VRIJDAG 28 JUNIJ.
18(57. V. 49.
i8te Jaargang.
OPENBARE VERPACHTING.
WEEZEN-VERZORGIIU&.
««4M
h <S?2r
G&.v*
GOESSIIHE COURANT.
Ite uitgave dezer Courant geschiedt Maandag en
Donderdag avond, uitgezonderd op feestdagen.
I'r||s per kwartaal 1.Ï5. fr. p. p. ƒ1,90.
Gewone advertentiCn worden n 15 et. «ie regel geplaatst,
Geboorte-, huwelijks- en doodberigten van 1-6 regels
a ƒ1,30, behalve het zegelregt.
De inzending ran adrerlenltën kan geschieden tot vóór drie uren des namiddags op den dag der uitgaee.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES,
zullen op Katurdag den 13 .luiij eerstkomende,
des namiddags ten EEN URE ten raadhuize dezer
gemeente, publiek en aan de meestbiedenden, eerst
in perceelen en daarna in massa, trachten te ver
pachten, voor den tijd van DRIE JAREN, ingaande
den eersten Januarij 1868 en te eindigen den
laatsten December 18 70;
de perceelen hoveniering liggende aan den Oost-
havendijk bij de Meestoof de Zon bekend in sectie
B dezer gemeentete weten
No. 238 groot 18 Koed. 6© El.
239 83 ÏO
250 5 30
Zaïnen 11 Roeden.
op de voorwaarden vastgesteld op hedenwelke tot
den dag der verpachting ter gemeente-secretarie zullen
ter lezing liggen.
Gedaan ten raadhuize van Goes den 24 Junij 1867.
Burgemeester en wethouders voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
De Secretaris
H. C. PILAAR.
Hoe langer de tweede kamer discussieert over
•de wet, die een zoo groot belang voor Indie
regelen moet, hoe meer het blijkt, dat niet
de welgegronde overtuiging van de vertegen
woordigers over de zaak beslistmaar dat het
meerendeel slechts de Indische specialiteiten
volgt en wel bepaald die, tot wier politieke
partij zij zeggen te behooren. Wij gelooven
dat men aan velen hunne lange redevoeringen
gaarne schenken zou, waardoor de debatten
noodeloos worden verlengdde verwarring soms
grenzenloos wordt en die toch eigenlijk niets
inhouden dan breedsprakige en vervelende vari-
atie's, op de thema's door deskundigen aangege
ven. Mogten de leden wat minder praatlustig
zijn, er zou meer tot stand gebragt wordenen
daardoor zou menige hatelijkheid ook achter
blijven, die misschien zeer gewenscht is, om
iets piquants in het langdurig debat te men gen
maar die aan de zaak bepaald schade doet.
Wij zouden die ledendie hunnemisschien
met veel inspanning en doorsnuffelen van boe
ken zamengestelde redevoeringengaarne aan
den man willen brengenvan harte gunnen
dat zij ze op het bureau van den voorzitter
mogten deponeren, dat ze vervolgens in het
Bijblad werden gedrukt en dat alzoo aan de
stellers gelegenheid gegeven werd, om met inner
lijk vergenoegen, hunnen kostelijken arbeid
nog eens in drukletters te herlezen. Bij de
ervaring, dat de meeste van die redevoerin
gen geen den minsten invloed hebben op de
overtuiging en stemming der kamer, kon
den ze toch best wat later komen, en aan de
vaders werd het meest beoogde genot niet ont-
onthouden. Wij vreezen evenweldat ons denk
beeld vooreerst weinig ingang vinden zalal
zien wij met genoegendat in dit debat velen
zich wijselijk van spreken onthouden, zoodat
men gerust de sprekers in twee klassen ver-
deelen kan, die der specialiteiten in Indische
zaken, die niet zwijgen mogen, en die der spe
cialiteiten in pratendie niet zwijgen kunnen.
Maar meer nog treft de opmerking, die zeker
velen met ons makendat bij elke stemming
blijkt, hoe de persoonlijke consideratien som
mige stemmen leidenzoodat men gerust kan
aannemen, dat sommige ontkennen of toe
stemmen, wat zij in tegenovergestelden zin
zouden doenindien het door andere personen
werd voorgesteld. Intusschen wordt daardoor
het overwegend gewigt in de schaal gelegd,
en men mag de conclusie makendat het li
beraal koloniaal element in de kamer predo
mineert ofschoon sommige stemmingenom
de aangegeven reden in anderen zin uitvallen.
