1871. JW 79. Vrijdag 6 October. 58 ,e jaargang. BENOEMING VAN LEDEN DER GEMEENTELIJKE COMMISSIËN. BINNENLANDSCHE BERIGTEN. De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag en Donderdag avond, uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal zoo binnen als buiten Goes 1,75. Afzonderlijke nommers 5 c. met bijblad 10 c. Gewone advertentiën worden a 15 c. de regel geplaatst. Geboorte-, huwelijks- en doodberigten van 16 regels h 1, Dienst-aanbiedingen, niet meer dan 4 regels bedragende en contant betaald, 40 c. BEKENDMAKINGEN van liet Gemeente-bestuur. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES bren gen ter algemeene kennis, dat de rand dier gemeente in zijne openbare vergadering van den 4 October jl.heeft benoemd, iii plaats van den heer Mr. W. G. de KNOICKE van der MEULEN, die wegens vertrek uit de gemeente zijn ontslag als lid van den raad genomen heeft: tot lid van de linantiëele commissie: den heer A. NORTIER Pz; tot lid van de commissie voor het ontwerpen der strafver- ordeningen: den heer Mr A. B. M. HANLO. Goes, den 5 October 1871. Burgemeester en Wethouders voornoemd, M. P. BLAAÜBEEN. De Secretaris, HARTMAN. De •BURGEMEESTER van WAARDE roept voor de derde maal ter reclame op, regthebbenden op eene iu het laatst van Junij 11. aan den zeedijk van den polder Emmanuelonbeheerd gevonden SH1OEIP5 van buiten blaauw en van binnen geel geverfd, voorzien van 4 vaste zittingen, 3 ongeverfde beuken houten riemen en blaauw ge verfd roertje. Waarde, den 5 October 1871. De Burgemeester voornoemd, J. VEREEKE. LOOS ALARM. I. De goede dagen der Commune zijn voorbij. Wij zeggen goed, omdat zij zulke schoone gelegenhe den aanboden oin de groote menigte op den mouw te speldendat de liberalen eigenlijk verkapte Commune-manuen waren. Alom in den lande hieven de organen van de reactie, onze Nieuwe Goessche Courant niet uitgezonderd, jammerkreeten aan over de liberalen die Nederland hetzell'de lot bereidden als Frankrijk trof. De uitkomst echter beantwoordde niet aan den ijver, waarmede gelas terd werd. Niemand liet zich beetnemen. Thans beeft men een ander middel gevonden om die booze liberale Nederlanders eens uitteluch- ten. Alle reactionaire bladen roepen in koor Nederlanders, past op uwe beurzenDat zal dan toch wel helpen, denkt men. Als de petroleum lucht het liberalisme niet uit onze landpalen heeft kunnen verjagen, dan zal misschien het geram mel onzer geldzakken het wel doen. Ach, wij zien medelijdend neer op de magte- looze woede tegen den vooruitgangzij zal waar lijk zooveel kwaad niet doen. Maar wij zullen daarom niet ophouden te protesteeren, wanneer men door een loos alarm het volk zoekt opte- schrikken. Want men maakt dit rumoer geheel ter kwader trouw. De Nieuwe Goessche Courant levert daarvan weder een staaltje in haar voor laatste nummer. Zij spreekt over de staats-begrooting, of liever over de inkomsten-belasting en ze haalt daar Indië en de calamiteuse polders en de school voor meis jes alhier bij alles oin maar de oogen te openen voor de helling waarop de vrijzinnigheid Neder land heeft gebragt. Er is een tekort van 9 millioen Is dat zoo Ja, de minister van finantiën heeft het gezegd in zijne rede van 23 September: Wij staan tegenover een tekort op de dienst van 1872 van 8.933,809,29. Welnu, mijne heeren, dat tekort is te wijten aan de liberalen, vertelt ons de Niemoe Goessche Courant. Wie zou nu nog liberaal willen blijven Het laatste nationale kabinet, (wij leven dus thans onder een anti-nationaal ministerie,) bad geen te korten. Onwaar. Het had evenzeer tekorten, maar het dekte ze eenvoudig met de Indische ba ten. Deze regering zegt flinkweg: wij hebben een tekort van negen millioen, dat kunnen wij met gemak dekken; want er zijn nog 2S.313,000 voorhanden, die overgeschoten zijn van de Indische dienst over de laatste 4 jaren. Maar wij wil len zooveel mogelijk op onze eigen beenen staan en Indië's groote behoeften door Indisch geld vol doen, liever dan onze rnooije spoorwerken er mee te betalen. Dit standpunt is waarlijk wel iets ^-.ooger dan van hen die door middel van het monopolie van den