hetgeen de eischen des tijds en de bedachtzaam
heid zullen vorderen, op de hoofdpunten blijft
alles onbeslist, en het voornaamste is, dat het mi
nisterie zich eenigen levensduur zoekt te waar
borgen, door als zijn taak voorop te stellen, een
arbeid, waarvan hij te gelijk zegt, dat er eeni
gen tijd toe gevorderd zal wordenom zeifs
maar een plan van regeling voortedragen.
Het nieuwe bewind heeft eindelijk ook raad
zaam geachtom van zijne plannenop finan-
tieel gebied, te spreken. Daarbij wordt, vrij
ondubbelzinnig, afgekeurd, wat onder het naast
voorgaande ministerie is verrigten den volke
een schrik aangejaagd, juist door de herhaling,
dat men ernstige zorg aan deze zaak moet en
zal wijden. De lof aan den nu afgetreden mi
nister van finantien gegevendoet onwillekeurig
aan een min gunstig oordeel over het werk
van diens voorganger denken. En of het nu
de taak van een optredend bewind isom te
zeggen: wij zullen die zaken eens ernstig on
derhanden nemenwant en daarbij van
alles te laten denkenwij durven het voor het
minst betwijfelen.
Verre is het van ons, om nu reeds te oor-
deelen over daden, die misschien volgen zullen,
maar het breedsprakige programma wekt geene
gunstige verwachtingen op. Vatten wij alles te
zamendan lezen wij daarin slechts één woord
dat door allen zal toegestemd wordenhet is
de slotverklaring, dat het ministerie de medewer
king der kamers noodig heeft!
B1NMENLAMDSCHE BERIGTEM.
GOES, 7 Junij 1866.
Maandag 11. heeft de eerste kamer hare zit
tingen hervat en is de vergadering door al de
nieuw benoemde ministers bijgewoond. De pre
sident minister Mijer heeft eene uitvoerige rede
gehoudenwaarin de vorming van dit kabinet
werd beschreven en wijders een programma ge
geven van de plannen door het ministerie ge
maakt. Na deze lange voordragt heeft de heer
Schimmelpenninck van der Oijehulde gebragt
aan de afgetreden ministersbijzonder aan de
heeren van de Piutevan Bosse en Geertsema
en een paar vragen tot het nieuwe ministerie
gerigt. De heer van Swinderen wenschte, dat
de rede van den minister gedrukt en in nadere
beraadslaging zou gebragt worden. De heer
Duymaer van Twist zich met het laatste ver-
eenigende wijst er op, dat die rede toch in
het bijblad verschijnen zalmaar wenscht nu
de beraadslagingen te sluiten, om die op een
nader te bepalen dag voorttezetten. De heer
Mijer heeft nog geantwoord en het voorstel van
den heer van Tivist is daarop goedgekeurd.
De kamer heeft kennis genomen van ingeko
men stukken, hare sectien vernieuwd en daarop
is de vergadering gescheiden.
Dingsdag en Woensdag is de eerste kamer
weder bijeen geweest en in die van gisteren
heeft bepaald dat heden eene zitting zou wor
den gehoudenom over het regerings pro
gramma te sprekenen den heer Michiels
gelegenheid te geven om eene interpellatie te
doen omtrent het tractaat met Pruissen. De
discussieu over de aanhangige wetsontwerpen
is op Vrijdag bepaald.
Per telegraaf.) Heden zijn in de Eerste ka
mer langdurige en gewigtige discussien gehou
den over bet ministerieel programma. De rege
ring heeft nader verklaard geen plan te hebben
tot herziening der grondwet of der schoolwet
zelfs, doch zij zal het oog houden op gegronde
grieven nopens de uitvoering. De cultuurrege
ling zal bij de wet geschieden even als die van
het gebruiksregt der gronden van de inlanders.
De minister van financien heeft ook nadere
mededeelingen gedaan die tot spaarzaamheid in
uitgaven nopen. De minister van marine acht
het onraadzaam in de gegeven omstandigheden
openingen te doen nopens maritieme aangele
genheden. De minister van buitenlandsche
zaken antwoordt op de vraag van den heer
Michiels, dat, als het traktaat met Pruissen,
omtrent den sluikhandel niet vóór Julij gewij
zigd wordt, dit zal worden opgezegd.
