VRIJDAG 3 MEI.
ISO1?, !N". 35.
54
Jaargang.
Putolicatio.
HERIJK DER MATEN EN GEWIGTEN.
SCHUTTERIJ.
PUBLICATIE.
stc
Cgfr A h. \4X22*>—
e«c«c*—
GOES80IIE COl'RAIVT.
De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag co
Donderdag avond, uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal f 1,95. fr. p. p. ƒ1,99.
Gewone advertentlSn worden a 15 et. de regel geplaatst.
Geboorte-, huwelijks- en doodberigten van 1-fi regels,
J' l,SObehalve het zegelregt.
De inzending van advertentidn kan geschieden tot vóór drie uren des namiddags op den dag der uitgave
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES,
brengen ter kennis van een ieder die het aangaat:
dat de HERIJK dee NEDERLANDSCHE 'MA
TEN en GEWIGTEN, over den jare 1867, in deze
provincie zal worden aangevangen den 1 55ei
aanstaande en gesloten den 33. .luiij daar
aanvolgende.
Dat tot den herijk binnen deze gemeente, ook spe
ciaal voor 's Heer Hendrikskinderen's Gravenpolder,
Kattendijke c. a., 's Heer Abtskerke c. a., Wolfaartsdijk
en Kloetinge, alsmede voor de overige gemeenten van
dit district van waar men zulks verkiezen zal, zal
worden gevaceerd in liet locaal van den ijk, in de
zoogenaamde Hooge Boomenvan Maandag den 24
Junij tot en met Woensdag den 31 Julij eerstko
mende, des voormiddags van 8 tot 12 ure en des ua-
middags van 3 tot 5 ure, dagelijks, zon- en feest
dagen uitgezonderd.
Dat wat de gemeenten ten platten lande betreft zal
worden gevaceerd als volgt:
Te Colijnsplaatook voor Catsop Maandag den
6 Mei van des voormiddags 10 tot 1 ure voor Cats,
en des namiddags van 2 tot 7 ure alsmede op Dings-
dag den 7 Mei des v/m van 8 tot, 12 ure en des
n/ra van 2 tot 7 ure voor Colijnsplaat.
Te tVissenkerke, ook voor Camperland en Geersdijk
op Woensdag den 8 Mei des v/m van 8 tot 12 ure
voor Camperlanden des n/m van 2 tot 6 ure voor
Geersdijk; op Donderdag den 9 Mei en op Vrijdag
den 10 Mei van des v/m 8 tot 12 ure en des n/m
van 2 tot 6 ure voor Wissenkerke.
Te Cortgene, op Zaturdag den 11 Mei van des v/m
8 tot 12 ure en des n/m van 1 tot 5 ure.
Te Fort Bath, op Maandag den 13 Mei des n/m
van 1 tot 5 ure.
Te Krabbendijke, ook voor Waarde en Rilland:
op Dingsdag den 14 Mei des v/ra van 8 tot 12 ure
voor Waarde, en des namiddags van 1 tot 6 ure
voor Rilland; op Woensdag den 15 Mei des v/m van
8 tot 12 ure en des n/m van 1 tot 6 ure alsmede
op Donderdag den 16 Mei des v/m van 8 tot 11 ure
voor Krabbendijke.
Te Kruiningenop Donderdag den 16 Mei des n/m
van 1 tot 6 ure, alsmede op Vrijdag den 17 Mei des
v/m van 8 tot 12 ure en des n/m van 1 tot 6 ure.
Te Kapelle, ook voor Schore, Yerseke en Wemel-
dinge: op Zaturdag den 18 Mei des v/m van 8 tot
1 ure voor Schore en des n/m van 2 tot 7 ure voor
Yerseke en Yersekendamop Maandag den 20 Mei
des v/m van 8 tot 12 ure en des n/m van 2 tot 6
ure voor Wemeldinge; op Dingsdag den 21 Mei des
voormiddags van 8 tot 12 ure en des n/m van 2
tot 6 ure voor Kapelle.
Te Hoedekenakerke, op Woensdag den 22 Mei des
v/m van 8 tot 12 ure en des n/ra van 1 tot 3 ure.
Te Baarland, ook voor Oudelande en Ellewouts-
dijkop Woensdag den 22 Mei des n/m van 5 tot
7 ure, alsmede op Donderdag den 23 Mei des v/m
van 8 tot 10 ure voor Baarlandop Donderdag den
23 Mei des v/m van 10 tot 12 ure voor Oudelande
en des n/m van 2 tot 7 ure voor Ellewoutsdijk.