staat uit Indië maar wenschen te halen wat te halen is. Maar, zegt de onverbeterlijke Nieuwe Goessche Courant, onze tekorten worden veroorzaakt, hoofd zakelijk, omdat de Indische bijdragen verminder den en zij verminderden ien believe van de beurs der particulieren. Zie, dat is een oud liedje, maar het is deugdelijk en wel kwade trouw. Wij weten het toch allen Iridië is eerst, door wijlen de Oost-Indische Compagnie, treuriger ge dachtenis, letterlijk geplukt. Om haar monopolie te handhaven, deinsde zij voor geen misdaad of in het verdelgen van volksstammen en het kunstmatig vernietigen van de voortbrengselen des lauds zoo niet te noemen terug; welnu zij heeft schatten 111 Nederland gebragt; zij heeft onze republiek tot den verinogen dsten staat van Europa gebragt en toch, zij is (in het laatst der vorige eeuw) gevallen met smaad en bedekt door een schuldenlast. De Compagnie bad de hen, die gouden eijeren legde, geslagt Daarna, na verschillende lotgevallen, raakten onze Indische bezittingen in een ander stelsel van goudmakerij verzeildthans was het de staat die het monopolie had, en v. d. Bosch die in 1830 eu later door zijne dwangcultures den gouden regen over het moederland zou uitstorten. „Het is mij geen kunst om jaarlijks 20 millioen op de producten te winnen riep de stichter van het dwangstelsel zegevierend uit. Ach, waarom hebben wij thans zulk een millioenenmaker niet meer De Nieuwe Goessche Courant zal het u wel zeggenomdat het Vaderland moet benadeeld worden oin de beurzen der particulieren te doen gedijen. Wij gelooven dat onze zuster wel beter weet, althans de liberalen hebben reeds dikwijls genoeg uiteengezet, hoe zij over indië denken en wij wil len het thans nog eens voor haar herhalen. De liberalen, en dat wil hier niet bepaald zeg gen de staatkundige partij van dien naam, want in dit opzigt, zijn ook vele der uitnemendste mannen van de „clmstelijk-nationale" rigting op onze hand de liberalen verklaren zich tegen de wijze van exploitatie, tegen het dwangstelsel, legen liet gou den kalf van liet batig slot, niet alleen omdat ook op deze wijze de hen om de eijeren zou ge dood worden maar omdat ons treksstelsel, in Indië tot over eenigen tijd gevolgd, onstaatkun dig en onbarmhartig is. Onstaatkundig omdat dwang eene onderworpen bevolking van ons vervreemden moet, onbarmhar tig omdat het niet aangaat een zoo rijk land als Indië te laten opbrengen voor het dusgenaamde Moeder- of Vaderland, terwijl men het opbren gende land dood eenvoudig laat verachteren. Of kan de Nieuwe Goessche Courant beweren, dat Ne derland heeft gehandeld tegenover Indië als liet een beschaafden, we zullen nog niet eens zeggen, christelijken, staat past? De liberalen hebben de overtuiging dat door de vrijmaking van den arbeid in Indië, door de op heffing dus van het dwangstelsel, onze Indische bezittingen een trap van bloei zullen bereiken waarvan men zich thans nog geen begrip kan maken. Reeds doen zich in de laatste jaren de liberale invloeden in Java gevoelen en toch, niet tegenstaande er nu ook eene Indische begrooting bestaat eu in de behoeften van onze bezittingen wat heter wordt voorzien dan vroeger toch kan de minister van financiën mededeelen dat er 2S millioen voorhanden zijn. De geheele breking met het veroordeelde stelsel in Oost-Indië zal, gelijk elke overgang, invloed oefenen voorwaar, maar de welvaart en de ontwikkeling daardoor ontstaan, zullen dat later ruim vergoeden. Maar om nu altijd op die particuliere zakken terug te komen dat verraadt te veel van de treurige zucht van ons volk, om achter elke goede bedoe ling een geldstapel te zien. Wanneer men meer uitgeeft, is liet zeer na tuurlijk dat er veel kans bestaat op grooter te kort dan vroeger. En wanneer nu de Nieuwe Goessche Courant de begrooting voor 1872 eens inzag, dan zou het haar duidelijk zijn dat de buitengewone uitgaven er grootelijks schuld aan hebben, dat er een tekort van 9 millioen bestaat. De staatsspoorwegen eischen S rniilioende ver betering van havens, rivieren en kanalen alleen f 1.0S2,000; de verbetering van post- en telegraaf- wezen 181,000; al die uitgaven