INGEZONDEN STUKKEN 0. Dat de extracten uit het raadsbesluit in zake de woningen van L. Vermeulen, den 23 Januarij jl. tegen recu zijn uitgereikt, en dat, blijkens een rap port van den commissaris van Politie, aan het daar bij bepaalde omtrent het getal bewonevs is voldaan. b. Dat door burg. en weth. de artikelen 13, 14 en 15 der instructie voor de boden als waag- en markt meesters zijn gewijzigd, ten einde eene betere controle op de overbrenging en verantwoording der markt en waaggelden te bevorderen. en c Dat van directeuren der Goessche Garancine fabriek, bij brief van den 13 Februarij, berigt is ont vangen dat de weg langs die fabriek in orde was, die dan ook den 14 daaraanvolgende door den weth Kakebeeke, met den bouwmeester en opzigter der ge meentewegen en werkenis opgenomen en goedge keurd, zoodat de termijn van onderhoud gerekend kan worden te zijn ingegaan op den 15 Februarij jl. Voorts zijn ingekomen a. Twee brieven van dhr. W. H. van Meukeren, betrekkelijk de concessie voor den aanleg en exploita tie van den spoorweg van Boxtel naar Gennep. b. Brief van dhr. J. Swart, houdende berigt dat hij zijne benoeming tot hulp-onderwijzer aan de open- 'hare school le klasse aanneemt, en berigt van den hoofd-onderwijzer dier school, van de in functie tre ding van den benoemde op den 15 Februarij jl c. Brief van dhr. J. M. Kakebeekedaarbij te kennen gevende, dat hij zijne benoeming tot lid der plaatselijke schoolcommissie aanneemt. d. Brief van de plaatselijke schoolcommissie, hou dende berigt van de benoeming tot voorzitter dier commissie van dhr. mr. J. G. de Witt Hamer en tot secretaris dhr. H. K. Dotninicus van den Bussche en van de installatie van dhr. J. M. Kakebeeke. Alle welke brieven voor kennisgeving worden aan genomen. e. Brief van dezelfde commissie, daarbij toezen dende het beredeneerd verslag van den toestand van het lager onderwijs over 1868, hetwelk bij de leden van den raad zal worden rondgezonden. Brief van Dr. N. J. F Verschoor, daarbij be- rigtende, dat hij zich zijne herbenoeming lot lid der commissie van toezigt voor de scholen van middel baar onderwijs zal laten welgevallen, mede voor ken nisgeving aangenomeu. g. De Voorzitter zegt, dat tengevolge den gege ven wenk door een raadslid in de vorige vergade ring, de commissaris van politie, vergezeld van een' agent, inspectie heeft gehouden in de woning van J. Dodmond; en er toen geen beenen of vellen aan wezig waren, terwijl op de achter erve volstrekt geen paarden- of ander vleesch zich bevond, maar inte gendeel de plaatsen alwaar de trekhonden vastlig gen, behoorlijk zuiver worden gehouden. Dhr. rerhoyen zegt, dat, alhoewel hij het lid niet geweest is dat dien wenk gegeven heeft, hij zich per soonlijk heeft overtuigd, dat er een voorraad paar- denvleesch was, hetwelk een onaangenamen geur ver spreidde, 'en er vellen op den zolder aanwezig waren; hij deelt dat openlijk mede, om te staven, het door een ander lid aangevoerde en dat niet te doen ont zenuwen door een rapport, en geeft den wensen te kennen, dat meermalen op verschillende tijdstippen, inspectie daar ter plaatse zal worden gehouden. De Voorzitter zegt, dat hij bereids aan den com missaris van politie daartoe orders heeft gegeven. h. Brief van Heereu gedeputeerde staten, daarbij toezendende een extract uit Z. M. besluit, houdende goedkeuring van de verhooging van den hoofdelij- ken omslag. 