het diens^jfflh' secretarie kunnen worden
afgehaald Aanj&'f fPingsdqjB&i 29 Junij 1869 tot Dings-
dag den 0 \hf)j d^raariSfuende, uitgenomen de3 Zon
dags, dageb^s d^»)i6rmiddags,trêgen lol 'dqs na
middags twee rasg©*"-^ .-.O:!,
Wordende den b'efanghebbenden vermaand, om'die
afhaling in persoon te verrigten en zich den bepaal
den tijd ten nutte te maken, ten einde, van alle kosten
bevrijd te blijven, vermits volgenè*jrré. 7.yah Zijner
Majesteits besluit van den 17 October 18 Mg de onaf
gehaalde patenten of de afschriften van dezelve, door
eenen deurwaarder der directe belastingen, onverwijld
aan de patentpligtigen moeten worden uitgereikt, tegen
betaling van tien cent, waartoe dan ook den 1 Juij
en volgende dagen zal worden overgegaan.
Goes, den 26 Junij 1869.
Burgemeester en wethouders voornoemd
M. P. BLAAÜBEEN.
De secretaris
HARTMAN.
Hebt ge u soms gevleid, lezers! dat nude
verkiezingen gelukkig voorbij zijner ook eeni
gen tijd rust komen zou van den strijd over
al die vraagpunten waarmede men, in de laatste
weken vooral de hoofden weder zoo warm
heeft gemaakt? Gij hebt u bedrogen.
Dacht ge misschien, dat zoo al de school
wet-agitatie niet ophield, de schoolkwestie voor
eerst buiten behandeling blijven zou? Gij hebt
buiten den waard gerekend.
De heer van Wassenaar Catwijck heeft, in de
vorige week, in de kamer gezegdbij gelegen
heid, dat hij nog eens de oude grieven voor
den dag bragt. »gij zult, gij moet er van hooren
of gij wilt of niet."
De geachte spreker heeft de illusien van alle
vreedzamen in den lande onmeedoogend weg-
O O
geroofd, door die aankondiging, dat hij en zijne
medestanders zullen voortgaan het vuur aan
te blazen, en dat zij 's lands vergaderzaal zul
len doen weergalmen van hunne klagten tot
datja, waarschijnlijk lot dat ze ademloos
hun klagen en dwingen zullen moeten eindigen.
't Vooruitzigt is niet verkwikkend.
Toch heeft het eene goede zijde. Hoe meer
de zaak van het onderwijs besproken wordt,
besproken ook voor het volkdes te meer hoop
voeden wij, dat het volk ertoe komen zal, om
de zaak goed te leeren inzien, om tot eene
eigen overtuiging te geraken.
Met het oog daarop achten wij het dan ook
goed, dat het volk wete, wat over dat onder
werp in de kamer gesproken wordt. Daar toch
ontmoeten wij hen, die wij als organen van
de klagende menigte mogen beschouwen; daar
ontbreken ze niet, die met kracht van rede
nen voor de tegenwoordige inrigting van het
onderwijs optreden.
Wij hebben ditmaal te spreken van de eersten,
van de bestrijders onzer schoolwet, die de be
dreiging van den heer van Wassenaer al aan
stonds tot vervulling bragten. Zij hebben nog
eens dingen verkondigd, die, schoon verre van
nieuw, nog niet afgehandeld zijn en die bij
menigeen weerklank vinden.
Het waren voornamelijk de heeren Ge/ken
en Saaijmans Vader, die hunne stem verhieven,
om het kosteloos onderwijs te bestrijden.
De heer Saaijmans Vader noemde het ge
wetensdwang, als men de menschen laat bij
dragen in de kosten van een onderwijs, dat zij
voor hunne kinderen niet verlangen.
Maar zou niet de beurs hier meer gedwongen
worden dan het geweten?
Immers dan alleen werd het geweten geweld
aangedaan, wanneer de ouders gedwongen waren
hunne kinderen naar eene school te zenden,
waar het onderwijs met hunne godsdienstige
overtuiging in strijd is.
Die dwang bestaat niet. .De ouders zijn vol
komen vrij hunne kinderen te zenden waar ze
willen.
Maar zij moeten toch betalen voor die school."
