HOOGERE BURGERSCHOOL 1865. N?. 100. VRIJDAG 39 DECEMBER. 52ste Jaargang. BET BOUWEN DER B10601GDE LOKALEN DIRECTEURS WONING, SCHOOLBEHOEFTEN, meubelen, enz. BINNENLANDSCHE BERICTEN. e.e*** GOESSCIIE CIII HUT. De uitgave dezer ('oarant geschiedt Maandag en Donderdag avond, uitgezonderd op feestdagen- Prijs per kwartaal 1,35, fr. p. p. ƒ1,90. Gewone advertentiën worden a 15 et. de regel geplaatst. Geboorle-, huwelijks- en doodberigten van 1-6 regels 1,30 behalve het zegelregt. De inzending van advertentiën kan geschieden tot vóór drie uren des namiddags op den dag der uitgave. DE GOESSCHE COURANT VAN DINGSDAG a. s. zal in plaats van Maandag avond, in den voormiddag op 1 Januarij 1966 worden uitgege ven. -- Hetgeen 'men ter opname in dat nommer wenscht te bestemmen, wordt uiterlijk tot Zondag e. k., des avonds ten 9 ure ingewacht. OPENBARE VERGADERING van den G-emecnto-raad te Goes, ten raadhuize aldaar, OP VRIJDAG DUN 29 DECEMBER 1865, des avonds ten 7 ure. 1. PUNTEN VAN BEHANDELING: Mededeeling van ingekomen stukken. Verzoek om schadevergoeding voor het springen van den beerput, door den pachter van het nachtwerk. 3. Benoeming van een lid der schoolcommissie. 4. Aanbeveling leden burgerl. armbestuur en regentes van het weeshuis. 5. Voorstel tot behoud maximum vau onderstand. 6. Aanvaarding voorwaarden tot geneeskundige be handeling der armen van de afgescheidene gemeente. 7. Verzoek van J. van Aerde, om op erfpachtsgrond te bouwen. 8. Wijziging der gemeente-begrooting van 1865. BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN GOESzullen op Zaturdag den 20 Januarij 186.6, des namiddags ten één uur, op het Raadhuis te Goestrachten aantebesteden onder nadere goedkeuring van den gemeente- Raad: VOOR DE MET ALDAAR, waarvan aanwijzing zal geschieden op Don derdag en Vrijdag den 18 en 19 Januarij 1866, des voormiddags ten 10 ure, terwijl inmiddels informatien kunnen verkregen worden bij den heer J. H. HANNINKOpzigterte Goes. Dit Bestek met de daartoe behoorende Plan- teekeningenzullen ten Raadhuize ter inzage liggen van af den 8 January 1866 tot den dag vóór de besteding, zullende het bestek aldaar voor belanghebbenden verkrijgbaar zijn tegen betaling van I, Onmiddellijk na deze besteding zal worden overgegaan tot bet aanbesteden der en wel in drie perceelenwaarvan het bestek en de daartoe behoorende teekeningen ten Raadhuize ter inzage zullen liggen van af den den 8 Januarij 1866 tot daags vóór de aan besteding. Bij gelegenheid van de discussie over de begrooting van justitiebeeft weder een nieuw vriend van galg en doodstraf zich aan de zijde van bet Dagblad geschaardom den wettelijken menschenmoord in bescherming te nemen. De beer Schimmelpenninck van der Oije beeft er zich aan geërgerddat de ministerdoor bet voordragen van gunstige beschikking op bet verzoek om gratie, de wet feitelijk heeft afge schaft. Het laat zich begrijpendat iemand die gaarne ziet dat een ongelukkige, een diep ge vallen mensch, volgens alle regelen der wet, wordt opgehangen, met zekere teleurstelling verneemt, dat hem dat genot zal worden ont zegd omdat de koning zoo humaan was van lijfsgenade te schenkenmaardaar toch de zaak thans aan de orde is en voor en tegen besproken wordt, nemen wij de vrijheid onze ergernis uittespreken over de argumenten waarmede men de onmenscbelijke wet en han deling in bescherming neemt. Als de wet niet afgeschaft is, moet die toege past worden. Niemand zal de waarheid van deze stelling, in het afgetrokkeneontkennen, maar de vraag is, wat men door toepassing moet verstaanof dat betzelfde is als voltrekken der doodstraf. Wij meenen dat de wet toegepast wordtwanneer de boven de doodstraf uitspre ken, in gevallen, zooals die in bet strafwetboek aangewezen zijn; wanneer de hooge raad door zijn advies toont het regt zijnen loop te willen