«flööerlenü'en. de kapitale BOUWHOEVE halenmet hetzelfde doel begeeft hij zich naar Philadelphia, Chicago, Charleston, Nieuw-Or- leans enz. De ijsparkendie bij de meeste Ameri- kaansche steden van lateren tijd zijn aangelegd, worden van jaar tot jaar beter en meer com fortabel ingerigt. Over de rinks dat zijn overdekte ijsparken voor schaatsenrijders lezen wij in een Amerikaansch blad het vol gende: »In December 1865 werd te Chicago de eerste rinks aangelegdeen grondvlakdat door middel van pompen iederen avond op nieuw met water overdekt wordt en aan alle eischen van eene baan voldoet, heeft men met een enorm houten gebouw overdekt, waarin men aangenaam verwarmde voorzalen vindt, dat in de rondte met sierlijke balkons voor toeschouwers omgeven is, een paar muziek-pa viljoens bevat en een aantal buffetten. Het ijs in deze rinks duurt langer dan in de open luchtis sneeuw- en windvrijen men kan zich geen levendiger, lustiger, vrolijker schouwspel denken, dan zulk een reusachtig bassin met da mes en heerenin sierlijkheid en vlugheid van beweging wedijverendeen soms de fraaiste manoeuvres in bonte rijen uitvoerende. In den afgeloopen zomer werd eene nieuwe rinks ge maakt, waaraan niet minder dan 5000 ten koste werd gelegd en die 23,000 vierkante voeten ijsoppervlakte heeft. Ook in de schaat sen openbaart zich de weelde op ongehoorde wijze. Men heeft schaatsen van rozenhout met zilver gemonteerd, van 50 het paar. Te Chicago zijn thans drie ijsperken en twee rinks, die dezen winter telken avond door gemiddeld 10,000 personen worden bezocht." HET BREKEN VAN HET IJS op den vijver in regents-park te londen. Eindelijk komen de uitgebleven Engelsche berigten, en brengen ons nadere bijzonderheden omtrent het vreeselijk ongeluk dat Dingsdag middag in Regents-park heeft plaats gehad. Tot nog toe wisten wij slechts, dat dien dag 30 a 40 menschen op dezelfde plaats verdron ken zijn. Het Handelsbladdaar niets meer van hoorende heeft reeds verzekerddat het ontvangen telegram niets anders was dan de mythische uitbreiding van een vorig berigt, en er gelukkig niets meer gebeurd was dan dat 21 personen in 'twater gevallen, doch gered waren. Gelijk men reeds wist is die onder stelling bezijden de waarheid. Op den vijver in het Regentspark bevonden zich ten half drie ongeveer 500 schaatsenrijders. Het ijs was niet sterk doch de toegangen stonden open. Men beweert, dat gedurende de vorige dagen, ten einde het publiek te beletten op het ijs aldaar te gaan, men langs den kant een open gleuf gemaakt had, dat daardoor het water over het ijs geloopen was en het week gemaakt had. Hoe dit zijten half drie geraakte het ijs aan de oevers plotseling losen kort daarop brak het ijs over den geheelen vijver in stuk ken van gemiddeld een vierkante el oppervlakte. De menigte snelde naar den kant, doch daar door werden de schotsen nog meer gebroken twee honderd personen gleden naar de diepte, die op sommige plaatsen 12 voet bedroeg. Som migen redden zich, door op een of ander groot stuk ijs tijdig plat op den buik te gaan liggen. Men moet zich verwonderen, dat het getal der dooden niet grooter dan 30 a 40 is. De ijs- politie deed al het mogelijkedoch door den toestand van het ijs was het onmogelijk, om zelfs met planken en ladders hen, die zich het verst van den oever bevonden, te bereiken. De wanhoopskreten van de betrekkingen der on ge lukkigen, die magteloos aan den oever het ang stig schouwspel aanzagen laten zich niet be schrijven. Eenvoudig treffend is het volgende berigt van een der geredde personen: Ik was, schrijft hij, met mijn dochtertje van 7 en mijn zoontje van 11 jaar aan de hand, bezig met wandelen op het ijs en bevond mij misschien 70 el van den oever. Plotseling was het of het ijs onder onze voeten weggleed. Het