180?. N". 38.
DINGSDAG 14 MEI.
548te Jaargang.
HET DAGBLADEN-BUREAU VAN W. H. SMITH ZN, TE LONDEN.
g€C««
G0ESS0IÏE COIIBANT.
i>e uitgave dezer Courant geschiedt Maandag en
Donderdag avonduitgezonderd op feestdagen
Prijs per kwartaal 1,95. fr. p. p. ƒ1,90.
Gewone advertentiën worden u 15 et. de regel geplaatst»
Geboorte-, huwelijks- en doodberigten van 1-0 regels
a ƒ1,30, behalve het zegelregt.
1ie inzending ran adrerlentiën kan geschieden lot róór drie uren des namiddags op den dag der uitgare.
Ofschoon uit alle landen de stem opgaatdie
■den vrede wenschten de uitzigten op besten
diging daarvanminst genomenniet donkerder
worden, schijnt men er toch behagen in te
scheppen, om de vrees voor een naderenden
oorlog levendig te houden. Indien men het
beschouwen moet als eene poging, om allen
wakker te doen blijven en op alle mogelijke
gebeurtenissen voorbereid, dan is het goed,
dat men tegen te ligtvaardig vertrouwen op
beloften en traktaten en op de rust van het
oogenblik waarschuwe. Maar het schijnt wel
dat andere inzigten en bijzondere belangen de
pennen besturen van hen die gretig ontrus-
tende geruchten verspreiden en de vrees kunst
matig levendig houden. Wij twijfelen, of het
de ware voorstanders zijn van de belangen der
volken en betreuren het, dat men dezen zoo
voortdurend in den weg staat, door het uiten
van vermoedensdie geen anderen grond heb
ben dan in het brein van hendie ze onder
de menigte verspreiden. Wij hebben geleerd,
dat conferentie's en hare besluiten geen duur-
zamen waarborg aanbieden, maar de loop der
zaken, in de laatste weken, getuigt er voor,
dat wij meer reden hebbenom te gelooven
dat de mogenheden den oorlog niet willen
dan om le duchten, dat zij, onder den schijn
van vredelievende gezindheden, nieuwe oorlogs
rampen voorbereiden. Mei?neme vervolgens in
aanmerkinghoe de dagbladenin onderschei
dene landenin hunne berigten onophoudelijk
afwisselenterwijl het toch niet te denken is
dat de Europesche kabinetten even dikwijls van
plan en inzigt veranderen; eene afwisseling,
die op zich zelve reeds voldoende isom den
opmerkzamen te- doen twijfelen aan de zuiver
heid der bronnen, waaruit die berigten vloeijen.
Blijft men zoodoende aan de agitatie voedsel
gevendan zal men zich maar moegelijk her
stellen kunnen van de schokken, die in het
vorige jaar zooveel schade hebben toegebragt.
Zoekt men die daarentegen te bedaren, en
tracht men het vertrouwen te herstellenzon
der daarom tot zorgeloosheid aanleiding te ge
ven dan zou niet alleen menig kwaad kunnen
vergoed wordenmaar het vernieuwde leven
dat zich op elk gebied openbaren zou, maakte
zeker de wensch naar voortdurende rust des te
krachtiger en zou misschien terughouden van
die stappen, die, door eer- en heerschzucht
gedaande volken zoo duur te staan komen.
Wenschelijk achten wij het daarom, dat men
niet eindeloos voortga, om, ondanks de feiten
van den dag, altijd te ontrustendoor te wij
zen op hetgeen zou kunnen gebeuren. Allen
zijn van de Luxemburgsche kwestie verzadigd
en velen zullen met ons geloovendatzoo
Pruissen of Frankrijk werkelijk bedoeldenom
de hand daar naar uittestrekkenzij zulke lange
preliminairen niet maken zouden, en dat juist
deze ons de hoop gevendat zij vredelievender
zijndan men hen afschildert.
Nog altijd spreekt men er van, dat er wer
kelijk voornemen zou bestaan bij het ministerie,
niet alleen om twee ministers voor eeredienst
te benoemenmaar ook om een dito voor open
bare werken in de maak te doen. 'tls echter
niet duidelijk wat voor een en ander de regte
beweeggrond is. Noodzakelijkheid is moeijelijk
voor te wenden daar nu reeds zoo vele jaren
de zaken gemarcheerd hebben zonder deze titu
larissen, en deze ministers, specialiteiten als ze
zijn zullen toch wel te naijverig zijn om stil
zwijgend te erkennen, dat zij niet kunnen wat
hunne voorgangers hebben gedaan. Als maat
regel van bezuiniging kunnen wij het ook niet
verwachtendaar de zoo uitgeputte schatkist
eer vermindering dan vermeerdering van zulke
hooge ambtenaren eischt; immers indien
wij ons houden aan de voorstellingen van onzen
finantie-minister. Het zal dus moeten strekken,
om den luister van dit kabinet te verhoogen,
door er nog eenige soortgelijke specialiteiten
aan toe te voegen; een luister die zeker schit
terend zijn zalmaar ongelukkig het goede
volk wat veel geld zal kosten. Mogt het ge
rucht waarheid zijn, dan zal het te bezien staan
of de kamers weder even gedwee zullen zijn,
om maar goed te keuren en ook dien last op
te leggen. De conservatieve partij zou zich
dan kunnen beroemen, dat nooit een ministerie
onze finantieele krachten lager stelde en er te
gelijk meer van vergde dan dat hetwelk op
trad om onze finantien te verbeteren!
