BUITENLAND. Van eten raad van harte toejuichen. Wij zien in de voorgenomen verandering niet alleen een waar borg voor het verkrijgen van die degelijkheid van het onderwijs voor de meisjes, die volgens den heer v. d. Bosch door allen wordt gewenscht maat houden ons tevens overtuigd, dat de indirecte voor- deelen, welke de neringdoende burgerij uit de ont worpen inrigting zal trekkenruimschoots zullen 'opwegen tegen de betrekkelijk geringe verhooging, welke de uitgaven der gemeente Zullen ondergaan. De commissie voor het Indisch schoolfonds, be noemd door de Maatschappij tot Nut van den Javaan, en zamengesteld uit de heeren Naher, Schill, Viruly Verbruggen, Moens, de Keyzer en Schilthuis, heeft zich tot taak gesteld, het uitgeven van a. een schoolatlas, b. schoolprenten en c. van geïllustreerde schoolboeken. De Maatschappij- tot Nut van 't Algemeen heeft thans reeds sympathie betuifcd met deze voorne mens, en zal waarschijnlijk in het volgend jaar ook door bijdragen medewerken. Men heeft te Sint Andries, bij Brugge, eene voor de oudheidkunde belangrijke ontdekking gedaan. In den middenbeuk der oude Benediktijnenkerk heeft men eene grafstede ontdekt, wier binnenmu ren bedekt zijn met nog goed bewaarde schilde ringen. De grafstede is, volgens het opschrift, van het b?gin der 14® eeuw. Bij de opening van het graf heeft men het overschot van 3 menschen ge vonden, Men heeft eene teekening gemaakt naai de schilderingen voor het museum van Brugge. Volgens de jongste in België ontvangen be- rigten scheen de veepest in Frankrijk aan den kant van Sedan en in de streken langs de Maas vele runderen weg te slepen. Uit het groother togdom Luxemburg wordt gemeld, dat die ziekte zich nabij de Fransche en Duitsche grenslinie van dat land zorgbarend uitbreidde. Men schrijft uit Arum: Dezer dagen sukkelden drie jongens, waaronder een knaapje van 11 jaren, langs den weg van Arum naar Sneek, ten einde voor 24 uren de ouderlijke woning met de ge vangenis te verwisselen. Met deernis zagen de dorpelingen de jeugdige zondaars naeen van hen had zich tijdens de godsdienstoefening met kaat sen vermaakt, terwijl de beide anderen op het kerkhof (de plaats die bij ons dagelijks als speel plaats wordt misbruikt) met knikkers hadden ge speeld, waarschijnlijk onder het uitgaan der kerk. Bijna anderhalf jaar geledenwees liet Bolwarder kantongeregt het vonnisdat thans ondergaan werd. Het jongste maatje was toen negen jaren oud. Men denkt er in het dorp ernstig aanzich van en kinderwagen te voorzienten einde in het vervolg den veroordeelden kindertjes de al te ver- inoeijende voetreis te besparen. Ct.) Per telegraaf.) In de zitting der Tweede Kamer van lieden is het debat over de Indische begroeting, gisteren aangevangen, voortgezet. De heer Miranaoüe trad in eene uitvoerige critiek en keurde het regeringsbeleid van den minister gedeeltelijk af, vooral wegens gebrek aan voort varendheid in de toepassing der liberale beginselen op ko loniaal gebied. De minister heeft daarna breedvoerig alle sprekers van gisteren en heden beantwoord. Hij was niet voor nemens de kwestie der vaste bijdragen afzonderlijk te regelen. De suikerwet zal spoedig uitgevoerd, de agrarische wet niet met onbesuisdheid toegepast worden. De afkoopbaar heid der heerendiensten vereischt eene regeling in vollen omvang en niet partieel. Over de opvatting omtrent zijne voorzigtigheid of weifelmoedigheid zal de minister in geen debat tredenover dergelijke appreciatiën loopen de ge voelens uiteen. Na repliek, zijn de algemeene beraadsla gingen gesloten en is de behandeling der afzonderlijke hoofd stukken aangevangen. Henoemingen, Besluiten enz. Benoemd tot ontvanger der registratie van de geregte- iijke administratieve akten en Domeinen te Middelburg