VRIJDAG 31 JA.MJAR1J. 558te Jaargang. BINNENLANDSCHE BERIGTEN. 1868. N°. 9. GOESSCHE <01 KHI. De uitgave dexer Courant geschiedt Maandag en Donderdag avond, uitgezonderd op feestdagen- Pry« per kwartaal 1,M. fr. p. p, ƒ1,90. Gewone advertentlCn worden a 15 ct. de regel geplaatst. Geboorte-, huwelijks- en doodberlgten van 1-6 regels a 1,26, behalve het zegelregt. Oe Inzending van advertenlttn kan geschieden lol róór drie uren des namiddags op den dag der uitgave. Is het verblinding of onbeschaamdheid, zoo vraagt men teregtals het ministerieel orgaan dood kalm toestemt, dat door elkander geno men de kamerdoor de laatste verkiezingen gebleven is gelijk zij waszonder te erkennen, dat dus het doel der ontbinding werd gemist en dat het ministerie onmogelijk kan blijven Het is een gewoon verschijnsel, dat zij, die eene nederlaag leden, zich groot honden en den schijn aannemen van niet verslagen te zijn maar het is ook waardat daarmede het feit niet vernietigd wordt en tot velen nog luider spreekt. Men berinnere zich de lange en telkens her haalde artikelen in het Dagbladwaarin be weerd werddat de natie niets anders verlangde dan dit ministerie te steunendat zij geene verandering wildedat zij zuiver conservatief bloed in hare aderen voedt, dat het bewijs daar van bij de verkiezing, schitterend zou gegeven worden enwaar is nu het bewijs. Maar de conservatieve partij is zoo laauw ge weestDat getuigt het orgaan zelf en het be wijst daarmede dat het die partij veel te hoog gesteld heeftof hare kracht slechts bij gerucht kende. Indien de helft maar waarheid geweest ware van hetgeen, vóór de verkiezing, van die partij als de nationale werd gezegd, dan was het onmogelijkdat zij laauw gebleven ware bij eene gelegenheid al« deze. Juist de redenwaarmede het echec der partij vergoelijkt wordt, werpt niet alleen een smaad op haar, maar toont, dat zij noch de krach tig heerschende is, noch de overwegende voor de toekomst kan wezen. Het waren de conservatieven die riepenhet land is in gevaar, de troon waggelt, het volk wordt ten verderve gebragt; op kiezers! redt wat gij redden kunt of het is te laat! en uit het midden van dat zelfde kamp hoort men nu weder de getuigenis de conservatieven zijn laauw geweest Begrepen zij zoo weinig hunne roeping, hoe zal men hun dan 's lands belangen toevertrou wen. Was hunne opwinding zoo voorbijgaande, wie gelooft dan nog aan hunne kracht; of was de noodkreetdie hun in den mond gelegd werd, slechts die van leiders hunner partijwaren deze dan geregtigd, om eene overwinning aan- tekondigen, die hunne laauwe volgers zelve verspeelden Al verder heet hetdat de ware gezindheid der natie eerst zou gebleken zijn, indien de radikalen (hier hebben wij zeker te denken aan alles wat tegenover de conservatieven staat) niet zulke middelen hadden aangewenddie slechts afkeer van het verkiezingstelsel kunnen wekken. Men noeme zulke middelenmaar verzuitne dan ook niet daartegenover optegeven, welke middelen van conservatieve zijden werden aan gewend. 't Is mogelijkdat een of ander, dus- genoemd radikaal zich in de keus der midde len bedroog; hij stond zeker niet alleen en wij zeggen het evenzeer van handelingen door dezen of genen onder de conservatieve kiezers gebruikt de daden van een individu mogen niet voor rekening eener geheele party gebragt worden. Doch men zit aan den grond en er moet een uitweg worden gezocht. Waarom doet men dit ten koste van de waarheid met verkrachting van het feit, dat voor ieders oogen bloot ligt? Had het ministerie kunnen berekenen, dat het hoogstens enkele stemmen winnen zou, dat het weldra voor genoegzaam dezelfde kamer zou staanhet had zich aan de ontbinding niet gewaagd, Het is, of ke^Jieeft zich zei ven be drogen, in zijne meening over de gezindheid der natie, en al neemt men ook aan, dat deze zich de eigenlijke kwestie weinigte weinig aangetrokken heeftdaarmede wordt de daad niet geregtvaardigd, die haren grond had in de bewering de natie brandt van verlangen om haren wenschdoor eene verkiezing te doen kennen. Men heeft veel te veel met de natie geschermd, om nu het levensbehoud