1867. iY. 78.
D1NGSDAG 8 OCTOBER.
54"* Jaargang.
f
WEEZENVERZORGING.
Beltendmaltinge xx.
GOESSCBE C«l RANT.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag en
Donderdag avond, uitgezonderd op feestdagen.
Pr(js per kwartaal f 1,96. fr. p. p. f 1,90.
Gewone advertentlën worden a IS et. de regel geplaatst.
Geboorte-, huwelijks- en doodberigten van 1-6 regels
a f l,JO behalve bet zegelregt.
De inzending ran advertentiën kan geschieden tot vóór drie uren des namiddags op den dag der uitgave.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES,
maken bekend1° dat op heden door hen is benoemd
tot Griffier ter Secretarie dezer gemeente, in plaats
van wijlen den heer JOSIAS RISSEEUWde com
mies-Griffier CORATEIaIS BISSEEIW; ver
zoekende den benoemde als zoodanig te erkennen.
2°. dat er gelegenheid bestaat tot de in functie-tre-
ding van een Commies-Griffier, ter opleiding voor
de gemeentelijke-administratie, zonder bezoldigingter
wijl sollicitanten worden opgeroepen voor eene plaat
sing als KLERK ter gemeente-secretarie, tegen
eene belooning van vier honderd gulden.
Die genegen zijn naar de beide laatstgenoemde be
trekkingen te dingen, worden uitgenoodigd hunne
daartoe strekkende verzoekschriftenmet overlegging
van noodig geoordeelde bewijsstukken van geschikt
heid en bekwaamheid, aan den Burgemeester inte-
zenden binnen acht dagen na heden.
Gedaan te Goes, den 5 October 1867.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
De Secretaris
H. C. PILAAR.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
zullen op Zaturdag den 19 dezer, des namiddags
ten een ure, in hunne vergaderkamer ten raad huize,
in het openbaar, bij enkele inschrijving, trachten aan-
tebesteden:
Het iegsen van een Riool en het
doen der daarhij behoorende wer
ken, in de voormalige achterha
ven binnen deze gemeente
volgens bestek en voorwaarden daarvan ter gemeente
secretarie ter lezing zullende liggen van heden af
tot den dag der besteding.
De aanwijzing van die werken zal geschieden op
Woensdag den 16den bevorens, des voormiddags ten
elf ure, door den bouwmeester der gemeente, bij
wien inmiddels de noodige inlichtingen te bekomen zijn
Gedaan te Goes den 5 October 1867.
Burgemeester en wethouders voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
De secretaris
H. C. PIL A A R.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES,
brengen ter kennis der belanghebbenden:
Dat de lijst van de ter uitloting en aflossing aan-
gegevene OBLIGATIEN, ten laste dier gemeente,
ingevolge art. 4 van het plan tot aflossing der geves
tigde schulden, den 11 April 1853 door den gemeen
teraad gearresteerdopgemaakt is en ter griffie gedu
rende de laatste helft dezer maand ter visie zal liggen.
Zullende de uitloting ingevolge art. 5 van even-
gemeld planin het openbaar ten overstaan van
burgemeester en wethouders geschiedenten raadhuize
Zaturdag den 9 November 1867 des namiddags ten
één ure.
Qedaan te Goes, den 5 .October 1867.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
De Secretaris,
H. C. PILAAR.
De BURGEMEESTER van GOES, brengt bij deze
ter kennis van een ieder die het aangaat
Dat het kohier van het PATENTREGT no. 2 voor
deze gemeente, voor het dienstjaar 18671868, be
kleed met alle formaliteiten bij de wet gevorderd,
op heden ter invordering is gesteld in handen van
den ontvanger dier belastingen, binnen deze gemeente.
Gedaan ten raadhuize van Goes, den 7 October 1867.
De Burgemeester voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
Men moet al zeer weinig aantrekkelijk zijn,
indien men niet tot schreijens toe bewogen
wordt, door de onwedersprekelijke betoogen van
het Dagbladdat zoovele kostelijke millioenen
spoorloos verdwenen zijn en dat eene toekomst
van louter ellende ons wacht. Die betoogen
winnen in beteekenis wanneer men in aan
merking neemt, dat het officieele verzekeringen
zijn, die men ontvangt, zoodat er geen twijfel
overblijft, of onze schatkist is uitgeput en zon
der vooruitzigten. Intusschen baart het be
vreemding, dat wij niet verder komen dan tot
de stelling, dat al de millioenen door het wan
bestuur der liberalen zijn verloren gegaan; want
stelt men er ook prijs op om te weten, waar
het geld gebleven is het baat de natie niet
veeldat men haar wijstwaar de schat is
verdwenen. Is de toestand waarlijk zoo hope
loos, dan mogt men verwachten, dat er krach
tige maatregelen zouden genomen worden en
dat men, in plaats van over een onherstelbaar
verleden te redeneren liever de handen aan
het werk sloeg, om verbetering ten minste voor
te bereiden. Doch die krachtige maatregelen
blijven uit. Of zal men er toe rekenen dat
eenige betrekkingen door den minister van finan-
tien werden opgeheven waartegen in aanmer
king komtdat de nieuwe titularissen nu zoo
veel meer krijgen en er dus meer sprake is van
het bevoordeelen van enkelen dan van bespa-
(Slot.)
