N°. 72.
VRUBAG 14 SEPTEMBER.
53ste Jaargang.
PUBLIEKE BESTEDING.
-—«S3- •If.'JVST "A-?®»
GOESSCHE tOIMM.
De uitgave dezer Courant geschiedt llaandag en
Donderdag avond* uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal 1,1b. fr. p. p. ƒ1,90.
Gewone udvertentiEn worden a 15 et. de regel geplaatst,
fieboorte», huwelijks- en doodberigten van 2-<s regels,
a ƒ1,80, behalve het zegelregt.
De inzending van advertentiün kan geschieden tot vóór drie uren des namiddags op den dag der uitgave.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES,
zullen op Zaturdag den 22 dezerdes namiddags ten
een ureten raadhuize trachten aan te bestedenbij
enkele inschrijving:
1°. Het MAKEN van een Nieuw Mooi, ter
vervanging van de moddersloot langs den
Agnesgangmet het VERNIEUWEN van
een gedeelte der Riool tusschen genoemden
gang en den bleek.
2°. Het doen van eenige HERSTELLINGEN
aan de Sasdcuren en de Woningen bij
het Sas.
Waarvan lokale aanwijzing zal geschieden op Maan
dag den 17 bevorens, des voormiddags ten negen
ure, op den wal bij den Agnesgang en des na
middags ten half twee ure aan het sas.
Zullende Bestekken en Voorwaarden ter secretarie
ter lezing liggen, van Diugsdag den 18 daaraanvol
gende tot den dag der besteding.
Gedaan te Goes, den 12 September 1866.
Burg. en wéth. voornoemd
M. P. BLAAUBEEN.
De Secretaris,
H. C. PILAAR.
Bij gelegenheid dat het Dagblad eenige aan
gename woorden tot het Handelsblad rigt, op
de wijze zooals het dat gewoon is, zegt het
met veel beteekenende voornaamheid: indien
men zich eens had gëinformeerd of de gou
verneur-generaal spms ook van den nieuwen
minister van koloniën een brief, op last des
konings geschrevenkan hebben ontvangen en
van welken aard die brief is geweest," zou men
dan niet een anderen grond gevonden hebben
voor het verlangen van den heer Sloet om te-
rugtekeeren, dan dat hij ongezind is, onder
dit ministerie zijnen lioogen post te bekleeden?
Dat wil zoo veel zeggen, als: wij weten dat
de heer Mijer op, last des konings een brief
geschreven heeft aan den gouverneur-generaal,
waarbij hem te, kennen gegeven werd, dat hij
zijn ontslag moest vragen.
Indien het. mi aan het Dagblad vergund is
geworden, om in de geheimen van het kabinet
te lezen, dan zal het, W<ff geweest zijnon;
het Qpgespoord geheim eens te laten vallen
bp, wjjzA van indien en men en welligtenz.,
en er is dan geene sprake van indiscretie, maar
van een ministerieel communiqué.
Is dat zoo niet, dan houden wij het er voor,
dat of het Dagblad liegt, of dat het zeer on
bescheiden is.
Maar de zaak zelve. Is er werkelijk zulk een
brief geschreven, dan is nog de vraag of zulks
op last des koning was, dan of de minister
aan Z. Maj. het verlangen te kennen gegeven
heeft, om in zijnen naam te mogen schrijven.
In het eerste geval ligt de zaak buiten onze
beoordeeling. Wij mogen niet onderzoeken wat
of wie den koning tot zoodanig voornemen
gebragt heeft.
Maar beschouwen wij dat brieven-praatje in
verband met de overige geruchten van den dag,
dan rijst het vermoeden, dat de heer Mijer on
geduldig is om den lang begeerden post te gaan
aanvaarden, uit vrees misschien, dat er nieuwe
kapers op de kust zullen komen. De concur
rentie is toch, in dit opzigt, niet alleen buiten
maar ook onder zijne partijen de heer Mijer
begrijptdat het isnu of nooit.
't Zou inderdaad goed zijndat de heer Mijer
vóór Januarij in Indië was, om in persoon
zijne beginselen daar toetepassen. Wij zien
reeds de Javanen hem te gemoet ijlen, om
strijd hem vragendewelke diensten zij aan
Zijne Excel, kunnen bewijzenuit dankbaar
heid voor zijne menschlievende pogingen om
hen van de slaafsche diensten te bevrijden. Hij
kan dan, met de hem eigen welsprekendheid,
ook in Indië de overtuigjng geven, dat met
de behoudsmannen Indië de schoonste toekomst
te gemoet gaat en, mogen de hoofden niet beter
bezoldigdde minderen niet van heerendiensten
ontlast wordenzij zullen vereenigd het geluk
smaken van aan de uitbreiding van het batig
slot te mogen arbeiden. Of echter die rede
nering daar zooveel ingang vinden zal als bij
de partij hier? Of men den steller der procla
matie zal zegenen Of men in den heer Mijer
Indie's redder begroeten zal Altemaal vragen,
die wij niet wagen te beantwoorden. Maar
nu het eenmaal zoo is, dat de Droogstoppels
hunne magt over Indië uitstrekkennu ge-
looven wij ook, dat niemand meer geregtigd
is dan de heer Mijerom het genot te smaken
van de eerste betooning der Javaansche dank
baarheid. En het zou wezenlijk jammer zijn
als lip daarom niet spoedig derwaarts vertrok.