1. Brief als boven, houdende goedkeuring van het raadsbesluit door Z. M., betrekkelijk de heffing van marktgeld. k. Brief als boven, daarbij terugzendende een exem plaar der door hen goedgekeurde begrooting der ge meente voor 1S69. De Voorzitter zegt, dat hij dadelijk na ontvang der goedgekeurde begrooting, het kohier van den hoof- delijken omslag voor het loopende jaar heeft ontwor pen, dat nu bij de wethouders circuleert en stelt voor overtegaantot de benoeming eener commissietot het opmaken van dat kohier met burg. en weth. Aan den voorzitter de benoeming dier commissie opge dragen zijnde, wijst hij tot leden dier commissie aan, de heereu Verhagen, Nortier en mr. van Voorst Vader. I. Brief van de openbare gezondheids commissie, daarbij berigtende, dat tot voorzitter en secretaris dier commissie zijn herbenoemd, de heeren dr. G. T Cal- leufels en mr. J. G. de Witt Hameren aanbie dende het jaarverslag dier commissie over 1868, het welk bij de leden van den raad zal worden rond gezonden. Dhr. Verhagen zegt, dat verslag reeds te hebben gelezen en vindt daarin aangehaald van verschillende rapportengezonden aan burg. en weth.over het brood, enz. enz. in zjjn oog allen even belangrijk voor de gemeente Hij zegtreeds meermaleu den wensch geuit te hebben, dat die rapporten, voor zoo veel vatbaar, aan den raad worden medegedeeld; doch te begrijpen, dat niet al de rapporten voor openbare mededeeling vatbaar zijn, doch geeft den wensch te kennen, dat de rapporten over het afgeloopen jaar, worden gedeponeerd ter Griffie, voor de leden van den1 raadmet vermelding van het gevolg dat aan ieder rapport gegeven is. De Voorzitter zegt, daarin geen bezwaar te heb ben, en zal de rapporten op burgemeesters kamer ter visie leggen en deelt mede, dat in bewerking is, eene nieuwe verordening op het bouwen en afbreken, dat zoo hij hooptspoedig in behandeling zal worden gebragt. m. Brief van dhr. M. T. Lantsheer te Middelburg, daarbij voor bet archief der gemeente ten geschenke aanbiedende, een zilveren gedenkpenning, ter eere van dhr. Dirk Dronkersals eerste ontwerper van den Zeeuwschen spoorweg, onder dankbetuiging voor de aan hem gerigte uitnoodiging tot bijwoning van het feest, van de opening van dien spoorweg. De Voorzitter stelt voor, dien heer, namens den raad, daarvoor dank te betuigenwaartoe wordt be sloten, en n. Eenige staatsbladen die bij de overige worden gevoegd. De Voorzitter legt over een nieuw ontworpen plan tot verbouwing der school 1ste klasse, waarvan de kosten door den bouwmeester begroot zijn op 6000,met inbegrip van aaukoop van grond; hij zegt dat dit plan burgm. en weth. aannemelijker voorgekomen is, dan het vroegere en dat ook de plaatselijke schoolcommissie en de heer districtsschool opziener hunne ingenomenheid met dit plan betuigd hebben en stelt voor dit plan goed te keuren. Dhr. Verhagen betuigt ook zijne ingenomenheid met dat plan, en spreekt over de kosten voor aaukoop van den benoodigden grond, waarop dhr Fransen van de Putte te kennen geeft, dat de grond niet zulk eene hooge waarde heeft als is opgegeven, maar het huis daardoor veel in waarde zal verminderen, maar uit een onderhoud met den onderwijzer en eigenaar van dien grond, gelooft hij, dat de koopsom het aangegeven bedrag niet zal te boven gaan. Het plan daarna in hoofdelijke stemming gebragt, wordt met algemeene stemmen aangenomen. De Voorzitter stelt alsnu voor, die 6000,te vinden door middel eener geldleening en te veree nigen met de leening van ƒ4000,voor het dempen der vest waarvan het plan bij de raadsleden heeft gecirculeerden alzoo eene leening aantegaan voor 10,000 in aandeelen van 250,ad. 5 pet. Het spijt hem geen spoediger middel te kunnen