1871. M 4.
BEKENDMAKINGEN
van tiet Gemeente-bestuur.
Beperking van het met voertuigen berijden
van Kunstwegen.
:i
goessche
hunt.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag en Donderdag
avond, uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal zoo binnen als buiten Goes 1,75.
Afzonderlijke nommers 5 c. met bijblad 10 c.
Gewone advertentiën worden 15 c. de regel geplaatst.
Geboorte-, huwelijks- en doodberigten van 16 regels it 1,
Dienst-aanbiedingenniet meer dan 4 regels bedragende
en contant betaald, 40 c.
De inzending van advertentiën kan geschieden op den dag der uitgave tot vóór drie urendes namiddags.
Stukken welke men als ingezonden wenscht opgenomen, moeten uiterlijk den vorigen dag aan het bureau bezorgd zijn.
AAN KONDIGING.
De BURGEMEESTER der gemeente GOES,
Gezien het besluit van de Staten dezer provincie de dato
4 November 1870, no. 7, Provinciaal blad no. 155, luidende
als volgt:
1°. Het met voertuigen berijden der kunstwegen in deze
provincie, ter openbare dienst bestemd, en in onderhoud bij
ae provincie, gemeenten, waterschappen of bijzondere ligcha-
men en personen, is bij invallend uooiweder verboden.
Dit verbod geldt telkens en in elke gemeente, zoodra dit,
na invallend aooiweder, is aangekondigd door den betrok
ken burgemeester, op last van Gedeputeerde Staten.
Het treedt iederen keer buiten werking, op het tijdstip
door Gedeputeerde Staten te bepalen en door den betrok
ken burgemeester bekend te maken.
2°. Dit verbod is niet van toepassing:
op spoorwegen;
op wegen dieop verzoek van de onderhoudpligtigen
door Gedeputeerde Statenvoor zoover het provinciaal
belang dit toelaat, worden uitgezonderd.
3°. Het is mede niet van toepassing op:
a. voertuigen uitsluitend gebezigd tot vervoer van perso
nen en met geene meerdere goederen-vracht dan van
200 kilogrammen beladen
b. brievenpost-karren
c. voertuigentot het leger behoorende, onder militair ge
leide, of door militairen, in hunne betrekking vervoerd;
d. voertuigen met twee wielen en velgen van 5 tot beneden
6 centimeters, beladen met eene vracht van ten hoogste
400 kilogrammenof een vat meekrap
e. voertuigen, met twee wielen en velgen van 6 tot beneden
9 centimetersbeladen met eene vracht van ten hoogste
600 kilogrammen, of een vat meekrap;
f voertuigen, met twee wielen en velgen van 9 tot beneden
12 centimeters, geladen met eenè vracht van ten hoogste
600 kilogrammenof een vat meekrap
g. voertuigen met twee wielen en velgen van 12 centimeters
of daarboven, beladen met eene vracht van ten hoogste
700 kilogrammen
h. voertuigen met vier wielen en velgen van 5 tot beneden
6 centimetersbespannen met niet meer dan twee paar
den en beladen met eene vracht van ten hoogste 500
kilogrammenof een vat meekrap
i. voertuigen met vier wielen en velgen van 6 tot beneden
9 centimeters, bespannen met niet meer dan twee paar
den en beladen met eene vracht van ten hoogste 650
kilogrammenof een vat meekrap
k. voertuigen met vier wielen en velgen van 9 tot beneden
12 centimeters, bespannen met niet meer dan twee
paarden, en beladen met eene vracht van ten hoogste
850 kilogrammen;
1. voertuigen met vier wielen en velgen van 12 centimeters
en daarboven, bespannen met twee of drie paarden,
en beladen met eene vracht van ten hoogste 1000 kilo
grammen
m. voertuigen met vier wielen en velgen van 22 centime
ters oi daarbovenen een ongelijk spoor, ofschoon be
spannen met verscheidene paarden, mits met geene
meerdere vracht dan van 16Ö0 kilogrammen beladen
n. diligences met wielbanden van ten minste 7 centimeters,
ingerigt voor niet meer dan negen personen behalven
den conducteur en voerman, mits met geene meerdere
vracht dan van 200 kilogrammen beladende passa-
§iers niet mede gerekend;
igences met wielbanden van 12 centimeters of daar
boven, ingerigt voor twaalf personen behalven den con
ducteur en voermanmits met geene meerdere vracht
dan van 300 kilogrammen beladende passagiers niet
mede gerekend.
De geldspeciën van 's rijks schatkist of van handel
drijvende personenzullen echter binnen de diligences
mogen worden geladendoch in geen geval zal er boven
de voor- en achterwielen eenige last of zwaarte mogen
gelegd worden.
