1866. N». 23. VRIJDAG 16 MAART. 53""1 Jaargang. L OPENBARE AANBESTEDING. Bels.end.mals. ing. BINNENLANDSCHE BERIGTEN. goessche r it a r. De uitgave dezer Courant gescnledt Maandag en Donderdag avonduitgezonderd op feestdagen. Prfjs per kwartaal 1,95, fr. p. p. ƒ1,91). Gewone advertentlën worden a 15 et. de regel geplaatst. Geboorte-, huwelijks- en doodberigten van 1-6 regels a ƒ1,30, behalve het zegelregt. De Inzending van advertentlën kan geschieden tot vóór drie uren des namiddags op den dag der uitgave. Bij dit nommer behoort een BIJVOEGSEL. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES, zullen op Zaturdag den 24 dezer, des namiddags ten een ureten raadhuizein het openbaar trachten aantebesteden Het maken van een nieuw Riool met twee Modderbakkenter vervanging van de Moddersloot achter het Weeshuis en het Manhuisen het dempen van die Sloot. Volgens bestek en voorwaardenwelke van heden af ter gemeente-secretarie ter lezing zullen liggen. De locale aanwijzing van dit werk zal plaats heb ben op Vrijdag den 23 dezerdes voormiddags ten negen ureaan de wal achter de Sociëteit. Gedaan te Goesden 15 Maart 1866. Burgemeester en wethouders voornoemd, M. P. BLAAUBEEN. De Secretaris, H. C. PILAAR. BURGEMEESTER er. WETHOUDERS van GOES, brengen bij deze ter kennis van een ieder die het aangaan mag Dat de lijsten, bedoeld bij de wet van 4 Julij 1850, Staatsbladno. 57) aanwijzende de personen, die tot het kiezen van LEDEN VAN DE TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL, VAN DE PROVINCIALE STATEN EN VAN DEN GE MEENTERAAD bevoegd zijn, alsmede die van de personen welke van de lijsten geschrapt zijn, opge maakt naar aanleiding van de door den ontvanger der directe belastingen ingezondene en door hem ge waarmerkte opgaveop heden, volgens art. 10 der wet vastgesteld zijnde, dadelijk ter gewoner plaats in deze gemeente zijn aangeplakt, en dat dezelve, gedurende veertien dagen op de secretarie der gemeente voor een ieder ter inzage zijn nedergelegd, gedurende welken tijd de bezwaren overeenkomstig art. 12 der aangehaalde wet, bij verzoekschrift door de noodige bewijsstukken gestaafd, aan den gemeente-raad kun nen worden ingediend. Gedaan ten raadhuize van Goesden 15 Maart 1866 om op de gewone plaatsen in deze gemeente aangeplakt en in de Goessche Courant geïnsereerd te worden. Burgemeester en wethouders voornoemd, M. P. BLAAUBEEN. De Secretaris, H. C. PILAAR. Het oppositie orgaan is tot de belangrijke conclusie gekomen, dat het ministerie niet op rozen zit. Het zal weldra men neme acte van deze profetie door alle partijen en frac- tien en door den heer Thorbecke wel het aller eerst verloochend, zonder ergens hulp te vinden, hulpeloos staan. Wij zouden kunnen vragen of de bekende beeldspraak hier niet ongeluk kig met eene andere verwisseld isen of het, van wege de doornen die van de rozen onaf scheidelijk zijn, niet als een geluk voor het ministerie moet worden aangemerkt, dat het niet op rozen zit. Maar indien door die beeld spraak wordt te kennen gegeven, dat men het ministerie in eene moegelijke positie acht te zgn, dan gelooven wij, dat dit in zoo verre waar isals het te doen heeft met eene oppo sitie partijdie de nijdige doorn iswaardoor het genot van elke roos verbitterd wordt. De bezwarendie voor dit ministerie bestaan, ko men meest voort van hen zeiven, die ze het breedste uitmetenen het verdient wel opmer king, dat wij verzekeringen als van het Dagblad nergens vindendan juist daar, waar tegen alles weerzin wordt getoond, wat niet van eigen inzigt en eigen wenschen uitgaat. Of het mi nisterie door alle partijen in de kamer zal ver loochend wordendurven wij betwijfelen en zon der ons aan voorspellingen te wagen, dringen wij er liever op aan, om rustig de ontwikkeling der zaken aftewachten, zoowel de handelin gen en houding van het kabinet als de be oordeeling van een en ander1 ih -de kamers. Er is met grond daaromtrent niets te zeggen, en al wat men op hoogen toon daaromtrent ver kondigt, is niets anders dan eene poging om onrust