STOOMSCHEPEN: SPOORBOOT \APi MIDDELBURG. dat. men zich. schaamt over eeue straf, waar van de, mensehhei.d gruwt.. In Amerika is men nog immer in de weer met minder vredelievende besluiten. Zoo is nu weder uit Washington bevel gekomen om schepen uitterusten voor eenen kruistogt naar Britsch-Noord-Amerika. De Braziliaansche tij dingen zeggen voortsdat er nog weinig uitzigt is op het eindigen van den oorlog met Paraguay. Van tijd tot tijd worden in de Noordelijke Sta ten aanvragen gedaan, om schadevergoeding van geleden verliezen in den oorlog met het Zuiden, maar de vragen blijven onverhoord, en alzoo doen de gevolgen van den ongelukkigen strijd zoo als te verwachten was, zich thans in toe nemende mate gevoelen. De Kölnische Zeitung bevat een telegram uit Weenenwaarin gemeld wordtdat Pruis- sens antwoord aldaar zoodanig opgevat wordt, dat men het oorlogsgevaar als geweken be schouwt. Alle militaire maatregelen van bui tengewonen aard zijn dientengevolge in Oos tenrijk geschorscht. In den Siècle leest menDaar het aantal vreemdelingen gedurende de stille week te Rome zeer groot was, is men er op bedacht geweest hun eenig buitengewoon schouwspel' te doen zien. Op palmzondag was met dat doel een groote brandstapel opgerigt op de piazza san Carlovoor de kerk van dien naam, dat een der meest bezochte gedeelten van het corso uitmaakt. Tegeii zes ure verscheen een gees telijke en kondigde, op eene verhevenheid staandeder gemeente aan, dat de strijd tegen verboden boeken met een buitengewoon goe den uitslag was bekroond. De ongelukkigen die zich hadden laten verleiden door de ge schriften van TtenanProuclhonenz. hadden zich gehaast die bij hunne biechtvaders te bron gen en men had besloten ze allen in het open baar te verbranden. Toen hij die woorden had uitgesprokenwerden de deuren van de kerk geopend en onder het luiden der klokken en het gezang van monniken en boetelingen werd de brandstapel in vlam gezet. De geestelijke nam een boek en wierp het in de vlammen. Het was het werk van Renan. Nu volgde bet eene boek na het andere. Eenige honderden werken werden op die wijze in weinige oogen- blikken tot asch verteerd, terwijl men van tijd tot tijd terpentijn in de vlammen goot om het vuur aan te wakkeren. Bengaalsch vuur zou beter effect hebben gedaanmaar dit zou de zaak te kostbaar hebben gemaakt. In Petersburg leggen de dieven zich te genwoordig op eene nieuwe soort van industrie toe: namelijk het afrukken der pelsmutsen waarin de Petersburgers eene groote weelde ten toon spreiden. Dit bedrijf wordt te voet en in sleden uitgeoefend. Wanneer 's avonds eene slede op eene andere afkomt en die zoo digt mogelijk tracht te passeren, dan is het gewoon lijk om de muts te doenIn een oogwenk wordt zij dan den in de slede gezeten persoon, die tot over de ooren in zijn pelskraag gewik keld is, afgerukt en verdwijnt de roovèr met zijn buit. is de muts van hermelijn of bever, dan lijdt de bestolene geen klein verlies en maakt de roover goede zaken. Heeft de dief stal te voet plaatsdan nemen er gewoonlijk verscheidene personen aan deel. Men wordt aangerand, ook wel omvergeloopener ontstaat twist, men raakt aan het kloppen; de voorbij gangers staan stil en wanneer het tot eene verklaring komt, wat er toch eigenlijk gebeurd isis de muts of zijn de mutsen van velen verdwenen. - Uit Christiania wordt berigt, dat daar in den laatsten tijd menig plotseling ster,geval voorkwam, waarbij alle verschijnselen van ver giftiging zich openbaarden. Het onderzoek der geneesheeren heeft tot de ontdekking geleid, dat die vergiftiging was toe te schrijven aan oesters en de nasporingen van geleerden heb ben thans aan het licht gebragt, dat de oesters door eene besmettelijke ziekte zijn aangetast, die zij pesttering noemen. Zoo dit den prijs der oesters aanzienlijk zal doen dalenliet ge bruik er van zal verre van toenemen. - De Moniteur heeft berigt uit Weenen ontvangen, volgens welke de vervolging tegen de Israëliten zich thans niet meer tot Bolie- men bepalen maar zich ook tot Moravie en