1865. N". 58.
DUNGSDAG 1 AUGUSTUS.
52ste Jaargang.
BINNENLANDSCHE BERIGTEN.
Y' <S*2^b—
GOGSSCilE COURANT.
De uitgave dezer Courant geschiedt Haandag en
Donderdag avond, uitgezonderd op feestdagen.
Prijs per kwartaal f 1,55, fr. p. p. ƒ1,90.
1^. Gewone advertentlën worden a 15 et. de regel geplaatst.
Geboorte huwelijks- en doodberlgten van 1-6 regels
a 1,2© behalve het zegelregt.
De inzending van advertentiën kan geschieden tot vóór drie uren des namiddags op den dag der uitgave.
Sol5.ond.mal5.ing.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOES,
doen te weten
Dat de Rekening en Verantwoording
van de Inkomsten en Uitgaven dezer
gemeente, over het dienstjaar 1864 heden aan
den gemeente-raad is overgelegd, en dat dezelve voor
een ieder ter lezing zal worden nedergelegd, ter secre
tarie der gemeente tot den 16 Augustus eerstkomende,
terwijl afschrift van dezelve, tegen betaling der kosten,
aldaar verkrijgbaar wordt gesteld. Alles ter voldoe
ning aan het bepaalde bij art. 219 der gemeentewet.
En opdat zulks algemeen bekend zij, zal deze wor
den afgekondigd en aangeplakt, mitsgaders geplaatst
in de Goessche Courant.
Gedaan ten raad huize van Goes, den 31 Julij 1865.
Burgemeester en wethouders voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
De Secretaris,
H. C. PILAAR.
Volgens liet orgaan bestudeert keizer Napo
leon hetgeen er in de Nederlandsehe Oost- en
West-Indische bezittingen voorvalt. Als men
voor een oogenblik aanneemt, dat dit berigt
waarheid bevat, daar bet van een dusgenoem-
den eigen correspondent wordt gezegd afkoms
tig te zijndan volgt er minstens uitdat de
keizeralles wat tot dat onderwerp in verband
staat naauwkeurig nagaat. Zoo is door Z. M.
ook kennis genomen van een paar brieven uit
Amsterdam, waarin bijzonder melding gemaakt
werd van alles, watmet zooveel kracht en kleur
door het Dagblad is aangevoerd ten betooge
dat, door bet thans gevolgde regerings-stelsel
voor Nederlandsch Indie de kostbare bezitting
binnen weinige jaren voor het moederland ver
loren en Nederland geruineerd zal zijn." Na
de lezing van die beschouwingen van het Dag
blad zou de keizer uitgeroepen hebben: »Maar
wat is er dan van dat van oudsher zoo beroemde
verstand der Hollanders geworden?" Zeker beeft
de keizer, na den toestand van Indie naauw
keurig te hebben nagegaan, die uitroep niet
kunnen weerhouden, toen bij las wat bet dag
blad daarover had gezegd, en zich niet kunnen
begrijpen, dat menscben, die op gezond ver
stand aanspraak maken, zoo konden spreken
als dé dagbladman. De keizer had zich even
min kunnen voorstellen, dat een minister zit
ting had in het kabinetdie sprak zoo als het
dagblad hem liet spreken. Napoleon sloeg den
spijker op den kop en zeide niet anders dan het
geen bonderde Hollanders zouden zeggen als
bet dagblad waarheid gaf in zijne voorstelling
van den minister. Intusschen doet die eigen
correspondent bet orgaan een slechte dienst, als
bij zoo maar rondweg den keizer der fransehen
laat getuigen, dat het de Hollanders, namelijk
de dagbladmannen, aan gezond verstand ont
breekt.
Men verzekert ons dat er weder een vliegend
blad van den beer Groen op de pers iswaarin
over de schoolwet-agitatie en over den religie
strijd zal gehandeld worden. Wij hebben ons
dus te verwachten op een plan de campagne, dat
de anti-revolutionaire veldheer in zijne tent beeft
beraamd. Als wij nagaan welke tot hiertoe de
uitwerking was van die opruijende bladen, die
van den rustzoekenden ex-vertegenwoordiger
uitgingen, dan behoeven wij ons niet ongerust te
maken. De schoolwet-agitatie bestaat meest in
sommige partij-bladen en bij ben, die kunst
matig ter eere Gods worden geagiteerd. De
religie-strijd, zoo als de heer Groen zou willen,
ligt niet in bet plan dergenen, die hij zoo gaarne
zou zien uittrekken om hem te bestrijden, en
hij zou dus wel eens bij gebrek aan strijders
kunnen achterblijven. Maar wat ons meest rust
heeftis het vertrouwen op het gezond verstand
onzer natiedie zeker aan dat oor doof is, om
haar toenemend welvaren opteofferen aan den
strijdlust van eenige partijmannen, en die met
de daad bewijst, dat zij den strijd niet wil,
waartoe men haar zoekt te dwingen. Niette
genstaande de heer Groen reeds zoolang heeft
gedreigd en zijn geestverwant in het dagblad de
accijns-agitatie en koloniale-strijd met den mees
ten ijver zoekt optewekken en aantevuren, be
merken wij nergens eenige sporen van het ver
langen om deeltenemen aan de vechtpartijen
die men als aanstaande verkondigt. Zij die
voorgeven, dat ze het zoo goed met ons meenen,
mogten eens de proef nemen, om de natie met
rust te laten, en als dan die slapende, blinde en
doove, die voorover naar den afgrond gaat, bij
de uitkomst bleek nog al tamelijk welvarend te
zijndan zouden onze edele weldoeners de vol
doening smaken, dat zij ten minste negatief
hadden medegewerkt, om het volksgeluk te ver-
hoogen.
