Een echo van Krakau.
kennis te geven aan den voorzitter van den genees
kundigen raad der provincie waarin zij hare woon
plaats hebben voor Zeeland dr. A. Fokkerte
Middelburg.
Er is gelegenheid tot plaatsing van 17 leerlingen.
Naar wij vernemen heeft Vrijdag morgen, ten
ongeveer vijf ure, aan den ingang van de Zand-
kreek, nabij de Zuid-Bevelandsehe waleen droe
vig ongeval plaats gevonden. Schipper Jacobus de Mui,
te Neuzen te huis behoorende met zijn schip aldaar
onder zeil zijnde, had het ongeluk, waarschijnlijk
door de overgaande giek, een slag te ontvangen,
waarbij 'hij over boord sloeg en zijn graf in de
golven vond. De opperlading vlas en slechts met
een jongen varende, ware 1 beletselen dat er geene
pogingen tot redding konden worden aangewend.
De Mul was een oppassend ongehuwd persoon,
die nog slechts weinige maanden een boeijerschuit
in eigendom bezat, welke door hem was aangekocht
van gelden gedurende een dozijn jaren met gedane
reizen op Oost en West overgespaard.
Het bestuur der Geldersche Maatschappij van
Landbouw heeft eene circulaire verspreid, waarin
het er op aandringt, dat de landbouwers in Gel
derland op dezelfde wijze zich van den tiendenbast
zullen trachten te ontdoen, als dit te Oirschot is
geschied. In die gemeente heeft namelijk reeds in
1856 zich eene commissie gevormd, die aldaar alle
tienden heeft aangekocht, waartoe eene som van
180,000 tegen lagen intrest van de landbouwers
vrijwillig was opgenomen. Eenmaal in het bezit
van al de tienden, heeft de commissie zelve die
ingehaald, in schuren geborgen, het graan in den
winter gedorscht, hetgeen door de medewerking
der armbesturen tegen geringe daghuur geschieden
kon, en daarna graan, stroo en kaf verkocht. De
opbrengst strekte, na aftrek der kosten, om de rente
van de opgenomen gelden te voldoen en het kapi
taal zelf aftelossen, hetgeen telkens voor een aan
zienlijk bedrag kon geschieden. Het einde van de
zaak was, dat, na twaalf jaren, in 1868 het laatste
overschot van het opgenomen kapitaal was afge
lost, en daarmede was de tiendpligtigheid in die
gemeente voor goed verdwenen.
Van eene zeer geachte, welingelichte zijde wordt
aan het Algemeen Dagblad van Nederland het vol
gende geschreven:
»Ik kan u met zekerheid melden, dat het voor
nemen bestaat, om eene medaille te doen slaan ter
herinnering aan de afschaffing van het dagblad-zegel.
Deze medaille zal vervaardigd worden door den uit
stekenden graveur Charles Wiener. De Voorzijde zal
eene allegorische voorstelling vertoonen, terwijl de
keerzijde eene inscriptie zal voeren, houdende her
innering: dat deze weldadige maatregel van voor
uitgang en verlichting is genomen onder de rege
ring van Z. M. koning Willem 1IT; dat de wet is
voorgedragen en verdedigd door nir. P. P. van Bosse,
minister van finantien, en aangenomen door de volks
vertegenwoordiging; met vermelding van het aantal
stemmen, in de beide kamers vóór en tegen de wet
uitgebragt. Wijders zal op die medaille hulde wor
den gebragt aan het krachtig optreden van het Anti-
daghladzegelverbonden de talentvolle bemoeijingen
in deze van onzen landgenoot, den heer Maurits
van Leete Brussel.
Het is te hopen en te vertrouwendat de Neder-
landsche dagbladpers deze onderneming krachtig zal
ondersteunen.
Wij vernemen dat door den heer Lamb eene
procedure is ingesteld tegen den Engelschen vice-
consul te Ylissingen, den heer Ellinckhuijzen. Deze
laatste is gedagvaard om zich bij vonnis der arron-
dissements-regtbank te Middelburg, uitvoerbaar zelfs
bij lijfsdwang, te hooren veroordeelen tot vergoeding
van alle kosten, schade en interessen door den
eischer geleden of nog te lijden tengevolge der
onregtmatige daden van hem gedaagde, zijnde o.
