BINNENLANDSCHE BER1CTE1M.
BUITENLAND.
voor moeders spaarpot wensckt. Daarop komt
alles aan en zoolang daarover niet rond en flink
gesproken wordt, kunnen onze kamers zich niet
decisief verklarenkan er geene vastheid in het
bestuur over Indie komen. Zoolang dat niet
is uitgemaaktzullen misschien nog vele kabi
netten, althans ministers, daarover struikelen.
Er moet, zoo zeggen wijmet het ministerieel
blad, gekozen worden tusschen goed en kwaad.
Mogt de redenering van dat blad de profetie
zijn, dat wij aan den vooravond staan van eene
noodige decisie; dat wij niet weder met een
haspel maar thans met een man te doen heb
ben en mogt de nieuwe minister nog een stap
verder gaandan het orgaan wildoor in plaats
van vele vragen te beantwoordenmet daden
te spreken. Aan de toekomst danom over
die daden oordeel te vellen.
1gL-'-'i- __L_-
GOES, 5 September 1S67.
Aanstaanden Donderdag wordt, volgens vo
renstaande kennisgeving, de commissaris des Iro
nings in deze gemeente gewacht. Zijne Excel,
zal Woensdag op reis gaanom de kanaal- en
afdammingswerken te bezigtigenDonderdag
morgen hier de gevangenisde hoogere burger
school enz., in oogenschouw nemen en daarna
audiëntie verleenen aan allendie zijne Excel,
wenschen te spreken.
Gisteren werd hier de verjaardag van Z. Iv. H.
den prins van Oranje gevierd door vlaggen uit
steken enz. Van de gewone wijze kon geene
sprake zijn daar de zwakke toestand van onzen
kerktoren het gebruik van het klokkenspel ver
biedt, zoodat die liefelijke toonen in het feest
gezang moesten ontbreken.
Aan 's rijks kweekschool voor militaire ge
neeskundigen te Utrecht, is de cursus 1867/68
geopend. Slechts 18 nieuwe kweekelingen zijn
van de 60 jongeliedendie het examen bijwoon
den toegelaten.
'Blijkens berigten uit Zierikzee is de rust daar
niet meer verstoord gewordensedert de raad
bepaald heeft, dat, indien geene onverhoopte
omstandigheden dit verhinderende kermis in
October zal plaats hebben.
De minister van b'lmenlandsche zaken, heeft
goedgevonden het verbod tot houden van mark
ten en openbare verkoopingen van rundvee op
te heffen voor de provincie Zeeland met ingang
van den 9 September 1867.
Men berigt ons, dat de persoon J. V., te
Cortgenezich gisteren voormiddag door op
hanging van het leven heeft beroofd. Nog kort
voor de daad is hij op straat gezien en was
het lijk bij de ontdekking nog niet koud. Hij
was een 47jarige weduwnaar met 3 kinderen.
De oorzaak schrijft men aan overdreven karig
heid toe, dewijl hij als gegoed arbeider bekend is.
Men leest in het Leidsche Dagblad: Wat
hebben we ons in het vorig jaar en nog on
langs tijdens de Luxemburgsche quaestie niet
bang gemaakt voor Pruissen Zwaartillende
zielen en onheilsprofeten zagen in hunne ver
beelding de strijders van Sadowa al met hunne
achterladers over onze grenzen stappen, om,
in naam van den koning bij de gratie Gods,
Nederland genadiglijk uit barmhartigheid te
annexeren. Hoe hebben we Wilhelm I en von
Bismarck toch zou kunnen verdenken Want
we hebben het glad mis gehad. Ziedaar een
van de zegeningen die de Evangelische Alliantie
over ons land gebragt heeftdat zij ons na
melijk die dwaze Pruissenvrees uit het hoofd
heeft gepraat, zoodat wij weer zachtkens kun
nen indommeleu. Leest het maar in de Haarl.
Cour. van den 26stenVolgens de ondubel-
zinnige mededeelingen van de meestbevoegde
pruissiscbe leden der Alliantieheeft noch de
eerbiedwaardige vorst van dat land noch zijne
regering, noch ook over het algemeen de volks
vertegenwoordiging in Pruissen ooit in ernst
gedacht aan eene inlijving van Nederland in
den magtigen nabuurstaat; en de onverbloemde
verklaringen dezer zijds van levendige op prijs
stelling der nederlandsche onafhankelijkheid
zijn door de duitsche stamgenooten met inge
nomenheid en welgevallen aangehoord."
