BUITENLAND. De heden per W.-I. mail ontvangene Suri- naamsehe nieuwsbladen en particuliere berigten, zijn opgevuld met de debatten in de Koloniale Staten. De Staten zijn druk aan het haspelen geweest over het tarief van in en uitvoer-reg- ten. De voornaamste kooplieden hebben zich, bij adres, aan de Staten en aan den Gouver neur voor een uniform-regt verklaard. De strijd der partijen in de Suaten was hevig. Eindelijk is den 19den Nov. in de avondzitting de door Mr. B. E. Colaco Belmonte voorgestelde wijziging van artikel 1 van het ontwerp aangenomenwaar bij met uitzondering van het gedistilleerdde wijnenbierenvuurwapenenaardoliën juwee- lenedelgesteenten, goud- en zilverwerk en eenige andere kleine artikelen, het inuoerrcgt over alle andere goederen is bepaald op 5 pCt. van de waarde; terwijl het regt van uitvoer ins gelijks op 5 pCt. is gebragt. Nu is de groote strijd afgestreden. De dis cussier! over de andere artikelen van het ont werp zullenzoo als het zich laat aanzien spoedig afloopen. Ue N. R. G. deelt mede uit de Nordd. Allg. Zeit., het orgaan van graaf von Bismarck, een stuk. bevattende ernstige aanmerkingen tegen de beweringen van onzen minister v. Zuylen waarvan stellige onjuistheden worden opgege ven. En onder de bijgevoegde aanmerkingen der courant leest men onder meer: Pruisen ver klaart nu dat er door dit kabinet niets is ge daan om de verloren welwillendheid terug te winnen. Dit is zeker niet geruststellend en be wijst niet voor het beleid van den giaaf, en ten slotteNa dit gelezen te hebben vragen wij aan ieder, die oordeelen kan, of de heer van Zuijlen het regt had te zeggengelijk hij gedaan heeft: »Zoo heeft de houding van Nederland me- degebragt het behoud van volkomen onzijdigheid met betuigingen van welwillendheid en vriend* schap van de zijde van de beide oorlogvoerende mogendheden». Kan zulk een minister, die voor het oog van het nederlandsche parlement, voor het oog der geheele buitenlandsche diplomatie is ten toon gesteld, nog zonder schade voor het land met het beheer onzer buitenlandsche betrekkingen belast blijven? In den Belgischen Senaat is in de afgeloo- pen week, bij de behandeling der begrooting voor het departement van buitenlandsche za ken, een discussie ontstaan over de afdamming van de Schelde. De minister Rogier handhaafde de verklaring, door hem in de Kamer afge legd, en bestreed het advies van den Antwerp- schen senator, die aan Nederland den oorlog wilde verklaard hebben. De heer Rogier is inte- gendee van meeningdat de goede betrekkingen tusschen Nederland en lielgië moeten onder houden wordenen hij verklaardedat de ge volgen der afdamming zullen nagegaan enzoo zij nadeel opleveren, Nederland aangemaand zal worden. De heer Vilain XIII zeidedat de af damming reeds een ongeluk heeft veroorzaakt met de schipbreuk van de Sultana" bij Rath, en .hierop antwoordde de minister dat het niet bewezen is, dat die ramp een gevolg was van de afdamming. De Belgische gezant te 's Gravenhage heeft per missive van den 18 dezer, aan zijn rege ring berigt, dat alle maatregelen genomen zijn om d'ê Schelde te zuiveren van het wrak der Sultana" Die Senaatsdiscussie heeft geen verder ge volg gehad. De afdeeling RotterdamSchiedam en Om streken van de Hollandsche Maatschappij van Landbouw hield den 24 te Rotterdam hare aange kondigde algemeene vergadering. Nadat door de afgevaardigden naar Haarlem verslag van het verhandelde aldaar was uitgebragtwerd door den voorzitter onder eene toepasselijke aan spraak aan den heer B. Dekker, te Rhoon, de prijsbenevens een eervol getuigschrift uit gereikt als inzender van een fraaijen dekhengst op de tentoonstelling van paarden te Haarlem door genoemden heer behaald. Een onzer landgenooten de heer P. van den Ploeg te Grouwheeft