1866. 102.
VRIJDAG 28 DECEMBER.
53'te Jaargang.
POSTERIJEN.
BINNENLAINIPSCHE BERICTEM.
A -^23"
GOESSCHE COURANT.
I>e uitgave dezer Courant geschiedt Maandag en
donderdag avonduitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal 1,95. fr. p. p. ƒ1,90.
Gewone advertentiën worden a 15 ct. de regel geplaatst.
Geboorte-, huwelijks- en doodberigten van 1-0 regels,
a 1,30 behalve het zegelregt.
!>e inzending van advertentiSn kan geschieden tot vóór drie uren des namiddags op den dag der uitgave.
De DIRECTEUR van het POSTKANTOOR
te GOES, brengt ter kennisse van bet publiek
dat, te rekenen van af 1 Januari] 1867 de
navolgende verzendingen van brievenbuiten
de reeds bestaande zullen geschieden.
Naar Middelburg en verder gelegen plaat
sen des morgens om 8 uur.
Naar Kapelle, ïersekendiun, Scberpe-
nisse Tholen en het eiland Schouwen
Bergen-op-Kooin, Breda en verder gelegen
plaatsen, benevens Belgien liuitschlasn!
Engeland FranRrijlien wat daar over
verzonden wordt, des morgens om 12'1/, uur,
in aansluiting op den eersten spoortrein van
Bergen-op-Zoom naar Bozendaal.
De brieven met deze post verzonden, komen
te Botterdam en te Amsterdam, omstreeks
beurstijd aan en worden op de beurs afge
geven wanneer zulks blijkens het adres ver
langd wordt.
De verzending naar het eiland Schouwen
om 11 uur des avonds heeft dan geen plaats
meer.
In verband met dit vertrek zal het kantoor
dan geopend zijn in plaats van 78 uur
'savonds, van 81/,®'/i uur.
Goes 27 December 1866.
De Directeur van het Postkantoor,
B. MEIJLINK.
De korte tijdwaarin de tweede kamer ver
gaderd geweest isheeft weinig opgeleverd
om over de gehalte van het nieuwe gedeelte
van dat ligchaam te kunnen oordeelen en even
weinig gelegenheid gegeven aan het kabinet,
om zich in deszelfs alles overtreffende waarde
te doen kennen. De billijkheid eischtdat
wij dit voorop zetten, alvorens de vraag te be
antwoorden wat de kortenu afgeloopen zit
ting omtrent al dat, zoo hoog aangeprezene
nieuwe heeft geleerd? Maar toch hebben wij eenige
opmerkingen kunnen maken, die minstens den
twijfel doen rijzen, of er onder al de aanprij
zingen en voorspiegeling van eene volmaakte
toekomstniet veel is geweest, dat slechts in
partijdige ingenomenheid grond kon vinden.
Zeker is het gebleken, dat het ministerie door
de kamer ontbinding gewonnen heeft en mee-
nigen zelfstandigen afgevaardigden heeft kun
nen laten vervangen door gehoorzame dienaars.
Zoover wij met de nieuwe leden kennis maakten
hebben zijvoor het grooste deelgetoond aan
bidders te zijn van het ministerie en dienvol
gens volkomen bereid, om allen eigen wil te
verzaken en te buigenonder diepe bewonde
ring zelfste buigen voor alles, wat het kabinet
wenschte of beval. Er was eens een tijd, waarin
de toenmalige oppositie beweerde, dat men den
meester naar de oogen zag en niemand zich
verstoutte om eenige aanmerking te maken. Wat
men toen meende te zienwas niet anders dan
het ideaal, dat men zich voorstelde nog eens
te bereiken en, vroeger misschien dan men
gedacht had is de gelukkige ure daar. Het
ministerie begon met hen, die durfden te spreken
naar huis te zenden en verkreeg op zijne veel
kleurige invitatie eene bezending volg-speciali-
teiten. Voor alle securiteit werd ook aan dezen
nog eens bij den aanvang gezegd, dat het
perinde ac cadaver het hoofdvoorschrift was en
ziet, hoe liefelijk de oudere en jongere broeders
in het huis op het Binnenhof zamen waren.
De ondeugenden waren getemd, en onophou
delijk klonken de lofliederen ter eere van hen,
die toonden zoo uitmuntend voor hunne zaak
berekend te wezen. De natie mag zich dus
verzekerd houden, dat er eene eenheid in de
regering is, zooals men die sinds jaren niet
kende. Aarselt al eens een lid der kamer (die
in zulk een oogenblik zijne rol vergeet of
misschien nog over een diné bij den finantie
minister soest) om eene wet aan te nemen
een minister staat op, spreekt en aanstonds
ligt de verdoolde aan zijne voeten, met de
bekentenis: »ik ben voor alles wat uwe uit
muntende talenten kunnen uitdenken." Wij
hebben dus slechts te wenschen, dat kabinet
en kamer zullen bestendigd worden en weldra
heerscht onder ons de kalmte van het graf,
slechts bij wijle afgebroken door het liefelijk
gekweel der gelukkige zangersdie in koor het
O onnavolgbaar kabinetaanheffen.
