STOOMBOOT ZUID-BEVELAND,
GEMENGDE BERIGTEN.
BURGERLIJKE STAND
MIDDELEN VAN VERVOER.
Augustus 1869.
SPOORWEG GOES-ROOSENDAAL vice versa.
VERTREK van
AANKOMST te
per telegraaf;
graanberigten.
missie van regtsgeleerden zijn opgedragen een ont
werp te maken voor de gescliikste wijze, waarop
die invoering kan plaats hebben. Melden wij on
langs, dat Komi&saroff, die voor drie jaren het leven
des keizers redde, door zelfmoord een einde aan
zijn leven had gemaakt, thans verneemt men ook
het overlijden van Berezoicski, die toen den aanslag
deed. Tot deportatie naar Kieuw-Caledonië ver
oordeeld, is hij bezweken aan eene borstkwaal, die
hij aldaar had opgedaan.
De rijksraad van Oostenrijk zet de beraadsla
gingen over het badget van oorlog voort. De
minister heeft aangetoond dat het leger niet meer
kost, dan in 1847, en zoo zuinig ingerigt is, dat
werkelijk geen zuiniger administratie kan worden
uitgedacht. Niettegenstaande die verzekering heeft
de rijksraad toch eenige vermindering aangenomen.
Uit Turkije meent L' Tndépendance Beige, op goede
gronden te kunnen mededeelen, dat de gezanten
der mogendheden werkzaam zijn, om bet geschil
tusschen de porte en den onderkoning van Egypte tot
vereffening te brengen. Zij spreken in een voor
den onderkoning gunstigen geest en het blad ver
zekert, dat dë Porte gezind is, het geschil niet
verder te drijven en zich met eene geringe vol
doening tevreden te stellen. Volgens een later
berigt, zou een .schrij ven, van den onderkoning ont
vangen zijn, dat genoegzame opheldering heeft, en
waarmede de sultan zou verklaard hebben, voldaan
te zijn en van verdere vorderingen aftezieu.
Nergens vindt men ijveriger voorstanders van de
doodstraf dan in Italië en nergens komen de moor
den zoo veelvuldig voor dan in dat land. Volgens
eene statistieke opgave over 1867 bedraagt het ge
tal moorden in dat jaar niet minder dan 2626
dat is 11 op iedere 100000 inwoners. Die moorden
hebben voor een groot deel met de meeste onver
schilligheid en koelbloedigheid plaats. Een woord,
de strijd om een appeleen meloenvaak slechts
een spottende trek om den mond zijn voldoende
om den dolk voor den dag te doen komen.
.Uit Rome meldt men dat de paus de rangen
der geestelijkheid in de zitting van het concilie
geregeld heeft. De kardinalen hebben natuurlijk
de eerste plaats dan volgen de patriarchende
primatende aartsbisschoppende bisschoppen en
de bisschoppen in partibus. Tevens zal er eene
katholieke tentoonstelling gehouden worden die
den 1 Februarij 1870 begint en den 1 Junij eindigt.
Spanje is en blijft nog altijd het toonvel van
carlistische woelingen. Omtrent de plannen van
»Z. M. Earel VII" zoo als don Carlos zich reeds
noemt beweert V Echo du parlement bijzondere
inlichtingen te hebben ontvangen. Zijne gemalin
zou zich met hare tweë kindereneen zoon en eene
dochter, te Fontainebleau bevinden, terwijl hij zijne
strijdkrachten bijeenverzamelt. De prinses houdt
hof, en heeft een eerste minister, die de zaken re
gelt. Don Carlos is het punt van vereeniging der
krachten van de Roomsch-Katholieken. Hij is zeer
werkzaam, schrander en gelijkt zeer veel op zijn
grootvader. Men zegt, dat de hertog de Mont-
pensier zich terug heeft getrokken en dat konin
gin Isabella alle hoop op den Spaanschen troon
heeft laten varen.
De keizer van Frankrijk is eenigzins hersteld
van zijne rhumatische aandoeningen, en heeft reeds
weder een ministerraad gepresideerd. De geneesheer
moet hem echter het uitgaan nog ontraden hebben.