laten. Wanneer de regterlijlce magt zich aan de voorschriften der wet houdt, kan niemand over schennis der wet klagen. Maar juist in die gevallen waarin de wet geenen anderen weg wijstkomt het koninklijk praerogatief te pas. Wij hechten er weinig aan, dat de koning gratie verleent in gevallen, waarin de regters zelve meenen, dat er termen aanwezig zijn om gratie te verleenen, daar zij alsdan duidelijk te ken nen geven, dat zij eene andere straf zouden uitgesproken hebben, indien zij niet aan den letter der wet waren gebonden geweest, of in inzigt hadden verschild. Als zij, met het oog op de wet, de doodstraf toegepast hebben en niet anders kunnen, dan is het aan den koning gegund om den mensch, dien de wet uitstoot, de gelegen heid te geven om zich te verbeteren. En zal nu de koning moeten zeggende wet op de doodstraf is niet toegepast als de patient niet gehangen is, ergo zal ik geene gratie verleenen? Waarlijk men moet wel ontzettend belust zijn op moordtooneelenals men door toepassing der wet niets anders verstaat dan de daad van ophangen. De heer Schimmelpenninclc heeft gewezen op twee gevallen van zware misdaden, waarin on danks alle ongunstige adviezen, toch gratie ver leend werd. Daargelatendat het regt van gratie zou ophouden een koninklijk praero gatief te zijn, als het slechts mogt uitgeoefend worden op gunstige adviezen der regterlijke col— legiendaargelaten, dat de klagt over niet vol trekken der doodstraf na zware misdrijven in direct insluitdat die straf wel eens toegepast wordt, waar ligter misdaad met ligter straf kon vergolden worden; zoo durven wij toch vragen, of niet de ergste misdadigers de meeste behoefte hebben aan verbetering en of het redelijk' is, om de ergste kranken liever dood te slaan, dan hunne herstelling te beproeven. De kunst vindt haren schoonsten werkkring, waar zij zich moet uitputten, om haar doel te bereiken, en indien de zedelijke verbetering alleen moet worden be proefd bij hen, die niet tot het diepste peil ge zonken zijndan zouden wij of de kracht of de zuiverheid van het zedelijk beginsel gaan betwijfelen. Men beweert ook, dat het koninklijk prae rogatief niet gebruikt mag worden, om eene be staande wet buiten werking te stellen. Daaruit dient hij wettige gevolgtrekking te worden af geleid dat de koningal waren ook alle adviezen gunstig, al ware ook het konink lijk gemoed tot het gevraagde gunstbetoon ge-- zindal meende ook de vorstdat juist zijn praerogatief meest te pas kwam waar de wet slechts kan straffen, dat de koning, om te laten zien, dat de wet niet buiten werking ge steld isvan tijd tot tijd eens iemand moet laten ophangen. Waarlijkindien men reeds met zulke argumenten komt, om de doodstraf te verdedigen, dan zal niemand het praema- tuur achtenals eerstdaags een wetsontwerp wordt voorgesteld, om de straf afteschaffen, die men zou moeten voltrekken alleenomdat ze nog in de wet geschreven is. GOES, 28 December 1865. In de Eerste Kamer zijn Vrijdag 11. de dis- cussien begonnen over de Staats-begrooting. Aan de algemeene beschouwingen hebben eenige leden deelgenomen, die meest allen verklaard hebben, dat zij den toestand van 'slands finan-. tien te gunstig voorgesteld achten. De minis ters hebben daarop geantwoord en daarna zijn de hoofdstukken I en II met algemeene stem men aangenomen. Hoofdst. III werd aangeno men met 33 tegen 3 stemmen (die der Lim- hurgsche leden, die om de zaak der Limburg- scbe grondbelasting verklaarden, tegen de voor naamste hoofdstukken der begrooting te zullen stemmen.) In de zitting van Zaturdag is allereerst de begrootiug voor justitie aangenomen met 33 tegen 2 stemmen, nadat daarover eene korte discussie was gevoerd. Vervolgens is de behan-' deling van hoofdstuk V (binnenlandsche zaken)

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1865 | | pagina 1