geschot wordt geheven neg met hoogstens verhoogd, (art. 13.) Wanneer de aldus door de calamiteuse en aangrenzende polders optebrengen gelden nog ontoereikend zijn, om de uitgaven voor zeewe ring en oeververdediging van den calamiteusen polder te dekken, wordt in de derde plaats in het te kort komende bedrag te gemoet geko men door de provincie Zeeland en door 's Rijks schatkist, en wel door de provincie voor "a en voor het rijk voor 2 3. (art. 15.) Zoodra een polder calamiteus is verklaard verliest het polderbestuur, met uitzondering van het gevaldat de bijdragen der aangrenzende waterschappen minder bedragen dan TI5 van hetgeen de cal. polder zelve opbrengt, (art. 19) het beheer over de zeewering en oeververdedi ging, hetwelk wordt opgedragen aan een afzon derlijk dijksbestuur onder den naam van: »Be- stuur der waterkeeringen van den calamiteusen polderDit dijksbestuur is zamen- gesteld uit een door den koning te benoemen voorzitter, en een bij reglement te bepalen getal leden voor twee derden genomen uit vertegen woordigers van den calamiteusen polder zelveu, en voor één derde van de (aangrenzende) water schappen, die in de kosten der zeewering van den cal. polder bijdragen; (art. 18) het gedraagt zich naar de bevelen die het van 's konings wegekrachtens art. 190 der grondwet, in het belang van de zeewering en oeververdediging der cal. polder worden gegeven, (art. 22). Een cal. polder die wenscht vrij verklaard te worden moet het bewijs leveren, dat de kosten der zeewering en oeververdediging gedurende de tien laatste jaren niet meer hebben bedragen, dan hetgeen door den polder zeiven daartoe is opgebragt volgens de hierboven aangegeven re gelen. De vrijverklaring geschiedt niet dan onder voorwaarde, dat gedurende de tien eerst volgende jaren door de ingelanden van den pol der ten minste dezelfde som, welke laatstelijk gedurende den calamiteusen toestand door hen als dijkgeschot gedragen werd, zal worden op gebragt. Voor zoo verre die gelden niet tot dekking der uitgaven van den polder worden .vereischtwordt daaruit een reservefonds ge vormd. (art. 25) Qp den dag der vrijverkla ring van een cal. polder herneemt het polder bestuur zijne regten en het ingestelde »dijks- bestuur" wordt na afgelegde rekening ontbon den. (art. 26) Alle deze bepalingen zijn, met de uit den aard der zaak voortvloeiende wijzigin gen toepasselijk, wanneer twee onmiddelijk aan elkander grenzende polders calamiteus worden. Binnen een jaar na de afkondiging der wet stellen de Prov. Staten onder 's konings goed keuring een algemeen reglement vast op de Samenstellinginrigting en bevoegdheid der meergenoemde »dijksbesturen." De polders thans calamiteus, worden als cal. polders in den zin der wet beschouwd indien ingelanden binnen zes maanden na haar in werking treden, daartoe aan den comm. des konings den wensch ver klaren. Zij onderwerpen zich daardoor aan alle voorschriften van deze wetmet uitzondeiing der bepalingen welke betreffen het dijkgeschot in de vijf eerste jaren na de calamiteus-ver- klaring. (art. 28) Gedurende het jaarwaarin de wet wordt afgekondigd en het daaropvolgende, wordt in de behoeften der thans calam. polders op de tot dus verre gebruikelijke wijze voorzien. Na afloop van dien termijn wordt uit 's rijks schatkist geene bijdrage in de kosten der zeeweringen van die polders meer verstrekt, dan overeenkomstig de voorschriften der wet. (art. 38) Op den dag, waarop het beheer der zeewering van alle cal. jpolders aan de nieuw intestellen dijbsbesturen is