Hij zal zich dan ook eerst later naar het kamp
van Chalons begeven en daar de terugkomst zijner
gemalin van Ajeccio, werwaarts zij morgen vertrekt, af
wachten. De algemeene amnestie van 15 Augus
tus is overal zeer goed ontvangen. Ilenri Roche-
fort zal echter van haar geen gebruik maken, vóór
de kiezers hem als hun vertegenwoordiger roepen
en wel om de eenvoudige reden, dat hij nog een
vonnis, wegens beleediging van een dagbladuitgever
ten zijnen laste heeft en de amnestie zich louter
tot staatkundige of drukpersdelicten bepaalde.
Op de Sandwich-eilanden lieeft zich het geval voorgedaan
dat Tamaï, de neef van den souverein, betrapt werd in
betrekking te staan tot eene gehuwde vrouw. Het bewijs
van schuld volkomen geleverd zijndebeklom de koning
Kamoliamoha zijn troon, die voor die gelegenheid op een
der openbare plaatsen opgerigt was. De hovelingen en se
natoren schaarden zich om den troon, terwijl de lijfwacht
des konings het plein bezette. Tamaï werd 'door den beul
voor den koning geplaatst. Op een teeken, door Z. M. ge
geven, hieuw de schuldige de beide armen op en stak de
vingers regtuit. De beul trok daarop oen scherp zwaard
en sloeg hem met éénen houw de tien vingers van dë han
den af. Tamaï werd in bewusteloozen toestand weggedragen.
Toen was het de beurt aan de vrouw. De beul sneed haar
met een mes de beide ooren af en wroette met de punt van
het mes de wangen stuk, op zoodanige wijze dat zij voor
altijd mismaakt was. De beleedigde echtgenoot kreeg zijne
vrouw in dien toestand terug. Tamaï zelf werd door den koning
weder in genade aangenomen. Te Angers heeft een beeld
schoon meisje op eene zonderlinge wijze helleven verloren. Haar
bruidegom had haar een paar gouden oorbellen ten geschenke
gegeven, van groote waarde en dus ook van groote zwaarte.
Hel meisje had geen gaatjes in de ooren en liet zich, als
gevolg van het geschenk, den oorlap doorboren. Hetzij nu
dat dit onhandig geschied is, hetzij dat de oorsieraden door
hare zwaarte een verkeerde werking uitoefenden, zeker is
het, dat zich weldra eene ontsteking openbaarde, die zich
langs het gansche hoofd uitstrekte; de roos kwam er bij,
taste de hersens aan en de dood volgde schier onmiddelijk.
Een leeuwentemmer, Lucas, in het Hippodrome te Parijs
is door zijn dieren bijna gedood. Een leeuwin, die met jong
was,heeft hem, terwijl hij in het hok vier leeuwen deed wer
ken, van achteren aangegrepen, omvergeworpen en gebeten.
De andere leeuwen kwamen hun zuster of echtgenoote te hulp
en takelden den ongelukkigen dierentemmer deerlijk toe.
De verwarring, de angstkreten onder het publiek waren onbe
schrijfelijk. De dierentemmer bleef zich zwaar gewond ver
weren. Een uit het publiek, zekere^JoSeph Menandi, kon het
niet langer aanzien, dat de ongelukkige Lucas in zulk ge
vaar zonder hulp zou blijven. Hij grijpt een geweer, opent
het hok en begeeft zich naar binnen, waar hij door het zwaaien
van zijn wapen de woedende dieren van zich zelf en van
hun slagtoffer afhoudt. Anderen namen de gelegenheid
waar, om don dierentemmer, zwaar gewond, doch nog levend
uit het hok te trekken, en de moqdige Menandi zelf mogt
ongedeerd het leeuwenhok verlaten.
Ingezonden.
Mijn Heer de Redacteur!
Met genoegen las ik u verhaal in de Courant van 11.
