1867. .V. 15. DINGSDAG 19 FEBRUARIJ. 5A"' Jaargang. BINNENLANDSCHE BERIGTEN. coessche ciuinr De uitgave dezer Courant geschiedt Maandag en Donderdag avonduitgezonderd op feestdagen. Prys per kwartaal 1,35. fr. p. p. ƒ1,90. Gewone advertentlën worden u 15 et. de regel geplaatst Oeboorte-, huwelijks- en doodberlgten van 1-6 regels, a ƒ1,80, behalve het zegelregt. De intending tan adrertenttën kan geschieden tot tóór drie uren des namiddags op den dag der uitgate. Belteiid.mal5.lng:. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES doen, naar aanleiding van art. 17 van het Brand- Reglement in deze gemeente, te weten: Dat het in den avond van Dingsdag den 19 dezer bij gelegenheid van 's Konings jaardag, geoorloofd i9 VOETZOEKERS, VUURPIJLEN en andere VUUR WERKEN aftesteken, doch uitsluitend op de Groote markt de Flasmarkt, de Beestenmarkt en de Groote kaai en dat het verboden blijft dit elders te doen, zoo mede het schieten met KANONNETJES, SNAP HANEN, PISTOLEN, DONDERBUSSEN en-ander GEWEER, op 6traffe bij voormeld reglement bedreigd. Gedaan, te Goes, den 16 Februarij 1867. Burgemeester en wethouders voornoemd, M. P. BLAAUBEEN. De Secretaris, H. C. PILAAR. Befe.end.rn afeing. De BURGEMEESTER van GOES: Ontvangen hebbende eene circulaire van den heer commissaris des konings, in dato den 16 dezer, A no. 223Ö/1 3<1« afdeeling, brengt dien overeenkomstig ter kennis van de in gezetenen het navolgende besluit van zijne excellentie den minister van binnenlandsche zaken. „De minister van binnenlandsche zaken „Overwegende, dat schorsing van markten en open- „bare verkoopingen van rundvee in alle gemeenten „des rijks, tot wering der verdere uitbreiding van „den veetyphusnoodzakelijk is gebleken „Gelet op art. 1 van het koninklijk besluit van 16 „November 1865 (Staatsblad no. 127); „Heeft goedgevonden te bepalen „1°. Het. houden van markten en van openbare „verkoopingen van rundvee, in alle gemeenten des „rijkswaar zij bij vroegere beschikkingen niet reeds „geschorst zijn, is, met uitzondering, voor zoo ver „slagtvee betreft, van die te Amsterdam, na den „17 Februarij eerstkomende verboden; „2o. De commissarissen des konings zijn gemag- „tigd' het houden van openbare verkoopingen van „rundvee, in hunne provincie toe te staan, wanneer „verkoop van het vee van eenen eigenaar, wegens „verhuizing of wegens het verlaten van het land- „bouwersbedrijf, verlangd wordt, of wanneer het bij „boedelverkoopingen tot den boedel behoort." „'sGravenhage, den 13 Februarij 1867. (get.) HEEMSKERK. Alsmede dattot voorkoming van oponthoud, de aanvragen om vergunning tot het houden van open bare verkoopingen van rundvee, door tusschenkomst van den burgemeester aan den heer commissaris des konings kunnen ingezonden worden; dat die aanvragen kunnen worden gesteld op on gezegeld papier; dat dezelve moeten bevatten de op gave van het getal der te verkoopen runderen en van het geslacht en het baar of de kleur derzelven en zoo mogelijk vergezeld zjjn van eene verklaring van eenen erkenden veearts. En opdat dit algemeen bekend zij, zal deze wor den afgekondigd, aangeplakt en geplaatst in de Goes- sche Courant. Gedaan te Goes, den 18 Februarij 1867. De Burgemeester voornoemd, M. P. BLAAUBEEN. Het valt in het oog, dat de regering, gesteund door hare trouwe aanhangers alles doet om het tijdstip te verschuiven, waarop de begroo- tings-discussien zullen aanvangen en daarmede de politieke beschouwingen, die men zoo gaarne achterwege laten zou. Op het punt van daar mede te beginnen, nadat reeds de dag door den voorzitter bepaald waskomt de minister met de vraag, om de wet op de schutterij spoedig te behandelen en nog vóór de begrootings-dis- cussien in de afdeelingen te onderzoeken. De centrale afdeeling had een later tijdstip daar voor aangewezen maar de ministerieele leden en daaronder de heer van Catwijck aan de spits, kwamen daartegen op en ondersteunden het rege ringsvoorstel met alle krachtalsof plotseling het heil des lands afhankelijk geworden was van eene nieuwe schutters-wet. Dus nog weder eenige dagen uitstel eer de geduchte slag wordt geleverddieal wordt hij ook door het mi nisterie gewonnengeene geurige lauweren belooft. Niemand zal toch zoo dwaas zijn, om te ge- looven, dat