zijn bijzondere, die den weldadigsten invloed op handel en nij verheid moeten hebben, die dus hare renten nog moeten afwerpen. Dit wordt al te veel uit het oog verloren. Het net van spoorwegen dat zulk een ontzaggelijke soin kost, zal eenmaal rijke vruchten geven. De begrooting voor 1872 telt zoo wat 9'h mil lioen voor buitengewone uitgaven; hadden we die niet, waren we dus in een normalen toestand, dan was er geen sprake van tekorten. En niet tegenstaande de Nieuwe Goessche dit even goed kan weten als wij, schermt ze maar met particuliere zakken die het moederland de baten van Indië ontstelen en beklaagt ze zich meteen dat deze provineie niet genoeg bevoordeeld wordt en ze roept uit dat wij, Zeeuwen, zeifin datgene moeten voorzien wal de staat op ons beknibbelt. Goed uitgepluisd zullen wij Zeeuwen nog de martelaars zijn van de particuliere zakken. Maar nu komt de Nieuwe Goessche heftig op tegen een middel, door den minister van finantiën voorgesteld, 0111 in het tekort te voorzien, dat op het oog heeft de lasten zooveel mogelijk over het geheele land gelijkelijk te verdeeleu. Hier moest zij dan toch zeer mede ingenomen zijn. Hier kan zij dan niet spreken van benadeeling van deze provincie. Maar er is een ander bezwaar, een bezwaar dat wij nog nooit tegen een inkomsten-belasting had den hooren aanvoeren; wij zullen hier woorde lijk overdrukken wat zij ft zijn de laatste regels van haar jongste looze-alarm-artikel) zegt. Die noodkreet is„En ten gerieve van dezen begiftigt het liberaleministerie ons met een inkomsten belasting!!!" Wie nu die dozen zijn? Ge raadt liet nooit. Dat zijn de Engelschen! De eer der ontdekking aan onze zuster! Intusschen, wij betwisten ten sterkste hare juistheid en zullen iu een volgend artikel onze gedachten over die vreeselijke inkomsten-belasting, die volgens het jongste verhaal der Nieuwe Goessche in verband staat met meisjesschool en gemeente raadsleden en wat niet al uit een zetten. «...■■waMm «iiijë!'j GOES, 5 October 1871. TWEEDE KAMER. AFKOOPBAAR8TELLING VAN TIENDEN. Bij de memorie van toelichting omtrent het op nieuw ingediend wetsontwerp tot afkoopbaarstelliug der tienden, verklaart de minister van justitie dat thans beschouwingen overbodig zijn omtrent het drukkende van de tienden op den landbouw. Met genoegen vernam de minister, dat het hoofdbegin sel: afkoopbaarstelliug op vordering van den plig- tige alléén, vrij algemeen bijval bi] de kamer had gevonden. Hij verwacht niet dat onmiddellijk alle tienden zullen opgeheven worden, maar wel dat langzamerhand de tiendpligtigen hun belang zullen leeren inzien. De verwisseling vaa tienden iu grond renten, alsmede de onteigening der tienden op staats kosten zijn denkbeelden die steeds op ernstige moeijelijkheden hebben gestuit, terwijl het in deze voordragt gehuldigde stelsel van vrij willigen afkoop het best strookt met den aard van het tieudregt. (Midd. Ct.) Gisteren-avond werd eene openbare vergadering van den raad dezer gemeente gehouden die door al de leden en den secretaris werd bijgewoond. Vermoedende waarin onze lezers het meest belang stellen, hadden wij het voornemen, daar wij nietiu staat zijn thans het geheelo verslag te leveren, alleen de beraadslagingen optenemen omtrent de beslissing ten aanzien der wijziging van het besluit tot heffing van schoolgeld, en die omtrent de toelating der meisjes tot de Hoogere Burgerschool eu van de overige punten alleen het besluit te vermelden, 0111 het uitvoerig verslag daarvan in ons volgend nommer medetedeelen. De beraadslagingen zijn echter zoo uitgebreid en ingewikkeld geweest, dat wij van ons voornemen hebben moeten afzien. Wij geven dus heden slechts een resumé. I. De heer B. Quist legt de gevorderde eeden af en neemt zitting. II. De Notulen der vergadering van 13 Sept. worden gelezen en goedgekeurd, nadat op verzoek van dr. Callenfds nog eene kleine bijvoeging had plaats gehad. III. De Voorzitter doet eenige mededeelingen die goedkeurend voor notificatie worden aangeno men, waaronder de betaling der toelage aan deg

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1871 | | pagina 1