overgegaan, wordt het fonds van de cal. pol ders in Zeeland opgeheven, de vereffening aan den comm. des konings in Zeeland opgedragen en het goed slot der rekening opgenomen onder de middelen tot dekking der staatsuitgaven, (art. 31). In een volgend nummer deelen wij eenige opmerkingen mede omtrent de voornaamste punten van verschil tusschen de voorschriften van het ontwerp en den tegen woordigen toestand. BINNEIMLANPSCHE BERICTEN. GOES, 3 Mei 1869. De eerste kamer der staten-generaal heeft Vrijdag avond ten 7ure eene vergadering gehouden, ter vervatting harer werkzaamheden. In die zitting -zijn de laatstelijk door de tweede kamer aangenomen wetsontwerpen in gekomen, welke naar de afdeelingen zijn ver zonden, terwijl voorts de loting voor de ver nieuwing der afdeelingen heeft plaats gehad. {Per telegraaf.) Heden morgen beeft de minister van koloniën breedvoerige mededeelingen gedaan, in antwoord op de interpellatie van den heer Sypestein nopens den toestand van de kust van Guinea, zoowel wat betreft de vroegere als de latere handelingen en maatregelen, deels regtstreeks, deels langs diploma tic'.-li neg; bet uitzenden van versterkingen eriz.de regering heeft geen plan eene militaire expeditie te ondernemen. Na eenige replieken is de interpellatie afgeloopen. Daarna is de begrooting voor Suriname aangevangen. Door ingelanden van de navolgende polders als: Baarlandin Zuid-Beveland, Heerenpolder Oostnicuwland Westerland en West kerkein Wolfaartsdijk en Catsche polder in Noord- Beveland is mede besloten om de gewone sub sidie voor de calamiteuse polders niet meer te betalen. In de laatstgehouden vergadering, van inge landen van den polder Waarde, is opgemaakt eene lijst van kandidaten, ter vervulling der vacature, ontstaan door het overlijden van dhr. G. van Doorn. Op deze komen voor de volgende heeren Eerste kandidaat L. van Doorntweede A. Harthoornderde A. de Broekert. De familie Alba, waartoe de zuster van keizerin Eugénie behoort (zij was de vrouw van den hertog van Alba,) is van plan de corres pondentie uit te geven door den hertog van Alba met Filips II gewisseld. Zij wil daar door bewijzen, dat de hertog dien bloeddorstigen koning steeds tot zachtheid heeft aangemaand en in het ten uitvoer leggen zijner bevelen zooveel mogelijk verschoonend is te werk ge gaan. De aanleiding hiertoe is het stuk van SardouPatrie, dat in het theater van de Porte St. Martin wordt opgevoerd en waarin zeer getrouw de afschuwelijke rol van den hertog wordt weergegeven. De Russische minister van oorlog heeft dezer dagen zeer liberale bepalingen gemaakt, waardoor de hoogere rangen in het leger ook voor den geringsten soldaat, die de vereischte bewijzen van bekwaamheid en geschiktheid levert, toegankelijk zullen zijn. Men schrijft uit Dusseldorp dd. 24 April Het aanstaande hier te vieren muziekfeest toont een nog grooter aantrekkingskracht te bezitten dan vroegere feesten, wat ongetwijfeld mede te danken is ann den voortreffelijkeu maatregel van het comité, om de plaatsen te doen verloten. Wij hebben een uitgebreid en talrijk koor te wachten, want in onze vele nabu rige steden, gordt men zich met ijver aan, om waardig op het zangfeest medetewerken. Ook aan het orkest heeft het comité bijzondere zorg gewijd; dit zal door getalsterkte en gehalte alle vroegere muziekfeesten in de schaduw stellen. Uit Antwerpen wordt gemeld,dat in de om liggende polders eenige Belgische werklieden wraak hebben willen nemen, over het onregt hun te Middelburg aangedaan en de aMaar dienende