18(5». V, 13, VRIJDAG 13 FEBRUARIJ. 5t»ste Jaargang, a - Bels.encimals.ins, B1NNENLANDSCHE BERICTEN. GOESSCHE De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag en Donderdag avond, uitgezonderd op feestdagen. Prijs per kwartaal 1,55. fr. p. p. ƒ1,90. Oewone advertentie» worde» a 15 et. de regel geplaatst. Geboorte-, huwelijks- en doodberigten van 1-6 regels .1 a ƒ1,20 behalve het zegelregt. De inzending van adverientlën kan geschieden iot voor drie uren des namiddags op den dag der uitgave BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES, brengen ter kennisse der ingezetenen, dat bij besluit van den raad dezer gemeente van den 9 December 1868, liet maximum der heffing van een Hoofdelijke» Omslag is gebragt op aclit- en-tirintig duizend gulden, en dat dit besluit is goedgekeurd bij koninklijk besluit van den 18 Jan 1869 no. 13. De verordening op de invordering heeft geene ver andering ondergaan, zoodat daarvoor geldende blijft, wat bepaald is bij besluit van 31 Julij 1865. Goes deD 8 Februarij 1869. Burgemeester en Wethouders voornoemd, M. P. BLAAUBEEN. De Secretaris, HARTMAN. De heer BusTccn Huethoofd-redacteur van de Java-Bodedie gelijk men weet, naar In- die is vertrokken met den hem door het con servatieve ministerie Heemskerkvan Zuylen Husselman opgedragen lastom de drukpers in Indie te breidelen, neemt in zijn nummer van 16 December jl. een ingezonden stük op, waarin de aanstaande aftreding van drie ge neraals van het Indische leger en de belangen van dat leger met betrekking tot de benoe ming hunner opvolgers, worden besproken. Zelden las men in eenige couranteen stuk, dat zulk een geest van minachting voor en oproerigheid tegen 's':konings opperbestuur adem de, als dit. Men oordeele uit de twee volgende zinsne den, die het artikel besluiten. Wat nu Vraag dit aan het geheele leger'; »en zoo ooit iemand tot hoofd des legers zou mogen worden uitgeroepen bij akklamatie »dan voorzeker is bij deze gelegenheid, de man »in het leger daartoe door elk aangewezen." »Het herwaarts overwaaijen van een gene- »raal uit Nederlandzou alleen de regtma- »tige ontevredenheid en de in zoo vele opzigten plaats grijpende desorganisatie van het leger, »tot eene jammerlijke hoogte doen stijgen." »La coupe est pleine qu' elle ne déborde »pas." (De maat is vol, men late haar niet overloopen.) Onder aan de courant leest men Voor elk »in deze courant voorkomend artikel, dat geen ïbloote nieuwstijding of aankondiging bevat, stelt zich verantwoordelijk voor de wet C. Busken Iluet De heer Huetdie als hoofdredacteur de ze delijke, en tevens de wettelijke verantwoor ding van de aangehaalde zinsneden op zich neemt, ziet er dus geen bezwaar inom het Indische leger voor te stellenals regtmatig ontevre den en in vele opzigten gedesorganiseerdvan de benoeming van een Nederlandsch officier, tot bevelhebber over dat leger te sprekenals de desorganisatie tot eene jammerlijke hoogte te zullen doen stijgen en met eene uitdrukking van minachtingzoodanige eventuele benoe ming te bestempelen; dergelijke koninklijke benoeming a priori af te keuren en te stel len beneden eene keuze bij acclamatie door het leger zelf, op de wijze als tijdens de Romeinsche republiek; eindelijk te verkondigen dat de maat vol is, en het opperbestuur dreigend toe te roe pen: »pas op dat de maat niet overloope!" Wanneer wij zulke oproer ademende woor den lezen in een dagbladwelks hoofdredac teur openlijk tot de conservatieve partij is overgegaan en die werd uitgezonden door een conservatief ministerie om de uitspattingen der drukpers in Indie te beteugelen, dan blijkt het zonneklaardat de maatregel van den heer Hasselman niets dan eene ellendige partij-ma noeuvre is geweestdat niet behoud van rust en orde in de koloniën en daardoor van de ko loniën zelve het doel was van den beluchten maatregelmaar dat zij uitsluitend strekte om der liberale oppositie, die zich met steeds onweer staanbaarder kracht van redenen deed hooren en de conservatieve regering bij elke mail met vernieuwde angst vervuldeden mond te. snoe ren. Want ziet, naauwelijks zijn de hekken verhangen en is de conservatieve partij oppo sitie geworden