den heer Bouricius, thans ontvanger der Regisstratie en Domei nen te Helder-. Pruissen en Frankrijk Frankrijk en Pruis- senAls de nachtmerri zijn die beiden voor het courantenlezend publiek want koortsachtig grijpt men naar elk nieuwsblad, en het eerst wat men ziet is de naam van een of wel de namen der beide lan den. Wanneer zal dat toch ophoudenGelukkig, dat wij ons overzigt kunnen aanvangen met de ver melding, dat er sedert Maandag weder, en nu ern stiger dan ooitsprake is van vredes-onderhande- lingen. Het zou generaal Burnside gelukt zijn, met graaf von Bismarck de grondslagen te ontwerpen waarop een wapenstilstand zou gesloten, en de voor waarden van den vrede gebouwd zouden kunnen worden. Die grondslagen zijn echter nog niet be kend. Wel spreekt men van den afstand van den Elzas aan Duitschland en de inlijving van het groot hertogdom Luxemburg bij Duitschland terwijl Lotharingen een Fiansch gewest zou blijven. Maar de waarheid, althans de volle waarheid is nog niet bekend. Het is evenwel opmerkelijk, dat de Köln. Zeit. reeds een hoofdartikel proclameert, waarin zij de wenschelijkheid betoogd van de annexatie van Luxemburg. De gelegenheid, zoo leest men daarin, is gunstig. Het komt er maar op aan, haar aan te pakken. Wie weet of zij wel immef wederkeert." En als de vesting Luxemburg werkelijk zoo gewigtig is, als men wel eens beweerd heeft, dan zou die kunnen herbouwd worden en de beste beveiliging tegen Frankrijk opleveren. Hoe dit zijmen verwacht eerstdaags weder eene zamenkomst van graaf von Bismarck en den heer' Favre. Moge die zamenkomst het geweuschte resultaat hebben Ook de Times uit dien wensch. De tegenwoor dige stemming van de vrienden van handel en be schaving ten opzigte van den oorlog, kenschetst het blad op de volgende""wijzeZij zijn den oorlog moede en walgen er van, en ofschoon men uit de gedane mededeelingen moet opmaken, dat onze (de Engelsche) de regering geen kans ziet, hare goeie diensten te bewijzen, verwekt toch het lang voortduren van die magteloosheid verbazing in de city waar het verlangen naar het einde van het tegenwoordig tijdperk van verschrikkingen zoo groot is dat velen beginnen te denken, dat de moeijelijk- heden welke eene verzoening in den weg staan overdreven worden en dat h»-t mogelijk zou zijn, om, door zich goed op de hoogte te stellen van de meeningen der twee partijen wederzijdsche con- cessien of schikkingen aan do hand te doen die konden dienen als eene brug over de kloof, welke d? oorlogvoerenden scheidt." Overal is verlangen naar den vrede, behalve hoe zonderling het klinke bij de leden van het voorloopig bewind der Fransche republiek. Vooral is het de minister Oambcttadie dien afkeer ten duidelijkste aan den dag legt, en dien kleedt in het gevoel van vaderlandsliefde en harlstogtelijk- heid. Want juist door zijne voorstelling van Parijs, zooals de toestand niet is, en door zijne verhalen van uitvallen der belegerden, die daarbij de over winning behaaldenofschoon geen enkele uitval gedaan is en de Duitschers zich in hunne positie handhavenmaakt hij de toenadering der partijen schier onmogelijk. En toch hoe schoon Gambetta weet te schilderen, hoe vurig hij weet te sprekenen hoe officieel hij weet te liegen, de waarheid wordt met iederen dag helderder, dat Frankrijk het niet zal kunnen volhouden. De inneming van Orleans heeft den Pruisen weder een belangrijk voordeel verschaft, en de bevolking der omstreken zoodanig met schrik vervuld dat deze overal vlugt en eene veilige schuil plaats zoekt tegen den vijand. Maar waar die te vinden? De burgerij van Toursde zetel der de legatie van het bewindzag dezer dagen het hart verscheurende schouwspel, dat massa's vrouwen kinderen en geheele huisgezinnen van Blois, Mer en Amboise naar