21
en dat coliegie daaruit kan zien, dat die ontvang over 1869 zal
verantwoord worden.
De Voorzitter wijst nog op de verantwoording van burg. en
weih. bij het doen der rekening, waarin deze toch verklarendat
alles in ontvang gebragt is wat de gemeente-ontvanger genoten
heeft.
Dhr. van den Bosch kan, na de bekomen inlichtingen wel
instemmen met het in ontvang brengen op de dienst van 1868.
Waarna het voorstel der finantiele commissie in stemming
gebragt en met 7 tegen 2 stemmen verworpen wordt. Vóór stem
den de heeren mr. de Laat de Kanter en Nortier.
Hoofdstuk 5. Afd. 1, art. 1. Geldleeningen 7200,
Op voorstel van den Voorzitter wordt de geldleening voor
aanbouw en vernieuwing van het beursgebouw voorgedragen op
3200,uithoofde van het aanhouden van dit werk alhier ge-
rooijeerd, zoodat dit art. komt op f 4000,ter voorziening in
de kosten van het afgraven van den wal en het dempen van een
gedeelte der vest.
Afd 2, art. 1. Verkoop toornen memorie.
Alsnu valt nog te bepalen het bedrag van deu lioofdelijken
omslag bij Hoofdstuk 3 Afd. 2, art. 1 voorgedragen op 24,000,
en wordt door den Voorzitter voorgesteld die te brengeu op
27,000,Waartoe wordt besloten.
Dhr Verhagen geeft in overweging die verhooging te vinden
bij opcenten op den tegen woordigen aanslag.
De Voorzitter stelt voor, het maximum van den hoofdelijken
omslag bij heden te nemen besluit te brengen op 30,000,
ten einde de kohieren eenigzins boven de in ontvang gebragte
som te kunnen opvoeren tot dekking van de oninbare posten.
Wat betreft de wijze van heffing op de door den vorigen spreker
aangegevene wijze, deze acht de Voorzitter in strijd met de wet.
Dhr. Verliagen meent niet den omslag te behouden en daarbij
te voegen bij wijze van opcenten hetgeen meerder noodig is;
maar de verhooging raar dien maatstaf te doen en alsdan het
geheel te brengen als hoofdelijken omslag.
Het voorstel in stemming gebragt, wordt verworpen met 5
tegen 4 stemmen. Voor stemden de heeren Verhagen, Kakebeeke,
Fransen van de Putte en de Voorzitter.
Mr. de Laat de Kanter stelt alsnu voor het maximum te stellen
op 28,000,hetwelk wordt goedgekeurd.
Alsnu wordt hoofdstuk 9 der uitgaven onvoorziene uitgaveD,
dat was uitgetrokken met/1511,65 door de onderscheidene ge-
