VEKGADE1UNG VAN DEN 17 AUGUSTUS 1866. 479 Waarom wordt tot het schoolonderwijs, dat in deze gemeente nu reeds de zóó aanzienlijke som van meer dan 24000 be draagt slechts door de belanghebbenden welker kinderen hiervan gebruik maken, eene som van iets meer dan 4000 bijgedragen, en dus slechts voor een zesde gedeelte nagenoeg van hetgeen het onderwijs kost, ten gevolge waarvan, deze stad dan ook ge drukt wordt met den zoo aanzienlijken hoofdelijken omslag van niet minder dan 20000 waarvanals ik vroeger zeide aA alleen voor onderwijs, als verleenende het rijk een subsidie van 7000. Ik heb dezen omslag aanzienlijk genoemd, en ik geloof met regt M. H.wanneer men toch het getal van bevolking van Goes nagaaten daaronder de weinige gegoedendan mag men deze zoo hoog opgevoerde belasting, vooral met eene verhooging nog van dezelve in het verschiet, drukkend beschouwen. Het is waar M. H. wij mogen ons verheugen over een on derwijs, dat wat deszelfs uitgebreidheid en inhoud betreft, dank zij den onverdroten ijver van onzen schoolopziener tot een graad van hooge volkomenheid aanvankelijk reeds is gebragt, en zich nog verder staat te ontwikkelen; maar ik vraag: is het billijk, is het regtmatig de kosten hiervan, voor verre het meerendeel, te doen dragen door de gemeentekas, en dus ook hiertoe te doen bijdragen een aanzienlijk gedeelte der burgerijdat hiervan geen het minste genot heeft niet alleen, maar waarvan velen zelfs zich hier tegen verzetten, en aan eigen onderwijs voor hunne kinderen de voorkeur geven. Is het billijk en regtmatig een last van dat aanbelang op de gemeentekas te leggen, en dus te bevoorregten ouders welker kinders van dit onderwas gebruik makenen deze alzoo een dubbel previlegie te schenken1«. door minder te betalen dan het onder wijs kost, en 2». nog daarenboven volgens de bestaande grond slagen van den hoofdelijken omslag, minder aangeslagen te wor den ter zake van de opvoeding hunner kinderen. Onder den vroegeren stand van zaken geschiedde zulks nieten werden de kosten van onderwijs, voor het meerendeel, gedragen door de belanghebbendenen was de bijdrage van stadswege slechts gering; ja ik herinner mij nog zeer goed, dat de zóó belangrijke inrigting van eene latijnsche school, welke wij hier hadden, werd opgeheven, omdat, door een tijdelijke vermindering van het getal leerlingen, het voor deze stad bezwarend geacht werd, dezelve in stand te houden, hoe betrekkelijk gering in vergelijking van

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1866 | | pagina 35