1871. JV* 37. Dingsdag 9 Hei. 58ste jaargang. Bij dit nommer behoort een Bijvoegsel. BEKENDMAKINGEN van liet Gemeente-bestuui;. JAGT en VISSCHERIJ. BINNENLANDSCHE BERIGTEN. goessche De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag en Donderdag avond, uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal zoo binnen als buiten Goes 1,75. Afzonderlijke nommers 5 c. met bijblad 10 c. courant. Gewone advertentiën worden h 15 c. de regel geplaatst. Geboorte-, huwelijks- en doodberigten van 16 regels h 1, Dienst-aanbiedingen, niet meer dan 4 regels bedragende en contant betaald, 40 c. Dé inzending van advertentiën kan geschieden op den dag der uitgave tot vóór drie uren, des namiddags. Stukken welke men als ingezonden wenscht opgenomen, moeten uiterlijk den vorigen dag aan het bureau bezorgd zijn. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES brengen bij deze ter kennis van de belanghebbenden in deze gemeente, dat de blanco verzoek-biljetten, om acten en vergunningen voor de JAGT I<1\ VItiNt'HKKlJ, vermeld in art. 5 der wet van den 13 Junij 1857, (Staats blad no. 87) van heden af, ter gemeente-secretarie, koste loos verkrijgbaar zullen zijn en dat die verzoekschriften behoorlijk ingevuld en geteekend in den loop dezer maand moeten worden ingediend bij den burgemeester, ter op zending aan den neer commissaris des konings in deze provincie. Goes, den 6 Mei 1871. Burgemeester en Wethouders voornoemd, M. P. BLAAUBEEN, De Secretaris, EART1AR. BURGER AVONDSCHOOL. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES maken bekend, dat, naar aanleiding der gehouden overgangs examens, op de burger-avondschool zijn bevorderd: van de 1ste tot de 2de klasse: 1*. J. K. C. Fehr. 2A. L. Sampon. 3 G. L. de Jonge 4". F. Woljertt. 5°. P. M. Verdorst en 6". C. Duivewaart. van de 2de tot de 3de klasse: 1°. J. de Vos. 3 J. de Bruijne. 2°. J. C. de Beste Azn. en Goes, den 6 Mei 1871. Burgemeester en Wethouders voornoemd, M P. BLAAUBEEN De Secretaris, HARTMAN. GOES, 8 Mei 1871. TWEEDE KAMER. In de zitting van jl. Donderdag besprak het eerst de heer van Kuijk het tractaat met Belgie omtrent het gedestilleerd, welke zaak hij den minister aan beveelt; de heer Heydenryck besprak vervolgens het internationaal zeeregtde handelstractaten en de kwestie der studiebeurzen in Belgie. Daarna voerde de heer van Zinnicq Bergmann het woorddieop de hem eigene wijze het buiten- landsch beleid der laatste jaren sterk gispte. Die spreker wijst vervolgens op de nog ontbrekende uit voering van het Maas tractaat ten aanzien van Noord- Brabant. Hij nam aan om die zaak binnen veer tien dagen haar beslag te doen krijgen tot bevre diging van alle partijen. (Jammer dat spreker dat middel niet aangaf.) Eindelijk brengt die spreker weder de kwestie tusschen Italië en den Paus ter sprake en laakt hij de houding van onze regering ten dien opzigte. Alstoen was de heer Saaijmans Vader aan het woord die nu reeds zijne stern motiveerde welke hij zal uitbrengen betrekkelijk de missie te Rome. (Zoo als bekend is heeft Nederland nog altijd een gezant bij den Paus eene zaak welke in de tegen woordige positie van den roomschen kerkvorst, aan leiding geeft tot de vraag of die gezant niet over bodig is. De regering heeft dien gezant voor dit jaar gehandhaafd) en de heer S. Vader zegt nu, dat hij vóór de missie zal stemmen, zonder daaraan zijne onbepaalde goedkeuring te hechten maar omdat de grondwet in art. 55 den koning het opperbestuur over de buitenl. betrekkingen toekent. (Wij komen door deze verklaring niet juist op de hoogte hoe de heer S. Vader werkelijk over de missie bij den Paus denkt en andermaal moeten wij het bewonderen hoe dhr. S. Vader zich uit die voor een regtzinnig oud gere formeerde zeer netelige kwestie redt.) De heer van Eek wederlegt de bewering van den heer Bergmann alsof op het gebied der buitenl. staat kunde door de vorige liberale regering niets zou zijn gedaan en ook zijne beschuldiging dat Neder land den roof van Rome zou hebben goedgekeurd. Omtrent de Luxemburgsche schuld wil dhr. van Eek