Stiermarken uitstrekken, het zijn deze betreu- ringswaardige gebeurtenissendie Oostenrijk gedwongen hebben naar verschillende oorden troepen te zenden. De vleeschhandel in de La Plata-landen waarvan vóór eenigen tijd het een en ander is medegedeeld, is sedert het uitbreken der vee ziekte aanmerkelijk toegenomen. Men heeft ook eene methode tot bewaring van dit vleesch uitgevonden, waardoor het artikel nu wel ver pakt in vaten in Engeland komt en daar als versch vleesch uitgesnedenwordt. In de La Plata-eilanden eindigt de jaarlijksche slagttijd tegen het einde van den zuidelijken winter ongeveer in het midden van Augustus. In het jaar 1864 zijngedurende dat tijdvak, geslagt geworden in de Saladeros van Montevideo 303,000, stuks rundvee, in Buenos Ayres 330,000 stuks, in Uruguay, Parana en Rosario 512,000 en in Rio Grande 450,000, te zamen 1,600,000 stuks. Grona.Gio.sca.o Dorigton, Uit Harlingen schrijft men, dat daar op goeden vrijdag in den namiddag de zon zich van tusschen de wolken vertoonde met twee zeer heldere bijzonnen, die door een bleekroode straalkrans aan elkander ver bonden waren. Des avonds had hetzelfde met de maan plaats, die met twee bijmanen, evenzeer door een lichtgordel vereenigd, eenigen tijd aan den eenigzins bewolkten hemel stond te pronken. Woensdag 11. zijn de eerste nieuwe aardappelen door den tuinman Krijger van Naaldwijkden koning aangeboden. Zij waren op den konden grond geteeld. Eenige dagen geleden zat te Weenen het huisgezin van den heer B. tV. aan tafel. Eensklaps riep eene der dochters op smartelijken toon ik zie nietsHet, bleek dat ■zij op een oogenblik blind geworden was. Bij ge legenheid eener begrafenis te Weenen vernam men uit het geopende graf een hoorbaar geklop. Toen de bovenste kist daaruit gehaald en geopend was, bleek hel, dat men een gasthuislijder dood gewaand en begraven had. Hij was ter regter uur ontwaakt en bevindt zich thans, niettegenstaande den geleden angst, zeer wel. Een huisgezin te Weenen, bestaande uit man, vrouw en drie kinderen, waarvan het jongste 12 jaren telde, heeft zich door vergiftiging van het leven beroofd. Eene dame te Amsterdam, die eenige bloempotten wilde verplaatsen is uit het venster ge stort en door een lantaarn in het onderhuis nederge- komen. Niettegenstaande de onmiddellijk bewezen hulp, gaf de ongelukkige twee uren later den geest. Eeue weduwe te Sheffield had langen tijd huis gehou den met een man, dien zij, schoon hij haar dikwijls mishandelde, niet wilde verlaten. In de vorige week werden zij weder handgemeen en gedurende hunne worsteling viel de lamp van de tafel en geraakte de kleederen der vrouw in brand. Niet alleen deed de man niets, om haar te hulp te komen, maar hij voegde baar zelfs toe„verbrand nu maaren zag met ge noegen hare vruchtelooze pogingen om zich te redden. Den volgenden dag reeds is zij aan de bekomen brand wonden bezweken. Een soldaat te Brighton had in dronkenschap gezegddat hij den prins van Wallis wilde vermoorden. Toen hij voor den regter ver klaarde niet te weten wat hij in zijne dronkenschap gezegd hadstelde de regter hem terstond in vrij heid omdat hij niet wilde dat er een smet kleefde op het regement vrijwilligers, waartoe de soldaat be hoorde, daar hij van de trouw van dat regement vol komen overtuigd was. In de vorige week reed eene dame in een open rijtuig door Parijs. Zij droeg een hoed rijkelijk met groen en bloemen getooid en was in het geheel prachtig uitgedoscht. Op een oogen blik, dat haar rijtuig stilhouden moest, tengevolge van eene zamenvloeijing van rijtuigen op een punt, werd het paard van een haar volgend rijtuig verleid om zich aan het groen dat de hoed der dame sierde te vergasten. Niettegenstaande het geschreeuw der dame ging het paard rustig voort, om zich met de bloemen en bladeren te verkwikken en wat erger is, men zegtdat de onbeleefde en ongenoode gast ook een stuk van het oor der dame afgebeten heeft. Eenige jaren geleden stierf te Greenock een zonder ling oud man, die een aantal verzegelde paketten aan zijne vrienden