vinden tot het bijeen brengen der gelden, daar het dempen der vest nu voordeeliger kon uitgevoerd wor den dan in den Zomer. Dhr. van den Bosch vraagt of de termij-i van stor ting niet gewijzigd zal behooren te worden, vermits de tijd van uitvoering van aardewerken voorbij zal zijn, eer dit plan isv goedgekeurd en het kapitaal alsdan renteloos blijft. Dhr. Verhagen acht het wenschelijk zoo spoedig mogelijk tot de besteding overtegaan. Dhr. Fransen van de Putte stelt voor, aan burg. en weth. de termijn van storting overtelaten door achter 31 Maart in art. 4 le voegen, of zooveel later als burgm. en weth geraden zullen achten. Waarna het geheele plan in stemming gebragt, aan genomen wordt met algemeene stemmen. Wordt vervolgd.) Naar aanleiding van een ingezonden stukje in de G. Ct. van den 16e Febr. jl. waarin door den schrij ver het plan werd aangeprezen dat bij eenige land bouwers te Nisse en 's Heer-Abtskerke schijnt te bestaanom beetwortelen voor de suiker-fabrieken ge schikt voor eigene rekening te zaaien om die later te velde publiek te verkoopen ben ik zoo vrij in uw geëerd blad een plaatsje te verzoeken ten einde den inzender van dat stukje den indruk kenbaar te maken die zijne „conclusie" op mij heeft teweeg gebragt. In beginsel juich ik bet plan van die landbouwers toezij stellen zich daardoor op een onafhankelijk standpunt tegen over de agenten of commissionairs van de suiker-fabriekantenmaar of de wensch van den inzender boven bedoeld door de verpach ters der landerijen zal bevorderd wordenis aller waarschijnlijkst niet te verwachten. Vergun mij die stelling wat nader te ontwikkelen. Heb ik het goed vóórdan kunnen de verpachters ten opzichte van de beperkende bepalingendie door hen aan de pachters in hunne bezaaijingen worden opgelegd onderscheiden worden in a. verpachters, ter goedertrouwen in b. verpach ters tiendheffers. De eerstende verpachters ter goedertrouw als ik ze zoo noemen mag maken de beperkende bepa lingen omtrent de soorten van de gewassen die de pachter vrijheid heeft te verbouwenomdat ze vree zen datals de pachter de vrije culture heeftde natuurlijke vruchtbaarheid van den grond door roofbouw zou verloren gaan. Hij wil dus teregt zijn belang bevorderen door geene geheele vrijheid van bezaaijing te verleenen maar is veelal bereidop verzoek van den pachterzijne toestemming te ver kenen tot het zaaijen van een of meer der verbo- dene gewassen. En waarlijkin een' tijd toen de grondeigenaar zich gelukkig noemde, als hjj een pachter voor zijne landerijen had waren die beperkende bepalingen om trent de bezaaijing eenigzins te regtvaardigen want destijds bestonden er voorbeeldendat een pachter na in 7 jaren tijds eene hofstede te hebben „uitge- boerdmet eene welvoorziene beursop die hof stede verdiendweder vertrok naar eene andere wier vruchtbaarheid nog niet geleden had om aan den eersten verpachter een uitgebouwde grond achter te latenwaar geen enkele boer meer aan dacht die te willen pachten. Maar sedert zijn de tijden veranderd. Thans zijn voor ééne boerderij b v. 20 liefhebbers, en vind de een de geëischte pachtprijs te hoogde andere schijnt het nog een koopje toe. Ik meen dusdat voor den verpachter ter goeder trouw de tijd geboren isom zoowel in zijn eigen belang als dat van den pachterde beperkende be palingen omtrent de bezaaijing te kunnen afschaffen, zonder te moeten vreezendat zijn eigendom in pacht waarde verminderen zal. Integendeelhij zal nog hoo- gere pacht kunnen bedingen en ook geboden worden als de verpachter maar zorg draagtden