J86?. 56.
DINGSDAG 23 JULIJ.
54ste Jaargang.
GEMEENTE-RAAD te GOES,
GOESSCHE C0I1IANT.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag en
Donderdag avond, uitgezonderd op feestdagen-
Prijs per kwartaal f 1,55. fr. p. p. ƒ1,90.
Gewone advertentie» worden a 15 et. de regel geplaats
Geboorte-, huwelijks- en doodberigten van 1-6 regels
a 1,20, behalve het zegelregt.
De inzending ran advertentiën kan geschieden tot róór drie uren des namiddags op den dag der uitgave.
OPENBARE VERGADERING
VAN DEN
TEN RAADHUIZE ALDAAR,
OP DONDERDAG DEN 25 JULI) 1867
DES AVONDS TEN 7 URE.
Punten van Behandeling
1. Mededeeling van ingekomen stukken.
2. Verordening op de huizen van ontucht.
3. Benoeming leeraar hoogere burgerschool.
4. Rapport omtrent den kerktoren.
5. Belegging inkoopgeld voor het gasthuis.
6. Rekening van het gasthuis over 1866.
7. Rapport rekening comm. (Economische spijsuit-
deeling.
8. Benoeming raadsleden en onderzoek der geloofs
brieven van den heer A. Nortier Pz.
9. Verzoek autorisatie burgerlijk armbestuur om
voorloopig te beschikken over fondsente bren
gen op 1868.
Eeltencimaking.
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN GOES,
verwittigen bij deze de belanghebbenden
Dat de gewone JAAKMARKT binnen
deze gemeente zal worden ingeluid op Zaturdag den
17 Augustus 1867 en beginnen op Dingsdag den 20
daaraanvolgende en eindigen op Dingsdag aen 3 Sep
tember daarna.
Dat op dezelve geen Kwakzalvers, Horoscooptrekkers
en dergelijke toegelaten en alle Draaiborden, Dobbel
spelen, Rijfelaars en Bedelaars geweerd zullen worden.
Dat de aanvragen om plaatsen, vóór den hierboven
bedoelden aanvang der jaarmarktvrachtvrij en met
opgave der benoodigde breedte in de Nederlandsche
ellemaatzullen moeten geschieden aan de markt
meesters aan welke een iederalvorens te kunnen
worden toegelaten, deszelfs patent zal moeten vertoonen.
Voorts, dat er geene nadagen zullen worden toegestaan.
Gedaan ten raadhuize van Goes, den 20 Julij 1867.
Burgemeester en wethouders voornoemd
M. P. BLAAUBEEN.
De Secretaris,
H. C. PILAAR.
OPHOEPIKTCi.
Ter uitvoering van het door den raad der gemeente
Goes, bij besluit van den 11 April 1853 gearresteerd
plan van verevening en vernietiging der OBLIGA-
TIEN der gevestigde schuld ten laste dezer gemeente,
't welk in de Goessclie Courant van 2 Junij 1853 is
opgenomenworden door burgemeester en wethouders
van dezelfde gemeente, de houders der voorzeide obli-
gatien uitgenoodigdom in de maanden Augustus en
September dezes jaars aan den burgemeester schrif
telijk aangifte te doen van de obligatien met opgave
van dagteekeningnommer en bedrag van het kapitaal,
welke zij genegen zullen zijn in den loop dezes jaars,
tegen contante betaling van 30 pCt. van de obligatien
wegens achterstallige intrestloopende ad. 1 pCt.
welke voluit betaald wordt en die vóór alle anderen
zullen afgelost wordenen van de overige obliga
tien (waarvan de intrest met 1/3 betaald wordt), die
uitgegeven ten intresse van 2 pCt. met 20 ten honderd;
die ten intresse van 2 'A met 25 ten honderddie
ten intresse van 3 pCt.met 30 ten honderd; die
ten intresse van 3'A pCt. met 35 ten honderd; die
ten intresse a 4 pCt, met 40 ten honderd, en aan
betaling van den intrest tot het einde van dat jaar,
uit de gemeente-kas te doen aflossen, en welke alsdan
in de aflossing of uitloting ter aflossing zullen worden
begrepen.
De biljetten van aangifte zijn gratis verkrijgbaar
ter secretarie der gemeente.
Zullende deze advertentie worden geplaatst in de
Staats- Middelburgsche en Goessclie Couranten.
Gedaan ten raadhuize van Goes, den 20 Julij 1867.
Burgemeester en wethouders van Goes
M. P. BLAAUBEEN.
De secretaris
H. C. PILAAR.
Boltoixdmaliing.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES
maken bekend, dat, naar aanleiding der gehouden
examens, op de Hoogere Burgerschool alhier zijn
bevorderd
Yan het 1ste tot het 2de studiejaar
1. J. Schraver.
2. J. A. van Heel.
3. K. A. van Boven.
4. F. M. A. Mesch.
5. F. van Campen.
6. C. A. J. van Citters.
7D. Ér. Krol van der Hoek. 16. A. TV. Broes van Dort.
10. C. D. D. v. d. Bussche.
11. O. Verhagen.
12. 8. J. J. Houwer.