Te Heinkenssandook voor 's Heer Arendskerke,
Borssele, 's Heerenhoek, Driewegen, Nisseen Ove-
zand: op Vrijdag den 24 Mei des v/m van 8 tot
12 ure en des n/m van 1 tot 6 ure voor 's Heer
Arendskerke.
Op Zaturdag den 25 Mei des v/m van 8 tot 12
ure en des n/m van 1 tot 6 ure voor Heinkenszand.
Op Maandag den 27 Mei des v/ra van 8 tot 12
ure voor Borssele en des n/m van 1 tot 7 ure voor
's Heerenhoek.
Op Dingsdag den 28 Mei des v/m van 8 tot 12
ure voor Driewegendes n/m van 1 tot 3 ure voor
Nisse en des n/m van 3 tot 6 ure voor Ovezand.
Nog wordt aan de belanghebbenden bekend ge
maakt, dat ook de landbouwers verpligt zijn hunne
maten en gewigten te laten herijken, terwijl op de
vervulling dier verpligting streng zal worden gelet,
dat de kleine gewigten voor den goud- en zilver-
handel en de medicinale greinen aan eene jaarlijksche
verificatie zijn onderworpen
dat alle strijkels, van welke maten ook, jaarlijks
herijkt moeten worden en
dat de maten en gewigten behoorlijk schoongemaakt
tot den herijk moeten worden aangeboden.
Moetende ieder zijne maten en gewigten ter her
ijking aanbieden aau den arrondissements-ijker van
het district waarin hij woont.
Gedaan te Goes den 27 April 1867.
Burgemeester en wethouders voornoemd
M. P. BLAAUBEEN.
De secretaris
H. C. PILAAR.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES,
Gezien de wet van den 11 April 1827 (Staats
blad no. 17) betrekkelijk de OPRIGTING van
SCHUTTERIJEN en speciaal de artikels 1, 2, 7,
8 en 9luidende als volgi
„Art. 1. Ieder ingezeten van het rijk, die op den
1 Januarij van elk jaar zijn 25ste jaar zal zijn in
getreden en zijn 34ste niet voleindigd zal hebben,
zal ingevolge de bepalingen dezer wet, daartoe op
geroepen zijndeverpligt wezen de schutterlijke dienst
uitteoefenen.
„Art. 2. Als ingezetenen worden met betrekking
tot de toepassing dezer wet, beschouwd
a. Alle Nederlanders, binnen het rijk hun gewoon
verblijf houdende;
b. Alle vreemdelingen, binnen het rijk woonachtig,
welke hun voornemen, om zich aldaar te vestigen,
zullen hebben aan den dag gelegd, hetzij door
eene uitdrukkelijke verklaring, hetzij door het
werkelijk overbrengen van den zetel vau hun ver
mogen en de hoofdmiddelen van hun bestaan.
De tijdelijke uitoefening van hun bedrijf of hand
werk in eenige ondergeschikte betrekking, gelijk die
van leerlingknecht enz. kan op zich zelven niet
beschouwd worden als een bewijs van het voornemen
om zich in dit rijk te vestigen.
„Art 7. Zij die in meer dan eene gemeente hun
gewoon verblijf houden, of den zetel van hun ver
mogen hebben gevestigd, zullen tot de inschrijving
verpligt zijn, binnen die gemeente alwaar eene dienst
doende schutterij aanwezig is.
Bijaldien in die verschillende gemeenten alleen
dienstdoende of alleen rustende schutterijen bestaan,
züllen zij zich doen inschrijven in die gemeente, al
waar zij voor de personele belasting zijn aangeslagen
en de ambtenaren in die gemeente, alwaar zij ambts
halve verpligt zijn hun verblijf te houden.
„Art. 8. Die van hunnen ouderdom geen voldoend
bewijs geven, zullen door het plaatselijke bestuur wor
den ingeschreven, naar deszelfe oordeel, ouvermin
derd de bevoegdheid van den ingeschrevenen, om van
zijnen ouderdom nader te doen blijken.