Voor de verkiezing van een lid der tweede
kamer in Drentheworden reeds vier'kandida
ten genoemd. Onder dezen is de oud-minister
van Bosse, wiens kandidatuur natuurlijk krach
tig zal worden tegengewerktdoor alles wat
ministerieel is zoo dat wij ons eerstdaags ver
wachten mogen op couranten-artikelen waarin
de genoemde staatsman, volgens de gewoonte
der conservatieve partijtoepasselijk wordt ge
hekeld.
In de raadszitting van 28 Augustus te Har-
lingennam de nieuw benoemde burgemeester
de gelegenheid waarom den raadsleden te
verkondigen dat het eigendunkelijk wegblij
ven van sommigen hunner, bij de vorige zitting,
waardoor deze geen voortgang kon hebbendoor
hem niet goed was opgenomen." De schuldigen
beleden één voor ééndat het niet verschijnen
ter vergadering zijn oorzaak had in antipathie
tegen de benoeming van dezen voorzitter. Een
der raadsleden wees op den jeugdigen leeftijd
en de geringe ervaring van den voorzitter, een
ander op het groot aantal respectable en ge
schikte mannen in de gemeentewien de be
trekking beter had gevoegd, een derde verbood
den voorzitter ooit weêr in zulke termen te
spreken tegen raadsleden. De voorzitter had
geen antwoord op dit een en ander.
ArnhCour.)
In de zitting van den gemeenteraad van
Haarlemmermeer van 1 Aug. is eene discussie
gevoerd over het min of meer betamelijke van
het bedrijf van tabakrookenhetzij door het
publiek in het raadhuishetzij door de leden
van den raad, gedurende de zittingen. De voor
zitter heeft den lede» onder 'toog gebragt,
dat wanneer men iemand verbiedt te rooken,
men moet beginnen zelf het rooken na te laten.
Inmiddels is een verordening vastgestelddie
niet inhoudt dat den raadsleden het rooken
verboden zal zijn.
De redactie van de Volksvriendhet maandblad
van de Nederlandsche Vereeniqing tot afschaffing
van sterken drankheeft van het September
nummer een feestnummer gemaakt, ter herin
nering aan het 25jarig bestaan van genoemde
vereeniging, hetwelk den 17 September e. k.,
te Haarlembij gelegenheid der jaarlijksche
algemeene vergadering, plegtig zal worden
herdacht.
Wij waren dezer dagen, zoo schrijft de Arnh.
Cour. in de gelegenheidmen werktuig te zien, dat
teregt grooten opgang gemaakt heeft op de
Parijssche tentoonstelling. Wij bedoelden de
laatste uitvinding, om op kunstmatige wijze
ijs te maken. Door een eenvoudige toestel, door
elke dienstbode te hanterenverkrijgt men
zonder behulp van zouten of eenig prseparaat,
in den tijd van twee minuten, zuiver en dik
ijs. Dit werktuig is dezer dagen naar het
Loo gezonden, ten einde het door den koning
te doen bezigtigen; thans is de heer Becker,
die daarmede naar het Loo réisdein het hotel
Bast gelogeerd en zal het publiek gaarne toe
laten, om het van de werking dezer machine
getuige te doen zijn, Die werking is inder
daad verrassend en overtreft verre die van de
bekende ijs-machines, waarmede hij ook eenige
zeer goed geslaagde proeven, in tegenwoordig
heid van verscheidene bezoekers deed.
Uit Sas-van-Gent wordt geschrevendat de
gemeenteraad aldaar een besluit genomen heeft
omtrent de kermis, die gewoonlijk van 8 tot
16 September aldaar gehouden wordt. De voor
zitter deelde mede, dat van den commissaris
des konings in de provincie een gewigtig schrij
ven ontvangen was, betrekkelijk de thans heer-
schende ziekte, en de raad besloot met gesloten
deuren daarover te beraadslagen. De uitslag
daarvan is geweestdat de herbergen vrij ge-
heele nachten door tappen mogen van 7 tot 16
dezer, maar dat kramers, spellen, liedjeszangers,
enz.zullen worden geweerd. Het schijnt dus,
dat men te Sas-van-Gent uitsluitend jenever-
kermis zal houden.