13. J. Mulder.
14. N. L. F. van Slijpe.
15. B. van KalmtAout.
8. IV. Temper man.
9. P. de Backer.
17. J. de Jongh.
18 H. AP. S. Piccardt.
Yan het 2de tot het 3de studiejaar.
1. F. E. H. Liebert.
2. M. Noorddijke.
3. P. J. Houwer.
4. S. de Meulemeester
6. P. J. Breker.
De beide laatste voorwaar
delijk.
Van het 3de tot het 4de studiejaar.'
1. TV. C. van Campen.
2. J. C. van der Meer Molir.
3. A. J. F. Kooman.
Als toehoorderP.
4. I. J. A. van Geen.
5. J. de Ridder.
TT. Roggenkamp,
Yan het 4de tot het 5de studiejaar.
1. J. de Korne. 2. L. M. van Campen.
Als toehoorders
1. K. Broes van Dort. 3. J. D. J. M. Bekaar.
'2. TV. F. Victor.
Terwijl als leerlingen zijn toegelaten:
Op de Hoogere Burgerschool, tot het 1ste studiejaar;
S. Dekker. H. K. J. van den Bussche.
A. J.gfgan Citters. L. E. A. Liebert.
J. H. Overman. J. A. de Heer.
G. Overman. I. C. J. Massee.
Tot het 2de studiejaar; G. H. Kakebeeke.
Op de Burger-avondschool, tot het 1ste studiejaar:
J. Broes van Dort. B. J. Elsman.
J. de TVolff. J. de Jonge Wz.
TV. den Boer. G. van Riet.
D. A. Swart.
Gedaan te Goes, den 22 Julij 1867.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
M. P. BLAAUBEEN.
De Secretaris
H. C. P I L A A R.
De nieuwe minister van koloniën is gevon
den en het model-kabinet is weder voltallig,
waarschijnlijk wel voor eenige maanden want
als de kamers niet meer bijeenkomen vóór de
nieuwe zitting van September, zit het vast,
om de eenvoudige redendat men dood stil
zittende zelden omvalt. Maar al verkoos de
kamer ook nog eens vóór dien tijd te verga
deren, dan vordert de beleefdheid, dat men
den nieuwen titularis tijd gunneom zijne
huishouding in orde te makenen het eenige
wat men verwachten kanis een programma
zoo iets dat men op ééne lijn stelt met een
wassen neus.
Met het altijd bedachtzame Dagblad meenen
wij de keuze niet te mogen beoordeelen en
eene afwachtende houding te moeten bewaren,
maar daarom is het ons te meer welkomdat
het altijd wel onderrigte ministerieel orgaan
ons eene physiologie geeft van de nieuwe spe
cialiteit, en wel in zoodanige mededeelingen, dat
de natie alle reden heeft, om zich, zij het
onder kleine reserven, geluk te wenschen.
Met bijzondere belangstelling vernemen wij al
aanstonds, dat de heer Hasselman op 21 October
1815 te Nederhemert werd geboren, en dat dus
deTielsche burgemeester (zonderlinge speling van
het noodlot) juist op den dag, waarop de Tiel-
sche kermis een aanvang neemt, het levens
licht zag. Behalve deze inlichting omtrent
geboorteplaats en verjaardag, wordt ons ook
naauwkeurig opgegevenwelke betrekkingen
de nieuwe Excellentie vervuldeen zelfs is het
ons vergund te weten, in welke maanden des
jaars hij die, in onderscheidene jaren heeft aan
vaard. Bij de lange opsomming van al dit hoogst
gewigtige nieuwsgeeft het Dagblad eene korte
aanwijzing van de hoedanighedendie (zeker
naar men zegt) de heer Hasselman daarbij ten
toon spreidde. Maar gewigtigeris, voor dekennis
van den persoonwat wij verder lezendat des
heeren Hasselmans hartook sedert hij in 1854
gepensioneerd werd, warm voor Java bleef
kloppen. In dat warme en kloppende hart
ligt zeker een krachtige waarborg voor de ver
wachtingen van Nederland en Indie, terwijl
wij, niet zonder dankbaarheid, vernemen, dat
de nieuwe minister een ijveraar is voor ont
wikkeling van den landbouwdoor besproeijing
en bemesting.
Maar of dit alles niet genoeg ware, de warme
voorstander van het cultuurstelsel heeft ge
schriften uitgegeven, die eenen goeden conser
vatieven geest ademen (hier zou het Dagblad
bijna laten denken dat er ook een kwade dito
bestaat.) Uit die geschriften worden eenige
citaten geleverd die den minister moeten ka
rakteriseren. En waarlijk dan begint ons hart
ook warm voor dezen nieuwen titularis te klop
pen als wij lezendat hij den strijd over het
kultuurstelsel alleen aan misvatting en onbe
kendheid toeschrijftwaarbij niet onduidelijk
doorschemertdat mannen als hij, die met de
wording en werking der zaken van nabij be
kend zijn, slechts moeten geroepen worden, om
te bewijzen dat de zaak zoo moeijelijk niet is.
Uit des heeren Hasselmans geschriften en be
paaldelijk uit de aangevoerde citaten blijkt al
verderdat hij het cultuurstelsel behouden wil
tot de Javaansche bevolking mondig is, omdat