of aan breidelen" wordt niet meer gedacht; hettegenwoordig conservatieve blad, met den conservatieven drukpers-breide laar aan het hoofddoet eene taal hooren die alle belangstellenden in Nederland en Indie met bekommering moet vervullen. Inderdaad indien de leer openlijk gepredikt wordt, dat het leger in Indie beter zelf eenen bevelhebber zou kunnen kiezen, dan de regering in het moederland; indien een door den koning benoemd en uitgezonden hoofd-officier smade lijk gezegd wordt: »te komen overwaaijen in dien zoodanige benoeming reeds vooraf wordt bedreigd met de straf der »regtmatige ontevre denheid" van het leger in Indie; indien eindelijk last not least vlakweg gezegd wordt, dat de maat vol is, en dreigend gewaarschuwd, om haar niet te doen overloopen, dan moet men zeg gen, dat de uiterste grenzen van losbandigheid der drukpers zijn bereikt en dat de conserva tieve pers in Indie op het voetspoor harer zuster in Nederland zeer gaarne de liberale pers zou breidelen" en tot zwijgen zien ge doemd maar voor zich zelve er geen bezwaar in zietde drukpersvrijheid op de ergerlijkste wijze te misbruiken en dat zij zich zelve, als hare tegenpartij aan de regering is juist het meest schuldig maakt aan die teugellooze los bandigheid, welke zij, als hare meesters aan het roer zijn, met Tartulfe-tranen in de oogen, op de geinoedelijkste wijze in het belang van Ne derland en Indië veroordeelt. GOES, 11 Februarij 1869. In de laatste dagen nemen wij zelden een dag blad in handen, waarin niet, uit eene of andere plaats van ons vaderland, het berigt wordt mede gedeeld, dat het daar gevestigd departement van de maatschappij tot nut van 't algemeen zich vereenigd heeft met de circulaire van het hoofd bestuur dier maatschappij waarin de wensch wordt uitgedruktdat de neutrale volksschool moge behouden blijven. Neemt men in aanmer king, dat die departementen meestal nog al een aanzienlijk getal leden tellen en daaronder de meest ontwikkelden van ons volk, dan blijkt daaruit, dat vrij algemeen een afkeurend oordeel geveld wordt over de schoolwet-agitatiedie kunst matig opgewekt en onderhouden wordt, en dat, althans zeer velen, het behoud van het bestaande wenschen. Van zekere zijde wordt daar tegen aange merkt, dat men wel vermeldt, waar er adbaesie aan het denkbeeld van het hoofdbestuur uitge sproken is, maar dat men, en wel met opzet verzwijgen zou. in hoevele departementen en dus door hoe velen, een tegenovergesteld gevoelen wordt gedeeld. Indien dit laatste plaats had, zou het in de daad te laken zijn. Maar wij mogen verwachten, dat die departe menten, die een ander gevoelen voorstaan, even zeer daarvan zouden doen blijken, door mede- deeling in de couranten, als de andere en tot hiertoe hebben wij daarvan niets gelezen. In sommigen moge eenige oppositie geweest zijn zooals dan ook medegedeeld is, maar het is wel zeker, dat de departementen, "die de schoolwet agitatie willen, de eerste zouden geweest zijn om daarvan in het openbaar te spreken. Wij meenen het dus voor eene insinuatie te mogen houden als men ons verwijt, dat wij alleen spraken van de adhaesie die hier en daar aan de denkbeelden van het hoofdbeshiur werd gegeven, en zijn overigens verzekerddat de leden der bedoelde maatschappij te gezond oor deel hebben, om mede te werken aan eene po ging, die het geluk van ons volk bedreigt en die ten eenenmale in strijd zou zijn met den aard en de geschiedenis eener vereeniging, die vóór alles volksverlichting bedoelt. De Tweede kamer heeft Dingsdag hare werk zaamheden hervat. De heer Heemskerk Az. is, na onderzoek zijner geloofsbrievenals lid toe gelaten. Bij de kamer zijn eenige wetsontwerpen ontvangenalsmede een voorstel tot wijziging der grondbelasting. Nadat de afdeelingen wa ren zamengesteld hebben deze hare voorzitters en on der-voorzitters benoemd en wijders is be paald dat op aanstaanden Vrijdag de nominatie zal worden opgemaakt voor de vakature in den hoogen raad. Naar aanleiding eener toezegging in de avond zitting van 11 december jl., door den minister van binnenlandsche zaken aan den heer van

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1869 | | pagina 1