termijn der pachtjaren veel langer, dan thans <le gewoonte is, vast te stellen door b. v. niet anders te willen ver pachten dan „voor 30 achtereenvolgende jaren." Dan is de pachter gedwongen om de natuurlijke vruchtbaarheid van den grond niet alleen te behou den maar hij zal zich zelfs toeleggen en buitenge wone opofferingen getroosten om de kracht van den bodem te vermeerderen omdat de langere duur der pachtjareu hem de zekerheid geeft, dat hij het voor deel door zijne verbeteringen aangebragt ook zelve genieten zal. Maar gansch anders is de verhouding van den ver pachter tiendheffertegenover den pachter. De verpachterdie tevens tiend-eigenaar is en zoo zijn er in Zuid-Beveland ook maakt de be perkende bepalingen omtrent de cultuur, met eene ge heel andere bedoeling dan de verpachter ter goeder trouw. En juist daarom verschil ik zoo zeer in denk wijs omtrent dit onderwerp met den schrijver van het bedoeld stukje, die zegt„dat de heeren verpachters „liever zien dat de boer niets zaait en toch pacht „betaalten zich enz. Vergun mij het tegendeel te bewijzen. Zij moeten juist halm- en peulgewassen zooveel mogelijk voort brengen maar hei verbouwen van vlas, meekrap, vooral suikerpeenveel aardappelen, maugelwortelen en paardenpeenis 'hen door vele verpachtersop verbeurte van zware boeten enz. verboden. Het schijnt wel dat dit geschiedtom dezelfde redenen als de sub a geschetste verpachter de vrije cultuur niet toe laatmaar die schijn valt grootendeels weg bij naauwkeuriger onderzoeken de ware reden isals op vruchtbare gronden en bij goede marktprijzen b. v. in 1868: 1 gemet Tarwe bruto kan opbrengen ƒ96,dan geeft 1 gemet Tarwe aan 10e 8,70. 1 gemet W. Gerst bruto kan opbrengen 100, dan geeft 1 gemet W. Gerst aan 10e 9t 1 gemet Rogge bruto kan opbrengen 80,dan geeft 1 gemet Rogge aan 10e 6, 1 gemet Erwten bruto kan opbrengen 90, dan geeft 1 gemet Erwten aan 10e 7, 1 gemet Boonen bruto kan opbrengen 70, dan geeft 1 gemet Boonen aan 10e 5t 1 gemet Koolzaad bruto kan opbrengen 100, dan geeft 1 gemet Koolzaad aan 10e 1> 4 Daarentegen kan ook in gunstige jaren en bij goede prijzen 1 gemet Meekrap 2jarige bruto opbrengen 500,a, 600,maar geeft aan 10e slechts 0,75 per jaar. 1 gemet Vlas, vast verhuurd 100,voor eigene rekening gezaaid 200,maar geeft aan 10« slechts 0,75. 1 gemet Aardappelen 150,maar geeft aan 10» slechts 3, 1 gemet Suikerwortels 160,a 180,maar geeft aan 10e slechts 3, gemet Mangelwortels, ter vetmesting 120, maar geeft aan 10e slechts 3,- 1 gemet Paardenpeen; ter vetmesting ƒ120,maar geeft aan 10e slechts 3, En nu zal het den goedgunstigen lezer en den be langhebbende bij een blik op bovenstaande cijfers wel duidelijk zijn dat de wensch van den geëerden inzender, ten opzigte der vrije cultuur, voor den pachter nog lang tot de idealen op landbouw-gebiiil zal blijven behooren; dat bij beperkte cultuur „het mesje veel beter aan beide kanten snijdt" voor den verpachter-tiendheffer; dat de pachter daarom nog lang den onzedelijken druk der tiendenhetgeen uit bovenstaande cijfers in 't oog valt, zal blijven ondervindenen dat bij stelselmatige beperkte cultuur, in liet algemeen geene degelijke vooruitgang van den vaderlandschen landbouw denkbaar is. Maar geduld slechts tiendpligtige pachters; een maal worden de tienden afgeschaft en besteedt dan het voordeel door die afschaffing verkregen, om uwe zonen door het voortreffelijk onderwijs op de Vroeger waren de beide laatste- producten eeliect vrü ran lO"*".

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1869 | | pagina 2