De gemeenteraad van Aiust-rdam heeft met
22 tegen 13 stemmen beslotenom de kermis
uittestellentot de openbare gezondheidstoe
stand in het land beter zal zijn dan die thans
is. Vooraf reeds was met 18 tegen 17 stem
men bepaald, dat de kermis in geen geval thans
zou gehouden worden.
De heer Dumontapothekerverhaalt in het
Journal de Mèdecine van Brusseleen geval
dat wel verdient gemeld te wórden. Den 21
Junij werd hemin afwezigheid van den docter,
een kind aangebodendatvolgens het zeggen
der moedersedert twee uren de hevigste pijnen
leed en jammerlijke kreten deed hooren. Hij
dacht aan geene vergiftigingdoch op de lippen
van het kind bemerkte hij een witachtig schuim
en na onderzoek bevond hijdat het van lood
wit voortkwam. Daarna ontnam de heer Dumont
aan het kind zijne popschrabde deze een deel
van de blozende wangen, onderwierp dit aan
een scheikundig onderzoek en vond er loodzout
in. Door de pop aanhoudend te zoenen, had
het kind dit vergift van hare wangen gelikt
en nu leed het aan een hevig koliek. Spoedig
werden de noodige middelen aangewend en het
kind kon nog gered worden.
Graaf von Bismarck heeft, zoo leest men
in het tijdschrift Daheim, op zijne reizen door
Koerland en van graaf Kayserlingkzijnen aka-
demievriendeenige lettische (Lijflandscke)
woorden en spreekwoorden geleerd en met deze
eens twee dames een niet geringen schrik ver
oorzaakt. Te Frankfort a/M nl. zat hij aan de
table d'hóte tegenover twee jonge damesdie
zeer levendig en ongedwongen in gesprek wa
ren. Aanhoudend lachten zijhare dischge-
nooten waren blijkbaar het voorwerp harer
spotternij en uit menig kenteeken bleek het den
ervaren diplomaat dat inzonderheid hij aan de
jeugdige snapters veel stof tot aanmerking gaf.
Hij verstond zooveel van hetgeen zij spraken,
dat hij wist dat zij zich van de lettische taal
bedienden. De dames hielden het natuurlijk
voor zeker, in zulk een barbaarschen tongval
door niemand verstaan te wordenen lieten dus
al meer en meer de teugels van haren humor
los. Intusschen had von Bismark aan een vriend,
die naast hem zat, in het oor gefluisterd:
»Als gij eenige vreemde woorden van mij
hoortgeef mij dan een sleutel." Bij het
dessert werden de jeugdige snapsters nog
meer uitgelaten, en plotseling hoorden zij tot
haren grooten schrik dat haar vis-a-vis kalm
tot zijnen buurmanzeide Dohdmantoazlek.1'
(geef mij den sleutel). Hij kreeg den sleutel,
doch de dames vlogen verward van hare stoelen op
en wisten niet hoe schielijk zij de zaal zouden
verlaten. De vier lettische woorden hadden
haar verjaagd.
Benoomingen..
Tot surnumerair bij het vak der posteryen is o. a.
benoemd de heer J. I). L. M. Bekaar, wonende te
Goes.
Den 28sten zijn met zeer veel plegtig-
heid de insignien van de kroon van Bohemen,
die tijdens den oorlog met Pruissen naar Wee-
nen in veiligheid waren gebragt, weder naar
Praag teruggevoerd. Ten zes ure des avonds
begaven zich de leden der commissie van den
Boheemschen landdag en de koninklijke com
missaris naar het keizerlijk paleis om de in
signien uit de handen van den schatbewaarder
en den kamerheer ceremoniemeester te ontvan
gen. Nadat proces-verbaal van de o vergif te
was opgemaakt, werden zij in eene metalen kist
geslotendie geplaatst werd in een kofrijtuig
dat door zes witte paarden met goud getoomd,
werd getrokken. In het rijtuig namen twee
leden van den Boheemschen landdag plaats, rijk
gekleede lakijen liepen naast de portieren. In
het volgend rijtuig was prins Auersperg de