water was op deze plaats 5 voet diep. Ik zag mijne kinderen zinkendoch spoedig weder boven komen en had het geluk ze te kunnen grijpen. Zij klemden zich aan mij vast en ik hield hen met den regterarm terwijl ik met de linkerhand mij aan een stuk ijs bleef vast houden. Toen zag ik rond; zulk een aanblik hoop ik nooit weder te zien. Zeker niet min der dan 150 personen worstelden met den dood. Overal rondom mij zag ik tusschen de stukken ijs, hoofden handen en armen. Twee el van mij af zonk een kleine jongen weg in de diepte en ik kon niets doen om hem te helpen. Bijna een half uur heb ik zoo gestaan en met iedere minuut zonken mijne voeten dieper in den mod der; eindelijk had ik nog •slechts het hoofd boven waterde kramp begon mijne beenen krach teloos te maken. Ik zei mijn zoontje, dat hij met mijn wandelstok zou zwaaijen en vroeg hem of er nog niemand tot hulp opdaagde. Het volgende oogenblik antwoordde hijvader er komt een man naar ons toe zwemmen. Ik zag om en werkelijk naderde redding. Ik gaf mijn meisje dat mij eerst niet wilde loslaten, over aan den dapperen menschenvriend, die met haar naar een boot zwom, welke ons naderde. Ik hielp, toen de boot bij ons was, mijn zoontje daarin; zelf klemde ik mij aan den rand daarvan, uit vrees, dat bij het inklimmen de boot mogt omslaan en bereikte aldus gelukkig den oever. Niet allen waren echter zoo gelukkig; na het werk der redding kwam de arbeid van het op ruimen van het ijs, en het zoeken der drenke lingen. Met dit laatste werk was men Vrijdag nog bezig en nog waren allen niet gevonden. Donderdag morgen heeft het gemeen, op vrij onbetamelijke wijze, door in het park en rondom de plaats des onheils op te dringen ja zelfs tot op het ijs voort te gaan dit werk zeer belemmerd, en zelfs later op den dag, toen de politie ruim baan maakte, zich daartegen verzet. De lijken zijn overgebragt naar het in de buurt gelegen Marylebone-gasthuis waar het publiek bij kleine afdeelingen toegelaten werd in de lijkenkamer. Daar lagen zij op oude matrassen aan de eene zijde van een loods, ter andere zijde ingenomen, door ruwe doodkisten, die het gasthuis in voorraad heeft. Een paar dier voorwerpen op elkaar gezet diende tot lessenaar voor een politie-agentdie de namen der dooden, naarmate zij herkend werden, en die der personenwelke informatien konden geven benevens de bij de overledenen gevon den zaken opteekende. Het bestuur der wijk heeft aan de beambten van het gasthuis die zich ook bij de redding zeer verdienstelijk gemaakt hebben, reeds open lijk zijn dank betuigd. Gemengile berigten. Als eene merkwaardigheid wordt ons uit Oss me degedeeld, dat door een groothandelaar- aldaar in 1866 voor bijna een millioen gulden in boter is omgezet. Neemt men in aanmerking, dat bijna in elke gemeente der provincie Noord-Brabant eene botermarkt gehou den wordt, dan kan men nagaan welk kapitaal jaar lijks in dat artikel wordt omgezet. Eene verkeerd begrepen woordspeling geeft soms aanleiding tot zon derling misverstand. Zekere Wink adverteerde in de Hark CL van 15 Jan.dat bij niet ijlhoofdig is of de handen aan zich zei ven heeft geslagen en de uit- strooijers van dat lasterlijk gerucht zal vervolgen. De zaak droeg zich zoo toe Iemand kwam een ander tegen, welken hij eens wilde beet nemen en vertelde hem, dat Win%, inet wien deze juist ongenoegen had gehadte huis was gekomen, naar boven was gegaan, zijn jas had uitgetrokken en hem (namelijk den jasj had opgehangen. De andere nam liem voor zich op; en vertelde verder, dat W. zich zeiven had opgehangen. Van daar de advertentie en de aanklagt bij de politie. Dat deze aardigheid de algemeene vrolijkheid heeft opgewekt, behoeft niet gezegd te worden. Een boer was ongesteld en de doctor schreef hem bloedzuigers