1865. V. 66. D1NGSDAG 39 AUGUSTUS. 52ste Jaargang. OPENBARE VERGADERIN G (iOESS€SSE 001RAHT. 3)e uitgave dezer Courant geschiedt Alaandag en Donderdag avond, uitgezonderd op feestdagen- 5'rijs per kwartaal I,S5fr. p. p. ƒ1,90. Gewone advertentiën worden a 15 ct. de regel geplaatst. Geboorte huwelijks- en doodberlgten van 1-6 regels a ƒ1,20, behalve liet zegeiregt. De inzending van advertentiën kan geschieden tot vóór drie uren des namiddags op den dag der uitgave. YAN DEN Q-emeente-raadL te C3-oqs, TEN BAADHUIZE ALDAAR, OP DONDERDAG DEN 31 AUGUSTUS 1865, DE8 MIDDAGS TEN 12 UEE. punten VAN behandeling. 1. Mededeeling van ingekomen stukken. 2. Overlegging der gemeente begrooting voor 1S66. 3. Rekening van het burgerlijk armbestuur over 1864. 4. Overlegging der begrooting van die administratie voor 1866. 5. Begrooting van het gasthuis voor 1866. 6. Rekening der schutterij over 1864. 7. Begrootiug van dezelve voor 1866. BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN GOES, brengen ter kennis van de belanghebbenden dat de commissie van toezigt op het middelbaar onderwijs in deze gemeente op MAANDAG DEN 11 SEP TEMBER 1865 des middags ten 12 urein een der localen van het Stadhuiseene zitting zal hou den tot het inschrijven van Jongelieden, die als leerlingen wenschen te worden toegelaten tot de hoogere Burgerschool of tot de Burger-avondschool voor aanstaande ambachtslieden, waarbij van die leerlingendie buiten de gemeente geboren en gevaccineerd zijn, de overlegging eener geboorte-akte en bewijs van ondergane inënting of natuurlijke kin derziekte zal worden gevorderd dat voor al de ingeschrevenen een examen van toelating zal worden gehouden op Woensdag den 20 September 1865, des voormiddags ten 9 ure, mede ten Stadhuizeen dat de lessen op de beide Scholen zullen aanvan gen op Maandag den 25 September 1865 in de lo calen van de voormalige Eransche Jongensschool in de Lange Kerkstraat. Gedaan te Goes, den 26 Augustus 1865, Burgemeester en Wethouders voornoemd M. P. BLAAUBEEN, De Secretaris. II. C. PILAAR. Meermalen heeft zeker orgaan al verkondigd, o O dat het Nederlandsche volk doof is, slaapt en wat niet al meer, thans vinden wij daarin eene ingezondene verzekering, dat dezelfde doof heid of slaperigheid ook bij het geëerbiedigd hoofd van den staat wordt opgemerkt. Immers wij lezen daarin deze woorden«dringt eenmaal de overtuiging tot den troon door, dat 's lands belang beter konde worden behartigd, dan nu geschiedt dan zullen 's konings doorzigt en vrije keuze ook mannen weten te vinden, die, God lof aanwezig zijn om hunne bekwaam heden aan land en koning te bestrijden." - Die uitdrukking eenmaal geeft te kennen, dat er tot nog toe vruchteloos gehoopt is, op het gehoorvermogen van den koning, en daar toch het orgaan, dat de stem van de bloem der natie laat hooren en het alleen met Vaderland en koning goed meent, reeds zoo lang en zoo luide geroepen heeft, dat de zaken thans niet goed gaan, ligt er indirect in die zielszucht opgesloten, dat helaas de vorst in de kwaal van de meesten zijner onderdanen deelt. Wij doen hulde aan de onpartijdigheid der oppositie, die, hoe ze anders ook van haren eerbied voor Oranje hoog op geeft, echter niet verheelt, dat zij tot hiertoe ook voor den vorst vergeefs ge sproken en geroepen heeft. Wij zien daarin het bewijsdat zij doofheid en slaperigheid waar die ook gevonden worden evenzeer be treurt. Voor de natie echter is het maar eene bedroevende ervaring, dat zij nog slechts hopen moet: eenmaal kan de stem den welmeenenden tot den troon doordringen. Er is in dat zelfde artikel van het orgaan echter ook één troost, die de natie waarlijk in deze desolate tijden wel hebben mag. Men behoeft namelijk niet te vragen «Wie moet het land. na dit ministerie, besturen. De mannen zijn aanwezig, ze zijn gelaarsd en gespoord, en er is niets noodig dan eene eenvoudige om verwerping van het ministerie, om de eigelijke mannen op het kussen te helpen. Het is voor die mannen te wenschendat het eenmaal spoedig zal komen, maar vooral mag men wel voor het Vaderland hopen, dat de dooven hoorende en de slapenden