaar
niet zelden gebeurde het dat gansche massa's
vleesch bedorven waren eer ze aaukwamen. Onder
anderen werd een der stoombooten genoodzaakt
om het vleesch van 400 runderen, dat zij^ aan
boord had, terug te voeren en in zee te werpen.
Toen dan ook weder levewl vee mogt worden
ingevoerd, hield het uitzenden van geslagt vee op.
Daarbij komt nog het voordeel dat men levend
vee in verhouding duurder aan Engeland kan
verkoopen dan geslagt vleesch, omdat op het le
vend vleesch de huid meegaat, die, afzonderlijk
ingevoerd, in Engeland aan inkomende regten
onderhevig is.
Wenschelijk is het dus, dat men zich niet late
begoochelen door het beroep op volksvooroordeeleri,
die de duurte der levensmiddelen niet toeschrijven
aan de verminderde waarde van het geld, maar aan
vdien uitvoer naar Engeland," die een spooksel is voor
alle zuinige huismoeders. Noodzakelijk is het dat men
de voorstellen der regering aandachtig naga, in
verband met de behoeften van het oogenblik en
dat men zich niet late ontrusten door het looze
alarm der anti-liberale dagbladen.
GOES, 12 October 1871.
TWEEDE KAMER.
Na langdurige discussie is in de gisteren gehou
den zitting der tweede kamer het lot van liet wets
voorstel, houdende maatregelen tot bevordering van
een geregelden stoomvaartdienst tusschen lissin-
geu en New-York beslist. Het is met 44 tegen
22 stemmen verworpen.
Bij de eergisteren in het kiesdistrict Tiel gehou
den verkiezing vau een lid voor de tweede kamer
der staten generaal is, blijkens de openinw der bil
jetten op gisteren, gekozen mr. Th. baron van
Lijnden van Sandenburg met 1210 stemmen. Op
mr. Sloet van de Beele waren 896 st. uitgebra^t.