Maandag omtrent onze Middelburgsche colega's, hoe zij
zich regt gelukkig hadden gevoeld door die zoo beroemde
beschouwingen bij te wonen. Ook wij koesterden de stille
hoop, deel te mogen nemen aan deze zoo heerlijke inrichting,
nuttig tot bevordering van ons vak en hadden ook daar
gaarne eenige winst mede willen doenvoor ons niet alleen,
maar ook voor onze mede stadgenoten en die boven ons
gesteld zijn, maar op eenmaal vernamen wij, van Middel
burg zijn ze vertrokken en Goes vergeten. Alweer ver
geten! dacht ik hoe bejammerend, wat zou daar weer de
oorzaak van zijn? Wij weten het net zoo min als u het
kunt begrijpenzou het ook kunnen zijn dat die gene die
daarmede gelast was ons zou hebben vergeten? Die man
moet het dan zeker overstelpend druk hebben dat hij zijne
arme stadgenooten zoo kan vergeten die ook al werd er
gedacht, dat zij uit hunnen ouden stijl niet over zijn te
brengen, zeer gaarne eene uitgebreidere kennis van werk
zaamheden hadden beschouwd maar zich nimmer in die
gelegenheid zien geplaatstja velen onzer naauwelijks ter
stad zijn uitgetreden, maar het zij dan zoo, dit is weder
voorbijvergeten is welligt de oorzaak van dit alles, maar
men ziet toch zeer zelden dat men zich zeiven niet vergeet,
en meestal ons zei ven in het oog hebbennu men kan
het ook zoo druk hebben dat men nouwelijks tijd heeft
om eenen verwarden baard uit te kammen, wij moeten
dat die heer niet al te kwalijk nemen, maar tevens waar
schuwen als hij een man van uitgebreide kennis zijn wil,
en zich van zijne stadgenoten wenscht te zien verhemeld,
dat hij dan betere zorg draagt om ze niet te vergeten,
want menigeen draagt nog de lidteekens van de droevige
gevolgen der vergetenheid en zucht onder de drukkende
last van het verledenemoge die voor ons zoo droevige
teleurstelling nog eens worden vergoed, dat ware onze
hartelijke weusch, maar bcgeeren dan ook niet gaarne zoo
eene vergeetachtige man aan het hoofd van die zaak want
dan kon het wel weder verkeerd uitkomen, gelijk het zoo
menigmaal is gebeurd met groote uitvoeringen, die meestal
in doode ligchamen zijn verkeerd, van waar de steenen
zelf tot den voorbijganger van spreken. Neen wij begeeren
zoo een man niet in eenige betrekking, tot belang van
welzijn voor volk en staat, want vergeten is eene zaak
die te ver gaat en de vreesselijkste gevolgen na zich seeept.
Uit aller naam
EEN TIMMEKMANSKNEGT.
Kerkelijke zaken.
Krabbenbijke, 22 Augustus 1868.
Het orgel in de Ned. hervormde kerk, dat gedurende 15
jaren niet meer was bespeeld, als zijnde defect, en waarvan
de herstelling ten gevolge van financiële bezwaren niet had
plaats gehad, is thans geheel hersteld door- den heer Derksen
van Angeren orgelmaker te Rotterdam, die voor deze her
stelling allen lof toekomt, zoo wegens de goede uitvoering
als de belanglooze wijze, waarop hij die heeft verricht.
Eere komt in dezen met kerkvoogden en notabelen in de
eerste plaats toe aan den kerkdijken ontvanger den heer
C. C. van den Brink, door wiens ijverige pogingen de be
zwaren aan de restauratie verbondon werden opgeheven.
Het nu herstelde orgel werd in de voormiddag godsdienst-
oelening van heden bespeeld door den heer L.van Doorn
en door onzen predikant, den lieer E. J. van de Roemer,
plechtig tot zijne dienst ingewijd met eene indrukwekkende
leerrede naar aanleiding van de drie eerste verzen van psalm
33. Mogen de liefelijke orgeltoonen, die voortaan ons kerk
gezang weder zullen begeleiden, strekken tot stichting en
bevordering van godsdienstzin in deze gemeente.
van 14 tot en met 21 Augustus 1869.