een krachtig optreden en alleen arbitrage als geen ander middel mogelijk is. Ook dhr. Cremers wederlegt den heer Bergmann en verder voeren nog de heeren Heemskerck, Casem- broot, Jonckbloet, de Brauw en van Voorthuijzen o ver het op nieuw in het debat brengen der Pauselijke zaakhet woord, terwijl de heer Kien zich eenige hatelijke woordspelingen enz. ten opzigte van den vorigen minister van buitenl. zaken veroorlooft waarover bij door den Voorzitter tot de orde wordt geroepen. Aan het slot dezer zitting is door den minister van justitie ingediend een wets-ontwerp tot afkoop- baarstelling der tienden. Vrijdag was de heer Gericke van Herwijnen, min. van buitenl. zaken het eerst aan het woord, die in eene met tact en waardigheid gehouden redevoering al de punten behandelde die in het debat waren ge- bragt. Wat de missie te Rome betreft zegt de mi nister die te behouden ten einde onze roomsche land- genooten niet in hunne belangen te krenken of te grieven. Omtrent de Nederl. beurzenstichtingen in Belgie zegt de minister ons goed regt te zullen hand haven. Ditzelfde geldt ten opzigte van de Luxemb. kwestie. Den post voor de missie in China zal de minister zeker op de volgende begrooting brengen. Ook het Maas tractaat heeft 's ministers aandacht en zal, bij de vriendschappelijke betrekkingen tus schen ons land en Belgie tot een goed einde wor den gebragt. Ten slotte constateert de minister dat de Nederlandsche naam in het buitenland steeds in aanzien staat en dat hij dat aanzien zal trachten op te houden. Nadat nog eenige leden in eene beschouwing van verschillende reeds behandelde zaken waren getre den werd het hoofdstuk buitenl. zaken" met al- gemeene stemmen aangenomen. Jl. Zaturdag is het hoofdstak justitie" in be handeling genomen waarbjj de bekende circulaire over de preventieve gevangenneming door den heer de Brauw werd afgekeurd. Verscheidene punten zijn door andere sprekers aangeroerd en onder meer is ook weder de opheffing der afzonderlijke administra- tien van Eeredienst ter sprake gekomen. In eene waardige rede heeft de minister van jus titie de verschillende sprekers beantwoord en ten opzigte van de opheffing der bovengenoemde admi- nistratien gezegd een voorstander te zijn van de scheiding tusschen kerk en staat, maar zoodanig dat de staat voor alle kerkgenootschappen dezelfde zij dat de kerk zich vrij in den staat bewege en dat die scheiding niet medebrengt onverschilligheid omtrent aangelegen onderwerpen der kerk. Art. 1 tot en met 11 werden vervolgens goedge keurd. Per telegraaf Na eenige discussiën over sommige onder- deelen heeft de Tweede Kamer heden het hoofdstuk justitie met algemeene stemmen aangenomen. De minister heeft gezegd dat een ontwerp tot uitbreiding der cellulaire ge vangenis tot een maximum van 2 jaar naar den raad van state verzonden was. Daarna zijn de discussiën over hoofd stuk binnenlandsche zaken aangevangen. Bij de Tweede Kamer is ingekomen een wets ontwerp houdende goedkeuring eener overeenkomst betrekkelijk de overdragt aan den polder de Breede Watering bewesten Yerseke, van een situatiesluis en een sluiswachters-woning in de gemeente Schore en van waterleidingen in de gemeenten Schore Kruiningen en Wemeldiuge, welke zijn gemaakt en strekken tot voorziening in de door den aanleg van het kanaal door Zuid-Beveland gestoorde wa- terloozing van dien polder. Bij de regering is berigt ontvangen dat van den 5n Mei af alle personen, Belgische onderda nen uitgezonderd, wanneer zij België van den kant der Fransche grenzen willen binnenkomen, gehou den zullen zijn een paspoort bij zich te hebben. Staats-Ct Den 27 Maart is de koning van Siam te Batavia aangekomen en hebben aldaar een tal vau festi viteiten ter zijner eere plaats gehad. Z. M. schonk eene som van f 10,000,aan het gymnasium Willem 111 om te dienen als beurs voor onbemiddelde veel belovende kwee kelingen. De gemeenteraad van Vlissingen heeft in zijne vergadering van 6 Mei benoemd tot hulponder wijzer op de school B. voor gewoon lager onderwijs (hoofdonderwijzer de heer P. Fret)den