1868. No. 30.
VRIJDAG 17 APRIL.
55s"' Jaargang.
EEN OORLOGZUCHTIGE VREEÜE.
5>> -<S2E&—-
GOESSCHE COIK tM.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag en
Donderdag avond, uitgezonderd op feestdagen-
Prys per kwartaal 1,9.1. fr. p. p. f 1,9».
Gewone advertentlSn worden 15 et. de regel geplaatst.
Geboorte-, Ituweiyks- en doodberlgten van 1-6 regels
a 1,30behalve het zegelregt.
We Inzending ran adrertentifn kan geschieden tol vóór drie uren ties namiddags op den dag der uitgave.
Beli-endttia^ingen.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES,
maken bekend dat naar aanleiding der gehouden
examens op de burger-avondschool zijn bevorderd
Van de D'e tot de 2de klasse,
lo. J. de Bruine2'. J. 0. de Beste Wz.,
3". D B. Swart, 4>. J. de Jonge Wz.
5o. J. C. de Beste Az. 6o. J. de Wolf,
Van de 2de tot de 3de klasse,
lo. A. Legerstee2o. J. W. van de Weerdt,
3o. A. Rooze.
terwijl W. den Boer Bz. der le klasse en •/- Usse",
A. Bisser en P. Spruijt, der 2e klasse, zich aan de
bijwoning van het examen hebben onttrokken.
Gedaan te Goes, den 11 April 1868.
Burgemeester en wethouders voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
De Secretaris,
H. C. PILAAR.
De BURGEMEESTER van GOES, brengt bij deze
ter kennis van een ieder die het aangaat:
Dat het kohier van het PATENTREGT van het
3d« kwartaal voor deze gemeentevoor het dienstjaar
1867 1868 bekleed met alle formaliteiten bij de
wet gevorderd, op heden ter invordering is gesteld
in handen van den ontvanger dier belastingenbinnen
deze gemeente.
Gedaan ten raadbuize van Goes, den 15 April 1868.
De Burgemeester voornoemd
M. P BLAAUBEEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES,
gezien hebbende het schriftelijk verzoek gedaan door
Leendört Vermoule, wonende binnen
•deze gemeente om het bij hetn in eigendom verkre
gen Pakhuis staande in de Wijngaardstraat te Goes,
gemerkt wijk A no. 55 bij het kadaster bekend in
sectie I). no 735, te mosren inrigten tot KOETSHUIS,
PAARDENSTAL en bprgplaats van HOOI en STROO.
Gelet op het koninklijk besluit van den 31 Janu-
arij 1824, (Staatsblad no. 19), mitsgaders op het be
sluit van heeren Gedep. Staten dezer provincie, van
den 7 October 1842, no. 17, (Provinciaal blad no. 98
Overwegendedat tegen de uitvoering van dat
plan reeds bezwaren geopperd en ter kennis gebragt
zijn van dit coliegie
dat het derhalve noodig geacht wordt, nopens deze aan
gelegenheid intewinnen information de commodo et
incomraodo, overeenkomstig art. 4 van vorengemeld ko
ninklijk besluit en de eigenaren en bewoners der naast-
bijgelegene panden in hunne belangen te hooren en het
tevens nuttig kan zijn, om een ieder in de gelegenheid
te stellen zyne bezwaren daartegen aan het gemeen te-be
stuur kenbaar te maken.
Brengen bij deze ter kennis van een ieder die daarbij
belang kan hebben, dat de verzoe er benevens de eige
naren, bewoners en gebruikers der nabij gelegene eigen
dommen zijn opgeyoepen om op Zaturdag den 25 dezer,
des namiddags ten een ure, voor burgemeester en wet
houders in hunne gewone vergaderkamer, ten raad huize
te verschijnen ten einde ter zake voorschreve in hun be
lang te worden gehoord en dat te gelijkertijd aan ieder
•die zulks mogt verlangen, de gelegenheid zal gegeven
worden om zijne bezwaren daartegen optegeventen
•einde in het proces-verbaal vermeld te worden
En zal hieraan door plaatsing in de Goessche Courant
publiciteit gegeven word n.
Gedaan ten raadhuize van Goes, den 16 April 1868
Burgemeester en wethouders voornoemd
M. P. BLAAUBEEN,
De Secretaris
H. C. PILAAR.
Eet is sedert lang bekend dat de Utrechtsche
hoogleeraardie zich Vreede noemtmaar zel
den vrede houdt of vrede sticht op politiek
terrein. Men zou zoo zeggen dat hijvurig
aanbidder van het tegenwoordig ministerienu
met zekere kaïn te genieten moest van den tri
omf zijner staatkundige beginselen, waardoor,
volgens den minister Heemskerkons land in den
allergunstig sten toestand verkeert; maar, helaas!
de goede man kan nog niet rusten.
Of het een heimelijk wantrouwen in eigen
beginseleene zekere vrees voor het overwigt
van bet gezond verstand, dan wel een ligt
verklaarbare overmoedeen gevolg van natuur
lijke behoefte om te wroeten en te voelen is?