De voorbereiding voor de verkiezing in de
aanstaande week is in vollen gang en meest
overal is men gereed met zijne kandidaten,
terwijl het zich laat aanzien, dat de meesten
der aftredenden, zooals gewoonlijk, zullen her
kozen worden. In Utrecht is de predikant
Felix tot kandidaat gesteld, door eenige kiezers,
om dat hij aan de zaak van het bijzonder
onderwijs en de positief christelijke beginselen
in de tweede kamer kracht kan bijzetten.
Eenige kiezers te Zierikzee hebben eenen
nieuwen grond van aanbeveling gevonden, voor
hunnen candidaat voor de tweede kamer. Zij
bevelen den heer Schuurbecque Boeije aan, omdat
hij zelf belang heeft bij de vraagstukkendie
invloed kunnen hebben op het algemeen welzijn
in deze provincie. Voor zoover het van ieder
Nederlander kan gezegd worden dat hij per
soonlijk belang heeft bij alles, wat met het alge
meen welzijn in verband staat, zal het wel niet
als aanbeveling van iemand in het bijzonder
kunnen gelden. Maar moet het beteekenen
dat de heer Boeije persoonlijk belang heeft bij
sommige vraagstukken (zooals hier bijv. de ca-
lamiteuse polders genoemd worden) dan ligt er
duidelijk in opgesloten, dat men van hem ver
wachten mag, dat hij zijn eigen belang daarbij
op den voorgrond stellen zal, en in hoever dit
eene aanbeveling kan zijn voor een lid der
tweece kamer, zouden wij gaarne van de vrien
den die daarmede voor den dag komen ver
nemen.
De gemeenteraad te Middelburg heeft, over
eenkomstig het advies der commissie van bur
gemeesters uit het eiland Walcheren, besloten,
de verordeninghoudende voorziening tegen
het uitbreken der elders heerschende veeziekte,
alsnog voor onbepaalden tijd in werking te
houden. Het verbod van in- en doorvoer, in
die verordening opgenomenis thans ook uit
gestrekt tot hooi en stroo tenzij, voor zoo
veel het laatste betreftdoor het hoofd van
het betrokken gemeentebestuur eene verklaring
worde afgegevendat het afkomstig is van
plaatsen waar de veeziekte niet heerscht.
Gedeputeerde staten dezer provincie hebben
in hunne vergadering van den 1 dezer beslo
ten tot geheele opheffing der ter voorkoming
van de verspreiding der veeziekte in de ge
meente Domburg bevolene maatregelen. Dit
besluit wordt medegedeeld in het Provinciaal
blad no. 70,
Maandag jl. heeft te Wissenkerke in Noord-
Beveland, een treurig ongeluk plaals gehad:
Het 15jarig knechtje van den landman M.
moest een paar mudden graan naar den molen
te Camperland brengenmet eene driewielskar,
bespannen met een nog vurigschoon niet
jong paard. Nog niet ver van de hofstede ver
wijderd, schrikte het paard door het een of ander
toeval en ging op den loop, met da onge
lukkige gevolgdat het knechtje van de kar
viel, en de kar en de mudden graan op hem
neerkwamen; waarschijnlijk heeft hij ook een
slag van 't paard gehad. De ongelukkige is nog
levend te huis gebragt, doch overleed spoedig
daarna, onder herhaalde bloedspuwingen. Een
jonger broertje van hem is mede van de kar
gevallen, doch schijnt er, behalve dat hij wat
suf is ongedeerd afgekomen.
Men schrijft ons uit Colijnsplaat van 2 Junij:
Eenige kinderen speelden heden op straat en
liepen rondom een wagen met een paard be
spannen. Op aansporing van een zijner ka
meraden gaf het 12 a 14jarig zoontje van den
timmerman S. het paard een tikje, waarop het
achteruitsloegmet dat ongelukkig gevolgdat
den jongen het borstbeen zwaar gekneusd en
een arm gebroken werd. Ofschoon dien ten
gevolge zeer lijdende, geeft de knaap toch hoop
op herstel.