heer L. Hogerlandhulpönderwijzer te Wolfaartsdijk, met 12 van de 13 stemmen. Verschillende bladen in ons land, welke het eenigen tijd geleden al te dwaas vonden om de liberale rigting te verdedigen tegen de opgeworpen meening, dat de Commune te Parijs het logische gevolg zou zijn van het liberale beginsel, beginnen te bespeuren, dat die aantijging op de groote me nigte invloed uitoefent en toonen in overtuigende artikelen het ongerijmde dier stelling aan. De F. Rott. Ct. deelt het adres mede, dat ont worpen is om aan den paus door een deputatie uit Nederland op zijn 25jarig jubilé te worden aangeboden. In verschillende streken van Noord-Brabant heb ben, tengevolge van den hoogen waterstand, over stroomingen plaats. Door het Genootschap tot bevordering der koe pok-inenting te Rotterdam is een gemotiveerd adres aan de tweede kamer der staten-generaal ver zonden, waarin het op de noodzakelijkheid wijst 1°. dat zoo spoedig mogeljjk de verpligte vaccinatie voor geheel Nederland bij de wet worde ingevoerd 2°. dat van staatswege behoorlijk zorg worde ge dragen, dat overal in het geheele Rijk een voldoende gelegenheid voor vaccinatie geschonken en de kunst bewerking door bevoegde en vertrouwde personen verrigt worde. Het noodigt derhalve de Tweede kamer uit, bij de regering aan te dringen op het onverwijld in dienen van een wetsvoorstel in bedoelden geest of wel zelf daartoe het initiatief te nemen. Men meldt uit Groningen, in d°. 2 Mei: Een tot dusver nog volkomen duister ongeval, dat eergisteren nacht, niet ver van hier, heeft plaats gehad, houdt veler gemoederen bezig. Drie perso nen waren uit Schildwolde met een zeilschuitje over het Schildmeer naar Appingadam gegaan. Een daarvan was een bijzonder bekwaam schipper, 's Avonds laat zijn ze weer van Appingadam ver trokken. 's Morgens vroegtijdig kwam het schuitje aandrijvende eene passagier hing dood over het schuitje in het waterde tweede zat dood daarin de derde ontbrak en is, voor zoover wij hebben vernomen, nog niet terug gevonden. Men verdiept zich in gissingen nopens de oorzaak of de oorza ken van deze gebeurteniswaarnaar gewis het noodige onderzoek wel zal gedaan worden. De Asser Courant zegt daarvan het volgende »Het meest geloofwaardige en waarschijnlijke verhaal is, dat de overledenen alle zeilen bij hun overtogt hebben bijgezet, en de oudste, een zeven tigjarige, over boord is gevallen dat een der an deren hem heeft geholpen, of getracht heeft hem te helpenen daar zeil en treil toen onklaar werdende derde een slag met een giek of gaffel heeft gekregen, tengevolge waarvan hij stierf, na al dan niet bewusteloos te zijn geweest. Hij die naar het verhaal den oudste trachtte te hel pen is, doornat, in het scheepje dood gevonden waarschijnlijk door verkleuming. De positie waarin het lijk van den derde lag geeft vermoeden tot een slag met giek of gaffel." Men meldt uit Veen van 4 Mei. Wie zich in den afgeloopen nacht hier op den dijk bevond, kon aanschouwer ziju van een majestueus verschrikkend schouwspel. Midden op de rivier de Maas nl. lagen twee schepen, bevracht met hooi, ten anker, die door een nog onbekende oorzaak in brand geraakten. Voorzeker vermoedde niemand, die zich ten 10 ure te bed begaf, dat hij uit zijn zoeten slaap een paar uur later zou gewekt worden door het luiden der klok, 't welk, als iets ongewoons in den naoht, oogenblikkelijk het geheele dorp op de been bragt, om zich van de plaats des onheils te vergewissen. Een massa volks bevond zich dan ook spoedig te genover het treffend schouwspel, om, zoo mogelijk, te redden wat te redden was. Dan, hieraan be hoefde men niet lang te denken, aangezien in een oogenblik de beide schepen in lichtelaaie vlam stonden. Het hartverscheurend gejammer der zich op de schepen bevindende personen deed den veer man en zijn gezellen niet lang aarzelen, er heen te roeijen. 't Mogt den kloeken mannen gelukken van het eene schip de gansche bemanning, die uit 3 a 4 personen bestond, te redden, en van het

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1871 | | pagina 1