spoedig wakker worden, want anders loopen wij gevaar, dat die gereedzittende heeren uit den tijd raken en dan zou men wel eens met een dagbladschrijver moeten vragen: Wat dan? Wij zouden bescheidenlijk raden om een pracht exemplaar van het Dagblad Z. M. aantebieden en de opmerkzaamheid be paald te vestigen op deze en dergelijke treffende redeneringen. Z. M. zou zich dan zeker trotsch gevoelen koning te zijn over zoo vele dooven en slapenden, en niet minder gelukkig, dat er onder die menigte enkele scherphoorenden en wakenden gevonden worden, die er steeds op uit zijn om den vorst van wege zijnen ijver voor 'svolks belang te prijzen; om de eendragt onder het volk te bevorderen; den band tusschen vorst en volk vaster te maken; des konings doorzigt in de keuze zijner ministers regt te laten wedervaren en 's lands bestuur zóó afteschilderendat de vreemdeling niet weten zal, voor wien hij meer eerbied hebben moet, voor zulk een vorst of voor zulk een volk. BINNEIMLANDSCHE BERIGTEN. Uit Noord-Beveland schrijft men van 24 dezer Heden werden de vier gemeenten van dit eiland door een bezoek vereerd van den heer Commissaris des Konings in deze provincie. Z.H.E.Gestr. onderhield zich op de minzaam ste wijze met de hoofden en leden der verschil lende gemeente-besturen en met de secretarissen en ontvangers. Ook verleende hij audiëntie aan corporatien en particuliere personen, (waarvan echter weinig gebruik werd gemaakt) en be zocht in sommige gemeenten de scholen .en kerkgebouwen. Daar Z.H.E.G. tevoren zijnen wensch had te kennen gegeven, dat zijn ont vangst eenvoudig zonde zijn, en alles wat de ingezetenen op kosten zoude jagen moest na gelaten worden, zoo gaf alleen het uitsteken der vlag uit veler woningen en van de open- here gebouwen te kennen, dat men met dit bezoek hoogst ingenomen was. Z.H.E.G. was over den toestand der verschil lende gemeentenen vooral over den goeden staat der grindwegen in dit eiland hoogst te vreden, en gaf de verzekering, dat hij zooveel van hem afhingten sterkste zou bevorderen de aangewende pogingen tot verkrijging .eener algemeen gewenschte verbetering der commu nicatie met Holland en met de verschillende eilanden dezer provinciewaartoe vooral zoude kunnen dienen het daarstellen van eenen stei ger voor de stoombooten te Cortgeneen van een pontenveer aldaar, tusschen Noord- en Zuid- Beveland. De gemeenteraad van 's HeerArendskerke, gevolg gevende aan de voorschriften der ge meentewet zoo als die onlangs ten aanzien der gemeentebelasting is gewijzigd, heeft be sloten te beschikken over 4/5 van de opbrengst der rijkspersonele belastingvoorts te heffen 40 opcenten op de grondbelasting van de ge bouwde en 10 opc. van de ongebouwde eigen dommen, 20 opc. van de hoofdsom op het personeel en eindelijk om den hoofdelijken om slag van 1500 tot 1000 terugtebrengen. Dezelfde gemeenteraad heeft ook besloten om den Zandweg, van den postweg af langs het Nieuwe dorp naar de haven van den Zuid- Kraaijertpolder, in 1866 te hegrinden. De gemeenteraad van Heinkenszand heeft besloten even als die van 's HeerArendskerke, wat de vier eerste inkomsten betreft en den hoofdelijken omslag van 1700 op 1000 teruggebragt. Voorts besloot die gemeenteraad om ook in 1866 den Zandweg, van het dorp af tot aan de grens van 's Heerenhoek, te he grinden. Uit Nisse meld men: Zondag avond circa 6 ure kwam er geroep van brand. Na eerst den hoogen toren be klommen te hebbenten einde zekerheid te erlangen, bleek het, dat dit in de rigting Ove- zande was. Het klokken gebom bragt de ijverige brandweer spoedig naar de plaats des gevaarsbij eenen Vermeidewaar de spuit evenwel geene dienst kon verrigten door gemis aan water, dat evenwel daarop vervangen werd door de brandhaken. Huis en schuur zijn ver brand maar waren gewaarborgd2 spuiten zijn slechts op het terrein van den brand op gemerkt en wel die van Ovezande en Nisse. En verwondering mag het haren dat er van de omliggende dorpen geen brand personeel is gezien, te meer, daar de doodsche stilte het brandsein van het eene dorp naar het andere

Krantenbank Zeeland

Goessche Courant | 1865 | | pagina 1