en tweedragt te stoken en het waar achtig belang des lands in de waagschaal te stellen. Maar allerminst gelooven wij, dat de heer Thorbecke de eerste zijn zal, om het mi nisterie te verloochenen en wij vestigen bepaald de aandacht op deze insinuatie der oppositie, opdat weldra op nieuw blijke, hoe zij met woor den schermt en door holle klanken op een dwaal spoor wil brengen. Indien de heer Thorbecke goedvindt, om dat alles te openbaren, wat men onbescheiden genoeg, hem afdwingen wil, dan zal de zaak, ook van zijn standpunt toege licht aan een eindoordeel kunnen onderworpen worden. Eene verloochening van het kabinet, waarin zijne voormalige ambtsgenooten nog zitting hebbendat op zijne beginselen is ge bouwd, houden wij echter voor eene ongerijmd heid tenzij het ministerie van die beginselen mogt afwijken. Doch ook daarvoor koesteren wij geene vrees. Wij achten het daarom onze roepingom in plaats van de moeijelijkheden te vergrooten liever tot een kortstondig geduld aan te sporen, vast overtuigddat weldra blijken zalmet welke verwachtingen wij de toekomst kunnen tegengaan, en dat er in het land en in de kamer nog eene beslissende meerderheid isdie beginselen boven partijbelangen en par tijnamen stelt. GOES, 15 Maart 1866. In de zitting der tweede kamer van Dings- dag waren aan de orde de 48 wetsontwerpen, houdende uitzonderingen op de afschaffing der gemeente-accijnsen. De heer de Kanter heeft het eerst daarover het woord gevoerd en zijne bedenkingen in het midden gebragt, tegen de al te vrijgevige toepassing van den uitzonde- rings-maatregeltegen het voorbijzien van de adviezen van gedep. staten; tegen den voorge dragen termijn van zes jaren en tegen de groote stelselloosheid in de voorgedragen uitzonderin gen op te merken. Hij is daarin door som mige sprekers ondersteund, door anderen, die gunstiger over deze wetsvoordragten dachten, bestreden. De minister van binnenlandsche zaken heeft de verschillende sprekers herhaal delijk beantwoord en bestreden, het amende ment door den heer de Kanter voorgesteld om den termijnbinnen welke nog accijnsen zullen mogen geheven worden, van zes op drie jaren te brengen. Dat amendement is met 47 tegen 14 stemmen verworpen en de eerste wetde gemeente Delft betreffendeis aangenomen met 59 tegen 2 stemmen. Omtrent de zitting van Woensdag, waarvan wij het verslag nog niet ontvangen hebben, deelt de Middelb. Courant mede: Heden heeft de heer Thorbecke zitting ge nomen. Een door den heer van Zuylen van Nyevelt (uit 's Hage) op de uitzonderingswetten voor gesteld amendementstrekkende om de gemeen ten, die in de uitzondering vallen, te nopen tot het heffen van schoolgeldis met 42 tegen 20 stemmen verworpen. Voor verschillende gemeenten zgn voorts de uitzonderingswetten goedgekeurd. De verdere behandeling is op morgen bepaald. (Per telegraaf.) In de zitting van heden zijn al de overige uitzonderingswetten nopens de plaatselijke verbruiksbelastingen aangenomen en zijn de discussien over de nieuwe geldaan- vrage voor de veeziekte aangevangen. De staten van in- uit- en doorgevoerde han delsartikelen gedurende de maand Januarij 1866, zijn bij ons van het ministerie van finantien ontvangen en liggen op ons bureau ter inzage. Op den staat van nalatenschappen der in 1864 tengevolge van overlijden of vermist geraken van manschappen bij de Kon. Ned. Marine komen voor P. Bruggeman Lz.geboren te Baarlandden 28 Maart 1864 overl.met ƒ36,783 J. J. Englebertgeboren te Clinge (Zeeland), overl. 7 Maart 1864, met ƒ57,27; J. P. Broekengeb. te Middelburg, overl. 10 Nov. 1864, met 381,01s. Uit Kloetinge berigt men onsals zeker zeer zeldzaam voorkomendedat reeds een eend met 10 jongen, in de buitenlucht uitgebroed, zich met haar kroost dartelend in de vijvers beweegt. Uit Middelburg word gemeld, dat de commis sie, benoemd tot het taxeren der voor den spoor weg en kanaal werken op het eiland Walcheren benoodigde gronden, hare werkzaamheden heeft aangevangen. __il

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1866 | | pagina 1