voor, denkende dat de vrouw van den zieke de wijze, waarop ze moesten worden aangewend, wel kende. Des anderen daags kwam hij zijn patient weder bezoeken en vroeg aan de vrouw: „wel hebben de bloedzuigers nut gedaan?" „Ja wel, heer docter," was het antwoord, „een heeft hij er levendig naar binnen gekregen, maar de andere heb ik moeten braden." De arme man had de bloed zuigers opgegeten. Te Lochem is dezer dagen een Engelschman aangehouden en over Botterdam uitge leid, die, in Julij 1866 uitzijn vaderland naar Ant werpen vertrokken, de laatstgenoemde plaats den 21 December had verlatenom naar Botterdam te gaan Hij wilde die reis te voet doenen op zijne vraag welken weg hij volgen moesthad men hem steeds geantwoord: „altijd maar regt uit." Zoo was de man, in plaats van te Botterdam, in den Achterhoek teregt gekomen. De laatste veertien nachten had hij in de opeue heide doorgebragtterwijl hij des daags zijn voedsel bij de boeren bedelde. De man werd zeer verkwikt door de verwarmende spijs en drank die hem, na zijne aanhouding, werd toegediend, en bragt een gerusten nacht in zijne cel onder de warme dekens door. Den volgenden morgen werd hij langs den staatsspoorweg naar Zutplien getransporteerd, om van daar naar Botterdam te worden overgebragt. In den loop dezer week zal te Hontenisse een zeer zeldzaam feest worden gevierd te weten de vijftig jarige echtvereeniging van Judocus Bouwens en Petro- nella Bleef, landlieden in den Perkpolder woonachtig. Toen evengenoemde vrouw met haren tegenwoordigen man op den 24 Januarij 1817 in den echt trad, was zij weduwe van Adriaan Boclus, aan wien zij tijdens haar eerste huwelijk 18 kinderen geschonken heeft. Haren tegenwoordigen tweeden echtgenoot schonk zij nog 3 kinderen. Te Cairo, 111., heeft den 8 Dec. eene vrouw gepoogd hare twee kinderen te vermoor den door dezelve op eene schrikkelijke manier met eene bijl te kwetsen. Daarop heeft zij haar eigen keel afgesneden, bijna het hoofd van het lig- chaam scheidende. Het jongentje zal waarschijn lijk sterven; men hoopt het herstel van hetmeisje. Men kent geene andere oorzaak voor dezeschrik- kelijke misdaad dan plotselijke krankzinnigheid. Onder de- opsomming van den herderlijken arbeid van wijlen den weleerw. heer Asa Bronson vindt men: het prediken van 8,000 leerredenenhet toedienen van den H. doop 1,500 maalhet bevestigen van 1,000 huwelijken en het bijwonen van 3,000 begra fenissen. MARKTBERICTEIM. PER TELEGRAAF. Amsterdamsche Beurs. PBIJS-COURANT DER EFFECTEN. Donderdag, 24 January 1867. Nederl. Werk. Schuld 2'A Spanje, 2v> Rusland, 5e serie 5 ld. 1860 4V-2 Id. a 1000,1864, 5 ld. Spoorw. 5 Oostenrijk, Metall. 2 'A ld. Amst, (oude) 5 ld. Nationale 5 ld. Amst. 1864 5 Turkije, Algem.schuld 5 N.-Amerika, 1882 6 66Vi. 31%. 58%. 873/.«. 185. 22 </,o. 66'A. 49%. 54%. 28%. 75'%.. 21.35. 28.15. 11.70. COUPONS. Oude Metalliek Nationale ld Div. in GRAANBERIGTEN. GOES, 22 Januarij 1867. Graanbcrigten als vorige week, zonder verandering. MEEKRAP. Racine f 13,—. Onberoofde 16,a f 17,—. Handel slap. BOTER 0,86 a 0,90. het Ned. EIJERS - 4,- 4,20 de 100 stuks. De ondergeteekende betuigt bij deze zijnen hartelijken dank aan zoo velenhier en elders, die bij den aanvang van dit jaar en onlangs op zijnen geboortedag met wel willendheid en toegenegenheid zijner zijn in dachtig geweest. M. P. BLAAUBEEN. KROON-DOMEIIM. De RENTMEESTER van bet Kroondomein, Rentambt jf Middelburgzalonder na dere goedkeuring van den Heer Administrateur van dat Domein, op Dins dag den 5 Februari 1867, des voormid dags te 11 uren, in de Bovenzaal der Sociëteit de Vergenoeging te Middelburgin het open baar VERPACHTENvoor den tijd van veer tien jaren: genaamd O KI \J K3'i> f, UUR,

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1867 | | pagina 3