Gehuwd den 19. Anthonij Visser, 29 j., jongm.
met Annetta Maria Mookhoek, 28 jonged.
Geboren den 15, Willemz. n. Johannes de Schut
ter en Pidernella erplakke. den 19, Annad. v
Jacob Danielse en Klazina Zivemer.
Overleden: den 20. Marinus van de Veldeoud
66 j.luedn. van Fieternella Maria Susanna Mange.
Datum&
en
Dagkn.
Van Rotterdam
naar Dordrecht,
Zierikzee en
Goes.
Van Dordrecht
naaf
Zierikzee
en Goes.
Van
ZikrikzeK
naar
Goes.
25 Woensdag
27 Vrijdag
30 Maandag
U. II).
'smorg. 8,15
8,15
10,15
omstreeks u. m.
's morg. 9,45
9,45
11,45
omstreeks u. m.
'snamidd. 2,45
2,45
4,45
Datums
en
Dagkn.
Van Goes
naar Zierikzee,
Dordrecht
en Rotterdam.
Va« zleuikzkk
naar Dordrecht
en
Rotterdam.
Van
Dordrecht
naar
Rotterdam.
24 Dingsdag
26 Donderdag
28' Zatnrdag
31 Dingsdag
U. lil.
'smidd. 12,
's morg. 3,
3,30
5,-
omstreeks u. m.
's midd. 2,
's morg. 5,30
6,—
7,-
omstreeks u. in.
'snamidd. 6,30
'smorg. 10,30
11-
11,30
Van af 1 Jul ij is kot station te "Wilkelminadorp'opgelieven*
GOES,
GOES,
j le trein I 2e trein. 3e trein.
6 u. 5 m. I 9 u. 30 m. 1 u. 40 m.
S le trein. I 2e trein. I 3e trein.
110u. 20m.l 1 u. 20 m. 6 n. 15 m.
4e trein.
5 u. 55 m.
4e trein.
10 u. 5 m.
MARKTBERIGTEN.
Amsterdamsche Beurs.
prijscourant der ei'ïecten.
MAANDAG DEN 23 AUGUSTUS 1869.
Nederl. Werk. Schuld 2'/a
2 y,
3
4 '/j
4
Spanje
Portugal, 1853
Kusland, 1860
Id. 1867
Id. Spoorwegen
Id. Poti-Tiflis
Oostenrijk, Papier
Id. Zilver
Id. Loten 1864
Turkije, Algem. schuld 5
N.-Amerika 1885 6
COUPONS.
Metalliek Papier
Id. Zilver
Div. i
Mei
Januarij
54'V10
299/i8-
35v,6.
83 >U.
67'8.
f 241%.
84'/8
49
57v16.
120%.
43 "/18.
88% 9.
J 20,07'
24,40.
11,90.
ROTTERDAM, 23 Augustus 1869;,
GERST 10 ct., HAVER 20 et., ERWTEN- 25 ct. liooger.
BOEKWEIT 10,— laser.
KOOLZAAD, aanvoer 75 last. Nieuwe TARWE 8 a 10 last.
MEEKRAP. Aanbiedingen klein omzet onbeduidend
puike soorten geregeld gevraagd.
Nieuwe Rafijn nog zonder afdoeningen.
AMSTERDAM, 23 Augustus 1869.
KOOLZAAD. October JL 78.
RAAPOLIE vlieg 403/4 op 6/w ƒ42,—. Voorjaar 42'/2.
Najaar 411',.
LIJNOLIE vlieg
Najaar f 34' 2.
LONDEN, 23 Augustus 1869.
TARWE flaauw geneigd tot daling.
I 34% op 6/w 36,Voorjaar 34%.
kuren en badreizen. Daar, waar de strengste zuinig
heid zoo gebiedend noodzakelijk is, daar doet men
thans een reisje, een verstrooijings- een verdoo-
vings- een verspillingstogt. In alle kronijken vin
den we rekeningen der kasteleins, uit eenige weinige
daalders bestaandethans is ecu rekening van een
handwerksgezel even hoog.