Misseliien ging wel daarom een brief naar den
heer Sloetten einde het genot onverdeeld aan
zijnen opvolger te laten.
BINNENLANDSCHE BERIGTEN.
GOES, 13 'September 1'866.
Dipgsdag heeft de Eerste Kamer eene zit
ting gehouden, waarin allereerst de namen zijn
medegedeeld der rapporteurs over onderschei
dene wetsontwerpen, en een besluit is ingeko
men van Z. M. den koning, betreffende de slui
ting der tegenwoordige zitting op Zaturdag. De
president benoemde eene commissie van vier
leden, om den minister van binnenlandsche za
ken bij die gelegenheid in- en uitgeleide te doen.
Nadat medegedeeld was welke eindverslagen
bereids in gereedheid waren, stelde de voorzitter
voor de behandeling der wetsontwerpen, waar
over die verslagen gaan, tegen Donderdag aan
de orde te stellen.
De heeren Schot, Verschoor en Duymaar van
Tivistbrengen rapport uit omtrent ingekomen
verzoekschriften nopens het wetsontwerp op het
tegengaan van de runderziekte.
De heer Hein had den minister willen vragen,
om ook bij deze kamer de stukken over te leggen
betreffende de afdamming dér Oosterschelde,
waarover de tweede kamer in geheim comité
gehandeld heeft. Daar de ministers nipt te
genwoordig zijn, wenscht hij, dat de kamer
verklaren zal, dat zij de overlegging dezer
stukken verlangt. De voorzitter zegt, dat de
heer Hein dit voorstel schriftelijk had moeten
overleggen. De heer Hein meende, dat zulks
niet noodig was, en de voorzitter zegt nu,
dat hij het voorstel ter tafel brengen zal, als
hij het ontvangen heeft.
De vergadering is daarna gescheiden.
{Per telegraaf). De eerste kameralthans de groote
meerderheid is overtuigd dat tot stuiting van de vee
ziekte met kracht moet gehandeld worden, omdat de
ziekte zich uitbreidt. Men kon zich dus met de
strekking van het wetsontwerp vereenigen. Sommige
leden hebben den wensch geuit, dat de regering niet
mogt overgaan tot vereeniging der gestichten Veen-
huizen en Ominerschans. De voorgedragen inkorting
van de credict termijnen bij den suiker accijns vond
vrij algemecne goedkeuring.
{Per telegraaf) De Eerste Kamer heeft heden al de
ontwerpendie aan de orde warenwaaronder dat
op de inkwartiering aangenomen. Heden avond zijn
een aantal anderen aan de ordewaaronder dat no
pens de veeziekte. Er is lang gediscussieerd of de
O. I. begrooting, waaromtrent verslag en antwoord
dezen avond gereed komenmorgen ten 10 ure in
behandeling zal worden gebragt. Over de beslissing
daaromtrent hebben de stemmen gestaakt en zal dezen
avond eene nieuwe stemming gehouden worden.
De minister van Justitie heeft eene circu
laire aan de ambtenaren van het openbaar
ministerie gerigtten einde hun te gelasten
om, even als vroeger aan de provinciale com-
missiênthans aan de geneeskundige inspec
teurs medetedeelen den uitslag der aanklagten
door dezen of door andere leden van het ge
neeskundig staatstoezigt bij het openbaar mi
nisterie ingezonden. De geneeskundige inspec
teurs moeten mede alsnog worden bekend ge
maakt met den afloop der aanklagten, welke
sedert 1 Noveiuber 1865 werden ingezonden.
Men zegt, dat de heer Mijer, thans minister
van koloniën, reeds benoemd is of spoedig be
noemd zal worden tot gouverneur-generaal van
Ned. O.-Indie. De tegenwoordige gouverneur
de heer Sloetzou reeds met de mail van Oc
tober herwaarts terug keerenmaar do nieuw
benoemde eerst derwaarts vertrekken, nadat de
begrooting voor het departement koloniën zal
aangenomen zijn; welke aanneming daarbij bo
ven allen twijfel wordt gesteld. Onze lezers
zullen zich niet verwonderen, als wij een en ander
vereeuigeu onder het gewonemen zegt.