te vinden in drie of vier stemmen die door kruiden en dranken verkregen werden, 'tls jammer voor de natie dat men de zaken tot dit punt heeft gebragt. In het gebeurde toch ligt de aanleiding voor verdere schokken die men had kunnen ont gaan indien men niet alles had willen hebben. Want die natie, die steeds op den voorgrond gezet wordt, vraagt: wat nu? De herkiezingen kunnen daarop geen bevre digend antwoord geven. Hoe zij ook uitvallen mogen reeds nu is het te bepalen dat men noch aan de eene, noch aan de andere zijde, tot eene beslissing komen kan die de lang ge- wenschte stabiliteit onmiddellijk in het leven zal roepen. Daarom blijven wij en zoo velen met ons be treuren dat men den ongelukkigen stap heeft gedaan waardoor de verdeeldheid en agitatie zoo krachtig werd gevoed. De gevolgen daar van zullen zich verder uitstrekken, dan die der verkiezing of niet verkiezing van enkele leden. Reeds wordt de alarmklok weder geluid en spoort men de kiezers aan, om invloed en wet tige middelen aan te wenden, ten einde blijke dat de meerderheid conservatief is. Dat zal dan in ieder geval de meerderheid in zeer en kele districten zijn. Maar nog eens herhalen wij wat moet men denken van eene partij die door zulke noodkreten in beweging moet worden gebragtwier meerderheid langs dien weg blijken moetschoon men op haarals bestaande, pochte? Wij kunnen ten minste reeds als bewezen aannemen, dat waar de Dag blad-kandidaten de meerderheid verkrijgen, dit niet de kracht van het beginsel, maar de vrucht van invloed en kunstmiddelen zal zijn. Maar zoo het eens tegenliepLaat ons afwachtenwat wij dan zien en hooren zullen. De laauwe conservatieven kunnen op eens bloed warm worden. Zoo maar niet ijskoud. Op overspanning kan ook afmatting vólgen. GOES30 Jauuarij 1868. Aan de Oost-Indische berigten met de laatste mail aangekomen, ontleenen wij het volgende: Er zijn gunstige berigten omtrent den stand der zaken in de Mandhac-staten op Celebes. De troepen waren daar aangekomen; de hoofdvorst_ was voortvlugtig. Slechts een kortstondig trén^ fen met den vijand had er plaats, waarbij aan onze zijde een Europeaan en een inlander vie len, beiden tot de zeemagt behoorende. Blijkens berigten uit Bandjermassin waren op Borneo de zaken bevredigend en bleven handel en scheepvaart vrij levendig. Uit Sintang wordt medegedeeld, dat de noo- dige maatregelen waren in het werk gesteld, om de vereeniging der vijandige benden zoo kracht dadig mogelijk tegen te gaan en de bevolking meer vertrouwen in te boezemen. Toen bij het naderen der verkiezingen de heer Groen geraadpleegd werd, over de te doene keuze, raadde hij, om eigen kandidaten te stel len en niet met die der ministerieelen mede te gaan. Thans bij de herstemming wil hij, dat men dat doen zalals de kans bestaat om de ministerieele kandidaten op meer dan eene plaats te doen kiezen, ten einde eene vrije stemming te verkrijgen, waarbij dan weder de eigen kan didaten op den voorgrond kunnen komen. De handelwijze van den lieer G. is volkomen con sequent maar men verbaast zich teregt dat de oudervinding ook der laatste dagen hem nog niet overtuigdedat hij met zijne eigen kan didaten geen de minste kans van slagen heeft en zoo al niet de kans voor halve geestverwan ten bederft, dan ten minste den uitslag ophoudt. Yoorts wenscht de heer G. van verdere raad geving te worden verschoond. Niets is natuur lijker. Wanneer men telkens met zijne raadge vingen bedrogen uitkomt, loopt men gevaar het vertrouwen geheel te verliezen en het is den heer G. juist om dat vertrouwen te doen. Reeds heeft hij verklaard moeijelijk zitting te kunnen nemen zoo hij niet weet, dat van alle kanten hem ondersteuning geworden zal. Nu bindt hij wel een weinig in en spreekt er van dat het noodig is zijne beginselen in de landsvergade ring te belijdenmaar meer dan iemand weet hij zelf, dat die belijdenis tot weinig leidt, als zij geen weerklank vindt. Niet minder verdient het opmerking dat de heer G. ook nu weder een verbond goedkeurt en bevorderen wil tus-

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1868 | | pagina 1