Wij eindigden ons vorig betoog met de stelling, dat de arbeidershoeveel be
hoefte zij aan dierlijk voedsel hebbenbuiten de mogelijkheid zijn, om zich dit te
verschaffen. In hoeverre wij daarmede waarheid gesproken hebbenwillen wij
onze lezers zelve laten beslissen. Men oordeele Stelt u voordat een man per
dag 0,75 verdient; dat is in de week 4,50, in 't jaar 234,Trekt daar
voor 't minst 34,af voor dagendat er niet kan gewerkt wordendoor regen,
sneeuw, ongesteldheid of andere omstandigheden. Dan blijft er 200,over.
Van die som moet alles betaald worden: huishuur, stooksel, landhuur voor aard
appels, tarwe, boter (1 Ned. <8), kleeding, en wie kan alles opnoemen. Zoodat
het zeer begrijpelijk is, dat er te korten in de kas moeten komen, welke on
mogelijk langs eerlijke middelen kunnen aangevuld worden. Zijn de kinderen
groot genoeg, dat de eene op de anderen passen kan, dan gaat moeder ook
mede werkendie evenwel door haar heengaan meer schade in huisaan kleeding
enz. veroorzaakt, dan 't mensch naar binnen brengt. Wel zijn sommige landbou
wers menschlievend genoeg, om aan hunne vaste arbeiders de tarwe tegen
6,per zak te leverendat is dan het zoogenaamde overmaalselhet beste
uit de hoenderpik of de minste soort tarwe (ten minste bij velen). Nuvoor
6,kan men ook niet veel hebben; maar uit het oogpunt van menschlievend-
heid beschouwd, is die daad nog al wat waard!! De boter krijgen zij soms
tegen 0,40, maa"r een vaste tax 2 En daarmede moet een gezin van 7
personen een geheele week rondkomen. Het hoofd voedsel is alzoo aardappelen,
en men behoeft geen geneesheer te zijnom de gevolgen te berekenenwelke
uit het overmatig gebruik dier spijze, voortvloeijen. Wel mag de arme man de
varkens en runderen zien geboren worden en zich in hun snellen groei verlus
tigen, wel mag zijn oog die dieren zien slagten, ja zelfs zien verbruiken, dat
alles kost geen geld; maar het is hem verboden waar. Aardappelen en brood,
ziedaar zijn voedsel. Goed doorbakken brood is een gezond voedsel; maar hoe
dikwijls mist het die eigenschap; hetzij dat het meel door sommige molenaars
nog voor slechter soort verruild wordt, of dat de gist vervalscht, het brood
zwaar, of door toedoen van sommige bakkers het deeg niet gaar genoeg gemaakt
wordt. Bit alles is oorzaak, dat die meelspijs soms meer voedsel voor een hond
dan voor een mensch wordt. Voeg daarbij de tiendpligtigheidwaaraan sommige
molenaars het meel en bekende bakkers het deeg onderwerpendan komen wij
tot de gevolgtrekking, dat den armen mensch van alle zijden, op eene in het
oog loopende wijze, het hoofd gestooten wordt. Kunnen zij het dure spek en
vleeseh niet koopenook het overige dierlijk voedselals hazenpatrijzen, ganzen
eenden en palingen, dat bij duizendtallen door de lucht vliegtop de aarde loopt
en in de wateren dartelt, mogen zij niet genieten. Als zij in het bezit van een
tuintje zijn, dan bewijzen de afgeknaagde kooien en saladeplanten genoeg, dat
zij ook die dieven helpen voeden. Waag het evenwel niet, arme man! om uwe
snakkende vrouw en kindertjes op zoodanig geregt te onthalenwant gij moogt
u verzekerd houden, dat de jagtopzieners u in het groote hotel zullen transporte
ren. Runders, varkens, hazen, patrijzen, ganzen, eenden, palingen, alles, alles
het eigendom der rijkenen gij weet weldat gij u dit op geene onwettige wijze
moogt toeëigenen. Gij kent het 8e gebod? En
Arme manoveral stoot gij uw hoofd. Gij zijt veroordeeld om' hard te weiAen
tegen karig loon; het is u verboden de genoegens dezes levens te genieten, die
hier zoo verkwistend worden gebruikt, en daar zoo armoedigzoo schaars worden
rondgedeeld.
Gij moogt geen voedzaam eten gebruikengij zijt veroordeeld een ellendige te
zijn. In armoede zijt gij geboren, in armoede opgevoed, in armoede moet gij sterven.
Zoo is het met den arbeidersstand gesteld ten platten lande. Mag een vader
indien hij eenig ander uitzigt heeft voor zijne kinderenzijn kroost tot ellendio-en
opvoeden? Mag een weezenverzorger dit doen, als er andere en betere we«-en
worden geopendom de hem toevertrouwde panden tot iets beters op te leiden?
Lezer! ik laat het antwoord aan uw beter gevoel over. Geloof mij, de veld
arbeid zal geene schade lijden, als de weezen daaraan worden onttrokken. Er is
overbevolkingen daarvan kunt gij u het best overtuigenals gij des winters
onze dorpen bezoektals wanneer gij meer dan de helft der bevolking den tijd
ziet doorbrengen in niets doen. In den oogstjadan zijn er handen te kort
maar dat duurt gewoonlijk korte dagen, en' die haast ontspruit meest uit mis
trouwen in de Voorzienigheiddaar men vreestals er 4 of 5 dagen regen ge
komen is, geen zonneschijn meer zal doorbreken, zoo noodzakelijk om de rijpe
veldvruchten in de schuren te zamelen.
En ik verzeker ulezers dat luttel aantal weezen in vergelijking der vele
andere arbeiders zal u in uwen arbeid geen hinder doen, al worden ze door eene
betere opleiding daaraan onttrokken. En van eene bepaalde onttrekking is ook
i