4°. Overtredingen van het verbod worden gestraft met
eene boete van f 1 tot f 10onverminderd de verpligting
der overtreders tot vergoeding der aan de wegen toege-
bragte schade.
Kondigt, op last van Gedeputeerde Staten dezer provin
cie, aan, dat het voorschreven VERBOD in deze gemeente
geldt, te beginnen met midrternaebt tusschen den
zevenden en den acbsten Junuarij 1871.
Gedaan te Goes, den 8 Januarij 1871.
De Burgemeester voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
's Gravenhage 7 Januarij.
Nog vóór dat het nieuwe ministerie eene enkele
daad verrigt of zelfs één woord gesproken heeft,
wordt het deels van radicaledeels van conser-
vatief-clericale zijde op de hevigste wijze aange
vallen, soms zelfs, wat enkele titularissen betreft,
met personaliteiten en invectieven bejegend. Waar
lijk, het is geen wonder dat hier te lande eene
ministeriële crisis langer duurt en moeijelijker tot
oplossing kan worden gebragt dan elders. Er zijn
mannen van groote bekwaamheid en beproefde
liberale beginselen hier te lande, onbevreesd voor
eerlijke kritiek en die er toch meer dan eenmaal
tegen op gezien hebben om voortdurend tot wrijf
paal te dienen voor den haat en de laatdunkenheid
der partijen en partijschrijvers wier eenig doel
is de tegenpartij door allerlei middelen zwart te
maken, uit de geringste omstandigheid venijn te
zuigen en de openbare meening vooral bij het
minst ontwikkelde deel der kiezersbevolking op
een dwaalspoor te brengen. Enterwijl die
antiliberale oppositie in de kamer óf geen genoeg
zame kracht heeft, óf elke ingrijpende beslissing
tracht te ontwijken om het heterogene bondge
nootschap toch maar niet in gevaar te brengen
rijkt zij zich in de pers onvoorwaardelijk de hand,
en loopen b. v. te Amsterdam: het Noorden met
de Tijd en de eerwaarde stads-matrone, arm in
arm door dik en dun, telkens op het hoffelijkst
buigende voor het Hofblad der Hofstad, welks
onpartijdigheid en goede trouw even spreekwoor
delijk zijn als de onbegrensde liefde voor onze
constitutionele instellingen van het ontbindings
ministerie Heemskerk-van Zu 'jlen.
Het opmerkelijkste is echter, dat, vermits men
noch van Thorbecke, noch van de nieuwe titula
rissen weinig ander kwaad kan zeggen, dan dat
ze zoo wat van het bekende ras der sloopers zijn,
en dat ze niet geneigd zullen bevonden worden
om aan de gemoedsbezwaren hetzij tot ondermij
ning van ons openbaar neutraal onderwijs, hetzij
over de afschaffing van de wereldlijke magt van den
pausvoldoening te gevenalle wrevel zich
verzamelt en uitstort over den heer van Bcsse, die
men van groote inconsequentie, portefeuille zucht
en staatkundige weerhanerij beschuldigt, terwijl
hem bovendien alle kennis van koloniale belangen
en toestanden ontzegd wordt. Natuurlijk, want
hij heeft niet als b. v. de heer van Herwerden
voor 30 jaren geleden in Madioen een groot aantal
picols rijst gegeten en de rotting gehanteerd. En
het zonderlingste is dat die verwijten over onstand
vastigheid in de politiek afkomstig zijn van eene
partij, die, hetzij in de opositie of in 't bewind,
achtervolgens al hare beginselen, of beter gezegd
traditiën en praktijken, heeft over boord geworpen,
hetzij om het gezag in handen te krijgen of te
behouden, hetzij om elke andere regering dan de
hare te belemmeren en te weerstreven. Zelfs de
afstemming van begrootingen om redenen daar
buiten gelegen energer nogde gemotiveerde
motie van orde werden door de conservatieven
en clericalen die nu. over onstandvastigheid klagen,
op het repertoire gebragt en met groote naiviteit
ten tooneele gevoerd
Daarenboven vergeet of verzwijgt men van den
kant der radicale oppositie, juist ten aanzien van
den heer van Bosse dat hij als 't ware de groote
drijver was van het vestigen eener indische
comptabiliteit in 't financieel beheer; dat hij heeft
medegewerkt tot de ontworpen cultuurwet van
Fransen v. d. Putte en tot de vrijzinnige tariefs
herzieningen ook voor Indië, die hij nu zelf zal
hebben te voltooijen, terwijl hij aan de agrari
sche en suikerwetten uitvoering zal hebben te
geven. Datbij de partijdige geringschatting dei-