De conciliante politiek maakt gelukkig ook
geene groote vorderingen en haar patroon schijnt
zelf te begrijpendat zij geene schitterende
toekomst heeftalthans hij zet zijn werk maar-
half voort. Dat behoort dan ook tot de
lichtpunten van het debatdat men zich meer
van halve maatregelen afkeerig toont. De
Indische maatschappij zal wel met weinig in
genomenheid van deze discussien kennisnemen,
doch het is te hopendat de wet ten slotte
leiden zal, om haar met deze te conciliëren.
Naar onze meening, moet toch niet op den
voorgrond staan, hoe men hier de uiteenloo-
pende gevoelens töt eenheid brengen zalmaar
wel wat er, zij het ook met opoffering van
eigen inzigten, in het belang van Indie, en
dus ook in dat van Nederland, moet gedaan
worden. Het geven en nemen hier, om eene meer
derheid te krijgen voor de wetten hier uitge
dacht zou wel eens aanleiding kunnen worden
dat Indie er aan dachtom te nemen wat men
niet wil geven.
BINSSIEIMLANDSCHE BERIGTEIM.
GOES 27 Junij 1867.
In de zitting der tweede kamer van Dingsdag -
is uitsluitend gehandeld over de art. 5 7
der Indische gronden-wet. Nadat een amen
dement van den heer Pijnappel op art. 5 met
43 tegen 13 stemmen verworpen was, is be
sloten eerst over art. 7 te handelen. Daar op
zijn drie amendementen voorgedragen en wel
door de heeren W. van Golstein, Wintgens en
Fransen van de Putte. De discussie daarover
heeft de geheele zitting ingenomen en de be
slissing is uitgesteld tot den volgenden dag.
In de zitting van Woensdag is het debat over
de amendementen voortgezet en vooral over dat
van den heer v. dPuttewaarbij alleen vreemde
Oosterlingen worden uitgesloten van het in erf
pacht krijgen van grondenhevig door den
minister bestredendie ten slotte verklaarde
datals het amendement aangenomen werd
hij de schorsing vragen zou der discussien. Het
amendement is ten slotte aangenomen met 59
tegen 4 stemmen.
Gelijk ik aan het slot, in de vorige Courant, mededeelde, zal ik
1° aangeven de wijze waarpp men gewoon is het kindals het
wees geworden is, te behandelen.
Wie met mij de nieuws- of aanplakborden in vele dorpen met nieuw
jaar bezoekt, zal dan gewoonlijkonder de vele verkoop- en verpacht
aankondigingen ook dikwijls een strookje papier vinden aangespijkerd
met het preludiumbesteding" dan volgtArmmeesters der gemeente
L. zullen den in de maand J. trachten aantebesteden de na
volgende personenJan B. oud 5 jaren Grietje K. oud 9 jaren enz.
en dan volgt als postludium: »zegt het voort."
Ziedaar de publieke afkondiging eener verkooping van menschen,
van ouderlooze arme kinderenvan eene wijze waarop armvaders zich
moeten ontdoen van die ongelukkige wezenswelke verstoken zijn den
zoeten vader- of moedernaam meer te kunnen noemenen die aan
hunne zorgen zijn toevertrouwd. Lezerswordt uw hart niet pijnlijk
getroffenbij het lezen dier vele namenwier ouders uwe dorpge-
nooten uwe buren, uwe nabestaanden waren? Onbemiddeldenop het
platteland en wier huwelijk met kinderen is gezegendontspringt geen
traan uw oogbij de gedachteals de dood u onverwacht wegrukte,
dat deze bloedlijst weldra met de namen uwer lievelingen staat ver
meerderd te worden En gijdie u moogt verheugen met rijkdom
men gezegend te zijnzou het u niet kunnen aansporen een gedeelte
van uw goud aftestaanom daardoor te helpen wakendat deze
slaven-verkoopingen worden afgeschaft? De dag der besteding is daar
en armvadersmet hunne weezen zijn in het parochiehuis verschenen,
om het oogenblik zich ten nutte te maken Kees B. en Grietje L.
aan den man te brengen. En hoe armoedig onze armen daar ook
gekleed staan, hoe gedrochtelijk klein ze ook zijn opgegroeid, hoe
ongekamdhoe de zuiverings methode aan hunne klierachtige hoofden
en overige ligohaamsdeelen ook is veronachtzaamd, hoe ze ook te
worstelen hebben met voor ons onbekende ontberingen, toch worden
ze door de kooplustige weezen-opvoeders aangenomen, niet uit zucht
een vader en moeder in de volle beteekenis te worden, maar om de
40 of meerdere guldens, die armvaders voor hun weesje betalen en
om het arme kind prodcutief in de schamele huishouding te dóen worden.
En sla nu eens een blik op dien man en die vrouw daar, die zich
als pleegouders voor die kinderen hebben opgeworpenvraag eens wie
ze zijnen wie zich met de opvoeding dier ongelukkige weezen zullen