zich toegelegd op het maken van naaimachinesvolgens het systeem van Wheeler éf Wilson, waarvan de constructie en de werking niets te wenschen overlaten. Wanneer nu ook de prijs van het binnenlandsch fabriekaat meer Nederlandsch dan Amerikaansch zal zijn zullen zeker vele huismoeders zich daarover verblijden. Een paard der kinderen Verhaest. landbou wer te Oeselghem (België)hetwelk den 16 October II. in de bovenlip gebeten was door een klein hondje, van razernij verdacht, is razend gewordenden 22 November jl.dus 40 dagen na den beet. Dit paard is afgemaakt geworden op een verslag van den rijks veearts van Ecke te Thielt. Nadat het paard gebeten was, schoten voor- zigtige inwoners oogeublikkelijk hunne honden dood, of stelden ze in veiligheid terwijl an dere onverschillig bleven en aireede begonnen te zeggenhet hondjedat hier geloopen heeft was niet razendware het razend geweestal de hondendie er van gebeten zijnzouden binnen de 9 dagen ook razend zijn geworden. Het was wreed om vermeld paard te zien; het wreef bijna onophoudelijk den kop, die ongelooflijk dik was, en waarvan de oogen waren toegezwollen; de koord van zijnen band had het afgetrokken of afgebetenhet kromp zich in eenliet zich vallensprong regt sloeg en strekte met zijne pootenliep rond en beet woedend in alles wat hij krijgen kon. Men zegt ookdat in de laatste dagen als het paard at of dronk, het dit deed met sloppen de heer B. van Bonte, landbouwer en jager te Oeselghemheeft het paard drie kogels in de borst geschoten en alzoo gedood. Het is bekend dat zich hier te lande eene vereeniging gevestigd heefttoe het verleenen van hulp aan zieke en gewonde krijgslieden in tijd van oorlog. Zoo lang wij slechts hopen kunnen, dat de menschen zoo wijs zullen wor den, dat zij geen oorlog meer voeren, moet het der mensehheid welkom zijn, als er met kracht en verstand pogingen worden aangewend, om de rampen door den oorlog verwekt, te lenigen. Als zoodanig begroeten wij met dankbaarheid en blijdschap de vereeniging die onder den naam van het roode kruiswerkzaam zijn wil om, waar ongelukkig de strijd woedt, eene hel pende en zorgende hand uittestrekken. De heer Bosscha, voorzitter van het hoofdcomité, heeft in eene, met de warmte der liefde en der over tuiging, geschreven brochure, aard en doel der vereeniging uiteengezet en wie zijn keurig ge schrift leest, zal zich zeker gedrongen gevoelen, om de vereeniging, naar de mate zijner krachten, te steunen. De wensch daarin uitgedrukt, dat in alle gemeenten van het rijk zich afdeelingen mogen vestigen zalhopen wij eene ruime vervulling vinden maar vooral wenschen wij, dat velen zich opgewekt mogen gevoelen om iets bijtedragen waartoe niet altijd geldelijke opoffering gevorderd wordt. Elke hulp, die bij of ter verpleging van gekwetsten verleend wordt, geeft aanspraak op het lidmaatschap der ver eeniging. Doch niet daarom worde er ruim schoots deelgenomen; veel meer sta allen voor den geest, wat de heer Bosscha schrijft: »In de neiging der volken om voor elkanders gekwets ten in den oorlog te zorgen, spreekt een zucht naar toenadering, die afkeer verspreiden moet van hatelijkheden en vijandelijkheden tusschen de onderscheidene deelen der mensehheid." De laatste berigten uit Nieuw-York ho pende tot den 11 dec. bevatten het volgende: Het besluit om Johnson in staat van be schuldiging te stellen is den 7den verworpen met 108 tegen 57 stemmen. Yan de meer derheid tegen het besluit waren 68 republie- keinen en 40 democraten In den senaat heeft de heer Chandler een besluit ondersteund om de Abyssiniers als oorlogvoerende mogendheid te erkennen. Zoo dat besluit wordt aangeno men, zouden amerikaansche vrijbuiters onmid dellijk gereed zijn om in zee te gaan. Het be sluit is bestreden door Reverdy en