a.: dat hij heeft goedgevonden om den lieer Lamb
op 8 Julij, terwijl deze zich op het politie-bureau
te Ylissingen bevond om zijn paspoort te toonen,
in hechtenis te nemen, hem voorts onder bewaking
van beambten der Vlissingsche politie over te bren
gen naar het hotel Duke of Wellington te Vlissin-
I gen, al zijne bagage te onderzoeken of door de
politie-agenten te doen onderzoeken, en van hem en
zijne echtgenoote eene som gelds af te nemen dat
de gedaagde hem dien geheelen dag en den vol-
genden nacht in genoemd hotel gevangen heeft ge
houden onder bewaking van een beambte der Vlis-
singsche politie en hem zoowel als zijn huisgezin,
in den morgen van 9 Julij, met behulp dor politie,
naar de Rotterdamsche stoomboot heeft doen over
brengen en ook op die stoomboot door twee Vlis-
singsche politie-agenten heeft doen bewaken, om
hem te Rotterdam, onder bewaking steeds van die
politie-beambten, naar de woning van den Engel
schen consul te doen overbrengen, alwaar hij door
dezen echter onmiddelijk in vrijheid werd gesteld.
Volgens le Gaulois is door een groot aantal kie
zers te Parijs een .verzoek gerigt aan de leden der
linkerzijde in het wetgevend ligchaam om de af
schaffing van art. 75 der constitutie van het jaar VIII
te willen bewerken. Men weet hoe deze bepaling
gelijk zij onder het keizerrijk wordt toegepast, allle
regeeringsbeambten eene onschendbaarheid waar
borgt, welke aller belagchlijkst is. Reeds dikwijls
hebben wij voorbeelden daarvan vermeld. Een amb
tenaar van politie bijv. gaat zijne bevoegdheid te
buiten en maakt zich schuldig aan willekeurige
aanhouding. Verzet men zich tegen dergelijke wil
lekeurige aanhouding dan is men strafbaar. On
derwerpt men zich en stelt men later een civiele
vordering tot schadeloosstelling in, dan wordt men
niet ontvankelijk verklaard, tenzij dat men eene.
magtiging van den staatsraad om den politie-be-
ambte te vervolgen kan produceeren. Die magti
ging nu wordt nooit verleend. Ziedaar de bestaande
toestand in Frankrijk op dit gebied, welke wel
bijzonder aangenaam is voor alle regeeringsamb-
tenaren, maar minder aangenaam voor be burgerij
en volstrekt niet in overeenstemming met het be
ginsel der gelijkheid van alle burgers voor de wet.
Men schrijft aan het Algemeen Dagblad uit Rot
terdam dd. 15 Augustus:
Nadat het de geheele week bijna aanhoudend gere
gend had, was het gisteren tamelijk goed weder
en haastten zich de kermisgasten de verloren schade
in te halenzoodat zich een buitengewone drukte
op straat vertoonde. Hoewel men het bekende politie-
lied: Alias moet kcrffij zetten!" zong, bleef alles zeer
rustig en vrolijk. De policie gedroeg z ch zeer ge
past de militairen hadden zich geheel teruggetrok
ken, zoodat Zaturdag avond, waarvoor men eenige
vrees koesterde zonder eenige opschudding voor
bij ging.
Zr. Ms. sChroefstoomschip Vice-Admiraal Koop
manonder bevel van den kapitein-luitenant ter zee
B. D. van Trojen, is in den namiddag van den 14
dezer van de reede van Texel naar zee vertrokken,
ter opvolging zijner bestemming naar de kust van
Guinea. St.-Cr.
Uit Friesland meldt men:
De aardappelziekte, die 't vorig jaar hier weinig
of niet werd waargenomen, heeft alles nu weder
een treurig aanzien gegeven. Sedert eenige dagen
is het loof van frisch en bloeijend groen voor een
groot gedeelte in stengels met slaphangende zwarte
en gele bladeren veranderd. Het schijnt dat de
regen de voortplanting der ziekte bevordert.
De rogge-oogst kan voordeelig worden genoemd.
De boekweit die zich voor een groote week gun
stig liet aanzien, is door den aanhoudenden regen
achteruit gegaan. Droog weder is het eenige mid
del. waardoor 't beschot aan de verwachting zal
kunnen beantwoorden.