Toegestemd. Doch zal men ook zijn geweten
bezwaard kunnen achtenals men de lasten
door de wettig gestelde magt opgelegd, draagt?
Indien men ons maar niet vergde om bijte-
dragen voor zaken, die wij verderfelijk achten,
dus zeggen de bezwaarden.
liet oordeel dat de school verderfelijk is, is
eene bijzondere meening, waartegen die van
duizenden over staat. Indien de staat geene
lasten mogt opleggen dan voor datgene, waar
mede allen genoegen nemen, dan zoude de schat
kist niet veel te wachten hebben.
De heer Saaijmans Vader heeft eene andere
oplossing en zegt: »eene gemeente-inrigting
moet bekostigd worden door hen, die er ge
bruik van maken." Dat wil in dit geval zeg
gen die van de school gebruik maken, moeten
er alleen aan betalen.
Laat ons eens aajui^men dat de stelling van
den heer S. V. waarheid is.
Tot de gemeente-inrigtingen behoort ook bijv.
een armen apotheekwaar geen enkele gegoede
een recept ter bereiding brengt of brengen kan.
Volgens den stelregel van den heer Saaijmans
Vader zullen dus de armen, die er gebruik van
makendie inrigting moeten bekostigen
Er zijn meer vooi boelden te gevenals wij
eens in de onderscheidene gemeenten rondzien.
Maar 'tis, dunkt ons niet noodig, want het
is duidelijk, dat nu deze dan gene met klagten
optreden zou, wanneer de stelling van den heer
Saaijmans V. consequent werd toegepast.
Dhr. Gefken heeft weder eene andere varia
tie op het thema: kosteloos onderwijs," zegt
hij »kan geen andere reden 'hebben dan om de
bijzondere school zooveel mogelijk te weren,"
Dat noemen wij eene hatelijke insinuatie, die
de edelste bedoelingen miskent en slechts on
edele drijfveeren doet zien in het goede werk,
dat door de vrienden des volks wordt bevorderd.
Of wordt het kosteloos onderwijs niet gegeven
om den armen ook gelegenheid te geven voor
zijne kinderen onderwijs te ontvangen?
Is goedkoop of kosteloos onderwijs niet het
middel, om allen zonder onderscheid te doen
deelen in de voorregten der beschavinghen
door de wetenschap te ontwikkelen en nuttige
staatsburgers te vormen?
Wij staan hier weder voor een paar van die
magtspreukendie in onzen tijd kwistig wor
den uitgegotenmaar die van nabij bezien
noch te bewijzennoch in toepassing te bren
gen zijn.
Men stelle zich eens voor, dot overal hooge
schoolgelden geheven werdende bijzondere
school zou er niets goedkoopsr door zijn en
waar zou dan de mingegoede het noodigste voor
zijne kinderen moeten vinden?
Subsidieer dan de bijzondere scholen en zij
zullen goedkooper ouderwijs kunnen verschaffen.
Schoone oplossingMaar bereken eerst eens
hoevele bijzondere scholen er wel zouden moe
ten zijn, om elk geweten te bevredigen zet dan
de sommen eens bij .elkaardie daarvoor gevor
derd werden en vraag ten slotte, van waar de
fondsen komen moeten om die kosten te be
strijden.
Zal de burgerij dien last moeten dragen, dan
zal de beurs wel veel gebaat worden met zulk
een veranderde staat van zaken. En dan moet
immers ten slotte toch ieder mede helpen beta
len aan dat onderwijs, waarvan hij geen ge
bruik' maken kan, zij het ook onder eenen ande
ren vorm.
Wij hopendat de leden der tweede kamer,
die gezegd hebben, dat zij de schoolwet-agitatie
zullen blijven aanwakkeren en bereids daarmede
begonnen, als ze weder op hun stokpaard rijden,
het een en ander wel eens zullen willen ophel
deren.
BIMNEMLANDSCHE BERIGTEN.
GOES, den 28 Junij.
De leden der eerste kamer zijn tegen Woens
dag 7 Julij ter vergadering bijeengeroepen.