Die van guldens praat, komt uit een kleine stad;
de man van fatsoen praat van muntjes en bankjes.
Jongens, die van de akademie terugkeeren, ach
ten zich veel geleerder en verstandiger, dan de oude,
die achter de kagcliel zit, en uit een zeventigjarige
ervaring wijsheid opdeed. Die onzalige vroegrijp
heid van onzen tijd verderft ligchaam en ziel. De
welgroeijende populier is het beeld van onze
jeugd, schoon, bevallig, maar zonder vrucht of scha
duw. Onze ouders plantten lindeboomen, die wel
langzaam opgaan, maar van duur zijn. Sedert hunne
verwaarloozing gaat liet met den bijenteelt slechter,
en daarom is er natuurlijk ook minder was en ho
nig. Onze populieren en acacia'sdie eenmaal mode
zijn, houdt men voor veel volmaakter, maar zij ge
ven weinig of niets.
Onze ouden riepen «Gestichten" in het leven. Thans
wringt zich de arme de handen; men heeft medelij
den met hem en gaat door.
O, die goede oude tijd!
I En nu spraken wij nog niet van den staat en zijne
regeerders.
Lycurgus droeg, een heel jaar door, éénen jas.
Piiocion haalde zelf water, zoo ook de prinsessen van
Homerus en wieschen zich de voeten. Joao de Cas
tro, gouverneur-generaal der Portugesche Indien liet
na drie realen en een zweep.
De zonen der koningen hoedden het vee; Aga
memnon kleedde zich alleen aan; Achilles maakte
het eten gereed voor de vreemde'gezantenen naast
het bed van een romeinsche vrouw stond een
weefgestoelte. De kleeren van Karel den Groote
waren door zijne dochters vervaardigd en deze vorst,
die aan een halve wereld wetten gaf, bekommerde
zich ook over de eijeren op zijn landgoederen. Een
hertogin uit de 14e eeuw schrijft in haar dagboek,
dat ze 's morgens in de vroegte, klokke vier uur,
Catharina heeft geholpen bij het melken van de koe
en dat ze om zes uur, een hoen heeft geplukt.
En Filips de Grootmoedige, die dertig duizend man
onderhield, handelde met den Straatsburger rector
Sturm over liet kostgeld zijner zonen, ad honderd
daalders. Christiaan IV schrijft aan den hofmeester
zijner prinsen, dat hij ze naai' de stad moet bren
gen, maar er wel op moet letten, dat hun kousen
gestopt zijn. En de hertog van Saksen zag zijn ver
zoek om een bruilofskleed voor een prins door de
landsstenden verworpen metde woorden; «Gij moet zijn
oude kleed maar laten keeren!" De keurvorst van de
Paltz, die met een bisschop kaart spelende op elke
kaart een stuiver legde, werd daarover berispt met
de woorden: zoo zoudt ge wel een gulden kun
nen verliezen. In de oude eenvoudige tijden had de
vorst slechts ééne koets en slechts één paar zijden-,
kousen. De mannen reden op paarden; of muilezels;
vrouwen en monniken op ezelinnen. Koetsen werden
slechts door dames op het einde der 15e eeuw gebruikt.
En de regeerders!
Nog in 1550 reed deparlementspresidenten de maire
op een muilezel naar de zitting en de secretarissen
liepen er naast. En het voorval is overbekend, dat
de leden van onze staten generaal zich aan den weg
nederzetten en een haring en wat brood uit hun
knapzak zaten te consumeren, omdat het hun in de
herberg, te duur was. Thans retireren zich ryize
ministers op hunne «buitens" en leven van hunne
pensioenen. Wat ellende, als we eiken oogenblik de
ministers zien aftreden - inet pensioen. Vroeger leefde
de staat van zijne burgers; thans leeft een vierde der
burgers van den staat!
Odie goede oude tijd