Jl. Zaturdag ontving de brandmeester te Gor-
redijk berigt, van den heer K. Veldete Lippen
huizen, dat hij de brandspuit noodig achtte bij
zijne boerderijwegens het broeijen van het zich
daarin bevindende hooi. Dadelijk werd aan zijn
verzoek voldaan. Toen men ter bestemde plaatse
met de spuit arriveerde, bleek al ras, dat deze wel
noodig was; want, toen het hooi werd losgemaakc,
sloeg het onmiddellijk in den brand, 't welk dade
lijk door de brandweer werd gebluscht. Had de
eigenaar 't vragen van de spuit een dag langer
uitgesteld, dan was ongetwijfeld de geheele boer
derij een prooi der vlammen geworden. Een goede
les voor ieder, om, als hij vreest voor brand wegens
I hooibroeijen, alsdan niet te lang te wachten met
I het ontbieden van een brandspuit, zoo er zich een
in de nabijheid bevindt.
Uber land und Meer bevat eene mededeeling van
een driejarig kind, Augusta Lelimans, dat te Zurich
een concert op de piano gegeven heeft. Zij speelde
de sonatine van Diabelli en eene reeks van andere
stukken, waaronder ook die ze zelve had gecom
poneerd. Toen het publiek luide haar toejuichte,
klapte zij zelve mede in de handen, en haar ge-
i heele houding en spel is nog dat van een kind,
niet van een met geweld kunstmatig ontwikkeld
talent.
Benoemingen enz.
Bij IC. besluit van 15 dezer zijn verplaatst de volgende con
troleurs der directe belastingen, in- en uitgaande regten en
accijnsen: van Goes naar Heerenveen, E. L. Bogaert; van
Axel naar Hansweert, C. J. C. van der Ven; van Hansweert
naar Axel, E. A. Tissot van Patot; van Amsterdam (5e Afd.)
naar Middelburg, II. J. Moll
Z. M. heeft, met ingang van 1 Julij 11.de adjunct-admi
nistrateur N. de Ronde Bresser, benoemd tot officier van ad
ministratie 3de kl. bij de zeemagt.
Andermaal is Krakau het tooneel geweest eener
Klostergeschichte. Ditmaal heeft men een joodsch
meisje met geweld in een klooster willen sluiten.
Een katholiek jongeling was eenige jaren geleden
verliefd op haar geworden, doch de orthodoxe ouders
wilden van een huwelijk tusschen hunne dochter
en een Christen niets weten, en hadden zich ge
haast haar met een joodschen jongeling te ver
loven. Onlangs nu zou het huwelijksfeest gehouden
worden. Het meisje bevond zich intusschen op een
dorpje tusschen Krakau en Wieliczka, toen hare
eenzame woning op zekeren nacht door een bende
van 20 of 30 personen omsingeld werd. Niette
genstaande haar tegenspartelen en de bede harer
moeder, werd zij met geweld in een nabijzijnd
rijtuig getild, dat haar en eenige harer ontvoerders
naar Krakau bragt. Hier werd zij, volgens de
mededeeling der koetsiers, in het Visitandinnen-
klooster gevoerd en daar opgesloten. De ontstelde
ouders ijlden de volgende dagen van de eene bur
gerlijke autoriteit naar de andere, doch nergens
kon of wilde iemand hun hulp verschaffen. Alweer
vertoonde zich de ingekankerde vrees der over
heden, om te raken aan alles, wat maar eenigszins
gelijkt op kloostermuren. Geen van hen vermande
zich tot het nemen van het initiatief. Allen ver
wezen naar den bisschop, als de eenige persoon,
in staat hier bijstand te verleenen.
Op 11 Augustus ontving de vader van het ont
voerde meisje, zekere Peribergeen brief van zijne
dochter, waarin deze hem mededeelde, hoe zij met
geweld gevangen gehouden werd en smeekte om
spoedige verlossing uit haren kerker. De vader ver
zamelde eenige zijner geloofsgenooten, die, gelijk
men weet, steeds op de straten te vinden zijn, om
zich heen, en begaf zich naar het klooster. Onder
weg groeide het hoopje tot eene ontzagwekkende
schare aan, waarbij zich vele Christenen, voorna
melijk studenten, aansloten. De abdis zag de massa
en herinnerde zich het lot der Karmeliterinnen.
Zij meende toegevend te moeten zijn, en liet den
Op voorstel van den Voorzitter wordt de brief voor kennis
geving aangenomen.
5". Eenige staatsbladen die bij de verzameling zullen ge
voegd worden.
lil. Thans is aan de orde eene wijziging in de vastgestelde
verordening op de openbare vermakelijkhedennaar aanleiding
eener opmerking van ged. staten, dat het slot van art. 4, niet
is overeen te brengen met art. 188 der gemeentewet.
