UITTREKSEL uit het Verslag van den toe stand der provincie Zeeland, door Gedeputeerde Staten uitgebragt aan de Provinciale Staten, in de zomervergadering van 1869. Vervolg. V. Klinische scholen werden ten jare 1868 in deze provincie niet gevonden. VI. Verdere scholen van bijzonderen aard en strekking. Volgens de opgaven der gemeentebesturen waren er in het vorige jaar: 15 zangscholen, 14 waarvan 311 mannelijke en 209 vrouwelijke leerlingen hadden en 1, waarvan de school- gangers niet naar de kunne zijn opgegevendoch in het geheel 49 leerlingen teldezoodat het gezamenlijk getal leerlingen op al de scholen 569 was; 5 gymnastiekscholen met 302 leerlingen, waarvan 198 mannelijke en 104 vrouwelijke. Eene dezer scholendie van de gemeente Middel burg, had bovendien 10 leerlingen, die privaatlessen ontvingen, en 120 kosteloos onderwezenen van de leer lingen der openbare lagere scholen E, F en G aldaar. Onder het getal gymnastiek-scholen is niet begre pen die te Aardenburgop welke het onderwijs, door vertrek van den onderwijzer, in den loop des jaars ophield; daarentegen vond het weder plaats op die te Vlissingen, ofschoon het aldaar niet die deelne ming ondervond waarop 't aanspraak heeft, gelijk blijkt uit het geringe getal leerlingen, 't welk slechts 10 was. Naar de bedoelde opgaven was de staat van het onderwijs, wat de zangschool betreft, op 3 zeer voldoende, op 7 goed of voldoende, op 4 mid delmatig, terwijl die van het onderwijs op 1 school niet is opgegeven; wat de gymnastiekscholen aan gaat, op 2 zeer voldoende, op 2 goed en op 1 vol doende. VII. Latijnsche scholen, gymnasia en athenea. De latijnsche school te Zierikzee en het gymnasi um te Middelburg hadden ieder 4 onderwijzers; Er waren op de eerste inrigting 6 op de laatste 17 leerlingen. De staat van het onderwijs was op de beide inrigtingen goed. VIII. Kunsten en wetenschappen. Volgens opgaaf van het gemeentebestuur van Aardenburg, waren aldaar twee niet tot de inrig tingen van middelbaar onderwijs behoorende teeken- scholen, namelijk eene meetkundige teekenschool voor handwerkslieden, waarin door den hoofdon derwijzer der openbare lagere school dier gemeente gedurende de wintermaanden driemaal 's weeks les werd gegeven, welke school door 38 jongens werd bezocht, en eene school voor het handteekenen, on der de leiding van eenen onderwijzerwaarin gedurende drie uren per week 24 jongens onder wijs ontvingen.

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1869 | | pagina 9