Een der opmerkelijkste feiten van het oogen
blik is, dat de heer Mijer, lang gewenscht en
hoog geroemd gouverneur-generaal van Ned.
Indie, bijna in ongenade gevallen is bij de con
servatieve partij. Bijna zeggen wij, want men
hoopt nogdat de berigten zullen gelogenstraft
worden, die aanleiding geven tot het ongunstig
oordeel. Dat is wel niet te denkennu het
ministerieel orgaan reeds zoo uitvoerig verklaart,
dat de gansche conservatieve partij door Pieter
Mijer schijnt gefopt te zijn iets dat zeker
nog al verwondering baren moet, als men zich
herinnert hoe die partij steeds aan hare eigene
onfeilbaarheid geloofde maar het zou toch
kunnen zijn, dat men den vromen gouverneur
te hard beoordeelde. Particuliere berigten uit
Indie zeggendat men daar verwonderd was
over de houding van den gouverneur-generaal,
die de vaan der orthodoxie daar heeft opgesto
ken en zich als een streng confessioneel voor
doet, en van iemand van die rigting zou het
natuurlijk niet te wachten zijn dat hij zijne
partij foptedat hij ongelijk aan zich zeiven
was, dat hij zich anders voordeed, dan hij was,
dat hij slechts den behoudsman zou hebben
gespeeld, om tot den Indischen troon te geraken!
Wij mogen datondanks alle ondervindingen niet
gelooven en zouden bijna er toe komen,om te den
ken, dat wij hier weder te doen hadden met eene
Feuilleton.
(Slot.)
En wat is deze couranten-beurs nu
De grootste inrigting van dien aard en als zoodanig eenig in de wereld. Toen
ik 's morgens ten 5 ure het huis naderde, had ikzooals reeds opgemerkt is,
moeitemij tusschen de menigte van vier- en tweewielige wagenskarren en
sledendie voor den ingang opgehoopt wareneen weg te banen. Bij het
binnentreden ziet men regts en links van eenen breeden gang, aan beide zijden
hooge ramen, waarachter een menigte bedienden ijverig zaten te werken en de
reusachtige kantoorboeken van de fima met cijfers optevullen; men gaat den
portier voorbijdie ons met eene buiging begroette en zeer goed weetniet
tegenstaande den steeds afwisselenden vloed van bedienden, knechts, kruijers
voerliedenbedienden van dagblad-uitgevers enz.wie hier al of niet wezen
moet. Wjj treden nuaan het einde van den hoofdgang gekomenin eene
zeer ruime hooge zaal met een galerij voorzien. Welk een gegons en gedreun
welk een gevouw en toeslaan van massa's bedrukt papier, geratel van machi
nes geroep en geschreeuwwelk een chaos van allerlei verschillende klanken
en dat in deze vroege morgenuren, terwijl geheel Londen nog in diepen slaap
ligt? Men ziet er tafels, eigenlijk werkbanken, van zulk een lengteen breedte
als men ze zelden ontmoetdieslechts glad geschaafd door den timmerman
geleverd, in korten tijd door het behandelen van het papier, het pakken en
en vouwen, door het schuiven en wentelen der balen er weldra als gepolijst
uitzien. De firma W. H. Smith Zoon voorziet geheel Engeland van de
Londensche dagbladen en de geheele beschaafde en ook wel onbeschaafde wereld
met die van heel Engeland. Achter de pilaren, die de galerij dragen, zien
wij eene menige kleine kamertjes, die ieder hunne bestemming hebben: het
eene is ingerigt voor de verzending naar Indië, het andere voor de couranten
en pakken die „via Marseille" verzonden worden, weder anderen voor West-
Indië, voor Australië, voor Canada, voor de Vereenigde Staten, voor de post
via België, Frankrijk, enz. enz. Het is enorm wat van hier dagelijks verzon
den wordt: geheele karvrachten van dagbladen of tijdschriften komen van de
Verschillende uitgevers ongevouwendirect van de persaanen zij worden
daar in een ommezien gevouwen, met stroken voorzien, geadresseerd en gaan
weder naar post of spoor, om met de vroegtreinen naar alle windstreken in
de wijde wereld verspreid te worden.
Denkt gij, Lezer, dat die 600 man, welke allen in dit huis te Londen
steeds werkzaam zijn, hun tijd met vouwen en adressen schrijven doorbrengen?
In 't geheel niet! Zeven met stoom gedrevene vouwmachines, tot den ge-