In de vorige week is in het Schuttershof
te Middelburg, in tegenwoordigheid van den
commissaris des konings in deze provincie
burgemeester en wethouders der gemeente, het
bestuur der brandweer en eenige andere heeren,
door den heer D. de Oude aldaar een proef
gegeven met het nieuwe brandblusmiddel, V Ex-
tincteur genaamd. Het werktuig is eene draag
bare, door een persoon zeer gemakkelijk te
behandelen, kokervormige brandspuit, voorzien
van eene scheikundige lading, welke berekend
is om, bij het uitbreken van een brand, het
vuur binnen weinige oogenblikken te blusschen
Voor de proefneming heeft men een teerton
gevuld met krullen, daarover petroleum gego
ten, vervolgens eene hoeveelheid boomtakken
daarop geworpen en een en ander in brand
gestoken. Op een gegeven sein werd de spuit
in werking gebragt en was het vuur binnen wei
nige seconden gebluscht. De proef werd ander
maal herhaald en mogt, volgens het Oordeel
der aanwezigen, even als de eerste zeer goed
geslaagd worden genoemd.
De gedenknaald of hef monument, dat ter
eere van wijlen Z. D. H. den hertog Bernar d
van Saksen- Weimar in het Voorhout te 's Gr a-
venhage is opgerigt, is voltooid. Naar men ve r-
neemt, zal de onthulling daarvan, zonder eenig e
uiterlijke plegtigheidplaats hebben.
Betreffende het plan tot gedeeltelijke droog
making der Zuiderzee verneemt men de vol
gende bijzonderheden:
Men wil de indijking van het gedeeltegele
gen bezuiden de lijndie Enkhuizen langs Urk
met den zuidelijken leidam van het Keteldiep
vereenigt, welk Keteldiep, zoo als bekend is,
den zuidelijksten mond vormt van den IJssel,
zoodat IJssel en Zwartewater vrij blijven uit-
stroomen in het overblijvende deel der Zuiderzee.
Omtrent het belangrijke van dit plan diene
het volgende:
Het geheele in te dijken oppervlak is nage
noeg 200,000 bundersof gaat dat cijfer iets
te boven, naarmate aan den afsluitdijk deze
of gene rigting wordt gegevendie nog op de
plaats moet worden bepaald. De globale lengte
van dien afsluitdijk is 40,000 ellen, zoodat op
elke 5 in te dijken bunders slechts ééne el af
sluitdijk komt.
In de uitwatering van de Eem en tevens in
de belangen der scheepvaart, ook tijdens de
droogmaking, wordt voorzien door een kanaal
van 50 el breedte, bij 3'A el diepte, van de
Eem langs Nijkerk, Harderwijk en Elburg naar
het Keteldiep en door een smaller scheepvaart
kanaal tusschen de Eem en Amsterdam.
De kaarten der marine geven voor den bo
dem aan klei-, modder en steekgrond (naar
het schijnt eene soort van klei met modder be
dekt) voor een gedeeltezand en harden grond
voor een ander gedeelte. Een ander lokaal
onderzoek, gevolgd door de beoordeeling der
geboorde gronden door een scheikundige en een
landbouwerzal over de waarde van den grond
moeten beslissen.
Bij eene aldus nieuw te vormen provincie is
het eene kleine uitgaaf, de wegen dadelijk zoo
breed te makendat op een der bermen later
een spoorweg kan worden aangelegdbij welke
dan alle kosten en oponthoud der onteigening
wegvallen.
De afsluitdijkdie op 24 millioen is geraamd
of op 600 de strekkende el, geeft slechts
120 per bunder. Kleinere gedeeltelijke in
dijkingen zouden, door veel minder gunstige
verhoudingendus veel duurder uitkomen.
De Parijsche tentoonstelling van 1867 zal
onder andere curiositeiten, een aquarium van
20 ellen hoogte bij 30 ellen lengte, aan het
rubliek ter bezigtigmg stellen. Het voornemen
is, omeven als in het aquarium van de ac-
climatisatie tuineene zoo veel mogelijk vol
ledige verzameling van dieren uit de onder-
zeesche wereld bij een te brengen. De afmeting
van het aquarium zullen zoodanig zijn, dat
zij de aanschouwers in den waan brengendat
ze zelve onder het water zijn opwaarts ziende
zullen ze de zeldzame gelegenheid hebbenhaai-
jen, bruinvisschendolfijnen, kabeljaauwen