naliet. Bij het openen vond men een bijbel50 pond steriing en een doosje pillenmet de woorden „Vrees God en houd uwe ingewanden schoon." INGEZONDEN. Gaarne berigten wij, dat wij met genoegen de ten toonstelling van de kunstkronijk hebben bezocht. Onder de voorwerpen munt vooral uit de kapi tale schilderij van den heer E. Ferveer te 's Hage voorstellende, Licht en schaduw in het visschers leven, dit stuk is breed behandeld en krachtig van toon de uitdrukking van de figuren is meesterlijk. Twee visschers zijn te zamen uitgezeild, doch een daarvan komt maar terug, en is de andere vergaan, geen wonder, dat de terug keerende met vreugde ontvangen wordt en vrouw en kinderen hem te gemoet komen, maar ook geen wonder, dat de andere die dat schouwspel ziet treurt en denkt aan den man die zij lief had, een klein meisje wil hare moeder troosten terwijl haar broertje met weemoed de gelukkige groep be schouwt. Deze schilderij kan bij aandachtige beschou wing tranen in de oogen brengen en wekt de voor stelling wel deugdelijk weemoed op. Een ander schilderij van den Heer van Triqt, Broertje en Zusje, wekte mede onze belangstelling op. Het zijn twee kindertjes die in een ledekant liggen te slapende rust die men in beiden aanschouwt is zoo natuurlijk, dat men zou meenen hun adem te hooren vooral aan de datnes moet deze schilderij bevallen en bevelen wij de bezigtiging wel aan. Maar dan zagen wij ook nog onder meer, een schilderij van gegoten pa pier ingelegd met paarl d' amour en geschilderd met honingvervvdit stuk is vervaardigd door den heer N. S. Nooijen te Rotterdam, en stelt voor het bin nenste van de St.-Lauvenskerk te Wnrnberg, de wer king van het licht, aangebragt door paarl d' amour, is zoo prachtig, dat men er bijna niet van daan kan niet verzadigd wordt dit kunstproduct te beschouwen, toon, perspectief alles is meesterlijk en schoon. Voorts zagen wij nog een aantal schilderijen en an dere voorwerpen, die werkelijk aan de bezoekers ge noegen geven. De kunstkronijk aan te bevelen zal wel overbodig zijn, daar zij ook hier en in de om streken haar weg wel zal vinden. Zij doet op het gebied van kunst, veel goeds en brengt jaarlijks eene belangrijke som in omwandeling en werkelijk men krijgt waarde voor zijn geld. Aan ieder die gaarne iets schoons ziet, raden wij aan deze ten toonstelling bij de Heeren Schetsberg en Kleeuicens, opSjde Vlasmarkt te gaan zienmen zal niet} on bevredigd zijn. K.crls.olIjls.e Zalmen. Uit het vroeger gemelde twaalftal van predikanten, opgemaakt ter vervulling der vacature ontstaan door het overlijden van den heer A. Slotemaker Cz., heeft de kerkeraad der Nederduitsehe hervormde gemeente te Middelburg 11. Donderdag avond bet volgende alphabe- tisch gestelde zestal zamengesteld; de heeren dr. J. G. R. Acpuoy, te Zalt-Bommel; dr. J. Rooykaaste Nieuw - Hellevoet; E. C. Jungius, te Zierikzee dr. J. C. Mat- theste Berg-ambachtdr. A. J. Oortte Schoon- booven (met het lot tegen dr. F. L. Rutgers Azte Eibergeu)en J. H. L. Roozemeijerte Nieuw-Loos- drecht. Zaturdag 14 dezer zal een drietal worden gemaakt. Te Vlissingen is tot predikant bij de Nederduitsehe hervormde gemeente beroepende beer J. H. L. Roozemeijerthans te Nieuw-Loosdreebt. Bestcd.Ln.gon. Den 6 April 1866 is te Middelburg aanbesteed: Het vol- tooijen van den bazaltmuur te Neuzenaangenomen door J. Verkuijl Quakkelaar te Vlissingen voor 25,345. X>3E1£ GOBS. van GOES. [APRIL 1866. ure. van ROTTERDAM, ure. Woensd. 11 'smorg. 8,80. Vrijdag 13 10,—. Maand. 16 11,30. Woensd 18 5, Dingsd. 10'smidd. 1, Donderd.12 'smorg 5, Zaturdag 14 6, Dingsd. 17 7,30. ZUID-BEVELAJSTD van GOES. ure. Dingsd. 10'smorg. 7, Donderd. 12 9, Zaturdag 14 10,30. Dingsd. 17 'smidd. 12, van ROTTERDAM, ure. Woensd. 11 'smidd. 12,30. Vrijdag 13 'smorg. 6, Maand. 16 7, Woensd. 18 8,15. Van Tholen. Van Middelburg. Dingsdag 10 te 6 u. m. Woensdag 11 7 Vrijdag Zondag 15 „10„ Dingsdag 17 30 Woensdag 11 te 3 u m. Zaturdag 14 10 Maandag 16 1 Dingsdag 17 1

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1866 | | pagina 3