De tweede kamer heeft Donderdag al de aan
de orde gestelde wetsontwerpen en daar
onder dat tot goedkeuring der bepalingen van
eene overeenkomst, door Is'ederlandsche en Bel
gische commissarissen, op 15 Maart jl. aan
gegaan, omtrent de grensscheiding tusschen de
beide rijken in het Zwin aangenomen.
Bij de behandeling van het wetsontwerp tot
wijziging en aanvulling der wet van 1 Junij
1861, houdende bepalingen omtrent den door-
togt en het vervoer van landverhuizers, heeft
de minister van binnenlandsehe zaken zijne
ingenomenheid betuigd met het plan, door den
heer M. H. Jansen ontwikkeld, van eene stoom
vaart op Amerika.
Vrijdag heeft de discussie, over het wetsont
werp tot onteigening van perceelen noodig voo
den spoorweg van Dordrecht naar Rotterdam,
een aanvang genomen. Door de heeren Viruly
en Blom werd daarop een amendement voor
gesteld, strekkende om den spoorweg niet door
Rotterdam te doen loopen, maar te Fijenoord
te doen eindigen. De minister van binnenl.
zaken had daartegen onoverkomelijke bezwaren
en verklaarde genoodzaakt te zijn, de wet in
te trekken, zoo dit amendement mogt worden
aangenomen.
De heer fransen van de Putte deed nog eene
inotie, ten doel hebbende aan den spoorweg
de rigting te geven door den Alblasserwaard.
Die motie van de Putte is, nadat nog onder
scheidene leden aan het debat hadden deelge
nomen verworpen met 50 tegen 15 stemmen.
Daarna werd ook het amendement Blom en
Viruly verworpen met 51 tegeu 11 stemmen,
eu eindelijk het geheele wetsontwerp aangeno
men met 49 tegeu 16 stemmen, waardoor nu
beslist is, dat de spoorweg door Rotterdam ko
men zal.
De kamer heeft in dezelfde zitting ook
nog aangenomen het ontwerp tot verandering
der grenzen tusschen Rotterdam en Ysselmonde,
Charlois en Katendrechf40 stemmen verklaar
den zich daarvoor en 11 daartegen.
Per telegraaf.) Bij de opening der discussien over de
spoorweg-verbinding ZaandamAmsterdam, werd he
den in de vergadering der tweede kamer van de staten
generaal door het lid Insinqer als motie voorgesteld de
zuidelijke verbinding. Hij, 's Gravesande en Godefroi
waren tegen het regeringsplandat -door dhrn. Heems
kerk Az., Catwijk, Pijnappel en van Naamen verdedigd
werd. Morgen voortzetting'. Met 26 tegen 26 stemmen
werd besloten het punt betreffende liet onderwijs aan
de militaire academie, nog voor het rejes te behandelen.
Bij beschikking van den minister van bin
nenlandsehe zaken is, met ingang van 1 Julij
a. s. bevorderd tot opzigter van deu waterstaat
3e klasse A. Uollestellethans opzigter 4e klasse
Nog is bij gelijke beschikking met 1 Juli
a s. aan. den opzigter van den waterstaat 3
klasse J. Schraver op zijn verzoek eervol ont
slag verleend.
De berigten, met de laatste mail, uit Indie
aangebragt, behelzen geene bijzonderheden van
algemeen belang.
Uit Hellevoetsluis schrijft men van 21 Junij
Naar men verneemtzal Zr. Ms. ramtorenschip
de scorpioen, na kolen ingenomen te hebben
spoedig van deze reede naar de Zeeuwsch
stroomen vertrekken.
Men schrijft ons uit Ellewoutsdijk van jl.
ZaturdagHeden werd de eerste steen gelegd
voor het nieuw te bouwen schoollokaal waar
aan sinds lang groote behoefte bestond. Dit
geschiedde onder eene toepasselijke en krachtige
toespraak door den opzigter dhr. Augustein
door den jongenheer J. T. van Hattum klein
zoon van den wethouder den heer J. T. Pru-
mers. Het is een verblijdend teeken dat ook
in onze gemeente het openbaar onderwijs meer
en meer op prijs wordt gesteld en van de ge
legenheid gebruik gemaakt om onze jeugd tot
nuttige leden der maatschappij te vormen.