Johneon als zijnde het van dien aarddat daaruit ligte- lijk een nuttelooze oorlog met Engeland zou kunnen voortkomen. De kamer van afgevaardigden te Florence heeft, bij de behandeling der voorloopige be grooting, een door den heer Valerio voorge stelde gemotiveerde orde van den dag aange nomen waarin zij verklaart acte te nemen van 's ministers verklaring, dat de regering de betaling van de pauselijke schuld geschorst heeft. Daarna zijn de discussien voortgezet. Mancini ontwikkelt zijn voorstel en bestiijdt daarbij het ministerieel programma, vooral het voornemen, dat men den ministers toeschrijftom de bin- nenlandsche vrijheden te beperken. De spreker wordt door den president tot de orde geroepen. Menabrea komt in levendige be woordingen tegen deze beschuldigingen op. Hij verklaart, dat hij de vrijheid slechts beperken wil in zoover zij gevaarlijk dreigt te worden. Nadat nog verscheidene andere voorstellen zijn behandeld, komt dat der fractie Depreüs aan de orde. Hij verlangt dat een einde kome aan alle onderhandelingen over de romeinsche zaak, voor zoo ver (of daar) die niet strooken met de waardigheid des lands. De minister betoogt op nieuw de noodza kelijkheid van een duidelijk votum. Hij zal vol daan zijn met een votum van den volgenden inhoudDe kamernota nemende van de ver zekering van het ministeriedat het nationaal programma, waarbij Rome tot hoofstad van Italië wordt verklaardzal worden gehandhaafd betreurtdat men gepoogd heeft dit program ma te verwezenlijken door middelen, in strijd met de wet en de besluiten van het parlement; overtuigd dat de waarborgen der vrijheid en der eenheid gelegen zijn in eerbied voor de wet, keurt zij de houding van het ministerie goed en gaat over tot de orde van den dag. Bij hoofdelijke stemming wordt dit voorstel verworpen met 201 stemmen tegen 199; 8 leden waren afwezig. De andere voorstellen worden teruggenomen behalve van Crolti (de kamer verklaart Rome de hoofdstad der katho liciteit en is voor de instandhouding van het wereldlijk gezag.) Dit voorstel werd door nie mand ondersteund en kon dus niet in behan deling komen. 23 Dec. De heer Menabrea heeft in de ka mer verklaarddat het kabinettengevolge van het votum der kamer op gisterenzijn ont slag heeft ingediend. Het wacht nu het be sluit van den koning af. Latere berigten uit Florence zeggendat de president minister Menabrea de opdragt tot vor ming van een nieuw kabinet heeft aangenomen. Ij Independance schrijft uit eene particu liere bron vernomen te hebben, dat het ont slag der ministers niet zal worden aangenomen. De jeugdige koningin van Griekenland heeft het vertrouwen harer onderdanen gewon nen. Dat zij niet de godsdienstoefeningen in de Russische kapel, maar wel die in de vriek- sche kerk bijwoont, heeft een gunstigen in druk gemaakt op de bevolking. Het Grieksche ministerie wankelt: met veel moeite heeft de regering de Kamers kunnen bewegen tot het in behandeling nemen van een wetsontwerp voor een buitengewoon crediet van 9,700,000 drachmen, om daarmede de dui zenden Candioten te ondersteunendie van alles verstoken en in lompen gehuld bij honderden door de straten der hoofdstad zwerven,. De Koln. Zeitung bevat een brief van Prins Friederich zu Salm Salm, gedagteekend uit zijne gevangenis, het klooster de las Capuchi* nas te Queretaro, 4 October 1867, gerigt tot Miguel Lopez, voormalig keizerlijk Mexicaan- sche kolonel en schrijver van: "De inneming van QueretaroM. Lopez aan zijne medebur gers en aan de wereld. In dien brief verklaart de prinsde trouwe makker van wijlen keizer Maximiliaan, dat Queretaro niet anders dan door verraad is gevallen, dat Lopez de verrader is en dat derhalve het bloed van zijn voorma-

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1867 | | pagina 2