Kan het iemand verwonderen als het minis
terie, grond van zulk eene eenheid, bron van
zooveel volksgeluk, in enkele oogenblikken over
moedig schijnt. Wij zeggen schijntwant in
het volmaakte zou ook dit kleine vlekje niet
kunnen bestaan, 't Is dan ook zeker uit geheel
andere oorzaak te verklarenwanneer een minis
ter, op de bescheiden vraag, om nog eenmaal zijne
gedachte te hooreneenvoudig antwoordt»Ik
heb dat eenmaal gezegden ik heb geen ander
woord." Men moest het ook in de kamer niet
vergeten, dat men daar naar geene reden te
vragen heeftmaar stil en nederig moet ver
klaren: »ik vind alle termen om uw voorstel
aantenemen." Slechts in een opzigt vermeten
wij ons aan de volmaaktheid van het kabinet
te twijfelen. Het heeft nog niet geleerd geduld
te hebben met de zwakheid van anderen. Vo
rige ministerien waren prullen en de ministers
der laatste jaren wisten er niets van. Een
Thorbecke! hoe zou men hem talent toeschrijven,
hemdie alles zoo bitter in de war stuurde
dat er een Heemskerk komen moest, om den
totalen ondergang te verhoeden. Het is nu
eenmaal zoo, en waarlijk treurig genoeg, dat
men dien onbekenden burger, zonder eenige
staatsmanskunstzooveel heeft toevertrouwd
maar nu de Europeesch vermaarde specialiteiten
opgetreden zijnom het knoeiwerk te verbete
ren en te bewijzen, wie eigenlijk de ware staats^
man isnu moest men meer medelijden hebben
met die ongelukkige sullen, die immers al ge
noeg gebukt gaan, onder het afkeurend oordeel
hunner talentvolle opvolgers. De heer Heems
kerk schijnt daarvoor geene ooren te hebben.
Met zeker welgevallen hoort hij, in de kamer,
zijne voorgangers door zijne vrienden gispen en
bewaart dan een plegtig en veelbeteekenend
zwijgen, als wilde hij zeggengij hebt gelijk en
ik zal er maar niets van zeggen. Nu willen wij
wel aannemen, dat bijv. Thorbecke nooit zooveel
eer verworven heeftdat er sprake kan zijn van
zijne eer te bekladden, maar beter ware het
dat de minister flinkweg zeide: ik verschil in
opinie van mijn voorganger en ik wil trachten
te verbeteren, wat, naar mijn inzien, niet goed
wasdan dat hij met stil genot zit te luisteren
naar hatelijke oordeelvellingen over hendie in
hunne onnoozelheid toch ter goeder trouw han
delden. Doch misschien is er tweeërlei begrip
van volmaaktheiden zullen wij het uitnemende
en waardige van de ministerieele taktiek niet
kunnen doorgronden. Wij willen hopen, dat
nadere kennismaking ons begrip verhelderen
zal, en veelligt geeft eene nieuwe zamenkomst
der kamer daartoe gelegenheid. Maar wij ma
ken ons daarvan geene illusien, want misschien
is de verminderde prijs van het Bijblad wel een
bewijsdat de kamer-verslagen steeds korter
zullen worden om eindelijk overtegaan in een
gëencadreerd bijblaadje, dat, na de naamlijst der
presente leden slechts deze woorden bevat: zij
zwegen
GOES, den 27 December.
{Per telegraaf.) De Eerste Kamer heeft heden
verschillende wets-ontwerpen aangenomenwaaronder
met 28 tegen 7 stemmen dat tot bekrachtiging der
overeenkomsten met de maatschappij tot exploitatie
van s taats-spoor wegen. Morgen zullen de verdere
wets-ontwerpen behandeld worden.
Wij wijzen onze lezers op bovenstaande ken
nisgeving van den directeur der Posterij alhier.
Zeker zal zoo wel aan handelaren als particu
lieren, die vermeerderde gelegenheid van brieven
verzending welkom zijn.
De gemeenteraad van Port Bath heeft be
sloten tot het verbod van invoer van varkens
van buiten dit eiland en van uitvoer van rund
vee, schapen en varkens mede buiten dit eiland.
Een onzer correspondenten schrijft ons heden:
Te Waarde en te Krabbendijke heerscht op
een paar stallen eene ziekte (lenden typhus?)