Hollandsche jongens hebben mishandeld. Ook de Arnemuidsche visschers zijn gewaarschuwd, dat tengevolge van het gebeurde op Walcheren, in de kleine gemeenten rond Antwerpen nog al opgewondenheid heerscht. Uit Ouddorp wordt gemeld: Reeds gedu rende ruim acht dagen wordt door onze hei- ningvisschers op de kust dezer gemeente, in het Brouwershavensche zeegatbijna dagelijks eene menigte ansjovis gevangen, somtijds tot 6000 in één getij. Daar velen zeer goed de kunst verstaan, om dien visch inteleggen, ver schaft zulks aan menigeen een niet onaanzien lijk voordeel. Volgens berekening van iemand, die men rekenen mag genoegzaam op de hoogte te zijn, zou de inzameling van kievitseieren, alleen in de provincie Friesland, eene nijverheid omvat ten die jaarlijks 100,000 aan de vinders der e ij eren opbrengteen voordeel belangrijk genoeg, om er zorg voor te dragen dat het geslacht der kievitten niet uitgeroeid wordt. Z. M. heeft vergunning verleend aan B. Rijk, te Ovezand, en P, j. Bruchetto, te Goes, tot het aannemen en dragen van het kruis Fidei et Virtuti, den eersten bovendien van de gouden medaille 2. groote, hun door Z. H. den paus geschonken. Onze geachte stadgenoot, de verdienstelijke hoofdonderwijzer W. Smart, vierde Zaturdag zijn zilveren feest als onderwijzer aan eene ODzer stads scholen. Op velerlei wijzen werden hem, door leer lingen en oudleerlingen, ambtgenooten en vrien den niet het minst door ouders, die hem de degelijke opleiding hunner kinderen danken, bewijzen van belangstelling gegeven. Allen' vereenigden zich in den wensch, dat de hoog geachte jubilaris nog lang ten nutte onzer jeugd moge werkzaam zijn en dat de gewenschte vrucht van zijne onvermoeide zorgen, aan eene zoo schoone taak gewijd, hem moge aanmoe digen, om ook onder alle bezwaren, op dien weg voorttegaan, waarop hij reeds zoovelen ten zegen was. Gemensd.e toeristen. De Haagscke Kronijk van het Handelsblad releveert eene curieuse advertentie in eene der noordelijke dag bladen volgender wijze; Het was de aankondiging eenér „20jarige huwelijksvereeniging" van X en Z. „De eerste eerst weduwnaar van en later van W. „De tweede eerst weduwe van U. en later van V. „Ps. 34206. Uit alle die redt hem de Heere. „Ps. 116: 12. Wat zal ik den Heere vergelden voor alle Zijne weldaden aan mij bewezen." Ernst of korstwjjl? zou men kunnen vragen; maar dat „weldaden" is onbetaalbaar, eu vooral voor die overleden echtgenootea allerhartelijkst. Een meid sliep in een ijzeren ledi kant des morgeus bleek het gebroken te zijn. Daar over door haar mevrouw onderhoudenantwoordde de meid ter harer verontschuldiging„ik ken 't me best begrijpen mevrouw want ik heb van nacht zoo zwaar geslapen." Jakobus Krijger, te Naaldwijk, heeft de eerste nieuwe aardappelenin den kouden grond geteeld, aati Z. K. H prins Frederik der Neder landen aangeboden. üe statistiek kent geen gren zen maar dringt door tot alle schuilhoeken \*n het menschelijk leven. Een oud apotheker te Parijs had er zich een lerenskwestie van gemaaktom te weten te komenhoeveel purgeermiddelen er dagelijks in de Eransche hoofdstad werden .gebruikt. Als resul taat zijner berekening heeft hij gevonden dat Parijs 760 apothekers telt, die ieder gemiddeld 10 zui veringsmiddelen per dag verkoopeft. Op het punt van naar het bal te gaan naar den laatsten smaak gedécolleteerdvroeg eene jonge dame haren vader-: „wel pahoe vindt ge me gekleed E11 het ant woord luidde: Ueel weinig."

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1869 | | pagina 2