Wie zal het beslissen.
Maar het feit is daar. Prof. Vreede heeft
eene breedvoerige verklaring aan de staten ge
neraal opgemaakt, die strekken moet, om de
grootste helft van uit staatsligehaam in dis-
crediet te brengenom het kiezers volk en het
volk achter de kiezers in beweging te zet
ten en den grond, ware het mogelijk, voor
te bereiden om geschiktelijk, door eene nieuwe
ontbinding, de kamer te vullen met een kostbaar
aantal van mede-aanbiddersvan zoetsappige
ja-knikkers, die zich verbinden alles goed te
keuren, wat van de regering uitgaatliefst nog
voor men daarvan kennis genomen heeft.
De professorale poging is zeker zeer Vreede-
lievend. Er is nog geenp agitatie genoeg in
het land. De hartstogten moeten nog wat
meer opgewekt. En of dit nu naar het voor
schrift en den wensch van professor is, dan wel
of de gedienstige ijver zijner geestverwanten
daartoe brengt wij weten het niet maar
men loopt stad en land af, om handteekenin-
gen te verkrijgendie van adhaesie aan de
verklaring van prof. Vreede, moeten getuigen.
Dergelijke pogingen - zijn reeds dikwijls te
baat genomen, als men den invloed van regt
en waarheid vreesde en door het gezag van
namen het gewigt der zaken hoopte te over
schaduwen.
't Is een petitionnement in anderen vorm.
't Is eene nieuwe manier om te doen, wat op
andere wijze algemeen zou worden afgekeurd;
een wolf in schaapsvacht.
De mannen van behoud en teruggang, de
ruimste, iecle vrienden hebben een geduchte
o
nederlaag geleden. Zij hadden zich uitgegeven
voor de nationale partij en het is gebleken
dat zij dat warenminus de grootste helft
der natie. Dat is moeijelijk te verkroppen.
Er moest iets geschieden; men moest eene de
monstratie doen, om de verloren eer te her
stellen. Fluks grijpt de 1 mdelievende man
naar de penleest de tweede kamer de les
op en van alle kanten worden ze opgeschar
reld, die met den meester uitroepen: foei! tweede
kamer, gij moest in vrede leven.
Wie denkt hier niet aan van Alphen en
zijne zoete kinderen!
Indien men eens eene tegenverklaring uit
lokken wildeindien men gelijke middelen
wilde aanwenden, om mede-roepers te werven
voor een schrijven aan de tweede kamer in
tegengestelden zin't zou niet veel moeite kos
ten, om een verpletterend (zie woordenboek van
het Dagblad) aantal handteekeningen te ver
zamelen.
Maar die allendie zich met deze regering
niet vereenigen omdat zij zich nog niet kun
nen overtuigen van den allergunstigsten toestand,
die zij te voorschijn zou geroepen hebbendie
allen, die zouden wenschen, dat wij een mi
nisterie hadden, dat minder ordelinten aan
enkelen en meer geluk aan allen aanbragt; de
liberalendie men in magtelooze woede steeds
radikalen noemtzij wenschen zichniet van
zulke middelen te bedienen.
Als zaken en beginselen niet voor zich zei
ven sprekendan baat het weinig dat prof.
A en mr. B en Graaf C met baron Denz.
enz., die komen aanprijzen.
't Is waar de menigte wordt wel eens door
de klank van namen misleid en er zijn er al
tijd, die gansch gemoedelijk vertrouwen, dat
als de hooggeboren of hooggeleerde het gezegd
heeft, aan de w aarheid niet mag getwijfeld worden.
Maar wie op medewerking dier menigte spe
culeert, wie haar in beweging brengt om langs
dien eenigen weg zijn doel te bereikenhij
toont reeds daardoor, dat hij eene zaak ver
dedigt, die wel in zich zelve onhoudbaar of
niet aanbevelenswaardig is.
Er is altijd overvloed van ontevredenenvan
mannen van de contra-mine, van eigenbelang
zoekenden, van beginselloozen en deze allen
gaan mede met den eersten den besten, die
hen van hunne zwakke zijde weet aantevatten.
Natuurlijk kan er bij de adhaerenten van prof.
Vreede van dit alles geen sprake zijn. De ver
klaring zelve houdt indat zij gegeven wordt
door de kern der natiedoor de achtingwaar
digste burgers, zoodat men de lijst der aan-
hangenden slechts intezien heeftom te weten
waar men in ons land het edele en groote,
het wijze en alleen heil aanbrengende uitslui
tend zoeken moet.
Slechts de nederige spreekt alzoo van zich
zei ven. Want alzoo bevordert hij immers den
vrede en het heil des lands?
Intusschen is het regt aangenaam, dat wij
nu juist kunnen opmaken, wie de volbloed
aristocratengouden-kalfaanbidders-ministeri-
eele volgelingenwie de verklaarde tegenstan-