de schutters-wet van dat overwegend belang is, dat zij vóór alle anderen moet over wogen worden, zelfs voor dat het gewigtigste, de begrooting van 's lands uitgaven, in behan deling komt. Die wet is zooals men weet door dit ministerie in gereedheid gevonden het heeft slechts geringe wijziging daarin ge- bragt, naar aanleiding van het bekende gevoe len der kamer en het ministerie kan dus ligt voortvarend zijn waar het den arbeid zijner voorgangers ter overweging aanbiedt. Maar waaromzoo vragen wij met velenheeft die wetwaarvan dit kabinet zich het vader schap niet kan toeëigenennu de prioriteit? Waarom moet de schutterij nog voor Mei eene nieuwe regeling verkrijgen. Waarlijk men maakt de goede natie bang, dat er vrees bestaat voor eene spoedige noodzakelijkheid, om met een wel georganiseerd schutter-corps gereed te wezen. De verschrikkelijke haastgepaard met de enorme som voor oorlog en marine aangevraagd, voorspellen niet veel goeds. Maar juist in zulke omstandigheden zouden wij meenendat het best was om vóór den storm, de begrooting zoo kalm mogelijk af te doen. Men beschul digt nog de liberale partij dat zij steeds uit stellen wil en het regeren bemoeijelijkt, en nu zij haast om de begrooting voor 1867 tot stand te brengen wat niemand op half Februarij van dat jaar te vroeg noemen zal nu komen de haastende conservatieven en schuiven eene schutterij-wet, als urgent tusschenbeiden. Laat de vertraging slechts enkele dagen durenzij zijn lang genoeg onder de tegenwoordige om standigheden. De natie neemt er dan ook nota vanwie thans voor de hoogste aangelegen heden het meest ijveren en wie er, om het mi nisterie te believenalles op het spel zetten, om uittestellenwat eerst diende behandeld te zijn. Mogt het de toeleg zijn om spoedig te kunnen uitroepenziet, hoe reeds een der hon derd en vijf gebreken door dit kabinet genezen zijnwij zullen dan niet vergetendat die genezing reeds lang zou hebben plaats gehad, indien niet dit kabinèt den geneesheer van het ziekbed verwijderd had, om ten slotte met zijn recept te pronken. GOES, den 18 Februarij. (Per telegraaf.) Naar aanleiding van dé interpel latie van den heer van Goltstein, heden morgen in de kamer gedaanheeft de minister van binnenlandsche zaken een nieuw ontwerp toegezegd, tot wijziging der bepalingen nopens onteigening en tot versterking der strafbepalingen. Overigens wil de minister het voorjaar afwachten, om meer strenge maatregelen te nemen. Donderdag zal de discussie over de staats- begrooting ten 11 ure aanvangen. Het Handelsblad deelt mededat in deze week de Pruissische ingenieur Rentge wordt verwacht, om ook zijnerzijds een onderzoek in te stellen, met betrekking tot de sehelde- kwestie. De driemaster-bark Tagalkomende van Ba tavia geladen met suiker en koffij en bestemd voor Dordrechtis de Wielingen binnengekro pen, de Wester-Schelde opgevaren, en te Hans- weert het kanaal van Zuid-Beveland volgende, binnen door naar zijne bestemming vertrokken. Dat schip had eenen diepgang van 62 palm, en passeerde den 3 dezer het kanaal met het meeste gemak. In de Belgische kamer van vertegenwoor digers heeft de heer Rogiernaar aanlei ding van eene tot de regering gerigte inter pellatie verklaarddat hij Maandag de stukken zou overleggendie op de kwestie van de af damming der Ooster-Schelde betrekking heb ben. Hij beklaagde zich, in zijn antwoord, over de slechte gezindheid van Nederland ten op- zigte van den Belgisch Duitschen spoorweg. (M. C.) Een telegram uit Batavia van 29 January, houdt het berigt, dat de heer mr. A. Prins vicepresident van den raad van Indieden vo- rigen dag overleden was. Eenige ingezetenen van Groningen hebben aan den minister van finantien een adres ge zonden, waarin zij hem verzoeken, maatre gelen voor te stellen, die tot de eindelijke afschaffing der bestaande wet op de patenten kunnen leiden. Dezer dagen is door apothekers, in het ko ningrijk, der Nederlanden, een adres aan den minister van binnenlandsche zaken gerigt, waarin zij te kennen geven, dat zij met groote be langstelling vernomen hebben het besluit van den geneeskundigen raad voor Zuid-Holland in zijne vergadering van 31 October 11. ge-

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1867 | | pagina 1