„Art. 9. Die bevonden zullen worden zich niet
voor den 1 Junij te hebben doen inschrijven, zullen
door het plaatselijk bestuur ambtshalve ingeschreven
worden en door den natemelden schuttersraad worden
verwezen tot eene geldboete; terwijl zij daarenboven,
zonder loting, bij de schutterij zullen worden ingelijfd
indien het zal blijken, dat er tijdens de verzuimde
inschrijving, geene redenen tot uitsluiting of vrijstel
ling ten hunnen aanzien bestonden.
Gezien Zijner Majesteits besluit van den 21 Maart
1828 (Staatsblad no. 9), speciaal de art. 3 en 4
van den volgenden inhoud
„Art. 3. In het jaar na de eerste oprigting der
schutterij en in ieder der volgende jaren, zal voor
den 1 Junij de inschrijving zich tot zoodanige in
gezetenen bepalen die op den 1 Januarij van dat
jaar hun 25ste jaar zijn ingetreden; het register
waarop dezelve worden ingeschreven, zal altijd het
eerste register uitmaken, en zal voorts van de re
gisters der vorige jaren het laatste of tiende komen
te vervallen.
„Art. 4. Tot deze inschrijving zullen zich ook
moeten aangeven, diegenen, welke, schoon in andere
gemeenten ingeschreven, sedert de laatste inschrijving
in de gemeente zijn komen wonenalsmede vreem
delingen die sedert de laatste inschrijving in de ter
men gevallen zijn omvolgens art. 2 der wet, als
ingezetenen te worden beschouwd. De inschrijving
van deze personen zal geschieden in dat register
waartoe zij volgens hunnen ouderdom behooren.
Gezien Zijner Majesteits besluit van den 4 Sep
tember 1828 (Staatsblad no. 55) voornamelijk de
bepalingen van art. 7 en 8, aldus luidende:
„Art. 7. De gehuwden en weduwnaars een of meer
kinderen hebbende door sterfgeval of anderzins in
de termen vallende om in de eerste klasse te wor
den overgebragt, zullen voor de eerst volgende jaar
lijksche inschrijvingbij publicatie worden opgeroe
pen om daarvan kennis te geven aan het plaatselijk
bestuur; wanneer deze kennisgeving mogt worden
verzuimd en de nalatige, tengevolge van dit verzuim
niet bij de schutterij is ingelijfd geworden, zal des
wege door het plaatselijk bestuur proces-verbaal worden
opgemaakt en aan de bevoegde regtbank toegezonden,
ten einde de strafbepalingen van art. 1 der wet van
den 6 Maart 1818 (Staatsllad no. 12) op de nala-
tigen toetepassen
„Art. 8. De nalatige in het vorige art. vermeld,
zal dadelijk bij de schutterij worden ingelijfd tegen
ontslag van hemdie in zijue plaats wordt opge
roepen, de diensttijd door hem te volbrengen, zal
ingaan met her jaar waarin hij is ingelijfd geworden.
Roepen bij deze op: alle mannelijke ingezetenen
der gemeente, welke op den 1 Januarij dezes jaars
hun 25ste jaar zijn ingetredenhoedanige zijn die
geboren in den jare 1842f om zich van den 15 tot
en met den 31 der maand Meivoor de schutter
lijke dienst dezer gemeente, ter griffie alwaar daartoe
dagelijks zal worden gevaceerd(uitgenomen des Zon
dags) des morgens van 9 tot des namiddags 2 ure
te doen inschrijven: en zich vooraf te voorzien van
een geboorte- of doop extract, ten einde zich van
hunnen juisten ouderdom ter behoorlijke inschrijving
te verzekeren en zich door eene verzuimde of onbe
hoorlijke inschrijving niet bloot te stellen aan de
straf bij boven geinsereerd 2de artikel der wet van
den 11 April 1827 vastgesteld.
Terwijl tevens worden opgeroepen, om zich ter
bovengenoemden tijd en plaatse te doen inschrijven
alle manspersonen geboren in de jaren 1833 tot en
met 1841 welke in vorige jaren elders ingeschreven
zijn, doch sedert dien tijd binnen deze gemeente zijn
komen wonenmet overlegging ran het bewijs der
vroeger gedane inschrijving in eene andere gemeente,
alsmede zoodanige ontslagene militairen en vreem
delingen als sedert de laatste inschrijving in de
termen der schutterij gevallen en binnen deze gemeente
woonachtig zijn.
Wordende de personen, welke reeds ingeschreven
zijn en deel aan de loting genomen hebbenbehoo-
rende tot de tweede klasse, zijnde gehuwdenen we
duwnaars met een of meer kinderen, welke door