haar toestroomden. Wie weet voor welk een korten tijd want de vrees mag niet verbloemd wordendat de delegatie mogelijk spoedig genoodzaakt zal zijnhaar zetel naar el ders te plaatsen. Voorts heeft Soissons, mede eene wel kleine, maar sterke vesting, dezer dagen gecapituleerd en hebben de Pruisen daardoor weder eene dier plaat sen in handen gekregenwier afstand graaf von Bismarck onlangs in zijne voorwaarden voor een wapenstilstand opnam. Eindelijk vergete men niet, dat de veepest in hevigen graad in Frankrijk woedt en thans een der grootste vijanden van dat land mag heeten. Het felst woedt zij in het Oosten en in het centrum, terwijl men niet hoort van voorzorgsmaatregelen, die genomen worden om de epidemie tegen te gaan. Tot zelfs in Parijs is de ziekte doorge drongen en volgens geruchtenuit Fransche bron natuurlijk zouden de Pruisen dit bewerkt hebben. De Fransche nieuwsverspreiders vertellen namelijk, dat de Pruisen opzettelijk besmette kudden weer loos hebben geplaatst op die punten waar zij door de belegerden bij hunne uitvallen moesten buitge maakt worden hetgeen dan gebeurdeen waardoor de ziekte in de stad gebragt is. Overigens spreken de berigten uit Frankrijk van wapening, vorming van vrijwillige corpsenenz. alsof het land in goeden staat van verdediging nog kan gebragt worden. De Pruisen houden zich daarentegen stil voor zoover het leger betreft, dat romdom Parijs gelegerd is. Het schijnt wel, als of men plan heeft de stad door uithongering tot de overgave te dwingen. De zaken in Spanje hebben weder een anderen loop genomen. De regering heeft onderhandelingen aangeknoopt met Italië, om de kroon een prins aantebieden, en Amadeus, de tweede zoon van Victor Emanuel heeft zich bereid verklaard de kroon te aanvaarden, als hij door een plebiscit (volksstemming) daartoe geroepen wordt. Mazzini, de bekende volksleider in Italië die ten gevolge zijner woelingen en aanslagen in de gevangenis zat, is op vrjje voeten gesteld. Koning Victor Emanuel heeft namelijknaar aanleiding der voltooijing van Italiës eenheid, amnestie ver leend voor alle politieke misdadigers. Uit Rome berigt men, dat de jonge Mortara het Jodenkind, dat voor eenige jaren, in een kloos ter was opgenomen en daar tegen den wil zijner ouders in de R. Cath. godsdienst werd opgevoed, door den Italiaanschen bevelvoerder aan zijne ou ders is wedergegeven. In Tuekye begint men vrees te koesteren voor den toestand des lands. Dat Rusland even weinig als Italië voornemens is de beletselen te eerbiedi gen, die er voor eene oplossing der Oostersche kwestie, ten voordeele dier rijken, in de verdragen van 1856 gelegen zijn, begrijpt men zeer goed, en angstvallig luistert men naar ieder gerucht van UITTREKSEL uit het Verslag van den toestand der Provincie Zeeland, door Gedeputeerde Staten uitgèbragt aan de Provinciale Staten, in de zomer- vergadering van 1870. Vervolg. Aan den maatregel tot vaststelling van een huis houdelijk tarief voor genees-, heel- en verloskundige diensten, voor de beoordeeling van rekeningen van armbesturen of van die ten laste van het rijk, werd uitvoering gegeven; terwijl afdrukken zoo wel van dit tarief als van eene nader vastgestelde minima- lijst of leiddraad, bij toepassing van het 2do lid van art. 4 der wet van 1 Junij 1865 (Staatsblad no. 61),- aan de gemeentebesturen, aan de genees kundigen tot het leveren van geneesmiddelen bevoegd en aan de apothekers in Zeeland voor zoo ver de bekendheid er mede hun van nut kon zijn, werden toegezonden. Uitvoerige mededeelingen werden gedaan en versla gen uitgèbragt van de genomen proeven in Zeeland in het werk gesteld, om drinkwater te erlangen door het inbrengen in den grond van zoogenaamde Nor- ton-pijpen. Deze proeven zijn genomen te Seroos- kerke (Schouwen), te Kruiningen, te Stavenisse en te Gapinge, en hebben geen van allen tot het ge- wenschte gevolg geleid, zijnde het gebleken dat daar waar de pijp tot beneden de veenlaag ge dreven werd (te Serooskerke heeft men dit tot op eene diepte van 37,5 meters gedaan), het opgebragte water zouthoudend was. Neemt men nu in aanmer king dat, boven de veenlaag, geen ander dan zak- water van twijfelachtige hoedanigheid en alleen in zandstreken en aan den duinkant van genoegzame zuiverheid te erlangen is, en dat de door de be sturen van de gemeenten Middelburg, Ylissingen en Zierikzee bewerkstelligde proefnemingen dezelfde onbevredigende uitkomsten hebben opgeleverd, dan schijnt de stelling niet gewaagd, dat het systeem om, door middel van de Amerikaansche pijp wel drinkwater te erlangen in dit gewest niet met vrucht i kan worden toegepast'. De raad heeft dan ook van het bevorderen van alle verdere proeven afgezien. Naar aanleiding van den aangegeven maatregel tot het nu en dan onderzoeken van meelsoorten, zijn 18 monsters benevens 10 brooden onderzocht, respectivelijk door de besturen van Middelburg, Axel en Neuzen ingezonden. Uit het onderzoek is gebleken dat, bij eenige afwijking in de betrekkelijke zuiverheid, geene van dezelven, voor de gezondheid schadelijke inmeng- selen bevattenden. De gemeenten Middelburg, Goes, Borsselen, 's Hee- i renhoek, 's Heer Arendskerke en Heinkenszand heb ben eene gezondheids-commissie, waarvan de werk kring bij eene plaatselijke verordening is geregeld. De zamenstelling en verrigtingen van de commissiën in de twee eerstgenoemde gemeenten zijn nagenoeg met elkander overeenkomende, in zoo ver daarin een natuur-, een scheikundige en een regtsgeleerde tot het personeel behoorenterwijl te Goes daar enboven een veearts in de commissie zittiug heeft. In beide gemeenten adviseren de commissiën bur gemeester en wethouders omtrent alles wat op de openbare gezondheid, in den ruims ten zin, betrek king heeft, en worden op vastgestelde tijdstippen vergaderingen gehouden. In de andere gemeenten is het personeel tot een vijftal personen, waartoe twee ambachtslieden en een landbouwer moeten behooren, beperkt en komen de leden van de com missie niet op vastgestelde tijdstippen bijeen. Te Bors selen, 's Heer Arendskerke en Heinkenszand vergadert zij minstens tweemalen in het jaar, te 's Heerenhoek ten minste vier malen. Geene der genoemde com missiën staat in eenig regtstreeksch verband tot het geneeskundig staats-toezigt. In haar verslag dringt de commissie te Borssele, bij de erkenning dat de vermindering van zes asch- en beerputten in de gemeente tot op twee reeds nut heeft gedaan, er op aan dat ook die beide asch- en beerputten worden opgeruimd en buiten de kom der gemeente verplaatst; verder dat hier en daar aanwezige modder- en vuilnisputten worden opgeruimd of overdekt en dat op hunne tijdige zuivering toezigt gehouden en de inrigting der pri vaten verbeterd worde; terwijl zij verlangt dat het bestuur maatregelen neme, ter wering van de ge woonte om, in de kom der gemeente, doode paar den of ander vee aan stokken op te hangen. De gezondheids-commissie te 's Heerenhoek heeft haar laatste verslag over 1868 uitgèbragt, en in den loop van 1869 het verlangen te kennen gege ven om te worden ontbonden. Bij de overweging- dat tijdens het niet heersehen van epidemische ziekten, eene gezondheids-commissie voor de ge meente overbodig is, heeft de raad dit verlangen ingewilligd en het toezigt op de openbare gezond heids-aangelegenheden aan burgemeester en wet houders opgedragen. Yan de besturen van 's Heer Arendskerke en Heinkenszand zijn omtrent hunne gezondheids-eom- missiën geene berigten ingekomen. Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1870 | | pagina 2