antecedenten van den heer v. Bosse, ook de af
schaffing van het Dagbladzegel en de invoering
van het lage uniformpost, met faciliteiten voor
den boekhandel, van geavanceerd-liberale zijde
over het hoofd gezien worden, is een bewijs te
meer van wat bij sommigen erkentelijkheid in
de politiek beteekent. Zoo heeft men ook van
diezelfde zijde als argument tegen de weder-
optreding van Thorbecke hooren aanvoerendat
hij zoo oud is Maar heeft dan die ouderdom
hem, zelfs tot in de laatste dagen, belet ijverig
deel te nemen aan den wetgevenden arbeid, betzij
in de kamer of in de sectiënof aan de huis-
selijke schrijftafel, waar voor zoo menig advies of
rapport de grondslag bestudeerd en gelegd werd
Hoe dit zij, men kan uit dat alles leeren van
welk gehalte de gecombineerde oppositie is, die
zich reeds openbaart vóór men eenig programma
of mededeeling heeft en die in menig opzigt zelfs
tot geheel persoonlijke grieven of overwegingen
afdaalt. Intusschen meen ik te mogen voorspel
len dat het ministerie, wat de oppositie in de
kamer van zoogenaamde radicale of geavanceerde
zijde betreft, niet zoo heel veel te duchten heeft,
en dat wel om de eenvoudige reden, dat dit
anders door conservatieven zoo zeer gevreesd,
doch thans zoo zeer gevierd ras, in de tweede
kamer eigenlijk niet aanwezig is. Ja, zelfs de
heer van Houten die in ieders mond is als men
de goede landskinderen wil bang maken voor
democratische weerwolven, is bij lange niet zoo
rood als sommigen het wel willen doen voorko
men en stemde zelfs voor het amendement W. v.
Goltstein, om de Preanger-hervorming uit de In
dische begrooting te ligten; eene poging die, met
een paar stemmen meer, zou zijn gelukt doch
waarlijk niet tot bevordering van het geluk der
Preanger bevolking. Dat democratisch element
in den zin, dien daaraan tegenwoordig in zeer
geavanceerde bladen of in sommige bepaald re-
publikeinsche geschriften gegeven wordt, bestond
en bestaat niet in onze tweede kamer, en zal
er zelfs met uitbreiding van het steinregt niet
veel wortel schieten. Vrijheidszin en volkskracht,
gehechtheid aan onze liberale instellingen en niet
minder, aan hare doorgaande, geleidelijke ontwik
keling mogen niet verward worden met de min of
meer onbestemde uitingen voor een regeringsbeleid
gegrond op een algemeen stemregt, waarvan het be-
driegelijke zoowel als het gevaarlijke nog in de
laatste tijden maar al te zeer is gebleken, tegelijk
met zijne natuurlijke verwantschap tot de alles
verwoestende sociale revolutieleer, die als begin
sel den eigendom als diefstal qualificeert. (1)
Neen, voor eenige beduidende oppositie van
radicalen of democraten heeft het kabinet zeker
niet veel te vreezen en even daarom ook de con
servatief- en ultra-montaansche coalitie (die als
't voordeel gaf zich aan Flourens of Roche fort's zou
aansluiten) weinig te hopen. Daarenboven is van
mannen als van Reenen, Half, van Naamen en
eenige anderengeen stelselmatige oppositie tegen
dit ministerie te wachten. En mogt het geluk
ken dat de oneenigheid onder de liberalen die
die zich nu en dan vertoondemisschien ook
omdat het afgetreden bewind niet altoos even
duidelijk haar gedragslijn afbakende of hare be
ginselen formuleerde, nu voor goed ophieldook
met het oog op de treurige ervaring in deze
crisiswaardoor wij bijna aan den vooravond
eener reactionaire omwending hebben gestaan
waarvan de loop en het einde niet te voorzien
warenja, dan zou de optreding van deze-rege
ring zamengesteld bovendien uit eminente en
achtenswaardige staatslieden of specialiteitendoor
ieder vriend des vaderlands kunnen beschouwd
worden als een zegen en als een rustpunt,
als de intrede eener voor parlementaire werkzaam
heid en voor het algemeen landsbelang schoone
toekomst. Tegenover eene op dergelijken grond
slag gevormde meerderheid zal niemand de firma
van Nispen-Heemskerk-Saaijmans vreezen. Die tijde
lijke vennooten zoeken toch eigenlijk elkander te
bedriegenmaar 't publiek in de eerste plaats.
(1) Proudhon, Blanqui, F. Pyat en anderen verkondigen
de stelling Je propriëté e'est le vol."