Per telegraaf. De Eerste kamer der Staten-
Generaal heeft heden de werkzaamheden hervat.
De ingekomen wets-ontwerpen van de Tweede
kamer, waaronder het tractaat met Frankrijk
zijn naar de afdeelingen verzonden.
De minister van binnenlandsche zaken heeft,
met betrekking tot de uitgevaardigde wet op
de afschaffing der plaats, accijnsen, gedeput.
staten in de provinciën uitgenoodigd, om de ge
meente-besturen te verzoeken, den uitersten ter
mijn voor deze afschaffing, Januarij 1866, niet
aftewachten, maar met den meesten spoed de
verordeningen te overwegen, die zijin het be
lang der gemeentelijke geldmiddelen zal verei-
schen, en wel bepaaldelijk de belastingen, die
tot vervanging der accijnsen zullen behooren te
worden ingevoerd.
Tevens verlangt de minister door tusschen-
komst der ged. staten de gemeenten te kennen
aan welke, uithoofde van bijzondere omstandig
heden, afwijkingen van de bij de bedoelde wet
gestelde bepalingen zouden kunnen worden toe
gestaan, en wel inzonderheid de omstandighe
den, welke eene dergelijke afwijking zouden
kunnen wettigen, en de belastingen, die tot
vervanging van het ontbrekende zouden gevor
derd worden. De minister stelt er prijs op
de vereischte bescheiden nopens den finantiëlen
toestand der bedoelde gemeenten te erlangen,
ten einde deze bijzondere omstandigheden naar
eisch te kunnen beoordeelen.
De commissarissen des konings in de ver
schillende gewesten hebben aan de gemeente
besturen te kennen gegeven, dat de minister
van binnenlandsche zaken, voornemens is aan
den koning een voorstel te doen tot verlenging
van den termijn tot heffing van plaatselijke be
lastingen op het gedistilleerd, met dien ver
stande, dat die belasting ook nog over 4 maanden
van het jaar 1866 zal kunnen geheven worden.
De miliciens der ligting van 1864 die bij
de verschillende infanterie-korpsen voor het in
dienst blijvend gedeelte 15 maanden in activiteit
zijn geweest, zijn in het genot van onbepaald
verlof gesteld.
De werving van jongens bij 'sRijks marine,
te Nieuwediepis thans weder opengesteld.
In de vorige week ontving ons eiland een be
zoek van de gezanten van Frankrijk en Pruissen
bij ons hof, die, in gezelschap van onzen mi
nister van koloniën de kanaalwerken in oogen-
schouw namen. De hooge bezoekers hebben alles
met de meeste naauwkeurigheid bezigtigd en
zich kunnen overtuigen, dat, wanneer deze wer
ken voltooid zullen zijn, daardoor ook voor de
buitenlandsche scheepvaart een waterweg zal ge
opend wordendie vrij wat [meer dan de tegen
woordige in de behoeften voorziet.
Wij hebben weder een treurig ongeluk mede
te deelen dat in den namiddag van jl. Zaturdag
hier voorviel. II. v. d. B., een man van bijna 7<>
jarigen leeftijd zou om veevoeder rijden, toen
op den langen cingel de paarden verschrikten en
op hol gingen. De voerman verloor het geheele
bestuur en holde met paarden en wagen in de
vest op de hoogte van den 's Heer Hendriks-
kinderendijk. Niet zonder moeite is de man
van onder den bodem der wagen, doch leven
loos, opgehaald. De middelen der kunst om de
levensgeesten nog op te wekken waren vergeefs.
Ook een der paarden is gestikt en het andere
den volgenden dag gestorven.
Jl. Maandag heeft de commissaris des konings
in Zeeland een bezoek gebragt aan de gemeenten
Groede Nieuw vlietZuidzande Kadzand en
Sluis. Dingsdag bezocht hij St. Anna ter Muide