In gemeld art. 4wordt namelijk aan den commissaris van
politie de bevoegdheid gegeven, vergunning te verleenen aan muzij-
kanten, enz., om hun bedrijf op de openbare straten uitle-
oefenenterwijl dit volgens de gemeentewet, aan den burge
meester moet verblijven.
De Voorzitter deelt mede, dat zoowel burg. en weth., als de
commissie voor het ontwerpen der strafverordeningen, de opmer
king gegrond vinden en stelt voor, het art. in den aangegeven
zin te wijzigen.
Dit voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen en
de verordening aldus gewijzigd, op nieuw vastgesteld.
1Y. De Voorzitter geeft te kennen officieus nog pogingen
te hebben aangewend om den heer mr. de Laat de Kanter terug
te brengen, van zijn genomen ontslag, als lid der commissie voor
het finantiewezen; doch dat hem dit niet is gelukt, waarom hij
voorstelt, ingevolge art 54 der gemeentewet thans overtegaan
tot benoeming, eerst van een lid en daarna uit de drie leden
van een voorzitter der finantieele commissie.
De heer van den Boscli vraagt, of er urgentie bestaat voor deze
benoeming. Voor vier jaren had de benoeming van leden dier
commissie plaats den 15 September, voor drie jaren den 25 Sep
tember, voor twee jaren in December en ten vorige jare in No
vember. Hij zóu willen voorstellen, om thans ook de benoeming
eene maand later te doen, als de vergadering voltallig is.
De Voorzitter maakt opmerkzaam, dat het aangevoerde op de
periodieke aftreding ziet, en niet op eene tusschentijdsche vaca
ture, zooals nü het geval is. Bovendien, de heer mr. de Laat
de Kanter was voorzitter, terwijl de heer van den Bosch bij
afwezigheid van den heer mr. de Knokke van der Meulen thans
het eenige aanwezige lid der commissie is, en dus geen com
missie kan uitmaken. En de rekening en de begrooting van
den schuttersraad, de rekening der gemeente en onderscheidene
stukken wachten op behandeling, Hij blijft dus bij zijn voor
stel om dadelijk tot de benoeming overtegaan.
De heer van den Bosch vraagt, waarom in vorige jaren de
benoeming zooveel later gebeurde?
De Voorzitter antwoordt, dat de bedoelde benoeming gesehiedde,
om eerst met het nieuwe jaar in werking te treden.
De heer van den Bosch meent, dat hij toch dadelijk in functie
kwam.
De heer Fransen van de Putte merkt op, dat dit ook tenge
volge eener tusschentijds ontstane vacature was, naar hij meent
ter vervulling der plaats van den heer van Kerkwijk.
De heer Verhagen vraagt of er dit jaar dan nog eene benoeming
van al de leden der commissie plaats heeft? welke vraag toe
stemmend wordt beantwoord en waarop tot stemming wordt over
gegaan.
De Voorzitter wijst tot stemopneraers aan de heeren Nortier
en van den Bosch.
De uitslag is, dat de heer Verhagen is benoemd lot lid met
vier stemmen, terwijl er twee werden uitgebragt op den heer
dr. van Renterghem en een briefje van onwaarde was; en de
heer van den Bosch tot voorzitter met zes
stemmen, terwijl eene stem was uitgebragt
op den heer mr. de Knokke van der Meulen.
Beide heeren laten zich de keuze wel
gevallen.
V. De Voorztiter geeft kennis, dat de
heer dr. van Renterghem bij herstemming
is herkozen tot lid van den raad, en dat
van de vier benoemde leden de geloofs
brieven zijn ingekomen. Hij stelt die ge
loofsbrieven, ingevolge art. 1 van het regle
ment van orde voor de vergaderingen van
den raad, in handen eener commissie, be
staande uit de heeren Fransen van de Putte,
van den Bosch en Verhagen, verzoekt dat
die commissie dadelijk haar onderzoek aan-
vange en schorst voor eenigen tijd de ver
gadering.
De vergadering heropend zijnde, brengt
de heer Fransen van de Putte als voor
zitter der commissie van onderzoek rapport
uit:
l'1. omtrent de geloofsbrieven van den heer
mr. M. P. Blaaubeen, welke de vergadering
ingevolge art. 32 der gemeentewet verlaat
en het presidium aan den heer wethouder
Kakebeeke overgeeft.
Aangezien de heer dr. v. Renterghem
mede weggegaan is, heeft er op de opmer
king van den heer Verhagen, dat geen ge-